Onthulling
Het was licht, maar ik kon niks zien. De felle stralen verblindde me terwijl een onzichtbare hand me op pakte en omhoog trok. Hij had me zo stevig vast dat ik geen lucht meer kreeg. Ik snakte naar adem maar er was geen lucht te bekennen. De hand liet me los en ik viel als een kogel naar beneden, waar ik weer opgevangen werd door een andere hand. Deze voelde warm en aangenaam, en zachtjes duwde het me naar de uitgang.
Ik hoestte en kuchte en langzaam zag ik wazig hoe een persoon over me gebogen hing, pratend. Ik voelde me koud en mijn lichaam trilde van inspanning. Toen na een paar seconden mijn zicht weer terug was zag ik tot mijn opluchting dat het Mina was die tegen me aan het praten was. Met ongeruste ogen keek ze me aan.
"Sinm! Kun je mij horen?"
Met een nieuwe teug adem zei ik op schorre toon:
"luid en duidelijk."
Met veel moeite kwam ik overeind en Mina omhelsde me zachtjes. "Gelukkig." Antwoordde ze zacht.
Nadat ze me weer had los gelaten, zag ik pas dat we op de vloer van de woonkamer zaten. Van onder de deur van de slaapkamer lag een grote plas met water.
"Je was flauwgevallen terwijl je de kraan van het bad had aan laten staan." Verklaarde Mina. "Ik was hiernaartoe gekomen met wat te eten, denkend dat je waarschijnlijk wel honger zou hebben na zo'n lange dag. Toen ik je nergens kon vinden wilde ik bijna weer vertrekken, tot dat ik water van onder de slaapkamer deur zag komen. Toen ik je in de badkamer had gevonden was ik ongelofelijk bang dat je dood was. Je lag helemaal stil met je gezicht naar beneden in het water. Ik was zo blij toen je wakker werd. Na mijn reanimatie bleef je maar water ophoesten."
Ik voelde hoe mijn hoofd langzaam rood werd. "R-reanimatie?"
Mina's hoofd begon nu ook rood te worden. "Het was werkelijk niks bijzonders. Iedereen had het kunnen doen......J-je vind het toch niet erg he?"
"N-n-nee nat-t-uurlijk niet!" Stotterde ik en verlegen keek ik de andere kant op.
"Bedankt dat je nogmaals mijn leven hebt gered." Zei ik uiteindelijk en Mina lachte blozend.
"Graag gedaan hoor, ook al hoop ik nu echt je veder nooit nog een keer op de grond te hoeven vinden. Kun je me dat alsjeblieft beloven?"
"Ik beloof het."
Mina knikte goedkeurend zuchte opgelucht en zei: "Misschien is dit een goede tijd om wat te gaan eten?"
Het was raar hoe ze van zo'n angstaanjagend situatie opeens kon overschakelen naar zoiets onschuldigs, maar ik was bij dat ze dat deed. Het had op dit moment toch niet zo veel nut om nog langer stil te staan bij wat er toen net was gebeurd en ik had inderdaad best wel honger. Mina ondersteunde me naar de koffietafel, waar ik weer op de grond ging zitten. Ze legde wat kussens neer zodat de grond niet al te hard zou zijn en pakte een trui en deken uit mijn slaapkamer.
"Hier." zei ze, en ze gaf de trui en de deken aan mij. "Je moet wel goed warm blijven, zeker als je nog steeds zo doorweekt bent. De handdoeken in je badkamer zijn helaas allemaal nat geworden en dit was het enige droge wat ik zo snel kon vinden. Ik wil je nu niet verlaten om nieuwe te gaan halen, dadelijk val je nog een keer flauw!"
"Dat is oké." antwoordde ik en ik trok de trui over mijn hoofd. "Ik had wel beloofd dat je me niet meer op de grond zou vinden toch? Dan nog steeds heb ook het liefste dat je hier bij me blijft."
Ik wikkelde mezelf in de deken en Mina pakte ondertussen het mandje uit wat ze had gevuld met eten. Tot mijn vreugde waren het de simpele dingen die ik de laatste dagen nou juist zo had gemist: een knapperig stuk brood, verse sap en een groot stuk van Mina's zelfgemaakte taart. Toen Mina ook een paar bordjes en twee kopje uit haar mandje had gehaald was het tijd om te eten. Na een tijdje erg aangedrongen te hebben deelde we alles door de helft en rustig aten we in stilte, genietend van het eten en het moment.
Mijn honger was na een kwart van het brood te hebben gegeten al gestild maar toch besloot ik nog een klein stukje van de taart te nemen. Terwijl ik rustig wachtte totdat Mina klaar was merkte ik dat ze weer haar normale bediendes jurk aan had. Ik wist bijna zeker dat ze na het optreden van de leerling meesters meteen weer gedwongen was haar werk kleding aan te doen.
Mina zag dat ik haar aanstaarde en zei: "Ik weet wat je denkt, en nee, het is niet hun schuld. Ik koos er zelf voor om me terug om te kleden. Zo'n sierjurk zit alleen maar in de weg en hij zat niet eens lekker."
Meteen schrok ze van haar eigen woorden en voegde er snel aan toe: "Niet dat ik het geen mooie jurk vond! In tegen deel, hij was prachtig."
Ik lachte in mezelf. Mina dacht dat ik het beledigend op zou vangen, maar ik vond het juist erg amuserend. Het was goed dat ze haar eigen eerlijke mening gaf over dingen.
"Volgende keer zal ik je uitgebreid de keus geven, goed? Er zit vast wel een jurk tussen die perfect is voor jou." zei ik en beide lachte we zacht.
Ik voelde een rilling over mijn rug lopen en ik trok de dekens nog veder om me heen. Ik had het nare voorgevoel dat vandaag niet goed zou aflopen. "Gaat het?" Vroeg Mina bezorgd, die ook al had gemerkt dat er iets was. Voordat ik kon antwoorden werd er op de deur geklopt. Mina stond op om open te doen maar de deur ging al open.
Een bleek uitziende Minory kwam de kamer in gelopen. Voor een paar seconden keek ze me hulpeloos aan, en viel daarna in een keer op de grond.
Beide haastte we naar haar toe en knielde bij haar neer. Ze ademde gelukkig nog, maar aan haar uiterlijk te zien was ze verre weg van gezond. Haar huid was zo wit als melk en haar lippen droog en gebarsten. Toen ze haar ogen een stukje open deed zagen ze er rood en bloeddoorlopen uit.
"S-sinm..." fluisterde ze op zachte toon.
"Het was....S-".
Haar adem stokte en het was duidelijk dat ze geen lucht meer kreeg. Snel probeerde we haar een beetje overeind te zetten, en gelukkig hielp dat.
"Het.. was...Sa......"
Haar stem vaagde weg, haar ogen vielen dicht en haar lichaam ging slap. Snel luisterde we of ze nog ademde. Na een paar zenuwslopende seconde van stilte hoorde we heel zacht een piepende adem.
Mina wilde al Samuel gaan halen maar ik stopte haar net op tijd. "Nee, haal Raphael."
Even keek ze me vragend aan maar rende daarna snel naar buiten om de wachters Raphael te laten halen.
Nog steeds geschrokken schoof ik langzaam naar achter totdat ik met mijn rug tegen de zijkant van een van de sofa's zat.
Minory had het bevestigd. Zij had met eigen ogen meegemaakt hoe hij haar had vergiftigd. Al die tijd was hij degene geweest die me ziek had gehouden. Hij. Maar waarom? Wilde hij me echt zo graag van de kaart hebben?
Mina kwam weer terug de kamer in gerend, gevolgd door twee wachters, die samen Minory voorzichtig op de grootste sofa legde. Mina kwam naar me toe gelopen en knielde bij me neer.
Het kon niet waar zijn. Na al die jaren...
"Sinm..." zei Mina, maar ik wilde haar niet onder ogen zien, dat kon ik niet.
Het kon niet waar zijn.....
Het klonk alsof de hele kamer het me toefluisterde. Ik voelde de hete, kolkende woedde in me naar boven komen. Mijn hoofd begon hevig te bonken en uit pijn greep ik Mina's arm stevig vast.
Ik was regelrecht in zijn val gelopen!
"Majesteit!"
Haar kreet schudde me wakker en snel liet ik haar los. Vol angst keek ze me aan.
"Mina, volgens mij word ik langzaam gek..."
Nog steeds met een angstige blik zei Mina zacht: "Sinm, je weet over wie Minory het had, nietwaar? Wie was het die..."
Op dat moment stapte Raphael de kamer binnen.
"Majesteit! Ik ben al kort geïnformeerd door de wachter maar bent u in orde?"
Ik zag dat zijn ogen de kamer doorschoten, van mij naar de waterplas van onder de slaapkamerdeur, naar Minory die op de Sofa lag.
"Wat is hier in hemelsnaam gebeurd? Moet er iemand gehaald worden om de lek in de badkamer te repareren?"
"Er is geen lek, maar maak je daar maar geen zorgen over. Help alsjeblieft eerst Minory."
Ik besefte nu pas dat Mina eigenlijk niemand had geïnformeerd over wat er was gebeurd nadat ze me had gevonden. Ze was waarschijnlijk toch veel te druk bezig geweest met het zeker ervan zijn dat ik nog leefde, maar iets zei me dat ze expres niemand erbij had geroepen. Daar was ik haar erg dankbaar voor.
Raphael haastte zich naar de bank en gebaarde na een paar minuten van onderzoeken: "Majesteit, deze symptomen.... Ze zijn hetzelfde als die u heeft. Het verschil is alleen dat Minory al in een veel veder stadium is."
Hij stapte op me af en maakte zijn gebaren zo klein dat de andere het niet zouden zien. "Ik heb al zo'n mijn vermoedens waarom u mij in plaats van Samuel hebt laten halen, maar ik ben geen meester van genezing. Ik heb lang niet zoveel kennis over medicijnen als hem."
"Dan zorg je ervoor dat je de kennis bemachtigd. Ik geloof in je dat je het voor elkaar kunt krijgen."
Raphael knikte bevestigend. Ik wist dat hij een even goede dokter als zijn broer kon zijn. Misschien zelfs nog wel beter. Raphael en Samuel hadden beide precies dezelfde opvoeding en training gehad totdat ze zich gingen specialiseren voor het meesterschap. Als er niet de regel was van 'één meester, één specialiteit', weet ik bijna zeker dat Raphael ook meester van genezing zou zijn geworden.
" Ik zal werkers meteen laten komen om het water op te ruimen, maar het kan nog steeds een hele tijd duren voordat alles weer droog is. Misschien is het verstandig om voor nu even een andere slaap plek te regelen. Zal ik een gastvertrek voor u laten klaarmaken?"
Ik hoefde geen seconde over die vraag na te denken. Er was me net een zeldzame kans aangeboden dus ik moest hem wel nemen. "Nee dat is niet nodig," antwoordde ik. "Ik logeer wel bij Mina in de stad."
Raphael reageerde verbaasd en Mina's ogen werden groot.
"Niet onrespectvol tegenover Mina, maar de stad is de minst veilige plek om nu te verblijven. Het is daar veel minder hygiënisch dan hier in het kasteel en u kunt alles minder goed in de gaten houden. Wat is uw reden voor toch in de stad te verblijven?"
"Ik wil gewoon even weg van al deze problemen zodat ik er goed over kan nadenken. Ik heb zo'n gevoel dat morgen iedereen op de proef gesteld zal worden en ik wil voorbereid zijn. Daarom trek ik me terug bij Mina, ziek of niet, en zal ik morgenvroeg weer terug zijn, hopelijk voordat de andere weten waar ik me schuil houd. Als iemand vraagt waar ik ben, zeg dan dat ik me klaarmaak voor mijn verjaardag en niet gestoord wil worden. De meeste zullen er dan wel twee keer over nadenken voordat ze op mijn deur kloppen."
"Zoals u wilt. Ik geloof in u dat u het goede zult doen, maar.." voor heel even stopte Raphaels stroom van gebaren. "... wees voorzichtig, oké? Ik verwacht u morgen om uiterlijk 9 uur terug in uw vertrekken. Ik zal op u wachten."
Hierna boog hij en verliet Raphael de kamer weer, samen met de wachters die Minory droegen.
Mina keek me nog steeds met grote ogen aan. "Heb ik ook nog inspraak op wat er toen net afgesproken is? Ik vind het niet erg dat je blijft slapen maar je weet dat ik maar één bed heb. Ook had Raphael gelijk toen hij zei dat het niet veilig is voor jou op straat. Je zult opvallen met je witte haar en in de arbeidersring zullen ze echt niet blij zijn als er opeens iemand rijkgekleed ronddwaald. Mensen zullen proberen je om te kopen of misschien zelfs te ontvoeren en geld voor je eisen. Het zou goed zijn als je dan toch nog te minste een wachter meeneemt ter bewaking."
"Jij bent de enige bewaking die ik nodig heb. Ik verberg mijn haar en leen wel wat oude kleren van een van de bediendes. Ik ben al wel eens eerder naar de stad gevlucht dus waarom zou het niet nog een keer lukken?"
Mina zuchtte. "Oke dat is dan al een van de twee problemen opgelost." Ik zag dat haar mondhoeken lichtjes omkrulde en merkte dat ze moeilijk een streng gezicht kon houden. Ik was blij dat de herinnering van mijn vroegere komsten naar de stad ook nog steeds positieve gedachten bij haar boven brachten.
"Als voor het slapen," ging ik veder, "Ik vind het niet erg om een nachtje op de bank te liggen hoor. Een keer iets nieuws proberen is ook niet verkeerd."
"Je hoeft echt niet zo ver te gaan!" Zei Mina snel. "Ander slaap ik wel op de bank en kan jij in mijn bed slapen. Ik zou het mezelf niet kunnen vergeven als een erg zieke koning op mijn bank moest slapen, in plaats van hem mijn bed aangeboden te hebben."
"Heus Mina, het geeft niet, ik slaap wel gewoon op de bank. Jij hebt ook een goede nachtrust nodig."
"Maar jij hebt het harder nodig dan mij..."
Al dit (bijna) bekvechten over niks zorgde ervoor dat we alleen maar meer tijd verloren."We hebben het hier nog wel over zodra we bij jou thuis zijn, goed?"
Mina begon haar mandje weer terug in te pakken en ik verzamelde met moeite een pyjama en mijn tandenborstel. Ik had nog nooit een slaapfeest meegemaakt maar ik kon me inbeelden dat de voorbereidingen ongeveer zo zouden gaan. Haastig stopte ik alles in een tas en liet een bediende komen met wat oude kleren en een hoed.
"Mag ik vragen waarvoor u ze nodig heeft?" Vroeg de bediende met enige nieuwsgierigheid maar ik deed net alsof ik hem niet had gehoord.
"Ik beloof je dat ik ze snel weer aan je terug zal geven." Verzekerde ik hem ervan en de bediende knikte dankbaar.
Aan zijn gewaad zag ik dat hij een van de hogere bediende was, degene die alleen belangrijke gasten en de meesters diende. Net toen ik hem weg wilde sturen bedacht ik me opeens iets.
"Wacht. Weet jij toevallig of Tias laatste tijd extra informatie heeft door laten komen vanuit het rijk?"
De bediende zei niks maar ik kon aan zijn gezicht zien dat hij iets achterhield. "Nou?" Zei ik na een paar seconde, om hem nog verder aan te sporen. De bediende wist welke gruwelijke straffen er wel niet stonden op het ontevredenheid stellen van de koning dus begon hij uiteindelijk twijfelend: "Eigenlijk ben ik ten strengste verboden om hier over te praten maar de meester heeft inderdaad meerdere kleine teams van soldaten door het hele land gestuurd om informatie te bemachtigen. Ze zouden drie dagen rondreizen en komen als het goed is vanavond laat weer terug. Ik weet niet waarover ze informatie moesten bemachtigen maar ik weet wel dat het zo geheim is dat zelfs de andere meesters er niet vanaf weten. Vergeeft u het me voor het niet beschikken over meer informatie."
"Verontschuldig je niet. Ik ben al blij dat ik weet dat hij ook echt actie heeft ondernomen. Ik dank je hartelijk voor deze waardevolle informatie."
De bediende was zo verbaasd over mijn oprechte dankbaarheid dat hij niet eens boog toen hij de kamer verliet. Ik wou dat meerdere zo plotseling de formaliteiten konden vergeten.
Ik trok de oude kleren met behulp van Mina aan en ze knoopte een doek om mijn haar voordat ik de hoed op kreeg. "Het is beter om je haar extra goed te verbergen. Zo zal niemand zomaar vragen gaan stellen. Er lopen zoveel mensen met doeken om hun hoofd geknoopt in de arbeidersring dus het helpt alleen maar meer als camouflage. Ik was blij dat ze me zo goed probeerde te helpen, maar eerlijk gezegd ging mijn voorkeur het liefste naar alleen een hoed, of nog beter; gewoon geen hoofddeksel. Ze waren altijd te groot of te klein en bleven nooit goed zitten. De hoed die ik nu op had was ook aardig wat te groot maar mijn hoofddoek hield hem nog redelijk op zijn plek.
Terwijl we door de met fakkels verlichte gangen liepen moest ik weer terugdenken aan toen ik voor de aller eerste keer 's avonds door de gangen struinde. Ik had toen ontzettende honger en samen met Kian verkende we het hele kasteel, opzoek naar eten. Eigenlijk mochten we 's avonds niet van onze kamers af komen en waren we in constante doodsangst dat we gesnapt zouden worden.
Nu, zoveel jaar later, was het niet Kian waar ik mee liep maar zijn beeldschone jongere zus, nog altijd bang om gesnap te worden. Helaas was de straf van het gevonden worden nu velen malen erger dan een paar uur opgesloten worden in een bezemkast. Als we nu door de verkeerde persoon werden gesnapt, zelfs alleen maar opgemerkt, zou het onze dood kunnen betekenen.
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top