"It's time to go!!!!!!!!!"
Gil ik door de gangen.

"Does rustig jij! Heb je weer een suikerkick?" Vraagt mijn broer. "Nee... tuurlijk wel! Suiker is lekkerrr!"

Ik vergeef mijn vader dat ik niemand mee mag nemen. Ik ben altijd druk.

"Wie neem jij mee Dylanlientje?" Vraag ik aan hem. "Ik heet gewoon Dylan. Ik neem mijn brombeer plop mee." Zegt hij triomfantelijk. "Nee!! Ff eerlijk!" Roep ik. "Oké ik neem Troy mee." Mijn ogen worden groot.

"Niet dié Troy!" Schreeuw ik.

"Hall- o....." Troy staat ineens stil.

"Jij.."
"Jij."

"Je hebt nooit verteld dat deze glitterkneus jou zusje is." Hij kijkt mij boos aan. "Gromm."

"Nee klopt." Zegt Dylan. "Kom we moeten naar de auto." Troy loopt snel naar de auto. We hebben een vijf zit auto. Oké het is een unitastische auto, maar raad eens wie er achterin in het midden mag gaan zitten?

"Deze unicorn hierro!" Roep ik boos.

"Wat is er schat?" Vraagt mijn moeder. "Niks. Alleen dan ik niet naast die stomme brombeer wil zitten."

"Mijn naam is Troy." Zegt hij terwijl hij voorbij loopt. "Hmm!!!" Bromde ik. "En volgens mij ben jij een brombeer." Plaagt hij. "Ik ben diep van binnen een grote magische glitter eenhoorn." Ik stap in de auto.

Onderweg krijgen we een cupcake. Ik kies een blauwe cupcake met een eenhoorn erop. Dylan kiest een neutrale cupcake vanille en Troy kiest een groene cupcake met een trolletje erop.

"Past precies bij je." Zeg ik. Hij kijkt uit het raam en negeert mij.
"Waarom negeer je mij? Hebben mijn eenhoorns je weer chagrijnig gemaakt?" Nog steeds negeert hij mij. "Oké ja dus. Pff brombeer."

*

We rijden een stukje bos in. "Pap we gaan toch niet in tenten slapen?" Vraag ik. "Nee we hebben twee campers. Een mannen camper en één voor de vrouwen." Hij stopt.

"Yes! Eenhoorntastisch!!!" Ik ren uit de auto. "Wat is dit? Als tenten de nieuwe campers zijn neem ik een eenhoorntrip naar huis." Zeg ik. "Ik maakte ook maar een geintje over de campers." Iedereen stapt uit de auto.

"Ben ik hiervoor meegegaan?" Fluistert Troy in Dylans oor. "Nee. Je bent meegegaan voor mij gozer." Hij geeft hem een klop op zijn schouders. "Had ik nou maar chips meegenomen." Zegt hij balend. "Hoezo chips brombeer?" Vraag ik. "Gewoon. Is lekker. En ik heet Troy."

Je vind hem leuk.

Hem ook al?

Nee hem vind je diep van binnen echt leuk. Ook al haat je hem.

Nee. Nee....

Ja.. ja!

Ik praat niet meer met jou. Jij praat onzin hoofd.

Oké probeer maar.

..

Vind je eenhoorns ook zo leuk?

Ja dat weet je toch!

Zie je. Lukt je niet.

Shitt!

Ik loop naar de grootste tent die er is. "Geclaimd!! Ik heb genoeg ruimte nodig voor mij en mijn eenhoorns!!" Roep ik. "Dacht het niet!" Roept Dylan. "Nee!!! Juul!!" Jij gaat in deze tent." Mijn ogen springen spontaan uit mijn hoofd. "Het is een roze tent.." Zeg ik geshockeerd. "Speciaal voor jou en je nep eenhoorns." Zegt Troy.

"Wat zei jij?"

Pak hem!

"Had je niet moeten zeggen Troy." Zegt Dylan. "Waarom niet?" Hij kijkt mij aan. Mijn hoofd is zo rood als een tomaat. "Hahahahahahaa." Lacht hij. "Haal die dikke grijns van je brombeerface af!" Roep ik. "Wow nu ben ik bang." Hij loopt weg.

Ren achter hem aan!

Misschien heeft hij wel gelijk..

Ben je gek?!!

Ja ik ben inderdaad gek. Ik begin op hem af te rennen en spring op zijn rug. "Aaahh!" Gilt hij. "Je bent net godzilla." Lach ik. Ik sla hem in zijn buik. "Jij bent raar." Zegt hij. "Zeg dat nog eens o-"
"Of wat?" Onderbreekt hij me. "Jij bent raar."