VI.

Meisje uit het rood,
Je hebt het touw vast,
Je klimt omhoog,
Uit de put van depressie.

Langzaam wordt het beter,
Langzaam kom je omhoog.
Je bent bang en uitgeput,
Maar gaat door.

Meisje uit het rood,
Luister niet naar wat ze zeggen,
Over jou.
Ze kennen je niet.

Ik pak je hand,
En leidt je door het duister.
Het is donker,
Maar je kan altijd sterren zien.

Onthoud dat meisje uit het rood,
Ondanks dat de nacht zo zwart is,
Een donkere deken,
Zal er altijd licht zijn.

En ondanks dat er altijd pijn,
Op de loer ligt,
Wordt je beter,
Want ik ben jouw rots in de branding.

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top