15. De juiste ledematen

Nick

Ik was moe toen ik wakker werd. Mijn spieren deden pijn van het matje waar ik op had moeten liggen. Rillend taste ik in het rond op zoek naar mijn trui. De zachte stof werd al snel door mijn vingers gevonden en ik wurmde me er in. Mijn ogen zwierven even naar de persoon naast mij. Avi lag er en even dacht ik dat ik niet wakker was gemaakt voor mijn wacht. 

De seconde erna herinnerde ik mijn gesprek met Redmar en realiseerde ik me ook dat ik zachtjes moest zijn als ik de tent ging verlaten. Avi had de vorige wacht gehad. Langzaam kwam ik overeind, geeuwde in mijn hand en wreef een keer over mijn gezicht voor ik opstond. Buiten de tent was het kouder dan erbinnen en ik wreef een paar keer snel over mijn armen. Het kleine beetje zon wat er al was deed niet veel tegen de wolkjes die uit mijn mond kwamen en de ochternddauw die aan mijn voeten begon te plakken.

'Goede morgen,' zei een kalme stem. Ik ving twee rode ogen die gevuld met het zonlicht leken te zijn en ik gaf een glimlach als begroeting terug.

'Is er iets warms te drinken?' vroeg ik nog met de slaap diep in mijn stem. 'Het lijkt wel winter.'

'Herfst is nooit te voorspellen,' zei Redmar en hij had net gebaard naar een stomende pot op onze kleine kookplaat. 'Misschien dat je voor een volgende missie ergens heen moet waar geen seizoenen zijn.'

'Geen slecht idee,' zei ik en ik was blij even later iets warms in te kunnen schenken. Even later pakte ik een stoeltje, klapte die naast die van hem uit en nam plaats. Rillend legde ik mijn handen om mijn mok en ademde gelukzalig uit. Ik sloot mijn ogen even en ik merkte dat ik zo weer in slaap kon vallen. 

Het enige probleem was dat we werk te doen hadden vandaag. Het was geen gezellige kampeertrip. Er werd verwacht dat we met goede resultaten terug zouden komen en monster ledematen hadden die we konden gebruiken om de wapenmaker op te roepen. Ik had het al zo vaak in mijn hoofd herhaald, maar ik vertrouwde nog steed niet helemaal dat dit de oplossing zou zijn. 

Hoe zou het oproepen van hen met monster delen hen ook echt naar ons toe brengen? Was er niet juist een reden dat hen onvindbaar was? Ik zuchtte en ik blies mijn vers gezette thee in. Daarna gingen mijn ogen naar degene naast me. Hij keek het bos in, maar mijn ogen bleven even aan zijn haar plakken dat leek te glimmen in het ochtend licht. Er leken krullen in te zitten die ik nog niet eerder bij hem had gezien.

'Je problemen nog niet weg geslapen?' vroeg Redmar mij en liet mij mijn blik verplaatsen van zijn haar naar zijn ogen. Ik schudde mijn hoofd.

'Ging het maar zo makkelijk,' zei ik. 'Heb jij nog wel goed weten te slapen?'

'Wat... te weinig,' zei hij. 'Maar dat heb ik helemaal aan mijzelf te danken.'

'Die nachten ken ik. Als je er iets over kwijt wil luister ik graag,' zei ik en ik keek naar de bomen voor ons. Drie groene ogen verschenen voor een tel brandend in de schduwen en ik verstevigde mijn grip op mijn mok. 'Zag jij dat ook?'

'Ja,' zei Redmar, stond op en haalde in een flits een van zijn wapens tevoorschijn. 'Maak de rest wakker. Ik zorg dat die niet ons kamp afbrandt.' Ik knikte en ik zette met een kleine teleurstelling mijn mok warmte in mijn stoel. Hopelijk zou het nog warm zijn na we het monster af hadden gemaakt.

'Wat?' kreunde Jayka toen ik haar en Killian wakker maakte.

'Problemen,' zei ik.

'Kan je dat niet zelf oplossen,' zei Killian en hij draaide zich nog een keer om. Jayka daarentegen kwam gelukkig overeind. Haar ogen waren nog klein, maar wel vastberaden.

'Maak Avi wakker,' zei ze.

'Was ik al van plan,' zei ik.

'Waar is Redmar?'

'Het monster aan het afleiden.'

'Goed, ik denk dat hij mijn hulp dan wel kan gebruiken.' Ze pakte haar wapens en verliet in rappe passen de tent. Nog een keer keek ik naar Killian, maar ik besloot dat ik eerst Avi wakker zou proberen te maken voor ik aan die klus zou beginnen. Avi was duidelijk ook niet al te makkelijk en ik moest een keer aan haar schouder schudden voor er een teken van leven gaf.

'Nee,' mompelde ze.

'Ja, eruit komen,' zei ik lichtelijk gefrustreerd, ik kon niet twee Killians hebben.

'Wat?' vroeg ze nu wat verward en haar ogen gingen open.

'Er is een monster,' zei ik wat vermoeid en ze kwam langzaam overeind.

'Je maakt geen grap toch?' vroeg ze toen ze in haar ogen wreef.

'Nee.' Ze staarde me een paar seconden aan terwijl ik toe keek hoe de woorden langzaam tot haar door begonnen te dringen.

'Oh... Oh!' Opeens was ze overeind en ze gooide haar deken van zich af. 'Waar liggen mijn wapens?'

'Daar,' zei ik en wees naar haar hakmes en geweer in de hoek. Ze knikte, trok in een sneltreinvaart haar schoenen aan en pakte haar beide wapens om daarna de tent ermee uit te rennen. Ik besloot nog een keer een kijkje bij Killian te nemen, maar toen ik zag dat hij nog steed niet uit bed was, pakte ik mijn zwaarden en ik verliet de tent ook.

De iviet die ik net in de verte had gezien had de bosrand bereikt en het schoot in meerdere uitbarstingen zijn licht vlammend achter Redmar aan die steeds net niet door geraakt werd. Met Jayka en Avi er nu ook bij, kon ik duidelijk zien wie er een snelheidscontract hadden en wie niet. 

Dit liet me bijna niet in de buurt van het monster willen komen. Ook was ik bang dat ik meer problemen zou veroorzaken dan er nu waren. Ik wilde niet dat Redmar we weer aan de kant moest trekken. Een stemmetje achterin mijn hoofd zei dat ik niet zo moest denken en ik haalde diep adem. 

Ik zou een groter blok aan hun benen zijn als ik hier zou blijven staan en niks zou doen. Dit liet me een stap naar voren zetten. Muziek liet ik door mijn gedachten lopen en ik kon niet laten even vals te neuriën voor ik met echt het gevecht instortte. De iviet was snel, ik weet niet wat ik anders had moeten verwachten. Die van gister was even snel geweest, even opmerkzaam als deze. 

Het enige verschil deze keer was dat ik wist wat voor monster het was. Ik wist de naam -dat was al één- en ik wist waar het op reageerde -dat was twee-. Twee dingen meer die ik wist dan gisteren. Twee dingen die mij niet op de rug van het monster zouden laten klimmen, dacht ik. Maar net zoals de vorige keer was de rug van de iviet vrij. 

Er moest toch een manier zijn dat in ons voordeel te gebruiken? Het voordeel deze keer -waarom was ik ook verbaasd- was Killian die toch nog had besloten zijn nest uit te komen. Een schot dat luider klonk dan die Avi loste en zich door de nek van de iviet boorde. 

Natuurlijk was het beest niet in een keer dood, het hoofd bungelde nog levend en wel aan draadjes van zwarte drek. Nog een schot, maar deze keer was het Avi die raak schoot. Het viel me op dat waarmee Killian ook geschoten had, dat het iets was waar de iviet duidelijk niet goed op reageerde. Een vermoeden wat door Jayka maar al te snel bevestigd werd.

'Kon je die kogels niet de vorige keer gebruiken?' vroeg ze redelijk geïrriteerd.

'Geen tijd daarvoor toen,' zei Killian. 'Dat beest is te snel.'

'We hebben het anders best rap afgehandeld voor zo'n snel beest,' zei Avi die na een paar seconden haar geweer nog op het monster gehouden te hebben besloot dat het niet meer zou bewegen door de loper naar de grond te wijzen.

'In vergelijking met gister, ja,' zei Killian. 'Oefening maakt perfectie. Of in dit geval helpt de zon ook.'

'Ik wil je hier tegenspreken, maar het stomme is dat je gelijk hebt,' zei Jayka en Killian gaf haar een vuile grijns. 'Laten we het kamp afbreken, dan kunnen we eens op zoek naar het monster dat we nodig hebben in plaats van dat we steeds deze vervelende kutmonsters belaagd worden.'

'Slecht geslapen?'

'Hoe raad je het,' zei ze. 'Al is het eerder slecht wakker geworden.'

Even later werd er koffie en thee gezet om op adem te komen, maar de spanning was nog steeds merkbaar. Waar gisteren vooral Killian en Redmar wat grimmig waren, leek vandaag iedereen extra geprikkeld. 

In stilte braken we de tent af, borgen alles weer op in compacte zakken en veegden we het pentagram uit. Jayka had een kaart erbij gepakt die ze op de grond neerlegde. Er waren specifieke gebieden waar we een grote kans hadden de juiste monsters te vinden die ze een voor een aanwees. 

Nu was het maar hopen dat die plekken niet over waren genomen door ivieten. Redmar vertelde ons dat die monsters sinds kort een probleem waren geworden. Hiervoor waren er voornamelijk vinaten en gades, monsternamen die Avi naar mij liet kijken.

'Maar goed dat die er niet meer zijn,' zei ze. 'Je zal maar weer eens opgegeten worden.'

'Herinner me er niet aan,' zei ik met een kreun.

'Niet?' vroeg Avi. 'Maar ik ben je nog steeds zo dankbaar dat je me daar in die fabriek alleen achterliet met een stel moordlustige planten.' Het sarcasme droop er af wat mij met een glimlach mijn hoofd liet schudden.

'Dat is echt niks, Avi,' kwam Killian er opeens tussen. 'Hij heeft bij mij een keer zich de hele missie achter me verscholen.'

'Hé, je zei dat het mocht,' zei ik beledigd.

'Dat kan ik me niet herinneren, maar ik moet zeggen dat ik vaak je uit allerlei situaties heb gered waarna je niet meer in staat was te helpen,' zei Killian. 'Daarnaast, sinds wanneer is jouw geheugen zo goed dat je je kan herinneren dat dat inderdaad gebeurd was of niet?' Ik deed mijn mond open er iets tegenin te brengen, maar kwam op niks.

'Ach, Redmar is er nu ook om hem uit de problemen te halen,' zei Avi.

'Ik hoorde mijn naam,' zei de genoemde onheilspellend, zijn ogen nu brandend op Avi en niet meer nadenkend op de kaart.

'En ik denken dat je in zo'n goed humeur was vandaag,' zei ze terug.

'Dat was voordat jullie wakker waren,' zei Redmar met gespannen kaken.

'Toen al?' mengde Jayka zich ertussen. 'Die van mij toen die iviet er was... Oké, misschien dat het bij mij ook redelijk vroeg was.'

'Maar wat is het plan voor nu?' vroeg ik. 'We hebben meerdere plekken om heen te kunnen.' Redmar tikte op de kaart.

'Hier heen,' zei hij. 'Hier zou een burro moeten zitten'

'En ik had net zo'n zin in meer ivieten,' zei Killian.

'Ik niet,' was het scherpe tegenantwoord.

'Het idee is,' kwam Jayka ertussen, 'dat er een paar gebieden zijn die we sowieso langs moeten gaan met de grootste kans er een te vinden.' Voor een moment staarden we met z'n allen naar de aangewezen plaatsen, wachtend op het moment dat iemand de knoop door zou hakken.

'Heeft iemand al trillingen in de grond gevoeld?' vroeg Redmar na een tijdje.

'Daarvoor was ik misschien eerder mijn bed uit gekomen,' zei Killian met een lach.

'Geloof je het zelf?' vroeg ik.

'Een goed geloof in jezelf is al het halve werk,' zei hij met een knipoog. Een knipoog waar ik gek genoeg eens niet rode wangen van kreeg. Het was vreemd, ik verwachtte het engers wel. Ik verwachtte ergens dat ik weer gevoelens voor hem zou krijgen, zeker nu hij in een betere gemoedstand was. Maar de afgelopen jaren... Ik snapte niet waarom het me zo verwarde, enkel dat het me vreemd goed liet voelen. Ik had nooit gedacht de afwezigheid van een gevoel prettig te vinden, maar hier waren we dan toch.

'Maar geen trillingen?' vroeg Redmar, geïrriteerder met de seconde terwijl hij de groep rond keek. Langzaam schudde iedereen het hoofd. 'Dan hebben we nog wat meters af te leggen.'

'Worden we gezond van,' zei Jayka en ze strekte haar benen wat.

'Alsof we al niet genoeg bewegen,' zei Avi daarop. 'Maar waar gaan we nu heen?' Redmar tikte op de kaart.

'Hier.' De beslissing was eindelijk gemaakt.

Redmar nam samen met Jayka het voortouw. Met alle opmerkingen die ik over Redmars slechte persoonlijkheid had gehoord, had ik verwacht dat hij weinig goede samenwerking zou leveren zoals veel leerlingen die een slechte reputatie met hun persoonlijkheid hadden. 

Alleen vreemd genoeg had hij geen enklele discussie met Jayka waar ze heen zouden gaan. Zij wist de locaties van de gebieden waar we moesten, waar hij in het gebied ons de weg wees via de trillingen. De trillingen die steeds sterker werden. 

Eerst snapte ik niet waar Killian het over had toen hij zei dat hij het voelde, maar nu leek het of een ellenlange trein langsreed die de grond meedogenloos door elkaar schudde. Bij het aanzwellende trillen begonnen we met het doornemen van het plan van aanpak. We verdeelden de mogelijke taken, waarbij Killian de eer kreeg de omgeving iviet vrij te houden het moment dat de burro in ons midden was.

Het landschap had de vele bomen achter zich gelaten en plaats gemaakt voor gras. Heel veel gras. De pollen schoten mijn neus in en het was moeilijk niet te niezen. Ondanks een kriebelende neus en brandende ogen merkte ik well de verschuiving van de aarde op. Dat was ook niet heel moeilijk te missen. 

Voor ons schoot de grond de lucht in en spoot het gras spoot alle kanten op. Waar ik voor een moment blij was eigenlijk te kunnen niezen zonder bang te zijn de aandacht van een verscholen monster te trekken zag ik nu op tegen onze volgende taak: de burro van kant maken. Het monster plaatste met een zware klap zijn klauw bovengronds. 

Een nieuwe golf van trillingen drukte zich de aarde door en het koste me wat moeite mijn balans te behouden. Een nieuwe klauw kwam de grond uit en nog een en nog een. Er leek geen eind aan te komen. Het monster leek enkel uit klauwen te bestaan. Klauwen die we verzamelen moesten, klauwen die er voor het grijpen waren. Toen een dozijn aan klauwen de aarde uit waren kwam er langzaam een groot log lichaam omhoog wat zich vreemd tussen alle poten draagde.

'Kom dan vieze vlerk,' hoorde ik Redmar zeggen, toen ik naar hem keek merkte ik iets vreemds in zijn hand op. Eerst dacht ik dat hij een kluit aarde had gepakt, maar het was geen gras wat erin zat eerder een wilde combinatie aan verschillende kleuren draden. 

Ik vermoedde dat het iets was om de burro mee te lokken. Links van hem gloeide Jayka's ogen paars op. Zij zou samen met Killian de enige zijn die een demon op zou roepen. Haar illusi contract zou een groot voordeel zijn terwijl, Avi, Redmar en ik bezig waren met een voor een de klauwen van de burro af te hakken. Een klus die in theorie makkelijker bleek dan in de realiteit.

'Hebben jullie wel je wapens geslepen?' hoorde ik Killian van een afstand roepen toen ik net een klauw moest ontwijken die mijn kant op kwam.

'Moet jij niet ivieten afmaken?' riep Avi terug en ze deed een sprong naar achteren om in plaats van te hakken, de burro in het hoofd te schieten. Het monster schreeuwde het uit, maar maakte daardoor wel een opening voor ons. Voor de burro het door had, lag de eerste klauw eraf. Jayka's illusies plaagde het van links en recht. 

Ik was blij dat die niet op ons afgingen. Ook Killians magie leek zich gewoon goed te gedragen. De tijdelijke angst die ik daar eerst voor had, was nu weg. Waar maakte ik me ook zorgen over? Beide waren ze meer dan capabel alles onder controle te houden, met alles bedoelde ik voornamelijk hun demonen. Hoewel ik Yee voor geen andere willen ruilen, luisterden hun demonen beter dan die van mij.

'Nick.' Redmar was plots naast me het moment dat Jayka en Avi net een nieuwe klauw aanpakten. Ik was zo gefocust geweest op te zien of er ergens al een nieuwe opening was, dat ik niet kon ontkennen dat ik was geschrokken door zijn plotselinge verschijning.

'Volgens mij beschermt het momenteel het minst de plek waar we al een klauw weggehaald hebben,' zei hij en hij wees de klauw aan die hij bedoelde. De burro was iets in de aarde teruggetrokken zag ik ondank het nog steeds enthousiast naar Avi en Jayka sloeg. 'Wat denk je van een mes in zijn rug steken?'

'Oh, goed idee,' zei ik en ik schonk hem even snel een glimlach. 'Jij linksom, ik rechtsom?' Hij knikte en voor ik het wist, was ik weer op de been. Met twee aanvallers die beide een andere kant op gingen, moest de burro kiezen welke kant op te draaien terwijl het ook nog de twee andere leerlingen op afstand moest weten te houden. 

Natuurlijk werd ik het doel van de burro, Redmar was nu eenmaal sneller. Maar dat was ook mijn redding. De klauw die mijn kant op kwam, zakte in elkaar voor het mij kon verrassen. Hierdoor, kon ik doorrennen en zelf ook een klauw -die duidelijk al meerdere keren geraakt was- van het lichaam af hakken. 

Jayka en Avi waren zeker ook succesvol. De burro had er duidelijk geen zin meer in en met de klauwen die het nog had, graafde het zich zo snel als het kon zich weer in. We lieten het monster voor gezien, want als er iets praktisch onmogelijk was, dan was het wel een burro uitgraven.

'Alk,' zei Jayka tegen haar demon. 'Sorteer de klauwen op grootte.' De demon siste ontevreden en deed met duidelijk veel tegenwerking wat hen gevraagd werd.

'Wat is het idee nu?' vroeg Avi. 'We kunnen die poten niet allemaal meenemen. Dan wordt het echt te zwaar.'

'Je wilt ons heen en weer laten gaan met onze demon, vermoed ik,' zei Redmar humeurig.

'Waar hebben we jullie anders voor,' zei Jayka vrolijk en sloeg een hand op Redmars en de andere hand of Avi's schouder. 'Gebruik je snelheid voor ons voordeel.'

'Hoe gaan we jullie dan ooit weer terug vinden? Hoe gaan we de deur ooit terugvinden?' vroeg Avi wat verward.

'Zegels,' zei Jayka met een glimlach en ze gaf zowel Avi als Redmar een klein papiertje. 'Deze,' zei ze en wees naar de zegel in Avi's hand die duidelijk in bloed getekend was, 'leid jullie terug naar mij. Die ander,' ze wees naar de andere zegel in Redmars hand die er modderig uit zag. 'leidt jullie naar de deur.'

'En we moeten alles meenemen?'

'Je bent sterk genoeg.'

'Die klauw is even groot als ik ben,' zei Avi.

'Daar gebruik je je demon voor,' zei Redmar en hij had die van hem al opgeroepen.

'Oké, oké,' zei Avi en dat moment was besloten dat we ons voor even op zouden splitsen.


Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top