28.1 Vlezig vooruitzicht
(Extra waarschuwing: horror omgeving. Specifiek: muren van vlees (: )
Nick
Nu met het tournament achter de rug had ik plots niet veel anders te doen dan in de archieven te zitten met mijn neus in de boeken. Het examen van de zesde eeuw kwam nu eenmaal heel dichtbij. Als mijn brein een ballon was geweest, dan stond die op knappen van alle informatie die ik leren moest.
Een deel was niet al te lastig te onthouden, gelukkig, ik had het vaak moeten gebruiken of Killian had het vaak genoeg naar mijn hoofd geslingerd. Daarnaast was zes eeuwen genoeg tijd om bepaalde dingen vanzelfsprekend te laten zijn. Dat vloekzegels met een zegenzegel gebroken konden worden bijvoorbeeld en dat bloed de beste substantie was om pentagrammen mee te tekenen.
Andere dingen waren niet echt mijn expertise en ik had de behoefte om mijn hoofd nu even niet te hoeven te gebruiken. Mijn ogen dwaalden de archieven af op zoek naar iemand die me misschien iets anders bij kon leren dan ellenlange teksten. Het moment dat ik wit haar zag wist ik meteen waar ik hulp om zou kunnen vragen, want als er iets was wat ik bij het tournament had gemerkt dan was het wel dat mijn zwaardvechtkunsten nog wat verbetering nodig hadden.
'Aleron,' zei ik toen ik naast hem kwam staan en hij keek op van de map in zijn handen.
'Hoe gaat het leren?' vroeg hij en sloeg de map dicht.
'Nou,' begon ik. 'Ik vroeg me af of je me misschien nog wat bij zou kunnen leren in het zwaardvechten?' Alerons gezicht vertrok meteen in een verontschuldiging.
'Als ik eens tijd had,' zei hij en hij zuchtte.
'Ah,' zei ik wat teleurgesteld, 'Nu met Moyra praktisch de kerkers uit had ik dit kunnen verwachten.' Aleron gaf een glimlach.
'We hebben gewoon wat meer negende-eeuws nodig,' zei hij. 'Maar anders vraag je of Killian je kan helpen? Hij zou ener deze dagen weer een vrije dag moeten hebben.'
'Killian en welke zwaardvechtkunsten?' vroeg ik en dat liet hem lachen.
'Je hebt gelijk.' Een frons kwam op zijn gezicht te liggen. 'Ik probeer me heel goed te bedenken wie je dan wel kan helpen die een oudere-eeuws is.'
'Ik-' begon ik, maar mijn ogen vingen plots iemand anders in de archieven. 'Ik denk dat ik wel iemand weet.' Redmar keek onze kant op, ving mijn ogen en keek bijna meteen weer weg alsof het niet zijn bedoeling was om te kijken. Aleron keek nu ook om, maar miste hem net wegens hij een andere kastenlaan ingelopen was.
'Eén van de katten?' vroeg hij.
'Ja,' zei ik en zette mijn eerste stappen naar de plek, waar Redmar heen gegaan was, toe. Voor ik Aleron verliet legde ik nog kort een hand op zijn schouder. 'Ik houd nog wel een sparsessie van je te goed.'
'Natuurlijk, ik zal ervoor zorgen wat tijd voor je vrij te maken.' Ik gaf een glimlach en maakte mijn weg nu helemaal naar de kasten verderop. Ik gooide mijn hoofd om de hoek en spotte Redmar die met een diepe frons naar de kast staarde.
'Hé, Redmar, kan ik je iets vragen?' Hij keek naar me op, ogen scherp, maar vreemd verbaasd. Ik kon zijn uitdrukking niet helemaal lezen, maar ik kreeg het gevoel dat er veel gedachten door hem heen gingen. 'Ik stoor je toch niet hoop ik?'
'Nee,' zei hij langzaam en ik verliet mijn halve verstopplek achter de kast om bij hem te komen staan. Zijn ogen bleven enige verwarring vasthouden.
'Ik vroeg me af of je me misschien wat zwaardvecht technieken bij zou kunnen leren. Want ja ik moet zeggen dat je echt goed bent met een zwaard en ik niet zo erg.' Nu kwam er een frons op zijn gezicht en ik verwachtte een afwijzing.
'Je... hebt inderdaad nog wat te leren,' zei hij, 'maar je was niet slecht.' Ik knipperde een paar keer door het onverwachte compliment.
'Dus dat is een ja?' vroeg ik hem. Hij knikte. 'Dat is geweldig!' zei ik misschien iets te enthousiast, maar het toverde een kleine glimlach bij hem op het gezicht. 'Heb je vandaag tijd? Morgen anders?'
'Morgen was ik van plan te trainen... dus je kan dan wel meedoen.' Nu brak er bij mij een grote glimlach door.
'Dan zie ik je morgen,' zei ik vrolijk, wilde weglopen, maar herinnerde me nog iets. 'Hoe laat?'
'Tien uur.'
'Tien uur? 's Avonds?' vroeg ik terug en een nieuwe glimlach kwam op zijn gezicht.
''s Ochtends,' zei hij en mijn gezicht vertrok. 'Negen uur dan.'
'Nee, tien uur is goed,' zei ik snel voor hij zou voorstellen om zeven uur 's ochtends te beginnen. 'Ik ga wel vroeg slapen.'
'Dat wordt aangeraden,' zei hij en die dag had ik officieel een nieuwe sparpartner gevonden alleen nog niet de afleiding die ik voor vandaag zocht. Ik dacht voor een moment in stilte diep na en ik liep weer terug naar Aleron.
'Heb jij misschien nog een missie voor me?'
-///-
Aleron had me een opdracht gegeven waar ik in theorie geen demon voor nodig zou hebben, maar waarbij het wel handig zou zijn. Zis had me verteld dat Yee weer "heel" -hen zei het op zo'n manier dat ik niet zeker was of dat inderdaad was wat hen bedoelde- was.
In theorie zou ik hen dus gewoon kunnen oproepen, maar ik had voor de zekerheid de pentagramkamer opgezocht voor het geval de normale manier niet zou werken. Ik ademde diep in en ik legde mijn hand op mijn armband. Bij alles hoopte ik dat het zou werken en ik staarde vol spanning naar mijn schaduw.
'Waag het niet een kut opmerking te maken,' zei Yee de seconde nadat hen voor me verschenen was. Ik keek hen wat verward aan. 'Wat?' zei mijn demon snijdend.
'Je-' begon ik en had de neiging hen te omhelzen. 'Je bent gekomen.'
'Nee, echt,' zei hen, maar iets in hun grom zei me dat hen moe was.
'Yee, ik- Ik wist niet echt of Zis...' Er viel een stilte waarin Yee onbeweeglijk naast me hing. 'Wat is er nog met... Kay gebeurd?' Een diepe grom kwam uit Yee en ik merkte dat er een rilling door mij heen ging.
'Hen zegt dat ik een verrader ben terwijl hen dat is,' snoof hen. 'Zeg me alsjeblieft dat je een goede missie hebt.'
'Als je eerder op was komen dagen had ik iets beters kunnen regelen,' zei ik. 'Op het moment is het enkel een huisbezoek.'
'Dus niks om te verscheuren?'
'Volgende keer weer,' zei ik en ik verwachtte woede. Vreemd genoeg knikte Yee. Zis had me wel verteld dat hen er niet heel goed aan toe was geweest, maar ik had niet verwacht dat dat hen minder geweldverslaafd zou maken.
'Nou wat is het voor vandaag dan?'
'Een nieuwe vloekzegel,' zei ik en ik liep de pentagramkamer uit die ik desnoods had willen gebruiken als ik Yee nog steeds niet op zou kunnen roepen.
'Weer een vogel?'
'Wie weet.'
Ik liep de trappen op met Yee zwevend achter mij aan, maar ik bedacht me al snel iets toen we de deur naar van het huis van De Dood naderden. Mijn ogen gingen naar mijn demon.
'Wat?'
'Het is misschien handig als je met mij als een mens naar binnen gaat,' zei ik en zette mijn masker op. Yee keek me voor een seconde nietszeggend aan.
'Misschien,' zei hen, maar veranderde wel in een bekend gezicht. Ik gaf een dankbare glimlach en ik opende de deur.
'Sorry dat het wat langer duurde,' zei ik tegen de dame die met ineengevouwen handen op de bank zat. 'Maar ik heb mijn partner gevonden.'
'Partner?' vroeg Yee met een lach in mijn hoofd.
'Partner in crime,' antwoordde ik.
De vrouw ging wat rechter zitten en ze keek mij en daarna Yee aan. Ze gaf een knikje en ik ging op een stoel tegenover haar zitten. Haar ogen gingen steeds van links naar rechts en haar hand schoot steeds weer naar haar gezicht om een plukje haar achter haar oren te schuiven.
'Dus jullie kunnen mij helpen?' vroeg ze na enige stilte, handen nu trillend op haar schoot.
'Ah, nou,' begon ik, 'we hebben wel wat meer details nodig dan dat je broer niet uit bed komt. Kan je ons precies vertellen wat er gebeurd is?'
'Oh, ja, natuurlijk,' zei ze en ze was even stil. Haar ogen gingen nu naar het raam en keken naar buiten. 'Mijn broer heeft het de afgelopen maanden wat moeilijk, zie je, en ik kom zo nu en dan langs om te kijken hoe het met hem gaat.
Alleen wilde hij zijn bed niet uitkomen. Wat ik ook probeerde. Het leek alsof hij vastgeketend aan zijn bed zat. Ik heb zelfs de buren om hulp gevraagd, maar die lukte het ook niet. Hij ademt nog wel en het lijkt alsof hij slaapt, maar hij zit vastgeplakt. Een vriendin zei me dat ik hier heen moest gaan. Hoe ze dat wist, weet ik niet, maar ik hoop dat jullie me kunnen helpen.' Haar blik was weer terug naar ons en ik keek Yee aan.
'Hoeveel dagen geleden was het dat hij voor het eerst vastgeketend leek te zitten?' vroeg ik en een frons kwam tussen haar wenkbrauwen te liggen.
'Een dag of drie vier? Het duurde even voor ik jullie vond.' Ik knikte.
'Juist,' zei ik. 'Dan denk ik dat het slim is als we een kijkje komen nemen?'
'Nu?'
'Als dat kan, graag.' Ze knikte fanatiek en ze stond snel op.
'Ik ben zelf op de fiets, maar het is te lopen,' zei ze terwijl ze met wat onhandige bewegingen sleutels uit haar zak haalde.
'Als u de weg kunt leiden,' zei ik met een glimlach die haar gerust moest stellen, maar in de minuten erna was het akelig stil. Ze had haar blik strak op de weg gericht, terwijl haar handen haar fiets stevig vasthielden.
'We zijn er,' zei ze toen we bij een flatgebouw kwamen en ze zette haar fiets in een fietsenrek op slot. Het gebouw zag er wat mistroostig uit zowel aan de buiten- als aan de binnenkant. 'Hij woont op de tiende verdieping,' zei ze en ik keek naar haar in plaats van de vreemde vlek die er op een muur zat.
'En de lift doet het niet?' vroeg ik toen ik merkte dat ze naar de trap liep. Ze schudde haar hoofd.
'Al kapot zo lang ik me kan herinneren,' zei ze en ik bereidde me voor op een lange klim.
'Ik ben nu al fan van dit gebouw,' galmde Yee gniffelend in mijn hoofd. 'Ze maken het de bewoners zo zuur mogelijk.'
Het duurde even, maar uiteindelijk kwamen we boven. Het was niet dat Yee of ik er moeite mee hadden, maar onze klant kwam hijgend op de tiende verdieping. Haar ademhaling was wat hees en eenmaal bij de deur was haar vermoeidheid duidelijk te merken door de hand die ze even op de deur legde als ondersteuning.
Ze haalde diep adem voor ze de sleutel in het slot stak en ik keek Yee even aan. Op hun gezicht stond een grijns die sterk onderdrukt werd om niet te demonisch te worden. Een kleine klik liet ons weten dat de deur geopend was.
In eerste instantie leek er niks vreemds aan het huis te zijn. De gang was zo normaal als een gang kon zijn: er waren enkel een paar opgehangen jassen met daaronder een set schoenen. Alleen hoe dichter we bij de kamer kwamen, waar de broer aan het bed geketend moest liggen, hoe meer ik het gevoel kreeg dat er iets niet klopte. Ik hoorde Yee plezierig in mijn hoofd lachen, wat mijn vermoeden enkel bevestigde. Al helemaal toen ik ergens half over struikelde.
'Is er iets?' vroeg onze klant toen ik naar het ding op de grond staarde.
'Ah nee,' zei ik en wreef met een schaapachtige lach over mijn nek. 'Ik struikelde alleen over mijn eigen voeten.' Ze knikte en ze liep door om bij een dichte deur stil te staan.
'Wat in helsnaam is dat ding op de grond?' vroeg ik Yee verward. Yee lachte enkel.
'Dit is waar hij ligt,' zei onze klant trillend.
'Is het goed als ik naar binnen ga?' vroeg ik, negerend dat het ding waar ik over was gestruikeld al uit een gat van de deur was gekomen wat ze waarschijnlijk niet zag. Ik vermoedde dat ze geen aanleg had voor het bovennatuurlijke zien. Ze knikte en ik moest me inhouden niet mijn zwaarden tevoorschijn te halen. Want zo lang ze in hun schedes bleven, bleven ze onzichtbaar. Ik kon niet meer brandstof aan haar paniek toe gaan voegen terwijl in mijn achterhoofd het enthousiasme van Yee aangewakkerd was.
'Ze kan die kapotte deur niet eens zien,' zei hen kakelen blij. 'Dit is een goede Ni, misschien dat we toch nog dingen verscheuren kunnen.'
'Ik hoop het niet,' zei ik en ik opende de deur. Achter de deur verscheen een scène waar ik alleen verhalen van gehoord had. Het was iets wat vroeger vaker dan niet gebeurde, maar nu zeldzaam was geworden. Vreemd genoeg had ik het talent dit soort uitzonderlijke fenomenen te vinden. Met een grote teug adem stapte ik naar binnen.
De vloer voelde als een waterbed onder mijn voeten en het leek ook uit zichzelf te bewegen. Mijn ogen zagen een pulsering door de muren gaan, die ik beter met mijn voetzolen waarnam. Ik had de neiging om te kokhalzen tot plezier van Yee die al onderzoekend bij de broer was gaan staan. Al, veel mens was er niet te zien. Er lag een vlezige cocon aan de rechterkant van het bed. De sliert waar ik niet zo lang geleden over gestruikeld was, zat er aan vast. Net als een stel anderen die vastgeplakt aan de muur zaten.
'Hoe moeten we dit echt aanpakken?' vroeg ik wat verloren. Ondanks dat ik door mijn extra tijd tijdens Yee's aanwezigheid oude theorie door had kunnen lezen voor mijn aankomende examen, was dit niet iets wat ik langs had zien komen. Al moest ik toegeven dat ik nog niet alles gelezen had en dat ik de afgelopen dagen eerder mijn tijd met Redmars aanwijzingen doorgebracht had.
'Gewoon hakken,' zei Yee.
'Zonder de mevrouw achter ons de schrik van haar leven te bezorgen,' voegde ik aan mijn vraag toe.
'Er valt ook geen plezier met jou te bleven,' gromde Yee. Ik ging er niet op in.
'Zie je ergens een vloekzegel?' Het was even stil.
'Nee,' zei Yee spinnend en hen liet hun grijns over hun hele gezicht trekken. Ik was maar al te blij tussen onze klant en Yee in te staan, omdat het een redelijk vreemd beeld zou moeten geven. Iemand die zo grijnzend over haar broer gebogen stond... Ik zou ons meteen het huis uitgooien of gillend wegrennen.
'Wat denken jullie dat er mis is?' vroeg ze plots. Ik keek om en ik zag een bezorgde uitdrukking op haar gezicht. Haar handen waren gespannen in elkaar gevouwen.
'Veel,' zei Yee en ik gaf hen een waarschuwende blik nadat ik angst in haar ogen zag verschijnen. 'Maar niet iets wat wij niet aankunnen.' Ze haalde opgelucht adem.
'Kan ik iets voor jullie doen dan? Hebben jullie iets nodig?' Ik dacht even na, maar schudde mijn hoofd.
'Ik denk dat het wel moet lukken, dus u kunt even in de woonkamer zitten.' Ze knikte en ik was blij dat ze weg was zodat ik samen met Yee met een plan kon komen.
'Stap één: we moeten die zegel gaan vinden,' zei ik tegen mijn demon.
'We kunnen ook gewoon beginnen met hakken,' zei Yee met zichtbare tanden door een te blije lach.
'Ik heb geen zin te hakken als ik niet weet waar de zegel is,' zei ik. 'Zeker met de dame in de andere kamer. Als we plots door die tentakel-dingen aangevallen worden, is het voorbij.'
'Er is ook geen plezier met jou te beleven,' zei Yee voor de tweede keer vandaag, hun glimlach vervaagde enkel een beetje. 'Maar dit is wel een van de eerste keren dat je iets verstandig zegt. Wie weet ben je niet een totale mislukkeling.' Ik rolde met een diepe zucht mijn ogen. Yee lachte.
'Maar heb je ideeën hoe we een zegel kunnen vinden?'
'Ben jij niet degene die binnenkort naar een volgende eeuw gaat?'
'Kan je niet een keer gewoon meewerken?'
'Nee, je weet dat ik je liever zie lijden.' Ik zuchtte weer en ik dacht na. Uiteindelijk besloot ik een zoekerspentagram te tekenen. Ik haalde een van mijn zwaarden tevoorschijn en ik begon in de vloer te kerven. Even was ik bang dan de vleesvloer er op zou reageren en me op zou proberen te slokken, maar gelukkig gebeurde er niks waardoor ik rustig door kon gaan.
'Dat ziet er uit alsof iemand het uitgekotst heeft,' kreeg ik als opmerking toen ik klaar was met de cirkel.
'Bedankt,' zei ik. 'Ik herinner me plots hoeveel ik je gemist heb.' Dit liet Yee weer lachen en ik moest zeggen dat dat me goed deed. Ik had nadat ik hen op had geroepen eerder verwacht dat hen enkel mokkend met mij mee zou willen gaan. De snijdende opmerkingen waren ook niet de beste, maar van een demon kon je het niet beter krijgen dan dit.
'Ik heb alleen niet het gevoel dat het gaat werken.'
'Hoe dat zo?'
'Vreemd voorgevoel.'
'Eerst proberen, dan besluiten,' zei ik en ik ging in het midden van mijn scheef getekende creatie staan. 'En het is niet alsof jij nu met een goed idee kwam.' Yee grijnsde en ik sloot mijn ogen alsof ik het niet gezien had.
Het was een tijd geleden dat ik dit voor het laatst had gedaan, dus het vroeg mijn uiterste concentratie. Vaak tekende ik geen pentagram en maakte ik eerder gebruik van Yee's zicht. Alleen wegens hen het ook niet zag, was dit de alternatieve optie.
Ik prevelde een paar woorden, focuste me op mijn armband en de link die ik met Yee had. Voorzichtig opende ik één oog en ik keek naar de cocon. Ik zag niet wat ik altijd met Yee's ogen zag en ik was bang dat ik iets helemaal verkeerd had gedaan.
---
Laat vooral een mooie ster achter UwU
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top