V I E

Heayy, (als je dit alleen leest voor Also elves need love, scroll dan naar beneden).

Hoe gaat het met jullie?
Goed? Mooi.
Met mij ook, lief dat je het vraagt.

Jullie kennen vast allemaal Alatáriël wel.
De mooiste elf van Midden Aarde.
Ghehehe. Geintje.

MAARR.

Onze Alatáriël is beroemd!
Ze is een V I E, Verry Important Elf.
Jaja, hoe orgineel ^,^.

Ze komt nu al in drie boeken voor :^)). Mijnes natuurlijk.
Maar ook in die van DaniqueKaplan ennn ook in die van OrlandoBloomFan4ever .

En omdat Alatáriël nu zo bekend is ben ik gepromoveerd tot haar maneger. Jaja ;^)).

Eigenlijk heb ik niet echt meer te vertellen dus hier onder komt ook een deel van Also elves need love.

003 • De Zwarte Ruiters

'Wat zijn jullie aan het doen?'
Merry en Pippin blijven op een open plek staan en halen hun spullen uit de babage.
'Wij gaan ontbijten'.

'Ontbijten? Jullie hebben net ontbijt achter jullie kiezen' zeg ik verontwaardigd.

'Maar het tweede ontbijt dan?' Vraagt Pippin.
'Ik denk niet dat ze dat hier kennen Pip' zegt Merry tegen Pippin.
'en het tussendoortje? Thee tijd, dat kennen ze toch wel?'.

Hoofdschuddend loop ik door, 'Hobbits'.
Aragorn kijkt mij grijnzend aan, hij werpt twee appels naar achteren en duwt er ook een in mijn handen.
'Het tweede ontbijt'.

•••

'Getver! Wat is die lucht?'
Merry kijkt met een vies gezicht om zich heen.

'Zo te ruiken ligt er een moeras op ons pad' zegt Aragorn.

'Ugh, ik haat moerassen'.
Ik trek snuivend mijn neus op, wat een stinklucht.

'Ik dacht dat Elfen overal makkelijk overheen konden lopen' zegt Sam.

'Dat kunnen ze ook, maar Elfen zijn niet bestendig voor de muggen die daar vliegen. Ze prikken je waar ze kunnen'. Vertel ik hem.

Nee, zoals ik voorspeld had was de tocht door het moeras niet erg prettig.
De muggen hebben genoeg bloed voor een jaar verzameld, ze bleven maar prikken.
Aragorn en ik hebben Merry twee keer uit het moeras moeten trekken en Bill wilde op een gegeven moment geen stap meer verder zetten. Wij hebben hem door het moeras moet slepen.
De Hobbits liggen nu doodop te slapen en Bill staat tevreden op een stuk appel te kauwen.

'Wat doe je?' Aragorn dooft het vuur met wat water.

'Ik zie geen reden om het vuur aan te houden' zegt Aragorn.

Ik slik, 'het jaagt de wilde dieren weg' mijn stem trilt.

Aragorn begint te grijnzen, 'jij bent bang in het donker!'

'Nee, helemaal niet' zeg ik verdedigend.

'Jawel, ik zie het aan je ogen'.

Ik snuif, 'het zal wel'.

Aragorn grinnikt, 'jij zou ook nooit iets toegeven hé'.

Een lach siert mijn lippen, 'waarschijnlijk niet'.

Na een tijdje klinkt er een zachtjes gesnurk van rechts, Aragorn ligt tegen een boom te slapen.

Nu houd ik dus in mijn eentje de wacht, overdag had dit nog zo'n mooie plek geleken. Het was een perfecte ronde open plek, de bomen waren lekker hoog dus als we een vuurtje zouden maken waren de rookwolken niet te zien.

Nu daarentegen lijkt deze plek wel te rond, te perfect. De bomen maken enge schaduwen en de hoogte van de bomen houd het maanlicht tegen. Het is pikkedonker. Aragorn had gelijk.

Ik speur met mijn ogen het bos af, ik zie niks en ook mijn oren vangen geen signaal op. Toch voelt het alsof ik bekeken word. De hele nacht heb ik geen rust, bij elk mini geluidje wat waarschijnlijk 10 kilometer hier vandaan is, schrik ik op.
Pas als de zon zich voor de maan verruilt kan ik opgelucht adem halen en ontspannen.

•••

'Dit was de toren van Amon Sûl, hier zullen wij overnachten.' Aragorn stapt naar voren en de Hobbits volgen hem.
Ik werp nog een blik achterom en loop dan achter de jongens aan. Ik heb geen goed gevoel bij deze plek, we zouden hier niet moeten overnachten maar de Hobbits kunnen niet verder helaas.

De Hobbits stallen hun spullen uit en kruipen al snel in hun slaapzak.
Na een tijdje bewegen de borsten bijna synchroon op en neer, de Hobbits zijn in een diepe slaap.

Vermoeid wrijf ik het slaap uit mijn ogen, als we bij Rivendell zijn aangekomen ga ik niet eerder weg voordat ik minstens twaalf uur geslapen heb.

Plots staat Aragorn op, ik kijk hem vragend aan.
'Ik ga de buurt verkennen, blijf dicht bij de Hobbits zij vertrouwen jou'.

'Maar strider, wat als er iets gebeurd?'
Deze plek voelt nog steeds niet goed, en ik voel mij een stuk veiliger met Aragorn in de buurt.

'Ik ga niet lang weg.'
Met die woorden stapt Aragorn de duisternis in.

Met trillende benen loop ik terug naar de Hobbits.
Ik ga zitten en laat mijn hoofd in mijn handen rusten, ik zucht diep en sta dan weer op.

Ik haal mijn boog van mijn rug en houd hem stevig vast, voor het geval dát.

Mijn ogen speuren over de heuvels van de weertop, het voelt niet goed hier. Helemaal niet goed.

Ik sta een beetje in het duister te staren als zachte 'klik klak' geluidjes mijn oren vullen.
Zeven zwarte stipjes verschijnen onder de weertop.

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top