4

Mijn telefoon ging af. Ik keek naar het schermpje waar een onbekend telefoonnummer stond aangegeven. Ik nam op. 'Met Isabell.' Het was even stil aan de andere kant van de lijn. 'Ja Ashton hier.' Begon hij. Ik zuchtte opgelucht. 'Weet je of je kan?' Vroeg hij. 'Nee, ik vraag het even. Blijf hangen.' Beval ik hem. Ik holde naar beneden waar mijn vader net binnen kwam. 'Pap, kan ik even naar buiten?' Vroeg ik. Hij trok zijn wenkbrauw op. 'Wat ga je buiten doen dan?' Vroeg hij. 'Ik uh, ik ga naar een vriend toe, hij vroeg of ik langs kwam.' Zei ik. 'Een vriend? Zomaar een vriend?' Zijn toon werd feller. Ik knikte. Mijn vader trok zijn jas uit en hing hem over de stoel in aan de keukentafel. Hij zette zijn werktas op de tafel en richtte zich tot mij. Ik keek hem aan. 'Wie is die vriend dan?' Vroeg hij, zijn toon scherper dan ik gewend was. Hij keek me onderzoekend aan. 'Gewoon een vriend pap, net zoals ik ook gewoon een vriendin heb.' Zei ik. 'Sla niet zo'n toon tegen me aan!' Zei hij. Het viel me nu pas op hoe onstabiel hij stond. Hij had weer eens te veel gedronken. Hoe hij het voor elkaar kreeg weet ik niet, maar de laatste tijd was hij steeds vaker ladderzat. Hij stapte dichter naar me toe. 'Mag ik nou of niet?' Vroeg ik. 'Die vriend he, is dat toevallig je vriendje?' Vroeg hij streng. 'Nee.' Mijn vader hoestte. 'Waar woont hij, je mag pas als ik weet wie het is.' Ik keek hem verbaasd aan. 'Pap! Dat is belachelijk! Hij woont een straat verderop, geen idee waar.' Zei ik eerlijk. 'Lieg niet! Je gaat zeker naar je rijke vriendje toe he? Dan ga je drugs gebruiken en je gedragen als een slet! Ik weet precies hoe de jeugd van tegenwoordig is Isabell, jij gaat de deur niet uit voor ik hem gezien heb!' Ik kon mijn oren niet geloven! Welke debiel had mijn vader opgegeten? Normaal was hij nooit zo en liet hij me gaan en staan waar ik wilde! 'Waar heb jij last van?' Vroeg ik aan hem. Hij stapte nog dichter bij me en voor ik er erg in had voelde ik mijn wang branden. Een klets dreunde door mijn hoofd. Ik keek mijn vader geschrokken aan. Ik rende naar mijn kamer toe en liet mezelf huilend op bed vallen. Hij had me geslagen, mijn bloed eigen vader had me geslagen zonder reden! 'Ik zei, sla niet zo'n toon tegen me aan!' Hoorde ik mijn vader roepen. Mijn gesnik overstemde zijn geschreeuw die je toch al amper hoorde doordat mijn deur dicht zat. 'Isabell?' Hoorde ik opeens een warme stem zeggen. Ik keek naar mijn mobieltje. 'Ja?' Zei ik met bibberende stem. Heel raar, ik kon mensen vermoroden zonder medelijden, maar zodra iemand me sloeg of uitschold, was ik zo zwak als een eendje. 'Gaat het Isabell?' Hoorde ik de bezorgde warme stem vragen. Ik pakte de telefoon op met trillende handen. 'Ja, prima.' Zei ik met bibberende stem. Ik schraapte mijn keel om zekerder te klinken. 'Wat gebeurde er?' Vroeg Ashton. 'Niks, alles is goed. Ik mag niet, tenminste, het is beter als ik niet ga.' Zei ik, mijn stem beter onder controle. 'Dan uh, zie ik je morgen wel weer.' Zei hij twijfelend. Ik knikte maar besefte me dat hij het niet kon zien. 'Ja tot morgen.' Zei ik vlug. Ik hing op en belde Sanne op. Ik moest dit tegen haar vertellen, zij was de enige die ik vertrouwde op dit gebied. 'Hee Isa!' Riep ze vrolijk door de telefoon. 'San,' ze werd meteen stil toen ze mijn stem hoorde. Ze kende me te goed en wist precies dat er iets was. 'Oh god Isa, moet ik langs komen?' Vroeg ze. 'Nee, blijf lekker thuis ik moet gewoon even iets zeggen.' Zei ik. Ik weet zeker dat ze knikte op dit moment en ik moest glimlachen. We kende elkaar zo goed, bijna te goed. 'Vertel Ies.' Zei ze. 'Nou je weet wel Ashton toch?' 'Heeft hij je iets aangedaan? Ik zweer ik vermoord die gast!' Riep ze uit. 'Nee, nee. Ashton heeft niks gedaan. Het was mijn vader. Maar goed, terug bij het verhaal. Ashton vroeg of ik wou afspreken dus dat vroeg ik aan mijn vader, toen zei hij dat ik niet mocht en toen sprak ik hem tegen en plotseling sloeg hij me, zomaar...' Zei ik. Het was er eerder uit dan ik in de gaten had. Ik hoorde beneden een deur dichtslaan. Zware voetstappen liepen de trap op en bleven stilstaan voor mijn kamerdeur die ruw werd opengedaan. Bang keek ik naar de deur opening waar mijn vader me stond aan te gapen. Eigenlijk wilde ik heel hard schreeuwen, heb ik wat van je aan of zo?! Maar ik zei niks. Hij kwam naar me toe gelopen en boog zich voororver. Een sterke alcohol geur drong in mijn neus binnen. Ik keek hem bang aan. 'Isabell, waarom heb je dat gedaan?' Vroeg hij boos. 'Wat heb ik gedaan?' Vroeg ik verbaasd terug. 'Je weet dondersgoed waar ik het over heb!' Schreeuwde hij boos. 'Nee ik weet niet waar je het over hebt, wat heb ik gedaan?' Vroeg ik opnieuw. Hij keek me aan. Ik zag woede in zijn ogen. 'Je moeder belde me net op, ze was helemaal overstuur door jou!' Riep hij. 'Je was weggelopen! Hoe durf je?!' Vervolgde hij schreeuwend. Zag hij spoken of zo? Ik weggelopen? Waar zou ik in gods naam heen moeten? Een klap op mijn wang maakte me wakker uit mijn gedachten. 'Pap alsjeblieft, ik heb niks gedaan.' Smeekte ik huilend. Hij haalde opnieuw uit en een rake klap volgde. 'Papa niet doen. Papa...' Huilde ik. Een nieuwe klap deelde hij uit alleen nu niet meer op mijn wang, nu op mijn lichaam ook. Na een paar klappen hield hij op. 'Je mag nooit meer weglopen, begrepen?' Zei hij streng. Ik knikte. Tranen stroomde over mijn wangen heen. Hij liep weg. Wanneer zou ik weggelopen moeten zijn? 'Isabell! Jij gaat me morgen alles vertellen.' Hoorde ik door de telefoon. Vervolgens piepte mijn telefoon. Sanne had opgehangen. Fijn, ook zij had geen zin in me. Wat bezielde mijn vader. Ik had wel eens eerder een tikje gehad, maar daar had hij zo zijn redenen voor en eerlijk gezecht, gaf ik hem toen ook gelijk. Dit was anders, die woede in zijn ogen. Hij wilde me express pijn bezorgen. Ik viel huilend in slaap met veel pijn, zowel lichamelijk als geestelijk.

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top