13.1 De wondergrot
Hevig knipperend en zand uit de ogen wrijvend zweefde Lily en Allawin boven de woestijn. Door hun tot spleetjes geknepen ogen zagen ze het indrukwekkende zandsculptuur dat de ingang van de wondergrot vormde naderen.
Allawin zette de landing in en Lily voelde ze zich plots enorm klein toen ze opkeek naar het sculptuur in plaats van er van de verten naar omlaag te kijken. Het had de kop van een enorme hamster met bollen wangen en ogen zo groot als sloopkopgels.
Allawin rolde rustig het kleedje op en ging naast haar staan. 'En nu?' vroeg Lily terwijl het hamsterhoofd bewegingsloos in het zand bleef liggen. Ergens wachtte ze op het voorbij rollen van tuimelkruid alsof ze in een slechte cowboy film zat.
'Je moet 'm boos maken.' fluisterde Allawin.
Lily ging alle beledigingen af die ze tegen een groot hamsterhoofd zou kunnen zeggen maar kwam al snel tot te conclusie dat hamsters veel te schattig waren om er iets beledigends over te kunnen zeggen. Ze keek naar Allawin, die hopelijk bekwamer was in het beledigen van hamsters.
Hij schraapte zijn keel en Lily keek vol verwachting toe. 'Hallo, Jumbo.' zei Allawin zonder enige spot of hatelijkheid. Ja, de hamster was groot, zeker voor een hamster, maar dat was toch nauwelijks een belediging te noemen. Lily voelde haar hersens kraken terwijl ze op zoek was naar het juiste sprookje. Zou het iets met Dombo te maken hebben? Die heette toch Jumbo voor ze hem Dombo noemden? Misschien was dat de juiste belediging. Lily wilde Allawin net verbeteren en "Hallo, Dombo!" roepen toen de hamsterbek plots opende.
Een verbazingwekkend hoog stemmetje steeg op uit de keel van het zandsculptuur. 'De naam is Heijn, Albert Heijn.' reageerde hij knorrig. Net als de bij de hamster viel nu ook Lily's mond open. Ze wist wel dat het een sprookje was dat Albert Heijn voordelig was, zelfs tijdens de hamsterweken. Ze had echter niet gedacht dat ze het daarmee zelfs tot sprookjesland zouden schoppen.
'Excuses Heijn, we komen voor de toverlamp.' vervolgde Allawin.
'Oh, die is in de actie deze week. Een halen, twee betalen! Kom binnen.' piepte het hamsterhoofd.
Allawin liep naar binnen en Lily liep hem aarzelend achter na. 'Waar betalen we precies mee?' vroeg ze toen ze angstig in het rond keek.
De hamsterbek sloot zich en plots was het stikdonker. Angstig zocht Lily de hand van Allawin maar vond hem niet. Er volgende een sissend geluid en Lily zag Allawin's hoofd in de schemering van een fakkel. Lily wist niet of zijn pupillen groot waren van de duisternis, of zijn ogen groot van angst. 'Lily, pas op!' riep hij. Plots bewogen twee enorme gouden winkelpoortjes haar kant op en duwde haar dieper de grot in.
Lily wilde teruglopen maar de poortjes gaven niet mee. 'Kruip er onder door!' commandeerde Allawin haastig. Maar een honderdtal aan hamsters versperde haar de weg. Op dit moment kon Lily wel duizend nare opmerkingen over hamsters bedenken want op een of andere manier maakte het niet uit wat voor dier het was, als het in een veelvoud was oogde alles als een kriebelige muizenplaag.
'Slechts een mag binnentreden hier. Een met schoonheid van binnen en buiten. Een diamant.' spraken de hamsters in koor en de grond zakte weg onder Lily's voeten en ze stortte de diept in.
'Denk er aan, Lily! Je moet alle andere verleidingen weerstaan!' hoorde ze Allawin nog in de verte roepen terwijl zij een gil uitslaakte. Ze kende het sprookje. Ze had nooit begrepen wat mensen zo geweldig vonden aan juwelen en goud. Dit kon zij met twee vingers in haar neus. 'Komt goed, Allawin! Maak je geen zorgen!'
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top