hoofdstuk 15-Lucy
-Lucy
Het was een week geleden dat ik Susan voor het laatst had gezien. Een week. Ik wist niet als mijn zus nog leefde of als ze dood was. Capian, Peter en Edmund hielden niet op met zoeken. Elke ochtend zag ik een troep soldaten met de jongens de poort uitrijden. Peter had een bevel gegeven dat iedere inwoner van Narnia, ook op de eilanden moesten uitkijken naar Hades. Ik mocht het kasteel niet uit, van Peter. Omdat hij bang was dat Hades mij ook zou willen. Ik zat in de bibliotheek met een boek opschoot. Maar ik las niet. Mijn gedachten dwaalde telkens af naar Susan. Het was kouder geworden de afgelopen week. Op sommige rivieren in het noorden lag al een dun laagje ijs. Zuchtend stond ik op en legde het boek weer op zijn vaste plek neer. Het was een romantisch verhaal, het was Susan's lievelingsboek. Het vuur in de haard vloog omhoog. Ik schrok op en keek naar het vuur. Ik zag Aslan zijn hoofd en hij brulde. Toen zwaaide de deur open en Aslan stond er. 'Lucy' zei hij. 'Kom kind' Ik liep naar Aslan en pakte wat manen. Hij leidde me mee naar de hoogste toren. Toen we boven waren konden we heel Narnia zien. 'Lucy' zei hij en keek me bedroefd aan. 'Wat zie je?' Ik keek naar de zee en daarna naar het bos. Maar ik zag niks bijzonders. Ik zag bomen zonder bladeren, rivieren en dorpjes. 'Narnia?' zei ik. 'Kijk beter' zei Aslan. En hij liet me naar het bos kijken. Toen zag ik het; in het midden van het bos, was het wit. Sneeuw dwarrelde daar naar beneden. 'Sneeuw' zei ik verwonderd. 'Ja' zuchtte Aslan verdrietig. 'Aslan Wat is er?' Hij niks maar hij bleef naar het stuk bos kijken waar het sneeuwde. Het was herfst, waarom sneeuwde het daar? Ik keek naar Aslan en toen weer naar het bos. Het begon daar harder te sneeuwen. 'Jades!' riep ik tegen Aslan. Hij keek naar me op en knikte. Voordat hij nog iets kon zeggen rende ik naar beneden op zoek naar Peter. 'Peter!' schreeuwde ik. En rende de troonzaal in. Ik verwachte eigenlijk niet dat hij daar zou zijn omdat hij al de hele week naar Susan aan het zoeken was. 'Peter!' riep ik weer. Peter stond voor het raam, naar de zee te kijken. Met zijn armen achter zijn rug en zijn hoofd omlaag gebogen. 'Peter' zei ik weer, dit keer rustiger. Ik liep naar hem toe en legde een hand op zijn rug. Hij draaide zich om en zijn ogen waren rood en opgezwollen. Hij had gehuild. 'Peter' zei ik weer en mijn stem brak. Hij omhelzde me en ik begon ook te huilen. Om Susan en ook om de angst om gepakt te worden door Hades. Toen ik wat rustiger werd liet ik hem los en keek hem aan. 'Peter, Aslan' Ik haalde diep adem. 'Aslan heeft me mee naar boven genomen, de hoogste toren in. Hij liet me een stuk bos zien waar het sneeuwde' Peter keek bedenkelijk. 'Ik weet waar Susan is!' Zijn ogen lichtte op toen ik dat zei. 'In het bos waar het sneeuwt' zei ik. 'Bij Jades, de heks'
A/N
Helloo people!
Bedankt voor het lezen en voten! Ga zo door! Ik hou van jullie! En comment! ik vind het leuk om te lezen wat jullie van dit verhaal vinden!
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top