Deel 5
"Mag ik je kussen?"
Mag ik je kussen.
Mag ik je kussen.
Mag ik je kussen.
"Sorry, ik had het niet moeten vragen. Sorry, ik zit alles ongemakkelijk te maken." Zei hij terwijl hij iets meer afstand tussen de twee bracht en Lucy haar hand uitstak richting zijn wang.
"Sorry, het is gewoon... erg lang geleden dat iemand me zoiets gevraagd heeft.." mompelde ze waarna hij zwak glimlachte. "Sorry." Zei hij terwijl hij een hand door zijn haar haalde. Lucy's hand was nog steeds op zijn wang en ze maakte de afstand tussen de twee weer kleiner.
"Mag ik jou kussen?" Vroeg ze zacht. James wist niet precies wat er daarna gebeurde maar op de een of andere manier belandden zijn lippen op de hare en viel hij achterover op het bed, Lucy vlak naast hem. Zonder de kus te breken draaide hij op zijn zij en trok hij Lucy dichterbij met zijn hand die op haar rug was geplaatst.
Lucy's hand was verstrikt in zijn haar geraakt, de andere die nog steeds op zijn wang was zakte naar beneden en hield hem bij zijn nek vast.
Lucy wist hoelang het had geduurd, maar na een tijdje braken ze beiden buiten adem weg. James staarde haar overdonderd maar vrolijk aan, hij opende zijn mond om iets te zeggen maar er kwam niets uit. Lucy glimlachte en bewoog zacht haar hand door zijn haar.
"Dit is heel stom." Zei ze zacht waarna James fronste en haar vragend aankeek. "Dit," ze wees op hij twee, "is stom. Jij gaat voor kerst terug naar weet ik veel waar-" "de Noordpool" "-juist. En dan blijf ik hier alleen achter. Ik bedenk op de een of andere manier altijd in mijn hoofd om de meeste onbereikbare mensen te willen daten." Zei ze terwijl James' glimlach verdween en hij zijn hand over haar wang bewoog.
"Hé, ik ga niet weg. Geen zorgen, ik blijf hier zolang als mogelijk oké?" Zei hij waarop Lucy haar hoofd schudde. "Dat kan je nu wel zeggen, maar voor kerst ben jij thuis." Zei ze terwijl James zuchtte.
Ze had gelijk.
Ze had gelijk en James wilde niet dat ze gelijk had.
Hij wilde niet terug.
Hij wilde hier blijven, met Lucy, voor haar zorgen en met haar leven. De rest van zijn leven.
Maar dat kon niet.
Ze wisten beide dat het niet kon, maar de fantasie was oh zo mooi.
Misschien als James het verklootte mocht hij hier blijven.
Misschien.
~~
Of misschien niet.
20 december brak aan.
Lucy, James en Sirius leefde nu alle drie bij Regulus en Alex. Alhoewel, Sirius leefde zo goed als bij Remus.
Lucy vond het bizar hoe snel de twee verliefd waren geworden, maar ze waren gemaakt voor elkaar. Ze wist het zeker.
Lucy lag nog half te slapen toen James de reserve slaapkamer binnenliep, een rode brief in zijn handen. Ze keek hem slaperig aan en hij glimlachte zonder blijdschap. "Goeiemorgen Luce." Zei hij terwijl Lucy fronste. "Wat is er James?" Vroeg ze terwijl hij naast haar op het bed ging zitten en Lucy het adres op de brief las.
"Oh." Zei ze zacht waarna James haar de brief aangaf en Lucy hem opende. Ze las hem door en James' gezichtsuitdrukking werd verdrietig naarmate Lucy's gezicht veranderde door de inhoud van de brief.
"Ik zei het." Was het enige wat ze na een tijdje stilte zei. Ze keek hem aan, maar James had zijn blik op de vloer gericht.
Hij kon haar niet aankijken.
Niet nu.
"Ik moet vanavond weg, Sirius ook. Misschien zie je ons wel weer op kerst." Zei hij waarna een verdrietige lach Lucy's mond verliet. "Ja en dan ben je een heel jaar weg. Ik ga niet een relatie met iemand hebben die ik een keer per jaar zie James." Zei ze terwijl James richting haar keek, tranen in zijn ogen.
"Waarom moet dit nou weer met ons gebeuren? Vinden we een keer iemand die we echt leuk vinden, worden we uit elkaar gerukt het moment dat het meer begint te worden." Zei hij waarop Lucy instemde en haar schouders ophaalde. "Sommigen noemen dat juiste persoon verkeerde tijd." Zei ze zacht waarna James haar voorzichtig dichterbij trok en zijn voorhoofd tegen de hare liet rusten.
"Kom met me mee." Zei hij waarop Lucy hem verbaasd aankeek. "Wat?" Vroeg ze. Ze wilde zeker weten of ze hem juist had gehoord. "Kom met me mee. Mee naar de noordpool. Dan kunnen we daar een huis voor je kopen, of bouwen. Dan kan je daar wonen, vrienden kunnen ook mee." Zei hij waarop Lucy haar hoofd zacht schudde en afstand tussen de twee bracht.
"Nee. Ik kan niet zomaar weg." Zei ze waarna hij fronste. "Waarom niet?" Vroeg hij terwijl Lucy zuchtte. "Ik heb hier mijn hele leven gewoond. Ik kan niet zomaar weggaan en alles achterlaten." Ze hoopte dat James haar kon begrijpen, vanaf haar kant kon kijken en kon begrijpen waarom ze niet zomaar weg kon gaan.
Dat deed hij dus niet.
"Waarom niet? Buitenom je vrienden heb je toch niets meer hier?" Vroeg hij waarop Lucy zuchtte. "Nee, maar dat betekent niet dat de plek geen emotionele waarde heeft." Zei ze terwijl James haar vragend aankeek. "Maar je bent uit je huis gezet, je hebt geen baan meer, je zeurt iedere dag dat je de mensen hier haat, wat houdt je nou tegen?" Vroeg hij terwijl Lucy zuchtte.
"Je snapt het niet James. Ik kan het uitleggen maar het gaat niet helpen en heeft daarom dus weinig nut. Buitenom dat denk ik ook niet dat je familie erop staat te wachten dat je een van je vriendinnetjes meeneemt naar de Noordpool alleen omdat je nog niet klaar was om haar achter te laten." Zei ze waarna James stilviel.
Ze had ergens een punt.
Zijn vader en moeder waren thuis helemaal weg van een roodharige elf met groene ogen. Lily. Ze was een aantal keer uitgenodigd door zijn moeder om te komen blijven eten en zij en James konden het erg goed met elkaar vinden als ze geen ruzie hadden.
Hij was blij dat zijn vader en moeder het idee van trouwen voordat je kerstman werd al hadden losgelaten, maar ze probeerde hem nog steeds te matchen met alles en iedereen.
"Lucy, ik snap je wel, maar ik heb nog nooit zoveel voor iemand gevoeld. Misschien ken ik je inderdaad pas net, maar ik ben bereid om mijn lot over te laten aan iemand anders om bij je te blijven omdat ik voel dat we bij elkaar horen." Zei hij terwijl Lucy hem aanstaarde en fronste.
"Ik wist niet dat de kerstman zo hopeloos romantisch kon zijn." Zei ze waarna hij grinnikte en zijn hand over haar wang liet glijden. "Ik hou van je Lucy." Zei hij waarna hij zijn lippen op de hare drukte en Lucy hem volgde in de beweging. Zijn lippen waren warmer als die van Lucy, maar het was duidelijk dat Lucy meer ervaring had gehad als hem.
Toen ze wegbraken waren ze beiden buiten adem. James keek Lucy aan met een domme glimlach op zijn gezicht en liet zijn hand voorzichtig langs haar wang glijden.
"Ga mee Lucy. Alsjeblieft." Zei hij zacht waarna Lucy verontschuldigend glimlachte en zacht haar hoofd schudde. "Sorry James. Ik ben niet klaar ervoor om zover weg te verhuizen."
~~~
A/N: :(
Hoofdstuk drie voor vandaag!
Helaas moet ik nu even stoppen want ik moet andere dingen gaan doen van m'n ma (zucht).
Dus dit was het weer, tot hopelijk strakjes!
Groetjes Caya! 1253 woorden.
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top