Hoofdstuk 6-again

Mijn hele lichaam doet zeer als ik wakker wordt. Ik kijk om me heen, ik ben verplaats. Ik lig in een grot. Steunend op m'n handen, ga ik overeind. Ik loop wankel de grot uit, mijn hoofd bonkt. Hij heeft me weer verkracht. De tranen lopen alweer over mijn wangen, deze week huil ik snel vind ik. Ik zak in het zand weg. Ik ben op het strand? Vanaf hier kan ik Cair Paravel zien. Ik knijp mijn ogen dicht tegen het felle licht. Strompelend begin ik richting Cair Paravel te lopen. Ik voel me duizelig en mijn rug brandt. Met de rug van mijn hand veeg ik mijn tranen weg. Sterk zijn Susan! Dat zijn moeder die ochtend op het station toen we naar de professor vertrokken. Als ik voor de poort ben hoor ik geschreeuw, dan wordt alles zwart.

-Peter

Ik vang Susan op voor ze de grond raakt, haar jurk zit onder het bloed. Ik hap naar adem als ik rug zie, het zit

vol rode striemen en sommige bloeden nog steeds. Ik til haar op en ren naar binnen. "Lucy!" Schreeuw ik als ik naar Susan's kamer ren. Ik leg haar op haar buik en scheur haar jurk nog verder

open, zodat haar rug helemaal bloot is. "Peter!" Caspian komt hijgend de kamer in. "Is ze gevonden?" Abrupt blijft hij stil staan. "Is ze?" zegt hij zacht. "Nee, maar ze heeft wel veel bloed verloren" Caspian loopt naar het bed toe en gaat op het randje zitten. Hij kust Susan op haar hoofd. "Ik hou van je" Fluistert hij in haar oor.

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top