20 januari 1945

De opzichters renden heen en weer als gekken, ze keken niet meer wat de gevangenen deden, ze hielden vele boeken, mappen en andere papieren vast. De ovens draaiden overuren. Sommige zeggen dat ze informatie wilden vernietigen. Ook Tandloos en zijn zoon hebben hem gesmeerd, een paar maanden geleden zelf. We zagen de twee hun koffers inpakken en in een auto wegrijden. De lafaards, te bang om gesnapt te zijn, om getuige of dader te worden. Nu waren er maar een stuk of twintig opzichters voor een drie miljoen mensen te controleren. Al de andere hebben hem gesmeerd, naar god weet waar. Dus, kort samengevat, de Duitsers zijn zich aan het voorbereiden voor iets. Iets dat er zit aan te komen. Weer een van die Duitsers holden voor de ramen naar de ovens. Ewa was in haar nopjes, ze zei altijd het zelfde, 'de uitgang van de hel is in zicht.' Haar gezicht was helemaal mager, het leek alsof ze amper spieren had, het was letterlijk vel over been. Het deed soms zeer om haar zo te zien, maar ik zelf zag er zelf niet veel beter uit. Vermoedde ik, ik had me zelf in maanden niet meer gezien. En ik zat er ook niet bepaald op te wachten. Het mocht gedaan zijn voor mij, terug naar huis.
'Hey schoonheid,' ik keek op en zag Augustin aankomen. Ik glimlachte naar hem.
' ik ben geen schoonheid,' zei ik, hij lachte, een ondeugende lach, zijn ogen glommen, ook hij dacht dat de oorlog bijna gedaan was. Hij keek terug naar buiten en toen naar mij, hij nam mijn hand vast en trok me recht. Hij kwam vanachter de tafel tevoorschijn, hij stond zo dicht, zo dicht dat ik alleen in dromen had durven denken, maar nu was het echt, hij was echt. Zijn handen gleden over mijn graag magere heupen en buik,'Lisa, naar waar ga je als de oorlog gedaan is?' Vroeg hij, ik keek recht in zijn ogen, er zat iets achter, hij voerde iets in zijn schild, dit was niet een gewone vraag.
'Eh.. ik weet niet, vast naar Lion, naar mijn moeder.' Antwoordde ik. Hij glimlachte. Het was een glimlach van vreugde.
'Mag ik met je mee? Mag ik je overal achtervolgen? Gewoon om bij jou te zijn?' Dit had hij geoefend, zeker weten.' Tot de dood onze wegen scheiden?'
'Vraag het nu! Onnozelaar!' Schreeuwde Ewa, hij keek haar aan en glimlachte, hij vestigde zijn blik terug op mij. Hij zakte door zijn knieën een typische huwelijks aanzoek houding. Ik sloeg mijn hand voor mijn mond. Dit kon niet wilde hij echt....?
'Lisa Driessens, wil je mijn vriendin zijn? En mijn toekomstige vrouw?' Er prikten tranen in mijn ogen, moeizaam knikte ik, ik nam zijn hand vast en zei:'Ja,ja Augustin De la Porte, ik wil je vriendin zijn.' Ewa en de rest van de kamer barste in juichen uit. Iedereen klapte in zijn handen. Hij vloog rond mijn nek en kuste mijn wang. Het was warm, en had een veilig gevoel. Precies zoals ik me had voorgesteld, de warmte verspreide zich over mijn lichaam. Hij stopte toen we een enorme knal hoorde en een deel van ons dak inzakte, er vielen stenen en stukken houd naar beneden, een steen viel met een misselijkmakende smak op een meisje die net net op tijd kon wegglippen. Ze viel op de grond en kwam niet meer recht, de rest van de groep kwamen aan onze kant staan. Augustin nam me stevig vast, ik drukte mijn gezicht in zijn warme borst. Angstig keek iedereen naar het dak, grote scheuren verspreiden zich over de hele oppervlakte. Weer een knal, weer een dak viel naar beneden, deze keer was het dichter bij de haard.
'Ewa! Probeer de deur open te krijgen!' Ewa liep naar de deur en nam de deurknop vast. Ze trok en duwde alsof har leven er vanaf ging. Uiteindelijk nam ze een stuk metaal en sloeg ze de ramen stuk.
'We gaan hier dood!' Hoorde ik iemand jammeren. Ewa wees naar het stuk geslagen raam, alsof ze wilde zeggen,'de deur ging niet, bij het raam heb je tenminste een uitweg.'
Augustin knikte, Ewa probeerde als eerste door het raam te geraken, ze sneed haar handen aan de stukken glas die waren blijven zitten, het glas kleurde rood maar Ewa leek het niet door te hebben. Ze was aan de andere kant, met een grote opluchting. Plots hoorden we nog verschuivende balken. We keken op en zagen de scheur deze kant op komen, hij was groot, en de ruimte tussen de twee delen was redelijk diep. Het plafond kon ieder moment inzakken. Augustin duwde me naar het raam toe.
'Klim!' Schreeuwde hij. Ik knikte en zette me voet op de verwarming die net onder het ram stond, al betwijfel ik of die veel had aan gelegen. Ik reikte mijn hand naar Ewa toe die me hield erdoor te raken, ik voelde het glas prikken in mijn been. Uiteindelijk geraakte ik erdoor. Net op tijd, want de zaal begon te paniekeren. Iedereen wilde door het raam, ze probeerden de deur en sloegen nog een raam stuk waardoor ze door glipten.
'Augustin!' Riep ik, hij wierp me een angstige blik toe toen hij achteruit werd geduwd door de menigte.
'Augustin!' Riep ik nog eens, tevergeefs, hij was al dieper in het gebouw en we konden hem niet meer zien door de vele vrouwen die de ramen uit puilden, ze probeerden er met drie of vier tegelijk door te raken. Ik keek naar binnen maar zag hem nergens, het geluid dat toen volgde zal ik nooit meer vergeten, het klonk alsof er een touw los schoot, iedereen begon te gillen en het hele dak stortte in, de geluiden van schreeuwen doofden en er kwam een stof wolk vrij. Degene die door het raam konden klimmen keken vol afschuw naar degene die nog binnen lagen, het stof bereikte ook ons en ik moest hoesten. Het kon niet waar zijn, ik had net een vriendje en nu is ie dood, net als Andrea, en Renee, of Maurice die ik ben verloren, Augustin wilde me eerst niet vertellen hoe mijn zus was overleden maar uiteindelijk had hij het gedaan.

-'augustin?'
-'ja?'
-'wil je me vertellen hoe Andrea is gestorven?'
Hij knikte, en ging wat rechter zitten tegen de muur.
-'we hebben een tijdje naast elkaar gelopen, ze vertelde me hoe het was in geluwe, in de zomer, met de krieken, ze wist vast dat ze ging sterven, ik moest buiten wachten toen zijn zoon de meisjes naar binnen bracht, ze........' hij zuchte,' ze is verbrand, ze hebben haar in de oven gestoken. Het laatste wat ze zei tegen me, haar laatste woorden waren:' zorg goed voor Lisa, wil je? Laat haar niet hetzelfde lot overkomen als het mijne, bescherm haar met je leven.'' Hij keek me aan maar ik gaf geen kik. Ik wist dat Augustin het ging doen.

En dat heeft hij nu ook gedaan. Ik keek naar de grond en liet een traan over mijn wang bungelen. Toen ik hoorde dat Ewa naar adem hapte keek ik op en zag hem staan, hij stond daar, een halve meter van me verwijderd, onder het stof en het bloed. Hij was toch niet dood.' Augustin..' zei ik bijna fluisteren. Hij opende zijn armen en ik vloog erin.'hoe...' mompelde ik in zijn oor.
'Toen het dak naar beneden stortte viel er iemand op me, zo heb ik de schok wat minder gekregen, toen hij gedaan was heb ik mezelf uitgegraven en door het andere raam geklommen, ik zag je wenen en ik ben meteen gekomen.' Ik glimlachte en nam hem nog beter vast. Hij opende zijn ogen en stotterde iets verschrikt uit, hij nam mijn arm beet en die van Ewa en trok ons mee achter het gebouw.
'Wa.....' maar hij sloeg zijn hand voor mijn mond. En het antwoord kwam, iedereen liep weg en voel een paar meter verder dood neer in de aarde onder het geluid van een machine geweer. Ook Ewa keek verschrikt naar het bloed bad. Toen de opzichter onze kant uitkeek, doken we snel terug tegen de muur, maar het was te laat. Hij had ons gezien en kwam met grote passen op ons af, we konden weg lopen maar dat had geen zin.
'guten Tag und auf Wiedersehen,' mompelde hij, hij richte op ons. Ik sloot mijn ogen en drukte mijn neus in Augustin zijn hemd. We gingen samen sterven, gelukkig. Bye mama, dank je voor de vele liefde dat je me hebt gegeven, bye papa, dank je voor de vele hulp dat je me hebt gegeven, Dankje Jenny, voor de leuke dagen. En hallo,Renee, Andrea en Maurice, ik zal me bij jullie voegen. Ik maakte me klaar voor de kogel. Het geluid kwam, maar geen pijn, zo was het dus om te sterven. Ik ben in de hemel, dacht ik, tot ik mijn ogen opende en zag dat ik nog steeds in het kamp was, de opzichter die op ons richte lag nu dood voor onze voeten, zijn vestje was doorweekt met bloed. De greep om me geen van Augustin verslapte. Er kwam iemand aan, zijn schaduw verraadde het. We maakten ons klaar om  toch naar die hemel te gaan toen we iemand zagen met zijn geweer in de lucht, hij glimlachte. Het geweer viel op de grond en nu herkende ik hem, de Hollandse opzichter. Die waar ik een vest voor moest maken. Hij glimlachte naar ons,'ik denk dat jullie maar eens naar huis gaan voor het hier erger word,' zei hij.

'Ben je er klaar voor?' Vroeg Augustin. Ik voelde de warmte van hem af stralen. Met drie onder en doek in de koffer van een auto was gezellig maar ook niet erg comfortabel.
'Komaan, nu niet beginnen romantisch doen, dit is niet het moment.' Mompelde Ewa, ik en Augustin lachten, ze kon er niet echt tegen dat we zo romantisch deden, niet op zulke momenten. De Hollandse soldaat klopte even op zijn koffer, te teken dat we moesten stil zijn. De deur van de auto ging open, hij stapte in en deed de deur weer dicht. Vanuit de koffer kon je de motor goed horen draaien. De auto begon te rijden. Ik keek Ewa aan, er fonkelden lichtjes in haar ogen. We gingen weg van dit kamp, we gingen terug naar ons oude leven voor zover dat dat kon zonder zussen of broer. De auto stopte weer en het raam aan de bestuurders kant werd open gedraaid.
'Hallo Sir, Sie gehen?' Klonk een stem.
'ja, es muss sich verpflichten, es zu bekommen?' Zei de Hollander. Den, dacht ik, hij heeft ons al zo veel geholpen en ik ken nog steeds zijn naam niet. De andere stem begon te lachen.
'il k datbiedereen wird mit den Russen so dicht an der Tür verschwunden sein.' De twee mannen begonnen te lachen.
'Sie haben etwas illegal in?' Vroeg de onbekende stem weer. De Nederlandse soldaat was even stil, alsof hij nadacht.
'Nee,' zei hij tenslotte. Ik keek naar Ewa die bijna moest hoesten. Ik schudde waarschuwend mijn hoofd.'nee,' fluisterde ik.
'Hatsjie', te laat. Ik beet op mijn onder lip, hopelijk hadden ze dit niet gehoord. De smaak van bloed vulde mijn mond.
'was war das?' Vroeg de onbekende stem.
'Freilos,'mompelde de Nederlander, de auto kwam met een ruk terug in beweging en ging er als de bliksem vandoor.
We hoorden de manen van de controle nog roepen, maar het maakte niet uit, we waren al te ver, gelukkig.
'Konden jullie jullie nies niet inhouden?' Vroeg hij.
'Sorry,' mompelde Ewa. Terwijl ze met hoge snelheid hun vrijheid te gemoed reden.  Het was hun gelukt.

De zon begon al onder te gaan toen ze het station bereikten. Lisa had haar ogen uitgekeken naar de kapot geschoten dorpen en steden. Gelukkig hadden ze nog van kleren gewisseld voor ze de koffer instapten. Ze was hem enorm dankbaar dat ze nieuwe kleren aan mocht, de geur van net gewassen kleren rook zo lekker.
'Hier is jullie geld, voor een ticket,' zei de Hollandse soldaat. Hij gaf een buidel aan Augustin die dankbaar knikte. Ondanks het oorlog was had de stad nog sporen van kerstmis. Ewa nam mijn arm en trok me vooruit naar het station. Ik draaide me een laatste keer om en stopte net voor ze de straat wilde over steken.
'Mag ik nog een laatste iets vragen meneer?' Vroeg ik. Hij knikte,' hoe noemt u?'
'Klaas,' zei hij,' Klaas de Vries.' Hij lachte en Ewa trok me over straat het station in, ik keek hem na tot hij uit het zicht verdween.
We snelden naar het loket. Er zat nog een dikke dame. Ze schrok toen ze ons zag,
'Goede god, wat zijn jullie mager.' Zei ze,'we hebben veel meegemaakt mevrouw,' zei Augustin.'drie tickets naar Lion....' maar ik kon mijn zin niet afmaken.
'Twee,'verbeterde Ewa,'twee tickets naar Lion en één naar Warschau.' We keken Ewa ontredderd aan.'kom je niet met ons mee?' Vroeg ik.
Ze lachte,'ik heb nog familie in polen waar ik naartoe moet, maar ga jullie maar, denk niet aan mij, ik red me wel.'
'Maar....' probeerde ik. Maar stopte, als ze dit echt wilde dat deed ze dat maar.
'Dat is dan dertig frank, alstublieft.' We overhandigden het geld dat we van klaas gekregen hadden.' Dank u, hier zijn jullie tickets, voor Lion moet je naar perron dertien, dat is daar,' ze wees met haar balpen naar een perron dat we niet konden zien door de grote menigte.' Voor Warschau moet je naar perron vijf.' We namen de tickets en bedankten de dame. We bleven even staan toen we moesten afscheidt nemen.
'Ewa, zorg goed voor jezelf, wil je?' Ze knikte en lachte naar me. Er ging een traan over haar wang, ze veegde hel weg met de mouw van haar jas.
'Jij ook Lisa, en Augustin, kom ga maar, ik kan niet tegen afscheidt.' Ik knuffelde haar een laatste keer en liet haar toen los, ze stapte de trein op en ze verdween.
'Kom, we gaan, straks missen we onze trein nog.' Hij nam mijn hand en trok me mee naar perron dertien.
'De trein naar Lion vertrekt binnen twee minuten,' klonk de vrouw door de microfoons.' We kwamen bij de trein aan en stapten snel op, het was er allemaal zo netjes, we gingen passagiers ruimte binnen en namen plaats op de eerste zetel die we zagen. Ze waren zo zacht, bijna te zacht. Augustin zag me voelen en proberen.
'Geniet er van meisje, en slaap maar wat, je hebt het nodig, ik wek je wel als we er zijn.'
Ik knikte, ik legde le over de hele lengte van de zetel en sloot mijn ogen, het duurde niet lang voor de duisternis me overspoelde.

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top