22: Dag, mijn licht

Dag, mijn licht

Ik kijk naar zijn gezicht, streel zijn wangen, veeg teder met mijn duim over zijn oogleden. Oogleden die zijn prachtig donkere reeënogen nu bedekken. Een donkere ring van wimpers markeert het einde van zijn ogen, en ik raak voorzichtig zijn jukbeenderen aan, die scherp afsteken tegen zijn bleke huid. Mijn vingers vinden een weg naar zijn mond, die zachte curve waarmee hij zo heerlijk kon lachen. Als hij glimlachte straalde de wereld. Mijn wereld.
Hij was mijn alles, mijn licht.
Ik druk mijn lippen zachtjes op de zijne in de hoop dat hij mijn kus beantwoordt, maar ik voel slechts de sensatie van koude huid op mijn mond.
Een zoute traan spat uiteen op zijn huid als ik mijn snikken niet langer in kan houden.
"Word wakker, Caiden, open je ogen," smeek ik, mijn trillende handen wanhopig zijn nette shirt vastgrijpend. Zijn ogen blijven gesloten, zijn mond onbeweeglijk.
"Word wakker! Asjeblieft, word wakker!" Meerdere druppels vallen op zijn gezicht, maar hij blijft roerloos liggen, niet reagerend op mijn uitbarstingen. Twee warme handen op mijn schouders leiden me weg van de kist. Gedwee loop ik mee, mijn hoofd zwaar, de tranensporen nog altijd op mijn wangen. Dag, Caiden. Dag, mijn licht.



Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top