~*23*~


Ken je het gevoel van complete leegte? Je bent niet boos, niet blij, niet verdrietig of niet bang. Je voelt alleen een druk in je maag. Je wil niets want je hebt geen idee wat je ermee zou kunnen. Dit is het gevoel wat mij overviel. We rennen voor ons leven en ik voel niets. Ox was dood, de soldaten waren zeer waarschijnlijk terug gekomen om de schade te bekijken en ik voel niets. Toch, misschien iets. Machteloosheid. Ik heb me vaker machteloos gevoeld, maar nooit zoals nu. Het is gek dat je niets kan voelen en tegelijkertijd zo veel. Gillians aanraking haalt me uit mijn overpeinzingen en gebied me verder te rennen, maar ik zie er geen nut meer in. Ik stop met rennen. Geschrokken door mijn abrupte beweging of eigenlijk het gebrek eraan, stopt de rest ook. 'Mave! Wat doe je!? Je moet rennen!' spoort Laos me aan. Ik schud mijn hoofd en ben plotseling nog zekerder van mijn beslissing. 'Nee. Het heeft geen zin.'

'Waar heb je het over?' vraagt Stick geërgerd. 

'Jullie moeten rennen. Laat me achter.'

'Wat!? Ben je gek?' Gillian stapt naar voren en pakt mijn hand. Zachtjes trekkend probeert hij me vooruit te krijgen. Ik weiger.

'Snap je het dan nog steeds niet? Ik ben wat Raa wil. Door mij is Ox dood!

'Mave...'

'Ik wil niet dat er nog meer mensen voor me sterven. Laat me achter. Breng jezelf in veiligheid nu het nog kan. Ik kan niet meer vluchten, het heeft geen zin.'

'Hij zal je vermoorden,' probeert Gillian. 

'Maar hij zal jullie met rust laten.'

'Dat weet je niet.'

'Nee, maar jullie zijn veiliger zonder mij. Dat moeten jullie ook wel inzien.' De Victorianen zwijgen maar aan hun blikken kan ik zien dat ze me begrijpen. Behalve Gillian natuurlijk. 

'We laten je niet achter,' zegt Gillian vastbesloten. 

'Gill, je moet wel.' Dan begin ik achteruit te lopen, richting Parren. Als een pijl die continu onder spanning heeft gezeten en nu eindelijk wordt vrij gelaten sprint Gillian naar voren. Hij grijpt naar mij arm maar komt niet ver. Laos houdt hem vast. Ik wissel een blik met hem en hij knikt. Ik bijt op mijn lip en ren. Achter me hoor ik Gillian schreeuwen en vloeken.

Ik ren steeds sneller. Niet voelen maar rennen.  Parren komt al in zicht. Van de oostkant is nog maar weinig over en zoals verwacht zijn Raa's soldaten teruggekomen. Even overweeg ik om alsnog te vluchten, alleen. Ze zullen gaan denken dat je nog bij de Victorianen bent, fluister ik mezelf aan. Ze gaan dan alsnog achter ze aan. Plotseling hoor ik een gegil achter me. 

Geschrokken draai ik me om, klaar om te vechten, maar ik zie niets. De hoge toon van de gil klinkt echter nog steeds. Ik kijk naar de soldaten om te zien wat ze gaan doen. Ze lijken het wonder boven wonder niet te horen. Met mijn handen bedek ik mijn oren en bijt op mijn lippen. Dit is geen gewone gil. Hier zit meer pijn in dan ik ooit gehoord heb. Meer gevoel dan ik ooit gevoeld heb. 

Dan ineens, zie ik haar. Het lijkt net een vlaag mist maar hoe langer ik ernaar kijk, hoe beter ik de omtrekken van een meisje kan onderscheiden. Ze lijkt met de seconde duidelijker te worden. Ze draagt een oud gewaad en haar haar is sluik en licht. Ik kan door haar heen kijken en hoe verontrustend dat ook klinkt, dat is niet het gene waar ik van schrik. Mijn ogen vinden de hare en met een schreeuw sla ik mijn hand voor mijn mond. Haar ogen kijken doods de wereld in. Ze hebben een lege blik waar mijn haren van overeind gaan staan. Het meisje houdt op met gillen en kijkt me geschokt aan. Je ziet me. Ik hoor haar stem in mijn hoofd maar zie haar lippen niet bewegen. Je ziet me!  

Plotseling voel ik een verschrikkelijke pijn in mijn been en schreeuw het uit. De achterkant van een pijl steekt er echt en fier uit. Ik kijk op naar het meisje maar ze is weg. Verdwaasd kijk ik om me heen en hoor in de verte de stemmen van de soldaten. Geschreeuw. 

Alles in me zegt dat ik moet rennen, maar ik blijf waar ik ben. Het is makkelijk om me te concentreren op de pijn. Het leidt af van wat er gaat gebeuren.



---

Beetje bagger hoofdstuk weer sorry daarvoor. Ben langzaam naar het einde aan het werken heheheh.

Hope you like it tho :)




Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top