Hoofdstuk 26: Jace

'Jongens?' vraagt Noël. 'Zullen we hier even stoppen?' Kyle knikt. 'Dat lijkt me een goed idee!' Hij steekt zijn duim op. Carmen giechelt. Soms vraag ik me echt af of er iets mis is met dat kind. Ik vind haar niet echt aardig. Dan gaat het eindelijk goed tussen Kyle en mij, komt zij ertussen. Ik zucht. Noël en Jules gaan naast elkaar zitten en Kyle en Carmen gaan ernaast zitten. Ik ben bang dat ik daarbij moet gaan zitten. Ik ga voorzichtig naast Kyle zitten. Hij is alweer een conversatie gestart met Carmen. Hij heeft de hele weg met haar zitten kletsen. Ik neem de moeite niet eens om het gesprek te volgen. Er wordt toch niks interessants gezegd. Afwezig staar ik voor me uit. Ergens verderop zie ik een vlinder. Hij fladdert vrolijk van bloem naar bloem. Ik rek me uit en werp een blik op Kyle. Het voelt als verraad. Hetzelfde gevoel van in de trein komt weer naar boven. Ik wil weg. Ik sta op en loop weg. Ik hoor Kyle mijn naam roepen, maar loop door. Als ik een stuk verder weg ben van het weiland waar we zitten, stop ik en ga ik zitten. Ik sla mijn armen om mijn knieën en haal diep adem. Frankrijk is een prachtig land. Zo blijf ik een hele tijd zitten. Ik zit en geniet van het uitzicht. Ik heb geen last van jaloezie. Ik ben gewoon naar het landschap aan het kijken. Totdat ik iemand hoor lopen.

Kyle komt naast me zitten. 'Hey,' zegt hij zacht. Ik antwoord niet. Waarom zou ik antwoorden? 'Sorry,' zegt hij. 'Ik verpest het weer, hè?' Ik knik. 'Ik had meer aandacht aan je moeten besteden,' zegt hij. 'Ik had niet de hele tijd met Carmen moeten praten en ik had jou niet moeten negeren.' Ik knik alweer. 'Kan het me vergeven worden?' vraagt Kyle. Ik haal mijn schouders op. Ik verbaas me er niet eens over dat dit is gebeurd. Ik had het al voorspeld. In de ochtend dacht ik echter nog dat Kyle echt veranderd was, maar helaas. Ik zwijg. Kyle gaat op zijn rug liggen en kijkt naar de lucht. 'Liefde is ingewikkeld,' mompelt hij. Ik kijk naar hem. Door de zon glinstert zijn zwarte haar. Hij heeft zijn ogen gesloten. Ik ga naast hem liggen en leg mijn hoofd op zijn schouder. 'Je bent vervelend,' mompel ik. Kyle knikt. Hij gaat met zijn hand door mijn haar. 'Ik zou er met iemand anders vandoor moeten gaan,' zeg ik aarzelend. 'Jij doet me alleen maar pijn.' Kyle zucht. 'Ik weet het. Ik ben niet echt behendig.' Ik sluit mijn ogen. Ik luister naar alle geluiden om me heen. Vogeltjes fluiten en iemand komt naar ons toe lopen. Wacht? Wie hoor ik lopen? 'Hé, jongens!' hoor ik Carmen zeggen. 'Jullie liggen close!' Kom op, Kyle! Zeg dat we een stel zijn. Zeg dat je van mij houdt en niet van haar. 'We zijn gewoon van het weer aan het genieten,' antwoordt Kyle. In gedachten vervloek ik hem. 'Mag ik tussen jullie in?' vraagt Carmen. Nee, zeg nee. 'Ja, dat mag,' antwoordt Kyle. Goddammit. Ik voel hoe Kyle opschuift en hoe Carmen naast ons gaat liggen. Ik open mijn ogen. Ze heeft zich zeer dicht bij Kyle gepositioneerd. Ik lig hier met mijn neus in haar haar. Het ruikt naar shampoo. Ze heeft haar rechterarm om zijn middel geslagen. Wat een... Ik draai me om zodat ik niet meer met mijn neus in haar haar lig. Ik zucht. Kyle is veel te naïef.

Meteen is mijn hele humeur verpest. Ik snap niet dat Kyle me dit aandoet. Ik sta op en loop naar Noël en Jules. Achter me hoor ik Carmen lachen om iets wat Kyle zegt. 'Hallo,' zeg ik als ik naast Noël kom zitten. 'Wat heeft Kyle nu weer gedaan?' zucht Noël. Ik haal mijn schouders op. 'Waarom kan hij niet gewoon samen met jou zijn?' vraagt hij. 'Hoe bedoel je?' zeg ik snel. 'Jullie hebben het toch best gezellig met elkaar?' antwoordt hij. Ik knik. 'Als vrienden dan.' Noël trekt zijn wenkbrauwen op. 'Wat jij wilt. Je mag natuurlijk altijd bij ons zitten. Geen probleem.' Ik glimlach. 'Dankjewel Noël.' Ik luister naar de conversatie tussen Jules en Noël. Het lijkt serieus tussen hen te zijn. Ik had niet gedacht dat dat zo zou zijn. Ik ga liggen en sluit mijn ogen. Kyle heeft genoeg kansen gehad. Hij heeft het gewoon helemaal verpest. Toch mis ik zijn zachte lippen. Het leven is te ingewikkeld. Ik voel hoe iemand naast me komt liggen. Ik open een oog en zie Jules naast me liggen. 'Hallo,' zegt Jules en hij knipoogt. Ik glimlach. 'Wanneer gaan we terug?' vraag ik. Hij haalt zijn schouders op. 'Wanneer we daar zin in hebben,' lacht hij. Ik knik en sluit mijn ogen weer.

Na een uurtje wordt er op mijn schouder getikt. Ik open de ogen en kijk recht in het gezicht van Noël. 'Zullen we weer gaan?' vraagt hij. Ik knik en kom overeind. Ik zie dat Kyle en Carmen ook net aan komen lopen. Ze hebben elkaars handen vast. Ik voel een steek van jaloezie in mijn buik. Ik doe net alsof ik ze niet zie en kijk vastberaden naar de grond. Ik pak mijn spullen in en doe mijn rugzak op mijn rug. Ik kijk naar Noël. 'Gaan we?' vraag ik. Hij knikt. We beginnen te lopen. Iedereen loopt naast iemand behalve ik. Ik loop alleen. We lopen voor een tijdje, maar dan stoppen we. 'Weten jullie waar we heen moeten?' vraagt Jules. Ik haal mijn schouders op. Ik heb niet echt opgelet op de heenweg. 'Zijn we verdwaald?' klaagt Kyle. 'Ik denk het wel,' antwoordt Jules. Kyle zucht overdreven. 'En nu?' vraagt Carmen. 'We moeten de weg terugvinden,' zegt Jules. 'Dat gaat niet zo makkelijk, hè!' reageert ze boos. 'Rustig aan!' zegt Jules. Ik ga tegen een boom zitten. Dit gaat nog wel een tijdje duren. 'Ik ben rustig,' bijt Carmen Jules toe. 'Schreeuw dan niet!' antwoordt hij. Ze kijkt hem woedend aan. 'Laat maar gewoon. Hoe gaan we dit oplossen?' Hij haalt zijn schouders op. 'Hebben we hier ergens een kaart?' vraagt hij. Noël rommelt in zijn rugzak en haalt er een kaart uit. 'Dankjewel,' antwoordt Jules. Hij tuurt ingespannen naar de kaart. Plots voel ik dat iemand naar me kijken. En inderdaad, Kyle staart me aan. Ik kijk hem niet aan. Ik voel zijn ogen in me prikken. Wat probeert hij te bereiken? Ik kijk naar Jules. Hij lijkt nu gevonden te hebben waar we staan. In ieder geval, dat hoop ik maar.

~~~~~

Ik weet niet echt meer wat ik van mijn verhaal moet vinden. De update van volgende week kan iets later komen.

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top