AENL
Here komes anoter deel bekause I em to swiet for joellie.
008 • Alatáriël
Het felle zonlicht schijnt door het raam en prikt irritant in mijn ogen. Even weet ik niet waar ik ben, sinds wanneer had ik zo'n zacht bed? Dan voel ik de ring om mijn wijsvinger weer. Ik weet het weer, en het was helaas geen boze droom.
Ik sla mijn benen over de bedrand en kijk de prachtige kamer rond, de grote kamer is zeshoekig en heeft een groot balkon dat uitkijkt over de kleurrijke tuinen van Rivendell. De kamer is licht, de muren zijn wit.
Schuin tegenover mijn grote tweepersoonsbed staat een antieke kaptafel, er staan geurtjes op het tafeltje en er liggen allerlei verschillende soorten borstels en kammen. En een briefje.
Ik kijk alweer verder rond in de prachtige kamer als ik besef wat ik net zag, een briefje.
Ik kijk weer terug naar de kaptafel, het briefje ligt er nog steeds.
Het perkament is opgerold en er is een rood lint omheen gebonden.
Ik spring van het bed en loop nieuwsgierig naar de kaptafel.
Voorzichtig trek ik het rode lint van het opgerolde perkament.
Ik rol het perkament uit en bestudeer de brief.
Met een blik op het perkament weet ik al gelijk van wie de brief is, er is maar eén iemand die met zulke krullen kan schrijven. Mama.
Lieve Alatáriël,
Als jij dit leest ben ik niet meer in Rivendell. Gisteravond kwam ik langs in jou kamer maar jij sliep. Ik wilde jou niet wekken, ik zag hoe het verdriet en de zorgen jou schoonheid hadden aangetast, ik zag hoe de druk op jou schouders rustte. Jij hebt deze taak op jou genomen en zo veranderde jij, van een onschuldige zorgeloze elf naar een prachtig wijze elf.
Ik ben trots op jou.
Ik ben nu op weg naar de Onsterfelijke Landen, vluchtend voor de last die ik niet meer kan dragen, ik ben zwak.
Lieverd onthoud, wat jij ook tegen mij zegt ik hou van je en dat zal nooit veranderen.
Mama.
Ik merk niet dat de brief tussen mijn vinger door glijd en met een zachte plof op het tafeltje valt. Ik merk niet dat mijn zoute tranen de letters van de brief onleesbaar maken.
En ik merk ook niet dat er iemand na een zachte klop de kamer binnenkomt.
Twee armen nemen mij mee naar het bed en trekken mij tegen zich aan.
Ik kijk omhoog en zie de grijze vertrouwde kijkers van Aragorn.
Ik leg mijn hoofd tegen zijn borst en luister naar zijn constante hartslag.
'Alatáriël wat is er?'
Its a little bit kort maar weetje wat ik dan zeg.
Kort maar krachtig
Jaja.
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top