4 september 1943




Het is ondertussen al drie jaar oorlog. En morgen is het mijn verjaardag. Ik word vijftien, al drie jaar woon ik alleen met mijn broer en twee zussen. Ik mis mijn ouders wel. Af en toe krijgen we een kaartje van mama uit Lion, ze schrijft hoe ze soldaten helpt met soms maar één been en hoe soldaten beschrijven hoe steden in puin worden gelegd door de Duitsers, hoe ze haar vertelden wat voor angst ze hebben uitgestaan in die loopgraven met enkel een geweer als verdediging terwijl hun commandanten veilig achter hun muren zitten en kijken hoe andere mensen hun ruzie zitten uit te vechten en hoe andere mensen hun leven geven voor mensen die te bang zijn hun veilige bunker te verlaten. Ook zei ze hoeveel doden er waren in het zieken huis en op het slagveld. Ze is bang dat op een dag pap daar bij zal liggen. Wij weten wel beter hoe het met papa gaat. Hij schreef ook naar ons. Niet zo veel als mam natuurlijk. Hij zei dat ze hem hebben benoemt tot Korporaal. Maurice kwam binnen en legde de krant op tafel. 'En? Zit er interessant nieuws tussen?' vroeg Renee. 'Er is een bende die de banden van de Duitsers hun auto's hebben leeg geprikt en er zijn daar wat menen bij om het leven gekomen.' Tegenwoordig volgt iedereen het nieuws in de oorlog. Olivier keek even weg van Andrea die stond te koken. Hij was zo hard gegroeid van sins ik hem heb gekregen. Het leek ook al zo lang gelden. Andrea stond suiker bonen met aardappelen te maken. 'Is het eten bijna klaar? Ik rammel van de honger' zei Maurice. Nu papa er niet meer was moest Maurice alles op zich nemen met af en toe hulp van Renee. 'Jaja, wees niet zo ongeduldig.' Zei Andrea geïrriteerd. 'Lisa, wil jij de wast naar binnen halen? Ik zie dat het begint te regenen' zei Renee terwijl ze op een stoel zat en de krant begon te lezen. 'Waarom kan jij dat niet doen?' Renee keek me aan, haar bril zakte wat af. 'Ik ben al bezig met iets.'
'Meen je dat nu? Meen je dat nu echt?' ze wuifde me alleen wat weg met haar hand. Met tegenzin ging ik naar buiten en nam de mand die naast de deur stond. Het rek stond wat verder in de tuin bij wat ooit Max zijn stal was geweest maar nu meer een opbergplaats is. Ik zette de mand naast me neer en begon een groot laken van de draad te halen. De wasknijpers deed ik in de ene mand en het laken in de andere. Doordat het laken weg was had ik zicht op een plas wat verderop. Het water lag stil tot er ringen verschenen die steeds groter en groter werden. Daar verscheen er nog één, en nog één. Ik voelde iets koud op mijn arm. Het begon te regenen. Ik staarde een tijde naar het water en zijn ringen. Ik werd opgeschrikt door een enorme knal, hier niet ver vandaan en snel deed ik de rest van de wast van de draad. Het waas niet veel meer een paar broeken en t-shirts nog. Het geluid van vliegtuigen kwam dichter bij. Je hoorde het wel vaker, zeker nu het oorlog was maar dit klonk anders. Ik speurde de lucht af op zoek van waar dat geluid kwam. Tot mijn ogen vielen op twee vliegtuigen, bommenwerpers! En deze hadden een rood hakenkruis op de vleugels. Het teken van de naties. Zo snel als ik kon lopen liep ik terug naar het huis en ramde de deur in. 'Naar buiten' riep ik zo hard als ik kon. Met effect want Maurice, Renee en Andrea gevolgd door Olivier liepen naar buiten. Ik leidde hun het veld op, en daar verschenen weer die vliegtuigen van de Duitsers. Ze vlogen recht boven ons hoofd. Boven al het lawaai hoorde ik een kleine 'tsss' er vielen een paar bommen van de vleugels. Even had ik het gevoel dat het recht op ons ging vallen. We bleven maar rennen en rennen zo hard als we konden. Het leek zo lang te duren. Hoe dichter de bommen kwamen hoe meer we zagen waar ze gingen landen en hoe sneller we liepen. Ze kwamen steeds dichter en dichter bij de grond. Angstig wierp ik een laatste blik op ons huis. Het volgende moment lag ik in een gracht wat verder van ons huis en hoorde we een enorme 'BAM' het is moeilijk te beschrijven hoe dat moment is, wat je denkt en voelt. Het enige wat ik me herinner is terwijl ik daar in die gracht lag, te wachten op wat ging komen mijn ogen sloot. Het geluid werd onduidelijker. Ik hoorde nog net hoe één van mijn zussen gilde. Het voelde wat als in slaap vallen. 'Slaap zacht' zei de stem van mijn moeder in mijn hoofd. En toen was ik weg.

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top