11

"Ik bedenk me net iets."

"Ik ook."

"Denk jij dan ook wat ik denk?"

"Ik denk het wel. Waar denk jij aan?"

"Dat dit gesprek nergens naar toe gaat."

"Oh, dat dacht ik eigenlijk niet."

"Wat dacht jij dan?"

"Ik heb honger."

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top