5. De duisternis van een metrostation

Waarschuwing: Expliciet omschreven geweld

(als je dit hoofdstuk hierdoor niet wil lezen, maar wel verder met het verhaal kan je een opmerking achterlaten en geef ik je een samenvatting van het hoofdstuk ^^)

'Meekomen, Nick,' zei Killian en ik werd plots door hem aan mijn kraag van de bank af getrokken waar ik rustig muziek zat te luisteren.

'Hé, wacht even! Waar gaan we heen?' vroeg ik terwijl ik met onhandige bewegingen op mijn voeten kwam, omdat hij mij in een ijzeren greep vast had.

'Missie,' zei hij zonder uitleg te geven. 'We moeten in duo's en jij bent de eerste die ik zie lanterfanten.'

'Wat is er gebeurd met: Hé Nick, zin om mee te gaan op een missie?' vroeg ik terwijl ik met moeite mijn oortjes in mijn zak probeerde te proppen. 'Ik was gewoon rustig muziek aan het luisteren.' Killian liet nu -eindelijk- mijn kraag los en keek mij aan.

'Jij luistert nooit rustig muziek,' zei hij en ik wist dat hij verwees naar dat ik ten eerste mijn geluid altijd veel te hard had staan en ten tweede vaak naar een vreemde metal-rock fusion luisterde.

'Maar waar sleur je me naar toe?' Hij zei niks en gaf me enkel een grijns die me genoeg zei. 'Is het echt zo moeilijk te vertellen?'

'Nee,' zei hij. 'Maar het is leuker om je het diepe in te gooien. Volg me en je komt erachter.'

'En wat als ik je niet volg?'

'Doe je niet.' Ik deed mijn mond open om te zeggen dat ik hem het tegendeel zou bewijzen, het enige probleem dat hij gelijk had. Ik liet mijn schouders verslagen zakken. Ik kon hem niet alleen laten gaan, zeker nu De Dood had gezegd in duo's om missies te gaan. Hoe ik ook vond dat hij er op dit moment nu in mocht stikken, zou ik hem niet alleen laten gaan.

'Oké, maar het is in de stad?' vroeg ik toen we niet naar de kerkertuinen toe gingen. Daar waren deuren die leidden naar verschillende plekken die vanaf het bovengrondse huis niet te lopen waren.

'Wie weet,' zei Killian, maar liep doelgericht naar de trap die naar buiten leidde.

'Wacht,' zei ik en ik stopte met lopen. 'Ik heb mijn masker niet bij me. Of mijn wapens.' Killian liep door, maar een masker kwam plots mijn kant op gevlogen. Ik ving het met glibberende vingers en viel daarna bijna van de trap toen ook ineens mijn zwaarden en een collectie aan zielenflesjes naar mij toe kwamen. Die laatste was ik al helemaal vergeten, al kon het zijn dat ik er nog een ergens in een zak had zitten van de vorige opdracht.

'Ik had al zo'n vermoeden dat dat het geval zou zijn,' zei hij en hij zette zijn eigen schedelmasker op. Niet veel later liepen we het huis uit, de straat op. Maar Killians stilte en grijns maakte me ongeduldig.

'Zeg me dan tenminste wat voor missie het is,' zei ik.

'Een met een hoop mensen zielen.' Dat had ik kunnen verwachten, Killian was niet iemand die vrijwillig monstermissies aannam. Hij was een leerling die iets te goed ging op het nemen van anderen hun leven. Of dat een goed ding was... Het leidde vaak tot interessante discussies. Op sommige momenten hadden we zulke leerlingen nodig, op andere momenten vreesde ik voor hun mentale gesteldheid. Maar ze kregen dingen gedaan, Killian kreeg dingen gedaan en hij stond daardoor in hoog vaandel bij onze meester.

'Hoeveel is een hoop?' vroeg ik, maar zag dat Killian even afgeleid was. Ik volgde zijn blik naar een schoolgebouw en ik fronste. Zag hij een monster? Ik keek hem vragend aan tot hij terugkeek.

'Wat? Waar kijk je me voor aan?' vroeg hij, het duidelijk niet door hebben gehad dat hij mijn vraag had gemist.

'Zag je iets?' vroeg ik.

'Wie weet,' zei hij en versnelde plots zijn pas. 'Niet iets om ons zorgen over te maken. We zijn er trouwens bijna.'

'Wacht,' zei ik terwijl ik nu moeite had hem bij te houden, 'zeg me niet dat je me naar díé missie mee hebt gebracht.'

'Welke anders?' zei hij opgewekt en het metrostation kwam nu wel gevaarlijk dichtbij. Ik slikte, ik had leerlingen over deze nieuwe missie horen praten. Een tiental aan zielen die in het metrostation opgehaald moesten worden. Waarom kon ik geen monstermissies met deze roodharige maniak doen? Of missies waarbij ik het gegil gewoon niet hoefde te horen?

'Was je trouwens nog wat wijzer geworden door naar Dood Vadalin te gaan?'

'Was het maar waar,' zei Killian met een diepe zucht en haalde een hand door zijn haar. 'De leerling die het op zich zou nemen de demon van de vermoorde leerling te zoeken is nog niet terug.'

'Ik hoop niet dat dat een tweede dode leerling maakt,' zei ik en hij knikte instemmend.

'Waag het trouwens niet zo dood neer te vallen, we hebben tien zielen te verzamelen. Vijf nu, vijf voor wat later.'

'Ik zal mijn best doen, zolang jij ook niet dood neervalt,' zei ik en kreeg een grijns terug die me iets te veel gevoelens voor hem deed voelen dan goed voor me wat. 'Waarom niet alle tien zielen tegelijk eigenlijk?'

'Spaar je zielen zodat je ze later op kan halen,' zei hij en hij gaf me een bekende map aan. 'Dat zijn ze. Zorg dat ze niet ontsnappen.' Ik kreunde met tegenzin, maar prentte de gezichten zo goed in mijn hoofd als ik kon. Als ik er een miste wist ik dat Killian die voor zich zou nemen. Daarnaast zou ik Yee's hulp hebben ze te lokaliseren.

'Oké, wat is het plan verder?' vroeg ik. Killian wenkte me als antwoord een hoek om. Zijn twee demonen kwamen niet veel later als vleugels zijn schaduw, wat mij onhandig naar mijn armband liet grijpen.

'Stroom uit, jij gaat verkennen, ik los schoten en met de gezaaide paniek vallen we aan,' legde Killian uit en ik knikte terwijl ik Yee's naast me voelde verschijnen. Hen maakte oogcontact met Eeh en Mad die hun ogen versmalden bij hun aanzien.

'Ik dacht dat we van hen af waren,' zei Eeh spugend.

'Kil, waarom dwing je ons tot deze samenwerking?' vroeg Mad sissend.

'Jullie zien er ook weer goed uit,' zei Yee ongeïnteresseerd en het tweetal zweefde naar hen toe.

'Altijd beter dan jij,' zei Eeh.

'Altijd sterker dan jij,' zei Mad.

'Focus,' zei Killian scherp en de demonen waren stil. Ik merkte dat er een discussie buiten ons om gaande ging en ik keek naar Yee die leek te trillen van irritatie.

'Ik hoop dat deze opdracht ze waard is,' zei mijn demon me.

'Er staan mensenzielen op het menu.'

'Echt? Dat verbaasd me, Ni. Ik ben blij verrast.' Yee's blije grinnik echode in mijn hoofd terwijl hun ogen over de gezichten in de opdrachtenmap gingen.

'Klaar ervoor, Nick?' vroeg Killian mij en ik knikte.

'Of wacht.' Hij zuchtte diep. 'Hoe verdelen we de zielen?'

'Ligt aan waar ze zijn,' zei hij. 'Als jij de ene uitgang neemt, dan doe ik de ander. Welke zielen daar zijn dood je.'

'En als het er meer dan vijf zijn?'

'Dan laat je er een gewond leven.'

'En minder dan vijf?' Weer zuchtte Killian.

'Dan heb ik dat waarschijnlijk al gemerkt,' zei hij en haalde zijn wapens tevoorschijn om die met zilveren kogels te laden.

'Oké,' zei ik, maar merkte dat ik er niet klaar voor was. Ik moest toegeven er nooit klaar voor te zijn als het om mensenzielen ging. Hopelijk was mijn volgende opdracht niet een vergelijkbare als deze. Een voordeel was dat Yee er duidelijk wel zin in had. Ik liet me over aan hun bloedlust en drukte daarmee al mijn gevoelens naar achteren.

De lampen in het metrostation begonnen te flikkeren en het laatste wat ik zag voor ze uitgingen was Killians brede grijns. Het was donker. Een paar geschrokken en gespannen stemmen waren te horen. Ik ademde in en was van mijn plaatst. De missie was begonnen en ik maakte mijn weg door de mensenmassa met Yee op mijn huid. Hun ogen waren al de mijne geworden en ik had de rilling van hun koude aanwezigheid al doorstaan. Ik was blij nu eens niet op een bevroren dak te verkleumen.

'Daar,' zei ik Yee die de ziel zonder problemen markeerde. Niet veel later vonden we de volgende terwijl hier en daar mensen al hun mobiel als zaklamp begonnen te gebruiken. Ik had er drie gevonden toen ik de schoten hoorde. Onbewust neuriede ik een kalmerend nummer in mijn hoofd terwijl ik mijn zwaarden uit de schede haalde.

'Iedereen op de grond!' bulderde Killians stem over het gegil heen. 'Iedereen op de grond zei ik.' Een schot en een gil. Het eerste slachtoffer was gemaakt, de tweede volgde snel. Bloed droop van mijn zwaarden terwijl ik het leven nam. Een zielen flesje schoot de lucht in voor de ziel weg kon.

'Ik weet dat je hier bent,' zei Killian. 'Kom tevoorschijn of er gaan er meer dood dan je wil.' Ik trok onbewust vragend mijn wenkbrauw op, maar veronderstelde dat er ergens iets in de opdracht stond dat de andere mensen het idee moesten krijgen dat dit niet zomaar een schietpartij was. Weer loste Killian een schot en ik hoorde jammerende geluiden links en rechts van mij.

'Hoe langer je wacht hoe groter de kans is dat ik je vind.' Ik merkte dat Killian nu al te veel plezier had en ik concentreerde me op de andere zielen die ongezien naar de uitgang probeerde te kruipen. 'De tijd tikt.' Ziel nummer drie was binnen het moment dat ik hun uitgang versperde en mijn zwaard door hun nek boorde. De vierde volgde snel. Ik hoorde meer schoten, maar wist niet hoeveel Killian er op dit moment als neergeschoten had.

'Gevonden,' hoorde ik Killian plots zeggen, gevolgd door een maniakale lach. Zijn voetstappen echoden gevaarlijk door het nu stille metrostation. Ik hoorde iemand jammeren van angst.

'Ik weet niet wat je wil,' zei die en ik zag hoe Killian zijn wapen onder zijn kin legde.

'Jouw leven,' zei hij en schoot zijn hersenen zijn schedel uit. Er hing een spanning in de lucht. Angstig keken mensen naar hem op. 'Ren,' zei hij duister en schoot daarna de lucht in. 'Ren,' riep hij en schoot nu de zielen na die voor later nodig waren. Hij lachte terwijl hij dat deed en ik probeerde heel hard aan iets anders te denken. Ik haatte het geschreeuw. Ja, ik kon makkelijk zielen nemen, maar zolang het geschreeuw en gegil er niet was. Daarom had ik vaak muziek op, maar dat kon alleen niet wanneer ik een missie met iemand anders deed.

'Nick?' Ik keek op in twee gele ogen. 'Vergeet je niet de zielen te verzamelen?'

'Ja, nee, komt goed,' zei ik, stopte mijn zwaarden weer in de schede en schudde alle echo's uit mijn gedachten weg. Ik liep naar de lichamen toe en haalde de flesjes, die boven hen hingen, uit te lucht. Het waren geen pure zielen zag ik. Een had zelfs zo'n gapend gat dat ik me afvroeg of die überhaupt in de hemel zou komen als we die vrij zouden laten.

'Ik verwacht meer mensen de volgende keer,' zei Yee, maar was duidelijk tevreden met wat hen vandaag aan leed had kunnen zien.

'Ik zal m'n best doen,' zei ik hen en voelde hen zich terug trekken. De kou die op mijn botten zat trok weg en werd vervangen door een enorme pijn over mijn rug. Ik vervloekte Yee zoals altijd en sloot mijn ogen tot de pijn wat minder werd. Toen ik ze weer open deed zag ik Killian ongeduldig op me wachten.

'Je was nog lief voor ze,' zei ik toen ik naast hem stond en we de diepte van het station in liepen. Onze voetstappen echoden, maar ik kon de sirenes al aan horen komen. Killian lachte.

'Soms moet dat,' zei hij. 'Ik heb vandaag niet al te veel tijd het te lang door te laten gaan.'

'Nog een opdracht aangenomen?'

'Zoiets,' zei hij.

'Ik wil best met je mee als je nog een opdracht moet doen.'

'Weet je dat zeker?'

'Met jou nooit,' zei ik met een lach. 'Maar ik kan je niet alleen laten gaan.'

'En ik hopen van je af te zijn.'

'Niet als onze meester heeft gezegd dat we in duo's opdrachten moeten doen.'

'Alleen omdat hij niet weet of we dood kunnen of niet.'

'Precies.'

'Dus wat als we het uitproberen?'

'Wat?'

'Doodgaan.' Ik lachte.

'Hoe wil je dat gaan doen?' vroeg ik hem en merkte een verandering in de lucht om mij heen op. Er waren veel dingen die ik zonder Yee's ogen niet kon zien; magie, zegels, zielen. Maar er waren ook dingen die ik wel zag; demonen, monsters en een rilling in tijd. Killian versnelde de tijd, realiseerde ik me. Iets waar ikzelf nog niet bevoegd toe was, maar hij als zevende-eeuws wel. Ik gaf hem een vragende blik, maar zijn ogen bleven enkel gloeien. Tijd versnellen én een illusie vormen, besefte ik terwijl mensen ons zonder opmerken voorbij liepen. Wat was hij echt van plan?

'Killian?' Zijn ogen waren nu op mij en een moment later liep hij weg. 'Killian! Waar ga je heen?' Verward volgde ik hem het spoor op een tunnel in.

'Een plek waar ik een experiment uit kan voeren,' zei hij. Ik fronste enigszins bezorgd en lachte daarna wat nerveus.

'En dat wil je op het spoor doen?'

'Nee,' zei hij en vloog plots op. Ik keek hem verward na, maar lang dat te doen had ik niet. Ik werd keihard door een metro geraakt. Mijn hoofd tolde, alles brandde en ik had het gevoel dat mijn lichaam met maar een paar draadjes nog bij elkaar werd gehouden. Dat moment realiseerde ik me wat Killian had gedaan.

'Wat de fuk Killian,' riep ik woedend, vol pijn. Ik werd licht in mijn hoofd, maar wist grommend bij zinnen te blijven.

'Kennelijk zijn we dus niet sterfelijk,' zei hij kampjes wat me enkel bozer maakte. Met zijn handen in zijn zakken landde hij naast me en zijn demonen vleugels trokken zich terug. Het moment dat zijn demonen zijn betaling namen, schopte ik hem woedend in zijn knieën. Het was niet een sterke schop, want mijn been lag in een vreemde knik. Na nader inzien deed het waarschijnlijk mij meer pijn dan hem, maar het voelde goed om te doen.

'En daarvoor gooi je me voor de metro? Teringlijer,' spoot ik naar hem. Hij leek niet onder de indruk, zowel van mijn woorden als mijn schop niet.

'Als ik het zelf deed zou ik niet kunnen zien of ik dood was of niet,' zei hij nog steeds veel te rustig. Ik wilde de lucht uit zijn strot knijpen en hem zijn laatste adem uitzien piepen. Al kon dat ook nog een laatste flard van Yee's aanwezigheid zijn geweest. Ik probeerde hem nog eens te schoppen, maar mijn gebroken lichaam werkte niet mee. 'Wat probeer je Nick?'

'Je te schoppen, is dat niet logisch, klootviool?' zei ik, maar mijn koppijn werd erger en werd gevolgd door een trekkende duizeligheid.

'Zie het zo, je leeft nog,' zei hij. 'Als je dat niet was, zou je dat niet kunnen. Dus zie het als een positief iets dat ik je voor de metro heb gegooit.'

'Oh, ja, bedankt Killian dat je me voor de metro hebt gegooit. Was heel aardig van je,' zei ik sarcastisch en probeerde ondanks mijn duizeligheid overeind te komen maar dat lukte niet. 'Dus kan je dan ook zo aardig zijn me overeind te helpen.' Killian schudde enkel lachend zijn hoofd, maar hielp me wel op mijn voeten... In hoeverre die ik nog had.

'Als ik misvormde voeten heb, is het jou schuld. Nee, wacht alles is jou schuld.'

'Klaar met zeiken?'

'Nee.'

'Goed, je mag verder op de terugweg naar de kerkers.' Zonder enige aankondiging gooide hij me over zijn schouder. 'Al misschien is het dat je niet door metro's dood kan maar wel door andere dingen.'

'Ik zweer het je, als je me neer gaat schieten, stuur ik Yee op je af om je te martelen.'

'Dan wens ik hen succes als hen tegenover Eeh en Mad staat.'

'Laat me los.'

'Je bent in geen staat te lopen.'

'Ik ben ik geen staat jouw onzin uit te staan.'

'Niet mijn probleem.'

'Laat me los, rotzak,' zei ik en plots lag ik op de grond.

'En ik nog zo aardig zijn je overeind te helpen en je te willen dragen,' zei Killian terwijl hij op me neer keek. Ik krabbelde bevend overeind. Alles deed nog steeds pijn, maar mijn afgunst was sterker. Ik was er momenteel echt klaar mee. Veel dingen accepteerde ik van hem, maar dit, dit was het meest egoïstische wat hij ooit had gedaan.

'Oh, ja , nee, bedankt,' zei ik laaiend en liep met grote stappen langs hem.

'Waar ga je heen?'

'Weg van jou,' zei ik, mijn gezicht op onweer.

'In jouw staat?'

'Ja, dus tyf op.' Ik liep door zonder om te kijken, maar ik hoorde Killian mij volgen. Ik negeerde het. Ik negeerde alles. De pijn, zijn voetstappen, de trekkende duisternis in mijn achterhoofd. Het was dat ik de route goed kende, anders was ik nooit in mijn staat bij de kerkers terug gekomen.

'Jeetje, Nick! Wat is er met jou gebeurd?' vroeg Rea geschrokken toen ik de woonkamer in kwam.

'Oh, ik weet niet, misschien dat een kuthoofd mij voor een metro heeft gegooid,' zei ik en liep rechtstreeks naar een keukenkastje om daar een pak ontbijtgranen uit te halen. Ik graaide er boos met mijn handen in en propte het zonder blikken of blozen mijn mond in.

'Wat?' vroeg Rea geschokt.

'Je moet Killian vooral om de details vragen,' zei ik met een mondvol.

'Nee, je moet naar de ziekenboeg,' zei ze. Ik keek haar voor een moment aan terwijl ik met mijn hand in het cornflakes pak zat. Het duurde even tot de woorden tot me doordrongen en ik knipperde een paar keer. Ik merkte dat de adrenaline me plots verliet en de kamer begon te draaien. Ik zette het pak neer op tafel terwijl ik mijn hoofd minder probeerde te laten draaien.

'Dat is misschien niet zo'n slecht idee,' zei ik voor ik van de bank viel.

-///-

'Gelukkig, je bent bij.' Ik knipperde verward in mijn nieuwe omgeving. Ik was in de ziekenboeg beland en lag op een van de bedden. Met knallende koppijn kwam ik overeind.

'Heb je mij hierheen gebracht?' vroeg ik Rea en ze knikte terwijl ze wat op leek te bergen.

'De ziekenboeg is net wat makkelijker te bereiken dan de slaapvertrekken,' zei ze en keek me met een schuin hoofd aan. 'Maar wat is er nu gebeurd? Killian gooide je voor de metro?' Ik zuchtte diep en vertelde haar hoe de missie verlopen was.

'Dan zit je in ieder geval niet meer achter hem aan,' zei ze met een knipoog.

'Ik- wat- Ik zat niet-' zei ik in een poging mezelf te verdedigen. Ze lachte en gaf me een bemoedigend klopje op mijn been.

'Je kan altijd nog achter andere hetero mannen aan,' zei ze. 'Dan ga ik weer achter hetero vrouwen aan.'

'Misschien dat we een keer moeten wisselen.'

'Ik hoef geen Killian hoor,' zei Rea lachend.

'Ik nu ook niet, ik ben echt klaar met hem,' zei ik. 'Kan ik anders een opdracht met jou doen zodat ik hem kan negeren?'

'Natuurlijk,' zei ze. 'Al had De Dood me gevraagd of je je bij hem kon melden als je weer bij was.'

'Had niks anders verwacht,' zei ik wat verslagen. 'Maar dan vraag ik ook meteen voor een missie. Wie weet wil Avi ook wel mee.'

'Wie weet. Hoe gaat het met het begeleiden?'

'Moeilijk?' Rea keek me vragend aan. 'Het gaat wel beter dan eerst, maar er is gewoon weinig wat ik kan doen haar zich beter te laten voelen. Ze is duidelijk nog steeds van slag van wat er met haar vorige begeleider is gebeurd en dat is logisch, maar ik weet niet hoe ik haar goed kan afleiden.'

'Ik denk dat een missie het best werkt,' zei Rea. 'Zeker omdat het misschien voor andere associaties kan zorgen.' Ik knikte.

'Ik hoop maar dat ze mee wil,' zei ik. 'Enig idee hoe haar over te halen?' Rea haalde haar schouders op.

'Ik ken haar nog slechter dan jij, want ik heb haar maar een keer gezien toen ik rustig aan het trainen was,' zei ze met een lach. 'Maar wie weet kan ik je helpen haar over te halen.'

'Wordt gewaardeerd.'

'Maar goed dat je haar niet naar de Killian opdracht hebt meegenomen.'

'Misschien dat ik dan niet voor de metro geduwd was,' zei ik bitter. 'Al, kleine kans.'

'Heeft hij überhaupt zijn excuus aangeboden na hij dat gedaan had?'

'Killian? Excuus aanbieden? Ik denk dat we niet dezelfde persoon in gedachten hebben,' zei ik en ik klom van het ziekenboeg bed af. 'Maar wie weet kan onze meester hem daartoe dwingen.'

'Kleine kans, maar je kan het altijd proberen.' Ik haalde diep adem voor ik mijn weg naar De Dood begon. Ik hoopte met heel mijn hart Killian daar niet te vinden, maar zoveel geluk had ik niet. Vandaag was geen uitzondering. Het moment dat ik de vertrekken van De Dood in stapte, werd ik begroet door Killians aangezicht. Woedde vlamde in mij op en ik beet mijn kaken stevig op elkaar.

'Over de duivel gesproken,' zei de bloedroodharige tyfuslijer. Ik hield me in een bijtende opmerking terug te maken en keek naar mijn meester.

'Ik hoorde dat je niet dood bent gegaan aan een metro?' vroeg De Dood mij en ik keek hem verward aan. Daarna keek ik even verward naar Killian die niks kwijt gaf.

'Nee,' zei ik. 'Maar niet dankzij Killian.' De Dood knikte.

'Heb je alle zielen al opgeborgen?'

'Was mijn plan nu te doen,' zei ik en ik haalde ze tevoorschijn. Daarna gaf ik ze aan Killian die me vragend aankeek. De Dood keek met een diepe frons naar ons, maar zei niks. Ik was verbaasd dat hij niks zei, maar ik wist ook niet wat Killian hem had verteld. Het was misschien wat dichterbij de waarheid dan ik had kunnen denken. 'Is er nog een opdracht voor drie?'

'Genoeg,' zei mijn meester. 'Je weet waar ze te vinden.' Ik knikte en ik maakte aanstalte de kamer te verlaten.

'Oh en Nick,' zei hij voor ik de deur uit was. 'Je mag gebruik maken van een ziel voor je herstel.' Ik draaide me om en keek mijn meester aan. Hij had dit mij nooit voorgesteld, de keren dat ik het mocht was vaak wegens iemand anders die hem overhaalde.

'Bedankt, meester,' zei ik na hem eerst voor een paar seconden met open mond aan te hebben gestaard.

'We hebben elke leerling nodig,' zei hij en ik knikte. Daarna verliet ik zijn kamer.

Ik was bijna nerveus toen ik de trappen naar de opbergplaats af liep. Het werd niet beter toen ik bij een kast vol met monsterzielen stond. Trillend haalde ik een gevuld karafje uit de kast. De ziel kolkte ongeduldig terwijl ik het in mijn handen hield. Mijn botten en spieren deden enorm pijn, zelfs na de verzorging van Rea. 

Ik haalde de kurk van de fles en ik goot de ziel op mijn hand. Daarna wreef ik mijn handen met ziel en al tegen elkaar. Mijn huid gloeide even op en mijn armen begonnen te tintelen van plotse warmte. De pijn nam af en mijn halve ziel leek te gloeien met nieuwe energie. Er was veel dat door slaap hersteld kon worden, maar zoals mijn meester al zei: we hadden elke leerling nodig.

_____

Bonjour,

Vandaag is m'n verjaardag en dit is m'n traktatie haha

Stiekem had ik dit hoofdstuk: "Killian is een enorme lul" moeten noemen lol

Ik moet ook zeggen dat ik echt te veel plezier had om scheldwoorden te vinden om Nick Killian mee uit te laten schelden :]]]]

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top