XVI

GENEVIÈVE LIET HAAR vingers langzaam door Blanches lange, blonde haren glijden, terwijl ze naar het kunstige plafond van het hemelbed keek waar ze daarvoor naar verplaatst waren.

Het hing vol stof en spinnenwebben, het hout was op sommige plaatsen verrot en vergaan en het geheel was in geen tijden meer schoongemaakt, maar het toonde desalniettemin een prachtig kunstwerk van ineengevlochten bloemen en klimop, met een heldere poel in het midden. Als een wonderlijke zomerdag in het bos, voor eeuwig vastgelegd op het ruwe hout en omsloten met satijnen doeken die als watervallen naar beneden vielen. Het was een stilleven dat zo echt leek dat ze al een aantal keer haar arm had uitgestrekt om het aan te raken, totdat ze zich bedacht had dat het enkel een schildering was, en de beweging tot niets zou leiden.

Tussen de half-verduisterende gordijnen die om het hemelbed gedrapeerd waren, afgesloten van de rest van de kamer, de rest van het kasteel, bevonden ze zich in een cocon van vredige rust. Blanches hoofd rustte op Genevièves naakte borst en het meisje sliep, ook al was het midden op de dag. Ze had haar arm over haar heen gedrapeerd. Af en toe bewoon ze een beetje, waardoor Geneviève zich opnieuw bewust werd van Blanches naakte huid tegen die van haarzelf, wat vervolgens veelal een prettige rilling over haar ruggengraat deed lopen.

Ze glimlachte terwijl ze terugdacht aan alles wat gebeurd was sinds ze de kamer binnen waren gestapt. Het was onwennig geweest, ietwat ongemakkelijk aan het begin, maar dat was snel weggeëbd en niet lang daarna was het zinderend op een manier die ze nog niet meegemaakt had.

Ze waren begonnen op de vloer, waar enkel een stekelig vloerkleed hen scheidde van de steenkoude grond, maar waren al snel verplaatst naar het ruime bed, weggedreven door de bijtende winterkou die in de ongebruikte kamer niet verdreven werd door een knapperend vuur in de open haard. Blanche was onder de warme deken al snel in slaap gevallen, nadat ze beiden hun hoogtepunt bereikt hadden, maar Geneviève was dat niet gelukt.

Een mengeling van tegenstrijdige gevoelens roerden zich in haar binnenste en hoewel ze zich gelukkig en fijn voelde met Blanche warm naast zich en ze de blijdschap van die ochtend nog altijd niet verloren had, kon ze het gevoel niet van zich afschudden dat ze Florie bedrogen had. Ze hadden nooit specifieke afspraken gemaakt, hadden dat met het oog op Flories toekomst ook nooit nodig gehad, maar ergens knaagde het schuldgevoel nu ze zo intiem was geweest met een ander, terwijl ze dat altijd bewaarde voor Florence.

Ze vervloekte zichzelf inwendig en zuchtte diep. Ze was pas vier dagen weg uit Saint-Charnoît en het was niet zo dat ze nooit langer dan dat hoefde te wachten. Haar momenten met Florie waren eerder een zeldzaamheid geweest, maar nu had ze zich toch na vier dagen al laten gaan. Nu had ze de enige persoon die haast alles van haar wist, die haast alles met haar gedeeld had, bedrogen.

Het schuldgevoel dempte de fijne emoties die door haar lijf vloeiden en bedrukten de sfeer, hoewel ze van ieder moment met Blanche had genoten en het, ondanks haar mengeling van schuld en schaamte, niet terug wilde draaien. Het was ook niet zozeer dat hun intieme moment ooit het kasteel zou verlaten – niets van de dingen die in het kasteel gebeurden, bereikten Saint-Charnoît – en het was dan ook enkel haar eigen gevoel dat haar ellendig liet voelen. Het was niet zo dat Florie ooit van haar en Blanche zou weten, zolang ze er niets over zo vertellen, al hielp de gedachte dat ze zoiets groots voor het meisje moest verzwijgen evenmin.

Ze liet haar hoofd achterover op het kussen zakken en zuchtte een tweede keer. De hele week was tot nu toe een mengeling van tegenstrijdige gevoelens geweest en ze had zich niet eerder zo emotioneel gevoeld. Het was vermoeiend en vervelend, maar ze wist niet hoe ze het kon verhelpen en hoe meer ze haar best leek te doen om de normale dagen op te pakken en zich niets aan te trekken van de storm van gedachten die in haar binnenste raasde, hoe erger het werd.

Terwijl ze piekerend haar ogen nogmaals over het kunstwerk op het hemelbed liet glijden, werd Blanche wakker. Ze tilde haar hoofd op een keek Geneviève met een scheve grijns en een vrolijke twinkeling in haar ogen aan. Op het moment dat zij die vrolijkheid echter niet beantwoordde, ging Blanche overeind zitten en maakte de grijns op haar gezicht plaats voor een bedrukte frons.

'Viève?' begon ze nerveus, terwijl ze haar hand uitstrekte om Genevièves gezicht aan te raken, maar zich halverwege bedacht en haar arm weer terugtrok. 'Is er iets? Heb ik iets verkeerds gedaan? Heb je – heb je er spijt van?'

Met een ruk ging ook Geneviève overeind zitten, waarna ze Blanches handen in de hare nam en haar hoofd schudde. 'Nee, natuurlijk niet,' antwoordde ze snel, het meisje aankijkend in de hoop haar woorden kracht bij te zetten, zodat ze het zou geloven. 'Echt niet, anders had ik het je wel gezegd. Dat zweer ik.'

Ze fronste en liet haar blik even afdwalen door de kamer, niet goed wetend hoe ze haar gedachtes moest verwoorden. Blanche keek minder gepanikeerd, maar ze begreep het duidelijk vooralsnog niet, en de frons die tussen haar wenkbrauwen was ontstaan, zat er nog steeds. Het feit dat ze zich nu om Blanche en Florie zorgen moest maken, liet haar bijna moedeloos worden, en ze zuchtte diep.

'Het is alleen zo dat ik dit al die tijd met iemand anders gedeeld heb,' probeerde ze langzaam, 'en het feit dat jij dat nu ineens bent, is enorm... verwarrend. Op een goede manier, maar het is even wennen.'

De nerveuze blik smolt van Blanches gezicht af, en na een diepe zucht geslaakt te hebben, nestelde ze zich opnieuw tegen Geneviève aan en trok de deken tot op haar neus omhoog. 'Gelukkig maar,' mompelde ze zachtjes. 'Ik begon me al zorgen te maken.'

Geneviève grijnsde een halfslachtige glimlach en liet zich iets dieper in de zachte kussen zakken, met haar hand nog altijd over Blanches haren strijkend.

'Is ze dezelfde van een paar jaar geleden? Van de geruchten die het kasteel toen bereikten?' vroeg ze, haar adem kietelend tegen Genevièves buik.

'Nee,' antwoordde ze hoofdschuddend , met de vingers van haar andere hand gedachteloos cirkels tekenend op Blanches rug, haar verbazing over het feit dat het nieuws het kasteel bereikt had wegdrukkend. 'Pater d'Amboise maakte er zijn levensdoel van om ervoor te zorgen dat het met haar eenmalig was. Maar alles wat er toen gebeurde, heeft er uiteindelijk wel toe geleid dat ik Florie heb leren kennen. Van het een kwam het ander, en dat is sindsdien altijd zo gebleven.'

Het was de kortste, meest nietszeggende samenvatting die ze kon geven van alles wat ze met Florie was en had, maar het meisje leek het te begrijpen.

Blanche knikte en keek haar kort vanonder haar wimpers aan. 'Zijn jullie samen? Openlijk samen, bedoel ik dan.'

Geneviève schudde haar hoofd, zuchtte eenmaal diep. 'Niemand in Saint-Charnoît zou dat ooit accepteren, daarvoor zouden we dit hele hertogdom moeten ontvluchten.'

'Waarom doe je dat dan niet gewoon?' vroeg Blanche, waarna ze kort overeind ging zitten en Geneviève vragend aankeek, alsof het de simpelste oplossing betrof die er maar kon zijn. 'Als dat je wens is en die van Florie, wat houd je dan tegen?'

'Wil je me weg hebben, Blanche?' antwoordde ze grinnikend, het meisje kort wat strakker tegen zich aantrekkend om een zachte kus op haar kruin te drukken. 'Wat vervelend. Dat had je wel eerder mogen zeggen.'

Het meisje draaide om en keek haar recht aan met een bedenkelijke blik in haar blauwe ogen, totdat ze de spottende grijns op Genevièves gezicht zag, en grijnsde. 'Je bent werkelijk ongelooflijk, jij idioot. Natuurlijk niet. Het klinkt alleen alsof je het niet eens als serieuze optie overwogen hebt, en dat is op alle mogelijke manieren ongelooflijk stom wanneer jullie werkelijk genoeg om elkaar geven om samen te willen blijven.'

'Het ligt allemaal iets moeilijker dan dat, ben ik bang.' Geneviève zuchtte en draaide ondertussen met haar vingers in lome cirkels over de blote rug van Blanche. 'Florie is al jaren beloofd aan een Schotse familie. Met haar Saint-Charnoît verlaten, zou mijn dood betekenen.'

Blanches schouders verstrakten, waarna ze omhoogkwam en Geneviève met een half-geopende mond ongelovig aankeek. 'Je gaat me niet vertellen dat we het nu niet over een Florie, maar over Florence hebben, toch? De aanstaande bruid van Victor Rousseau?' stamelde ze, waarna ze in een hikkende lach uitbarstte op het moment dat Geneviève lichtjes knikte.

'Mijn hemel, de hertog laat haast alles afhangen van dat huwelijk, en hij heeft versterkte banden met de Rousseaus nodig.' Blanche hikte van het lachen, ademde diep in, voordat ze nogmaals in een proestende lachbui uitbarstte.

'Jullie kennen Florence hier in het kasteel?' vroeg Geneviève, haar ondertussen aan haar schouders schuddend in de hoop dat ze zou stoppen met lachen en haar vraag zou beantwoorden.

Blanche vond de situatie duidelijk hilarisch, maar Geneviève had er een slecht gevoel bij.

Daarop schudde Blanche haar hoofd. 'Niet Florence persoonlijk, natuurlijk, maar wel de Schotse maagd van Saint-Charnoît,' antwoordde ze hikkend, waarna ze Geneviève met een rood aangelopen hoofd aankeek en opnieuw begon te lachen. 'Die nu, als ik het goed begrijp, helemaal geen maagd meer is. Mijn hemel, Viève, jij lokt onheil naar je toe als vliegen naar een lijk.'

Na die opmerking schoot ze opnieuw in de lach, maar Geneviève voelde de paniek door haar aderen razen. Ze had er nooit een goed gevoel bij gehad, maar haar kostbare momenten met Florie hadden die onrust altijd weten te overstemmen. Nu ze wist hoeveel er werkelijk van het huwelijk afhing, voelde ze zich vreselijk ellendig – omdat ze het nooit zo gewild had, maar vooral omdat Florie nooit de moeite had genomen om het te vertellen.

'Merde.' Ze vloekte luid en sloeg haar handen rond haar gezicht, waarna ze een zucht slaakte en Blanche wanhopig aankeek. Ze voelde haar wangen warm worden onder haar vingers. 'Je mag het niemand vertellen, hoor je me? Niemand. Anders ben ik dood voor de volgende zonsopgang.'

Ze wist dat Blanche dat ongetwijfeld niet zou doen, maar ze moest het zeggen; al was het maar om haar eigen gemoedsrust enigszins te kalmeren.

'Rustig maar,' antwoordde ze daarop sussend, een zachte kus op Genevièves sleutelbeen drukkend, 'ik vertel het niemand. Het is enkel erg geestig, dat van alle inwoners van Saint-Charnoît, je het voor elkaar krijgt precies de verkeerde uit te zoeken. Dat moet jij toch ook met me eens zijn, niet?'

'Lach maar,' antwoordde Geneviève zuur, 'dit maakt alles nog een stuk gecompliceerder. En alles was al zo moeilijk.'

Daarop grinnikte Blanche kort, waarna ze haar lippen voor een moment op die van Geneviève drukte, zich daarna van haar losmaakte en haar nog even aankeek. 'Zou jouw leven niet verschrikkelijk eentonig zijn wanneer het altijd precies zou verlopen zoals je het zou willen?'

'Ik zou tenminste niet hoeven te vrezen voor de dood, en mensen zouden een minder grote hekel aan me hebben,' antwoordde Geneviève mokkend, met haar armen voor haar borst over elkaar geslagen. Haar lippen tintelden en ze moest de neiging bedwingen om het meisje nogmaals naar zich toe te trekken. Ze had een vermoeden dat Blanche het niet erg zou vinden, maar Florie bleef in haar hoofd rondspoken en ze zou zich om die reden toch niet helemaal kunnen ontspannen, wat alles enkel erger zou maken dan hoe het al was.

Plots rommelde haar maag en ze herinnerde zich dat ze vanaf de avond ervoor niet meer gegeten had. Blanche hoorde het ook, schoot in een hikkende lach en legde daarna met een sluwe grijns haar oor tegen Genevièves buik, net onder haar ribbenkast. Geneviève schoot in de lach op het moment dat haar maag een tweede keer luid rommelde.

'Honger?' hintte Blanche met een grote grijns op haar gezicht.

'Vreselijk,' beaamde ze, waarna ze aanstalten maakte om onder de warme dekens uit te stappen en zich aan te kleden.

Voordat ze haar benen over de rand van het bed had kunnen zwaaien, had Blanche haar pols echter vastgegrepen en er een kleine ruk aan gegeven. 'Nu naar de keuken gaan, lijkt me niet zo handig, Viève,' zei ze, haar wenkbrauwen samengeknepen tot een serieuze frons, waarna ze haar hoofd schudde en wenkte dat ze terug tussen de lakens moest kruipen. Haar geamuseerde uitdrukking van even daarvoor was van haar gezicht gesmolten en had plaats gemaakt voor een berustende blik, pogend te voorkomen dat Geneviève op zou staan.

'Maar ik heb honger.'

Blanche glimlachte lichtjes, maar perste daarna haar lippen opeen en wendde haar blik kort af.

'Camille is vandaag begraven, Geneviève,' antwoordde ze serieus, haar ondertussen berustend aankijkend. 'Het wemelt in het kasteel van leden van andere families en verschillende mensen uit de parochie. Uit Saint-Charnoît, voornamelijk. De meesten weten dat je hier ergens in het kasteel bent, maar veel zijn er nog altijd van overtuigd dat jij haar vermoord hebt. Jezelf nu laten zien, gaat het niet beter maken. Het is beter als je even uit het zicht blijft.' Ze zuchtte en pakte haar handen vast, waarna ze er zacht een kneepje in gaf.

'Vanavond, hoogstens morgen, zijn ze allemaal weer verdwenen, maar je kunt nu even niet gezien worden. Als je iets wilt eten, kan ik het voor je halen, maar zelf kun je niet gaan.' Blanche keek haar doordringend aan, kneep nog eenmaal zacht in haar vingers, maar liet daarna haar handen los.

Geneviève knikte en liet zich achterover in het kussen vallen. Haar knorrende maag was op slag verdwenen en ze kon niets anders doen dan aan Camille denken, wiens levenloze lichaam nu in de barre kou in een donkere kist de vochtige grond in zou verdwijnen. Ze kon zich niet voorstellen hoe de hertog zich moest voelen, nu hij afscheid moest nemen van zijn jongste dochter en dat moest doen te midden van mensen met wie hij het moment ongetwijfeld niet wenste te delen.

De week sinds Camilles dood was als een waas aan haar voorbij gegaan en de afgelopen dagen had ze geen moment meer aan haar gedacht – ze had het te druk gehad met andere dingen – maar nu Blanche er weer over begon, kon ze het afgetobde gezicht van hertog d'Amboise en het uiteengereten lijk van Camille zonder moeite weer voor de geest halen.

Een rilling trok over haar ruggengraat bij de gedachte dat hij zijn dochter begroef terwijl zij gevreeën had met Blanche en ze walgde van de achteloosheid waarmee ze haar leven leefde, totdat een andere, idiote gedachte zich in haar hoofd manifesteerde en haar gedachten overnam

'Wist jij het?' vroeg ze aan Blanche, het meisje scherp aankijkend.

Haar ogen verwijdden zich even vragend, voordat ze fronste en vertwijfeld knikte. 'Als je je afvraagt of ik wist dat de begrafenis vandaag plaats zou vinden, dan ja. Natuurlijk. Het is geen staatsgeheim.'

'Dat bedoel ik niet,' antwoordde Geneviève hoofdschuddend, 'wist je dat toen je me die weddenschap voorstelde?'

'Ik weet sinds het moment dat Camille gevonden werd dat ze vandaag begraven zou worden,' zei Blanche, 'maar ik snap niet waar je heen wilt? Wat bedoel je?'

Geïrriteerd trok Geneviève haar pols los uit Blanches greep en sloeg haar armen over elkaar. 'Ik bedoel dat ik sterk het gevoel krijg dat deze hele ochtend, alles wat er tot nu toe gebeurd is, niets anders blijkt te zijn dan een goedkope afleiding van zaken die anderen als te confronterend voor mij beschouwen.'

Ze stapte uit bed, raapte haar kleding bijeen en begon zich rap aan te kleden. De koude lucht beet in haar naakte huid, maar Blanches brandende ogen in haar rug waren nog veel ongemakkelijker. Zodra de tintelende spanning uit een vertrek verdwenen was, bleven er altijd niets anders dan twee naakte lijven over, en Geneviève kon het niet helpen dat ze dat moment, zelfs na al die tijd, nog ongemakkelijk vond.

Het idee dat zich gevormd had was te idioot voor woorden, maar het klopte te goed in haar hoofd, was te logisch dat ze niet in staat was het los te laten.

Blanche bleef een moment star op bed zitten, maar kwam daarna in beweging en drentelde om Geneviève heen, pogend haar bij haar schouders vast te pakken.

'Wil je nu zeggen dat je bang bent dat dit alles niet met oprechte bedoelingen was?' vroeg ze ongelovig, 'denk je dat dat werkelijk de bedoeling was? Om je van de begrafenis weg te houden door met je naar bed te gaan? God, Viève, ben je helemaal gestoord?'

Geneviève griste haar laatste spullen bijeen en knikte. Ze voelde de tranen achter haar ogen brandden, maar ze vertikte het om daadwerkelijk te gaan huilen in Blanches bijzijn.

Ze wist niet goed waarom ze plots zo van streek was, zo wantrouwig, maar ze voelde zich op een of andere manier gebruikt. Het feit dat Blanche wellicht de behoefte had gevoeld om haar af te leiden van de begrafenis en de bedrijvigheid in het kasteel stak al vreselijk, maar in haar ogen was seks niet de enige of meest geschikte manier om dat te bewerkstelligen.

Het liet haar voelen alsof hun intieme moment niets waard was, alsof alles eraan nep was geweest en Blanches acties telkens goed uitpakten, met het gewenste resultaat.

Voor een kort moment bedacht ze zich dat het nog wel eens het werk van de hertog geweest kon zijn, maar die gedachte maakte haar zo misselijk dat ze deze snel wegdrukte.

Blanche probeerde haar nogmaals vergeefs vast te grijpen, ondertussen smekend haar woorden herhalend in de hoop Geneviève van haar oprechtheid te overtuigen, maar het deerde niet.

Zonder nog een woord te zeggen stormde Geneviève de kamer uit, haar zicht troebel door de waas van tranen in haar ogen, en snelde ze zich een weg door het kasteel naar haar eigen kamer.

Pas toen ze deze gevonden had, naar binnen was gegaan en de deur achter zich op slot had gedaan, stond ze zichzelf toe ineen te zakken tegen de houten deur en haar tranen de vrije loop te laten.

***

Gotta love some drama, zo nu en dan <3

Geneviève is verder emotioneel gezien zo stabiel is als een pier. En ze maakt het zichzelf weer heerlijk moelijk (as usual).

Verder heb ik over twee uur een tentamen (dus ripme)

Toedels!

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top