7

- - - - -

Ik zie pap aan de toog zitten met een tas koffie. Eigenlijk verbaast het me dat Tom zich aan zijn woord heeft gehouden en pap geen pint meer heeft gegeven.

Pap zwaait naar me en ik wandel naar de toog en ga naast hem zitten. De hele tijd hou ik mijn ogen op pap gericht. Ik durf Tom niet aankijken. Zijn berichtjes waren zo anders dan wanneer we in het echt praten. Nu ja, praten. Zoveel heeft hij nog niet tegen me gezegd. Ik heb het gevoel dat als ik hem zou aankijken, hij me weer zal aanstaren en me niets zal zeggen.

"Hoi pap. Koffie?" vraag ik glimlachend aan pap.

"Dat schatje," antwoordt pap terwijl hij een arm rond me slaat om me te begroeten. Hij heeft een goed humeur. En ik vraag me af hoe dat komt.

"Wel Tom. Tot de volgende keer dan. Het was fijn met je te kunnen praten." Ik kijk pap aan en zie hem zijn blik naar Tom verplaatsen. Ik volg pap zijn bewegingen en zie hoe hij zijn hand uitsteekt en de hand van Tom schudt. Mijn ogen volgen de hand van pap, gaan verder naar de hand van Tom, zijn arm, zijn schouder, ... en voor ik het besef kijk ik in zijn starende ogen. Nu het daglicht het cafe binnen deels mee verlicht, lijken zijn ogen lichter van kleur dan 's avonds. Meer blauw. Maar geen helder blauw. Eerder zoals de blauw-grijze kleur van de lucht vlak voor een hevige regenbui. 's Avonds, zonder daglicht, lijken ze alleen maar grijs. Alsof het blauwe dan verdwenen is.

Heeft pap met Tom gepraat? Wat heeft hij allemaal verteld? Ik hoop dat pap niet over onze problemen heeft gepraat. Of nog erger, ik hoop dat pap niet over mij heeft gepraat! Ik voel de schaamte in mijn lichaam opborrelen. Ik kan het niet langer uithouden. De starende ogen lijken me te vertellen dat ze mijn diepste geheimen kennen. Mijn schaamte overwint en ik verbreek de verbinding tussen onze ogen. Deze keer voel ik me niet dapper. Ik wil hier zo snel mogelijk weg. Ik haal snel mijn portemonnee boven en leg wat geld op de toog voor de koffie van pap.

"Gaan we naar huis?" zeg ik terwijl ik me naar pap draai.

- - - -

Donderdag 26 augustus

Als op donderdag pap bij de jobcoach van het ocmw zit, overloop ik met de budgetbeheerder nog eens alles. Het boilerverhaal blijkt heel moeilijk te liggen. De aanvraag voor terugbetaling van het eerste nazicht is geregistreerd, maar omdat het de eerste aanvraag is, moet er achter de schermen blijkbaar nog vanalles eerst gebeuren. Het kan nog 2 weken duren eer de terugbetaling goedgekeurd zal worden.

Ik laat de budgetbeheerder ook meteen een aanvraag doen voor de terugbetaling van mijn schoolboeken. Maar ik krijg een hele uitleg over hoe slecht pap zijn financiële toestand wel niet is. En dat zo'n grote bedragen echt geen evidentie zijn.

Gelukkig kan pap me terug wat opbeuren met zijn verhaal over de jobcoach. Ze hebben voor hem een interim contract kunnen regelen bij een koekjesfabriek. En hoe meer pap er over vertelt, hoe meer ik denk dat dit echt zou werken. Het zou gaan om de nachtshift, vast ritme. Dus elke week hetzelfde. Er is een shuttlebus die hem 's avonds ophaalt rond zeven uur, en 's morgens terug afzet rond een uur of zes. Ik kan 's avonds na school met pap samen eten. Ik kan met hem meegaan naar de opstapplaats van de shuttle zodat hij zeker naar zijn werk gaat. En aangezien het nachtwerk is, zal hij vijf avonden per week niet op cafe kunnen gaan. Hopelijk komt dat ook ons budget ten goede.

Hij mag volgende week maandagavond al beginnen. Dat zou perfect uitkomen omdat woensdag ook het schooljaar terug start.

- - - - -

Zaterdag 28 augustus

Zaterdag laat ik pap me overhalen om 's avonds met hem mee naar het cafe te gaan. Het is er gelukkig niet zo druk als vorige week. En ik ben vooral blij dat ik Felix en Marc aan de toog zie zitten.

Pap zet zich uiteraard ook aan de toog, maar niet in de buurt van Felix en Marc. Hij schudt de hand van een andere man aan de toog. Hij heeft blijkbaar nog meer vrienden hier gemaakt. Aan de ene kant ben ik blij voor hem. Aan de andere kant had ik toch liever gehad dat zijn vrienden geen verband hadden met drinken.

"Geen wedstrijd vandaag?" Vraag ik aan Marc en Felix, wanneer ik tot bij hen gewandeld ben.

"Vrij weekend," antwoordt Marc. "Maar vanaf volgende week vliegen we er helemaal in."

Felix tovert een mooie glimlach op zijn gezicht en kijkt me aan. Zijn ogen zijn gewoon bruin. Hetzelfde bruin als zijn jas. Er zitten geen kleurschakeringen in. En ook als hij zijn gezicht meer naar de lamp toedraait blijft het dezelfde tint bruin. Zijn ogen zijn dan misschien wel saai. Maar zijn glimlach is altijd zo vriendelijk. Toch grappig hoe iedereen zo verschillend kan zijn. De ene persoon heeft ogen dit tot in je ziel kunnen zien, en de andere persoon heeft een lach die je hele lichaam kan verwarmen.

Zonder dat ik het helemaal besef heeft Felix mijn hand genomen en me richting hem, naar de kruk naast hem geleid. Ergens tussenin die hele actie heeft hij me wederom begroet met drie kussen op mijn wangen. Gelukkig overvalt het me deze keer minder, waardoor ik hoop dat de blos op mijn wangen ook niet zo opvallend is.

"Doe nog maar eens een rondje Tom," zegt Felix, terwijl hij een cirkel maakt met zijn wijsvinger richting de glazen op de toog.

Mijn ogen volgen hoe Tom naar de tap gaat en twee nieuwe pinten tapt, net zoals hij het mij vorige week heeft voorgedaan. Ik voel een koude rilling doorheen mijn lichaam als ik terugdenk aan hoe dicht hij bij me stond toen hij het me probeerde uit te leggen. Hoe zijn handen op de mijne voelden, zachte groten handen. Hoe ik zijn adem voelde op mijn nek.

Ik word opgeschikt uit mijn gedachten omdat Felix naast me zijn stem plots verheft.

"Drie he maat. Voor Joke ook eentje!" hoor ik Felix tegen Tom uithalen.

Tom verplaatst zijn blik van Felix naar mij. En als zijn blauw-grijze stormogen me aanstaren, voel ik mij helemaal warm vanbinnen. Het is al weer zoveel dagen gelden dat die ogen me aanstaarden en het lijkt wel of mijn lichaam ze gemist hebben.

Hij hoeft geen woorden te gebruiken om duidelijk te maken wat hij wil zeggen. Zijn ogen vragen niet of ik een pint wil. Zijn ogen vertellen me dat hij geen ruzie wil met Felix. Zijn ogen vragen mijn hulp.

"Ik ... euh ... drink geen alcohol," zeg ik tegen Felix. Ik heb moeite om mijn blik van Tom te verplaatsen naar Felix, maar als ik de glimlach op Felix zijn gezicht zie, lijkt het even niet meer zo erg.

"O ja sorry. Helemaal niet over nagedacht," verontschuldigd Felix zich. "Een cola dan? Wat drink je graag?"

"Gewoon water?" Sinds we verhuisd zijn heb ik eigenlijk alleen nog maar water gedronken. De zoete smaak van frisdrank spreekt me totaal niet meer aan. Maar gewoon water vragen lijkt zo saai.

"Bruis?"

"Euh ja!" antwoord ik. Bruiswater is niet saai en gewoon. Toch?

Felix knikt naar Tom. En ik zie nog net hoe Tom met zijn ogen rolt als hij zich omdraait om een glas met bruiswater voor me te vullen. Deze keer kan ik Tom zijn bewegingen niet verder volgen omdat ik plots voel hoe Felix terug mijn hand vasthoudt.

Ik kijk naar Felix. En met een glimlach op zijn gezicht vraagt hij of ik het zie zitten om volgende week terug met school te starten.

"Euh ja. School is ok," stamel ik. Gelukkig is dat het enige dat Felix aan me vraagt. Want hij vervolgt zijn verhaal met een hele uitleg over waar ik wat op school kan vinden. Hij somt namen van leerkrachten op en zegt of ze streng zijn of niet, saai lesgeven, ... . En terwijl ik naar zijn bewegende lippen kijk, voel ik de nervositeit terug wegvloeien uit mijn lichaam. Ik had even schrik dat hij me ging uithoren. Dat hij me allerlei vragen zou stellen, zoals waarom ik van school ben veranderd of wat dan nog. Het is al erg genoeg dat Tom waarschijnlijk al meer over mij weet dan ik wil dat mensen over me weten. Dat clubje hoeft niet nog uitgebreid te worden.

Terwijl ik me probeer te focussen op alles wat Felix me vertelt, zie ik dat Sarah, de vriendin van Marc ook toekomt en bij ons komt zitten. Ik begroet haar, maar krijg verder niet echt de mogelijkheid om iets tegen haar te zeggen omdat Felix maar blijft praten. Zijn snel bewegende lippen lijken me wel in trance te brengen en ik verlies alle gevoel van tijd en ruimte.

Ik voel plots hoe er in mijn hand geknepen wordt, wat me terug in het hier en nu brengt. Ik kijk naar mijn hand en zie dat Felix die vast heeft. Hij lacht. "He Joke. Tom wil je iets heel belangrijks vragen," en hij lacht wederom.

Ik draai mijn hoofd naar Tom, maar hij kijkt me niet aan. Ik zoek naar iets anders op zijn gezicht om naar te kijken. "Ik heb een vraag over je vader. Kan je even mee?" zegt Tom. Maar zijn lippen bewegen niet met zoveel intonatie als Felix. Hij mompelt eerder. Maar toch is het luid genoeg om het te verstaan.

Ik verontschuldig me bij Felix en hij laat mijn hand los wanneer ik opsta en naar mijn vader toega.

"He seg Joke. Een probleem," zegt pap als ik bij hem kom. 'Bert en ik waren aan het praten, en ik dacht niet goed na. En voor ik het besefte had ik meer op dan ik mezelf had voorgenomen."

Ik voel woede in me opkomen. Geen woede voor pap omdat hij te ver ging. De woede die ik voel is helemaal gericht naar Tom. Want wij hadden toch een afspraak. Hij ging mee helpen pap zijn drinkbudget in de gaten te houden!

"Jij ging er toch voor zorgen dat dit niet ging gebeuren!" Ik probeer mijn stem niet te hard te verheffen want ik wil niet dat Felix of de anderen iets kunnen horen.

Onze ogen vinden elkaar weer en de stormogen kijken me indringend aan. "Ik zat met andere dingen in mijn hoofd," antwoordt Tom zonder zijn blik van me af te wenden.

"Ik kan niet geloven dat dit al de tweede keer is dat dit gebeurt" zucht ik. "Hoeveel nu?" Ik voel mijn blik verzwakken. Ook deze keer lijk ik niet sterk genoeg om tegen de ogen van Tom weerstand te kunnen bieden.

"37.5 euro. Hij heeft Bert ook een paar keer getrakteerd."

Ik zucht nog eens diep en haal mijn portemonnee boven. Ik heb uiteraard nog 37.5 euro. Maar ik had die graag gehouden om te kunnen sparen. Nu is er quasi niets meer over van ons budget voor deze week.

Ik voel me echt verslagen. Ik heb de kracht niet om terug in Tom zijn ogen te kijken. Ik leg het geld gewoon op de toog en draai mijn rug naar hem. Ik loop terug naar Felix, Marc en Sarah en zeg dat ik moet vertrekken. Felix staat onmiddellijk recht en geeft me, uiteraard, drie kussen op mijn wangen. Marc zwaait me gewoon toe.

En dan staat Sarah recht en geeft me een knuffel. Haar haar kriebelt in mijn neus. "Tot de volgende keer. Misschien kunnen wij meiden dan ook eens met elkaar praten als die mannen over hun wedstrijd lullen," knipoogt ze naar mij.

"Ja, dat lijkt me leuk," glimlach ik naar haar.

Als ik me terug omdraai zie ik dat pap zijn jas al heeft aangedaan. En samen gaan we het cafe uit, naar huis.

- - - - -

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top