Ik wordt wakker in mijn bed. Het is donker. Ik sla mijn benen over de rand van het bed en sta op. Ik loop naar het raam en sla de zware gordijnen opzij, de maan schijnt in mijn gezicht. Ik voel me zwak. Mijn vingers zijn blauw van de kou en ik voel ze amper. Hoe kan dat? Ik doe mijn ochtendjas over mijn pyjamajurk aan en pantoffels. Ik schuifel naar de deur, de gang op. Niemand te zien. Ik gooi mijn zwarte haar dat over mijn gezicht hangt naar achter. Ik loop de trap af naar de keuken. In de keuken is niemand maar de haard brand wel. Er hangt een ketel boven. Ik steek voorzichtig mijn wijsvinger in het warme mengels. Ik lik mijn vinger af; champignonsoep! Mijn lievelings. Ik pak een bord en een lepel en schep mijn bord vol soep en ga aan de keukentafel zitten. Ik eet mijn soep slurpend op, ik heb z'n honger alsof ik een week niet heb gegeten. Ik kijk naar buiten en zie de maan op de golven schijnen. Door het licht van de maan ziet de zee er heel anders uit. Ik sluip door de keukendeur naar buiten en begin te rennen naar het strand. Zodra ik beneden ben schop ik mijn pantoffels uit. Ik ga tot mijn enkels in het water staan. Ik doe mijn ogen dicht en blijf zo even staan, totdat iemand een hand op mijn schouders legt. Ik maak een sprongetje van de schrik. Ik denk Caspian of Peter te zien als ik me omdraai maar het is de jongen van het strand. "Uwe majesteit" zegt hij. "Wat doet u buiten in de kou?"

Ik ben opeens al dat plechtige gedoe helemaal zat! "Susan" zeg ik. "Sorry wat zei u?"

"Noem me alstu-alsjeblieft Susan voor één keer" Hij knikt een paar keer. "Oké Susan, ik ben Woda"

"Woda?"

"Woda, ik kom uit een land van over de zee" Ik denk na wel land hij bedoelt maar het komt één twee drie niet in me op. "Oké Woda, wat doe je dan in Narnia?"

"Ik wilde de koningin zien waarover iedereen het heeft"

"Lucy natuurlijk" zeg ik en grijns. Luus is mijn kleine zusje en een geweldige koningin voor haar land, dat zegt ze ook over mij maar ik weet dat zij beter is. "Nee, jouw" zegt Woda en buigt zich naar voren om te kussen.