11.2 Knibbel, Knabbel, Knuisje
En terwijl de twee vijanden elkaars hand schudde bedacht Alladin zich dat hij het wel kon schudde. Hij had moeten weten dat die oude dame wel een beetje te graag die drie kinderen onder haar hoeden wilde nemen. Maar hij had geen keus gehad, met drie kinderen zat hij aan huis gekluisterd, en hij had niet eens een huis.
Het snoephuisje kwam al in het zicht. Het verontruste hem rook uit de schoorsteen te zien komen. Lily had hem verteld dat ze haar oven opwarmde om de kinderen in te bakken. In het sprookje wisten de kinderen echter te ontsnappen door de heks in de oven te duwen, en dat was Allawin dan ook van plan.
Aarzelend liep Allawin haar tuintje binnen. Jellybeans kraakte onder zijn voeten en bleven aan zijn schoenen plakken. Tot zijn schrik zag hij twee kindjes achter tralies in het schuurtje naast haar huisje zitten. Lily had gelijk. Maar waar was de derde?
Door het hartvormige raampje in de deur gluurde hij naar binnen. Haar hele huisje zag er zo onschuldig uit dat hij zich nooit had kunnen indenken dat hij een van de drie kinderen met handen en benen aan elkaar geknoopt en een appel in zijn mond aan zou treffen op de eettafel voor de oven.
Gelukkig zag hij er nog ongeroosterd uit. Wat nu? Bedacht Allawin zich. Als hij zou aankloppen zou de heks de deur nooit opendoen. Inbreken kon hij echter als de beste, maar die drie babies die konden krijsen als speenvarkens zouden direct verraden.
Allawin's ogen gleden weer naar het kleintje dat op tafel lag met een appel in zijn mond. Nu pas realiseerde hij dat hij stil was. Dat was het!
Allawin schepte zijn zakken vol jellybeans en forseerde het slot van het schuurtje. Snel voerde hij de kinderen jellybeans zodat ze stil waren. Hij wist wel dat het geen verantwoord voedsel was voor zo'n kleintje, maar het hield ze letterlijk zoek.
Daarna propte hij de kinderen in zijn broekzakken. Lily had wederom gelijk, zijn broekzakken waren werkelijk flink! Het was hem nooit eerder opgevallen, maar hij was maar wat blij dat hij ze had.
Vervolgens sloop Allawin naar de voordeur, hij greep een lange tak, stak zijn hand door het kattenluikje in de voordeur en duwde met de tak tegen de haak op de deur. Piepend opende de deur, maar heks merkte niets, ze stond met haar kromme rug gebogen over het aanrecht uien te snijden.
Plots begon een van de kleintje te krijsen. 'Alle baklava!' Bromde Alladin geschrokken. Had ze nou al zijn hele zak vol Jellybeans leeg gegeten? Snel trok hij een lolly van de muur en stak hem in zijn broekzak.
'Knibbel, knabbel of knuisje, wie knabbelt er aan mijn huisje?' kraakte de stem van de vrouw. 'Ik weet dat jij het niet bent Knabbeltje, want jou ga ik zo lekker oppeuzelen!' Haar ogen schoten naar de tafel waar Allawin nu met de baby, die ze kennelijk Knabbel had genoemt in zijn handen stond.
Allawin streek zijn haar nonchalant achter zijn oor. 'Hey, mevrouwtje, leuk u weer te zien!' Bracht hij nerveus uit.
Zijn ogen gleden over het lichaam van de vrouw. Ze was oud en had een kromme rug, maar verder leek ze niet op een heks. Ze had geen bezemsteel, geen puntmuts, geen toverstok, en in haar keuken was niet een vreemd toverdrankje te vinden.
Misschien had Lily toch niet volledig gelijk gehad. Ja, deze vrouw at kinderen, maar dat maakte haar nog geen heks, ze was een kannibaal! Een verdomd oude kannibaal die hij met twee vingers in zijn neus aan zou kunnen.
Hij stoof naar voren terwijl de oude vrouw hulpeloos gilde. Hij tilde haar van de grond en gooide haar in de oven. Hij klopte zijn handen uit. 'Nou, viel dat even mee!'
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top