20 - Normaal

Die middag brengen we door op het strand.
Het is erg rustig, en af en toe horen we wat zeemeeuwen krijsen.
'Moira?'
'Hm?'
Ik lig met mijn ogen dicht in het zand en kauw op een grasspriet. De wind suist langs mijn oren, en de zandkorrels kriebelen tussen mijn blote tenen. Het is raar, maar voor het eerst in jaren voel ik me gelukkig.
'Hoe zit het eigenlijk met jouw ouders?'
En dat gevoel is nu in één klap weg. Brommend draai ik me op mijn zij en begin met mijn vinger cirkeltjes in het zand te tekenen.
'Moira? Zijn ze dood?'
Ik zwijg.
Mijn ouders zijn al een lange tijd een onaangeraakt onderwerp, en het liefste laat ik dat zo.
'Moira-'
'Laten we gaan.'
Ik sta op en been weg, een roepende Vanella straal negerend.
Ik loop weg van het strand en kom bij een klein, donker parkje waardoor een kronkelig kiezelpad loopt.
Achter me hoor ik iemand rennen en hijgen, en opeens voel ik een hand op mijn schouder.
'Moira, alsjeblieft-'
Met een ruk draai ik me om, en voordat ik het besef begin ik te schreeuwen.
'Weet je Vanella, jij je zin. Je bent zo fucking bemoeizuchtig, dat ik je niet eens kan negeren.'
Vreugdeloos begin ik te lachen.
'Mijn moeder wilde me niet. En mijn vader, mijn vader was een lafhartige moordenaar.'
Ik lijk de woorden haast in haar gezicht te spugen. Dan begin ik plots te trillen en zak ik in elkaar.
'Net... Net als ik...'
En dan lijkt het alsof er kortsluiting in mijn hersenen ontstaat.
Terwijl ik normaal helemaal niks voelde, voel ik opeens alles tegelijk. Het resultaat is dat ik huilend begin te krijsen en lachen, terwijl ik trappelend door het gras heen rol. Wat gebeurt er met me? Mijn oren lijken zich af te sluiten, en ik begin met mijn hoofd tegen de grond te slaan. Na een paar keer voel ik het bloed uit mijn neus lopen, maar ik voel gek genoeg geen pijn.
Ruw voel ik plots twee handen op mijn schouders en word ik overeind getrokken.
'Moira, het komt goed.'
Met betraande ogen en een flauwe grijns kijk ik op.
'Nee Vanella. Mijn leven is nutteloos, net als dat van mijn ouders. En misschien wel om even niet de nutteloosheid te hoeven voelen van míjn bestaan, neem ik het leven van anderen af.'
Ik schud mijn hoofd en kijk naar de grond. Druppels bloed vermengd met tranen vallen op het platgedrukte gras.
'Weet je, sommige mensen hebben plezier in mensen pijn doen. Daar gaat het mij niet om. Het gaat mij om de macht over een leven. Voor de rest niks. Dan ben ik toch wel normaal?'
Vanella tilt mijn kin op.
'Nee Moira. Je bent niet normaal. Nooit geweest waarschijnlijk. Maar het hoort bij je, en je kunt het wel beheersen, dat weet ik zeker.'
Raar genoeg zie ik geen greintje angst in haar ogen.
Ik grinnik.
'Je bent zo naïef. Je hebt zoveel vertrouwen...'
'Ja, maar ik vertrouw op mijn gevoel, en mijn gevoel zegt dat ik je kan helpen. En het boeit me niet of me je vermoordt of niet. Eerlijk niet. Zolang ik mijn leven maar heb gewijd aan iets doen om je te helpen, ben ik al blij.'
Ze slaat haar armen om me heen en ik begraaf mijn gezicht in haar trui.
'Dank je.'

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top