•4•
Ik zet mijn fiets op slot en ren naar binnen om op tijd te komen. Hijgend loop ik het lokaal binnen. Automatisch loop ik naar de plek naast Daimon waar ik altijd zit. Pas als ik er ben besef ik dat die plek bezet is. Even kijk ik verward van het persoon naar Daimon.
Vera. Vera is op mijn plek gaan zitten. Beschaamd draai ik me om en loop naar een lege tafel. Ik voel mijn wangen rood worden dus buk snel om mijn boeken uit mijn tas te pakken. Ik durf hun kant niet meer op te kijken maar ik kan horen dat ze het heel gezellig hebben. Waarom zit Vera opeens naast hem? Vindt hij het niet meer leuk naast mij? Wat heb ik verkeerd gedaan, komt het door gisteren?
Misschien vindt hij Vera wel leuk.
Een steek gaat door mijn buik. Snel neem ik een paar slokken water. De rest van de les negeer ik ze en focus me zo goed als het lukt op de opdrachten. Een opgeluchte zucht verlaat mijn mond als de bel klinkt en het blokuur voorbij is. Snel prop ik mijn boeken in mijn tas en ren nog net niet het lokaal uit. De wc's zijn om de hoek en zo snel als ik kan loop ik een hokje in en plof neer op de rand.
Vera gaat me vervangen. Hij vindt haar aardiger, leuker, liever, minder lomp, charmanter en ze is ook nog eens knapper. Waarom zou hij met mij om blijven gaan als hij Vera kan krijgen? Een gevoel van teleurstelling overstroomt me. Ik knipper met mijn ogen om mijn tranen te bedwingen. Daimon is ook veel te goed voor me, ik kon weten dat dit ging gebeuren.
Jezus Katy. Moet je ongesteld worden ofzo?
Verman je. Als hij Vera leuker vindt is dat zijn keuze. Je kan echt wel zonder hem leven.
Ik adem diep in en blaas het weer uit. Met een ruk sta ik op en pink een traantje, dat toch zijn weg naar buiten had gevonden, weg. Ik loop de wc's uit en zie Daimon in de verte bij onze vriendengroep staan, met Vera...
Ik richt mijn kin omhoog en loop recht langs hem zonder hem ook maar één blik te gunnen. Met grote passen loop ik richting Janet en haar vriendinnen. Normaal kan ik me niet echt in hun vinden maar vandaag maakt het me niet uit. Janet ziet me en trekt een wenkbrauw op.
Wat doe je? Vormt ze met haar lippen. Ik schud met mijn hoofd en haal mijn schouders op.
"Gezellig toch?"
Ze kijkt me bezorgd aan en trekt me weg van het groepje. Samen gaan we een eindje verderop staan. Met over elkaar geslagen armen kijkt ze me aan.
"Vertel op."
"Vertel wat op, Janet? Er is niks aan de hand, ik weet niet waar je het over hebt", schiet ik meteen in de verdediging terwijl ik mijn bril rechter op mijn neus duw.
"Katy, ik ken je al heel lang. Ik kan het inmiddels ruiken als er iets mis met je is. En zelfs als dit niet zo zou zijn, je gezicht is haast een open boek. Ik wist al dat er iets mis met je was op het moment dat je de klas binnenliep", zegt ze streng.
"Janet, ik weet het niet meer. Ik weet het echt niet meer", fluister ik hulpeloos terwijl ik naar Vera kijk. Janet volgt mijn blik en ziet Vera overdreven hard giechelen.
"Dus", begint Janet langzaam.
"Janet dit is niet het moment", zeg ik dreigend, wetend wat ze op het punt staat om te zeggen.
"Ik zei het toch", zegt ze en ze slaat haar hand gauw voor haar mond, "Oke nu dat uit mijn systeem is kunnen we weer doorgaan."
Ik rol met mijn ogen en vertel haar wat mij al de hele nacht wakker heeft gehouden.
"De date. Het begon allemaal met die vervloekte date. Ik voelde me constant warm van binnen en werd rood bij iedere complimentje dat hij mij gaf."
Ik negeer Janet's grijns en ga ongestoord verder.
"We hebben enorm veel gelachen. Na de date zette hij me af bij huis. Het was even heel...verwarrend? Hij boog naar me toe. Heel langzaam. Ik weet niet of ik ook naar hem toe bewoog, maar op een gegeven moment had ik hem in een harde knuffel getrokken."
"Ik zei toch dat je een harde knuffelaar bent", zegt Janet zeurderig.
"Janet..", jammer ik. Ik weet niet wat ik moet doen. Ik weet niet eens wat ik voel. Hij is mijn beste vriend en ik wil hem absoluut niet kwijtraken.
"Je vind hem leuk, is het nou zo moeilijk?" zegt Janet droog.
"Dat weet ik niet. Wat ik wel weet is dat ik het niet leuk vind hem zo met Vera te zien. Ik ga hem niet aan iemand kwijtraken. En al helemaal niet aan háár", zeg ik terwijl ik haar kant op kijk.
Janet duwt me hun richting op en onhandig struikel ik over mijn voeten. Na te veel geluid te hebben gemaakt in het proces van struikelen en half-vallen, kijkt het hele groepje en Vera mij aan. Beschaamd kijk ik naar de grond.
"Katy?" roept Daimon verbaasd terwijl hij uit het groepje naar voren stapt.
"Daimon...we moeten praten."
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top