H13. Evan gaat fixen #1
H13. Evan gaat fixen #1
~+~+~+~+~
Die nacht slaap ik slecht en dat komt doordat ik als een gek grijnzend naar het plafond lig te staren. Het is al ver na twaalven en nog lig ik te denken aan Luke en aan het moment van de kus op mijn wang. Steeds herhaalt het moment zich op mijn netvlies.
Elke keer weer opnieuw.
Die wang was ik echt nooit meer. Want als Luke ooit beroemd wordt, dan kan ik zeggen dat ik zijn speeksel op mijn wang heb.
Zuchtend kom ik overeind en kijk klaarwakker naar mijn wekker. 2:32 uur. Ugh.
Knipperend met mijn ogen kijk ik om me heen door de kamer. Mijn ogen glijden naar het raam waar een streepje licht van de maan doorheen piept. Ik draai me half om en klop mijn kussen op, om er daarna achterover leunend in weg te zakken.
Ik sluit mijn ogen en laat mijn gedachten afdwalen naar gisteravond. Mijn mondhoeken krullen als vanzelf op. Het was echt leuk, samen met Luke eten in dat restaurant. Alleen... wat had die Madelon nou gezegd? Dat Luke een homo in elkaar geslagen heeft? Maar Luke slaat geen mensen, toch? En hij heeft verteld dat hij er zelf ook één is... Zou hij er dan nog niet voor uit gekomen zijn?
Vragen blijven rond zweven in mijn hoofd en ik frons. Misschien moet ik eens langs zijn huis gaan voor antwoorden.
Ik knik bij mezelf. Ja, dat zal ik doen.
*^*
In mijn rolstoel rol ik die middag door het hele ziekenhuis op zoek naar een slachtoffer dat heel graag met mij naar Luke wil gaan, maar natuurlijk kan ik geen geschikt mens vinden. Waarom is de persoon die je op een heel belangrijk moment nodig hebt altijd net verdwenen?
En Sander kan ik ook niet appen, want die zit op school.
Maar dan zie ik dè meest geschikte persoon binnenlopen. Althans, één van hen.
'Ha Evan!' begroet ik de knappe helft van de tweeling enthousiast. 'Hoi,' brom ik dan neutraal tegen Sanne. Ik kijk weer naar Evan en kijk dan met grote ogen weer terug naar Sanne. Ze kijkt me chagrijnig aan. 'Als je het waagt..' dreigt ze.
Maar ik kan er niks aan doen.
Ik schiet in een schaterende lach wanneer ik zie dat ze geen wenkbrauwen heeft. Het ziet er echt geweldig komisch uit. 'M-mag ik e-een foto ma-haken?' vraag ik bijna huilend van het lachen.
Ze kijkt me woest aan. 'Nee! Dat heeft deze klojo hier naast me al gedaan!' Na die woorden stampt ze er vandoor. Verbaasd kijk ik op naar Evan, die me grijnzend aankijkt. 'Ze heeft me alles verteld over de weddenschap en was vastbesloten om te winnen. Maar zo te horen èn te zien is het haar niet gelukt.' Ik schud grinnikend mijn hoofd. 'Laat zien die foto,' zeg ik gretig en met een grote grijns laat Evan hem zien.
Laat me even dit zeggen: ik heb nog nooit zo hard gelachen.
Nog na hikkend veeg ik mijn lachtranen weg. Even haal ik diep adem en kijk dan Evan aan. Hij lacht naar me. 'Voor een homo val je nog best mee.' Ik stop met lachen en kijk hem fronsend aan. 'Hoezo?' Evan wordt knalrood. Hij schuifelt onrustig met zijn voeten. Dan haalt hij wat ongemakkelijk zijn schouders op. 'Sanne zei dat je nogal nichterig deed,' bekent hij dan met rode wangen.
Ik kijk hem even schattend aan en glimlach dan. Ik denk niet dat Evan dat gemeen bedoelde. 'Bedankt,' zeg ik en ik geef hem grijnzend een knipoog. Evan grinnikt schaapachtig.
'Nou, ik moet er maar weer eens vandoor,' mompelt hij dan. Hij wil langs me heen schuifelen, maar ik pak hem nog net bij zijn rechterarm vast. 'Nee! Niet gaan! Ik heb je nodig!' roep ik dramatisch. Hij draait zich om en kijkt me met een opgetrokken wenkbrauw aan. Dan zucht hij diep.
'Je hebt me toch niet nodig om een ex-vriendje jaloers te maken, hè?' Hij kijkt me argwanend aan en ik gniffel. 'Nee, jammer genoeg niet,' zeg ik en ik knipper zwoel -nou ja, dat probeer ik- met mijn wimpers. Evan snuift. 'Genoeg geflirt voor vandaag. Wat moet je?' Ik grijns breed. 'Heb je zin in een missie?' Evan haalt zijn schouders op. 'Ligt eraan,' bromt hij.
Ik leg mijn plan uit. 'Dus ik wil er heel graag heen om mijn vragen beantwoord te krijgen,' eindig ik. Evan knikt bedachtzaam. 'Heb je het al overlegt met de zusters dat je daarheen gaat?' Hij kijkt me vragend aan. Ik staar hem glazig aan. 'Fuck,' mompel ik dan en Evan grijnst. Hij geeft me een klopje op mijn schouder. 'Als alles mag, ben ik je man. Zoek me maar op als alles zover is. Je weet waar ik uithang.' Dan is hij verdwenen.
En ik ga met een lang gezicht weer richting de lift.
☺○☺
'Zuster Mika, je bent de allerliefste zuster van de wereld!' blèr ik een paar minuten later wanneer ik de deur van het kantoortje open gooi en de kleine ruimte inrol. De zusters die rond de tafel een pauze houden, kijken verbaasd en verward op.
Zeg maar gerust spastisch.
'Uh... Tim? Zuster Mika heeft vandaag geen dienst,' zegt Daphne, één van de zusters, langzaam. Ik kijk haar verdwaasd aan. 'Oh..' mompel ik dan droog. Ik kijk zoekend om me heen, om te kijken of ze zich niet voor de grap achter een gordijn of kast heeft verstopt, maar ze is er echt niet.
En dat geeft me weer een sprankje hoop. Want meestal mag ik zulke dingen niet van haar. Ik was al bang dat ik smekend aan haar voeten moest gaan liggen.
'Nou, dan is 't goed. Ik ga effe naar een vriend. Hoi!' Ik wil snel de kamer uitrollen, maar zuster Daphne houdt me tegen. 'Ho, ho, ho. Waar ga jij heen? Welke vriend?' Ze kijkt me dreigend aan.
'Vriend? Zei ik vriend? Oh nee, ik bedoelde... uh...' Shit! Wat rijmt er in hemelsnaam op vriend?!
'Ja, daar kom je niet meer onderuit,' grinnikt zuster Eline dan. Ik zucht diep. 'IkwilnaarLuke,' mompel ik snel en kijk vanonder mijn wimpers omhoog naar zuster Daphne. Ze kijkt me vreemd aan. 'Wat zei je?' Ik bloos diep en kijk weg. 'Ik wil naar Luke,' zeg ik dan luid en duidelijk. Ondertussen schaam ik me dood. Wie bedenkt het nou om naar een jongen te gaan die je toch nooit meer ziet?
Antwoord: Tim de Boer.
Ik hoor de zusters achter me giechelen en ook zuster Daphne kijkt me met een geamuseerde blik aan. 'Oh ja? En wat ga je daar doen dan?' Man, ze lijkt m'n moeder wel. 'Dingen,' murmel ik vaag en kijk stuurs voor me uit.
'Ach Daphne, laat die jongen toch gaan. Hij heeft het hier al moeilijk genoeg met al die vrouwen om zich heen,' neemt zuster Eline het grinnikend voor me op.
Ja, Daphne. Luister naar haar. Zij leeft tenminste wel met mij mee.
'Goed. Als je maar op tijd weer hier bent.' Ze kijkt me waarschuwend aan en ik knik heftig. Natuurlijk ben ik op tijd terug. Zolang ik maar naar mijn toekomstige man mag gaan.
Ik steek nog even mijn hand op als groet en ga dan weer op weg met goede moed.
Maar eerst, moet ik Evan zien te vinden.
•.•
Evan duwt me naar de bushalte en ik moet zeggen: hij is de sterkste niet. Luke zou me al tachtig keer daar naartoe hebben geduwd in de tijd dat Evan dat doet.
Maar ja, Luke heeft spiertjes en daar kan hij weinig aan doen.
Hele lekkere spiertjes trouwens...
Hé! Stop met denken aan mijn toekomstige man!
'Wanneer komt die rot bus,' doorbreekt Evan mijn gedachten. Ik kijk met een opgetrokken wenkbrauw naar hem om. 'Je lijkt wel op Sanne. Die heeft ook weinig geduld,' mompel ik. Evan houdt zijn hoofd scheef en glimlacht. 'Daar zijn we tweeling voor.' Ik haal mijn schouders op. 'Whatever,' brom ik. Stiekem zijn het nog steeds gewoon marsmannetjes. Je moet ze nooit vertrouwen.
Maar... vertrouw ik dan nu geen marsmannetje? Straks ontvoerd hij me of zo...
Ach, daar is Evan of-wie-hij-ook-mag-zijn toch veel te slap voor.
'Kijk Sanne, daar komt de bus,' zeg ik grinnikend. Evan geeft me een tik tegen mijn hoofd. 'Hé, je mag geen gehandicapte mensen mishandelen,' pruil ik. Evan snuift. 'Jij bent geen gehandicapte meer te noemen,' bromt hij en ik grijns breed. Daar zou hij best wel eens gelijk in kunnen hebben.
Evan helpt me de bus in en zet me op een stoel bij het raam neer. Hij zet de rolstoel weg en ploft dan met een diepe zucht naast me neer. Ik kijk hem gefronst aan. 'We zijn er nog niet, hoor,' mompel ik. Evan kijkt me aan en rolt met zijn ogen. 'Dus je wilt zeggen dat ik nog erger kan verwachten.' Mijn mondhoeken krullen op en een brede grijns siert mijn gezicht. 'Ja, eigenlijk wel.' Evan kreunt. 'Ik snap echt niet hoe de mensen om je heen het met jou uithouden.' Ik haal mijn schouders op. 'Gewoon met me omgaan en dan merk je het vanzelf,' zeg ik, terwijl ik hem een klopje op zijn schouder geef.
'Aha,' knikt Evan en hij kijkt me vanuit zijn ooghoeken aan. 'Ik zal mijn best doen, meneer baas,' zegt hij spottend. Ik knik tevreden. 'Meneer baas. Dat klinkt best goed,' murmel ik. Weer rolt Evan met zijn ogen en ik merk bij mezelf op dat hij echt veel op Sanne lijkt.
Nu maar hopen dat hij zich niet als een meisje gaat gedragen.
☻♥☻
'En we gaan nog niet naar huis. Nog lange niet, nog lange niet! En we gaan nog niet naar huis, want mijn moeder is niet thuis!' zing ik een kwartiertje later als we uit de bus zijn gestapt en Evan me richting de straat van mijn toekomstige man duwt.
'Hou eens op met dat gekrijs,' hoor ik het marsmannetje zacht achter me mompelen en ik draai me beledigt naar hem om. 'Hé! Beledig mijn mooie zangtalent niet! Ik heb toevallig wel geld gekregen van de politie toen ik zo mooi aan het zingen was op een straathoek,' snuif ik. Evan grijnst scheef. Natuurlijk lang niet zo mooi als Luke dat kan. 'Dat was vast om je daar weg te krijgen. Je krijst de mensen nog eens een gehoorbeschadiging aan.' Ik knijp mijn ogen tot spleetjes en ga met mijn armen over elkaar en een boos gezicht weer recht in m'n rolstoel zitten.
'Luke zou mijn zangtalent wel waarderen,' mopper ik. Dan veer ik op. 'Kijk, daar is het!' roep ik, terwijl ik naar de straat tegenover ons wijs. Evan grinnikt en steekt over. Ik zit zowat te stuiteren in mijn stoel. Maar mijn enthousiasme daalt naar het Zuidpoolgebied wanneer ik iemand in het oog krijg. Een vreselijk iemand. Een héél erg vreselijk iemand.
'Nee,' jammer ik klagelijk wanneer ik Madelon voor Lukes huis zie staan, 'Wat doet zij nou weer hier?!' Evan blijft stilstaan en kijkt ook naar haar. 'Wie is dat dan?' vraagt hij verwondert. 'Mijn toekomstige-mannen-afpakker,' zeg ik met een zielig stemmetje. 'Hoe kan ik nou ooit ongezien bij de voordeur komen?' vervolg ik en ik kijk Evan aan.
Dan zet ik grote ogen op. Want er is me zojuist een plan binnengeschoten.
Ik geef Evan een duw in zijn rug, zodat hij naar voren struikelt. Hij kijk boos naar me om. 'Ik weet dat je me wil vermoorden, maar is het daar nog niet te vroeg voor?' Ik rol met mijn ogen en zet dan een glimlach op. 'Jij moet haar versieren!' Ik kijk hem breed grijnzend aan. Evan knippert met zijn wimpers en kijkt me dan ongelovig aan. 'Ik? Die snol versieren?' stamelt hij en ik knik hevig. 'Jazeker,' zeg ik eigenwijs.
Evan zucht diep en kijkt weer naar Madelon. Ik zie hem twijfelen en geef hem nog een klein duwtje. 'Kom op. Dat kan jij wel. Je bent immers best knap.' Ik kijk met een schuine lach aan. Evan bijt op zijn lip en geeft me dan een klein knikje. 'Goed dan. Omdat jij het bent,' mompelt hij en begeeft zich richting de mannen-afpakker. Ik grinnik.
Dit gaat leuk worden.
To be continued...
***
A/N Hallo mensjes! Hier ben ik dan weer! Sorry dat ik al zo lang niet heb geupdate ^^ Maar ik zal nu weer mijn best gaan doen ;)
Btw ook sorry voor dit korte stukje (voor mijn doen dan)
Hopelijk zijn jullie nog wel enthousiast over het boek ^^
Aju!
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top