06 | B l o e d r o o d

Die zaterdag waren haar gedachten niet langer een geheim. Ze verschenen in dikke letters op het fel witte scherm. Storm was er bijna van onder de indruk hoe dreigend de tekst overkwam. Ze had nooit geweten dat ze zulke gemene woorden kon bedenken. Het was niet iets wat ze normaal gesproken deed. Als ze al iets onvriendelijks dacht, hield ze het voor zich, zoals alle brave mensen dat deden. Dat was nu geen optie meer. Deze woorden waren voor de wereld, wat die er ook mee zou doen.

Zouden de scholieren zich afvragen wat Linsay te verbergen had? Zouden ze eindelijk zoeken naar de waarheid? Storm zuchtte en roerde door haar thee. Misschien was de waarheid wel onvindbaar, want in al die jaren had niemand haar geloofd. Het ergste was dat ze daar alle reden toe hadden. Als haar rug niet bedekt was met kleine deukjes, had ze zichzelf niet eens geloofd. Maar de littekens waren er, net als de woorden op het scherm van haar vaders laptop. Binnenkort kwam er een einde aan de chaos en wanneer dit allemaal voorbij was, zou niemand meer twijfelen aan wie hier de echte schuldige was.

Ze las de brief nog eens door. Haar haren kwamen overeind. Kon je kippenvel krijgen van angst? Was ze eigenlijk nog wel bang? De zinnen duizelden door Storms hoofd. Ze maakten haar nerveus en misselijk, maar ook vastbesloten en trots. Ze was dit echt aan het doorzetten en het voelde niet eens meer zo slecht als de eerste keer.

Toch had haar kleine overwinning een bittere nasmaak. Dit was niet hoe ze haar problemen wilde oplossen. Woede was niet iets om trots op te zijn. Met een tweede zucht drukte ze op de printknop. Het apparaat maakte een ratelend geluid, terwijl het papier langzaam naar buiten kwam. Haar waarheid was nu tastbaar. Het was jammer dat ze het niet in haar eigen handschrift kon zetten, want ze had graag dat mensen haar begrepen.

Enkel wist Storm dat, hoewel dit voor haar een open brief aan degene was die haar had gebroken was, anderen het als een dreigbrief zouden zien. Dus helaas moest ze het houden bij geprinte letters. Het voelde veilig, dus ze dacht dat ze het was. Dat dit haar eerste fout was, zou ze veel later pas beseffen.

Een nerveuze grijns verscheen op haar gezicht, toen ze het papier uit de printer trok. Haar waarheid zag er angstaanjagend goed uit, maar het miste een aandachtstrekker. Weinig studenten keken naar een papier vol met in Arial getypte woorden.
Een bloedvlek zou het misschien meer doen opvallen. Maar hoe kwam ze aan bloed? Storm schudde haar hoofd. Dat was een stom idee. Het enige bloed wat ze had, was haar eigen. En dat zou een veel te makkelijke link zijn. In politieseries had ze vaak gezien hoe mensen betrapt werden door hun DNA.

Een huivering trok over haar rug bij het idee dat iemand gek genoeg kon zijn om een politieonderzoek te starten naar de oorsprong van deze brief. Zo ver zou het toch niet gaan? Haar twijfel zorgde ervoor dat ze haar waarheid het liefst direct door de papierversnipperaar liet gaan. Ze stond het zichzelf niet toe. Ze was dit begonnen en ging dit ook af maken.

Maar niet met bloed. Misschien kon ze beter iets als kleurstof of verf gebruiken. Storm kwam overeind en liep naar de gang waar een houten kastje stond. Ze trok een van de lades open, om begroet te worden door een paar reserve sleutels en haar eigen veterstrik diploma. Dat haar moeder die had bewaard... Met een kleine glimlach schoof ze de lade dicht en trok de volgende open. Deze zat vol met allerlei prullen. Een doos zakdoeken, pennen, schoenveters, een halfvergane kassabon en zelfs een roestig zakmes.

Storms vingers gleden richting het mes. Waar zou het vandaan komen? Ze kon zich geen van haar nette ouders inbeelden met zoiets. Het was vast een souvenir uit een vakantie, besloot Storm, terwijl ze de lade weer dichtklapte en naar het kastje keek.

Ze durfde te zweren dat haar moeder in een van deze lades haar knutselspullen bewaarde. Misschien had ze na haar laatste creatieve bui, die vorig jaar rond kerst was geweest, haar voorraad definitief de deur uit gedaan. De verminkte kerstkaarten die daar het resultaat van waren geweest, waren de open haard in verdwenen.

In een wanhoopspoging trok ze nog een lade open, maar die was op een doosje lucifers na leeg. Drie keer is scheepsrecht bleek een leugen te zijn. Pas toen haar hand zich om het metalen handvat van de laatste lade klemde en het ding zacht piepend open schoof, wist ze dat ze zich niet vergist had. Haar ogen scanden over de felgekleurde papieren, stof, lijm, potjes glitter en een paar waarschijnlijk oneetbare paaseitjes. Ze duwde de spullen aan de kant om te kijken of er nog meer lag, maar het enige noemenswaardige dat ze aantrof, was een velletje maffe rendierstickers.

Ze had nooit echt verwacht dat ze rode verf zou aantreffen, maar ergens was ze toch teleurgesteld. Het ging niet zo gemakkelijk als ze gehoopt had. Haar ouders dachten er natuurlijk niet aan dat hun 'oh zo brave' dochter een dreigbrief zou willen schrijven. Waarom zouden ze? Ze hadden haar nooit geloofd. Met een gefrustreerde zucht gooide ze het kastje dicht en stapte terug de woonkamer in. Haar ogen gleden naar de klok die haar vertelde dat het zes uur was. Ze had nog een half uur voor haar vader thuis kwam.

Na kort na te denken, liep Storm gehaast naar de keuken en trok de koelkast open. Dit was haar enige andere optie. Haar ogen gleden over de bijna lege planken. De kant-en-klare maaltijden die ze die avond zouden eten hielpen haar niet verder. Wat was het nut van aardappelen met bloemkool eigenlijk? Het was niet eens lekker.

Het enige bruikbare in de hele koelkast was een fles aardbeiensiroop. Ze bleef naar de bijna lege planken staren tot de kou haar huid deed tintelen en de koelkast een piepend geluid maakte. Ergens hoopte ze op een geniale ingeving, maar die kwam niet. Haar enige andere optie was oranje mango-chilisaus die pitjes bevatte. Ze had geen zin om die van het papier schrapen, dus dat leek haar geen goed idee.

De siroop dan maar. Tijd om te aarzelen had ze niet, want de klok tikte onverstoorbaar verder. Ze pakte de fles met limonade en draaide de blauw dop eraf. Voorzichtig drupte ze de vloeistof op het papier. Een zoete geur drong zich haar neus binnen. De vlekken op het papier waren lichtroze en leken in de verste verte niet op bloed. Met een gefrustreerde kreun knalde ze de limonadefles terug op het aanrecht. De plakkerige vloeistof klotste uit de fles over haar handen. Hoofdschuddend bekeek ze haar prutswerk. Dit ging niet werken. Het was niet haar plan om 's werelds eerste limonade crimineel te worden.

In haar hoofd hoorde ze het gegiechel van Linsay al. Het veroordelende gelach waarmee ze Storm telkens opnieuw wilde laten horen dat ze niks waard was. En misschien had ze gelijk, er was niet bepaald veel moois van Storm over. Het was niet fraai geweest toen ze met trillende handen de brief onder Linsays deur had doorgeschoven. Haar woede was een die makkelijk geromantiseerd zou kunnen worden in een boek. Ze zou het schoolmeisje kunnen zijn dat wraak nam, maar er uiteindelijk achter kwam dat het geen zin had. Ze zou een voorbeeld kunnen zijn.

Nee, er was geen schoonheid in de bittere boosheid en normaal zou ze zichzelf vertellen om een nacht te slapen voor ze haar plannen door zou zetten. Enkel hielp dat niet. Het komen van de ochtend had in al die jaren Storms hoofd niet helderder gemaakt en toen ze haar met limonade besprenkelde brief door de papierversnipperaar liet gaan, twijfelde ze er niet aan dat ze een tweede versie uit zou printen. Sommige dingen waren niet fraai, maar noodzakelijk.

De snippers dwarrelden als dode bladeren in de papierbak. Ze graaide door het papier, zodat de snippers zich mengden met de oude papier resten. Een scherpe pijn schoot door haar vingers. Toen ze haar hand uit de snippers trok, zag ze het dunne streepje op de zijkant van haar wijsvinger. Langzaam kwam er een druppel bloed uit de wond alsof het met haar vastberadenheid om een rode vlek op het papier achter te laten spotte.

Ze veegde het bloed met een zakdoekje weg en drukte opnieuw op de printknop. Ditmaal raakte ze de fles siroop niet aan en ook van de chilisaus bleef ze af. Ze had niet genoeg tijd om nog langer te experimenteren en haar eigen vinger durfde ze niet op het papier te drukken. Dus stopte ze het spierwitte papier in haar tas, tussen een boek wat ze voor haar verjaardag van Emily had gekregen. Niemand die ze kende vond de thriller interessant genoeg om het ding ooit open te slaan. Zelfs zij was een halfjaar later nog altijd niet verder dan pagina drie, dus daar zou het veilig liggen.

Opgelucht dat het klaar was ruimde ze de spullen op, waarna ze weer naar de laptop liep. Ze moest het document waarin ze de brief had getypt verwijderen, anders stond haar vader een nare verrassing te verwachten als hij weer aan het werk moest. Hij verdiende deze woorden niet en hoefde ze ook nooit te zien te krijgen. Haar ogen gleden voor de laatste keer over de regels, voor ze het bestand naar de prullenbak sleepte.

Linsay,

Je denkt misschien dat dit een grap is, een eenmalige actie die snel weer in het verleden zal verdwijnen. Helaas ben ik niet echt het type voor grapjes. Dat had je kunnen weten, want je kunt mij niet vertellen dat je het verleden bent vergeten. Ik geef toe, je bent er goed in om te doen alsof het nooit is gebeurd. Mevrouw de barbiepop loopt met haar roedel schoothondjes door de school alsof ze de onschuld zelve is. En iedereen lijkt er voor te vallen. Maar ik niet en ik ben ervan overtuigd dat je zelf ook niet in je eigen leugens gelooft.

Hoe kan een monster immers vergeten dat ze een monster is? Hoe kan een beest zijn ware gedaante niet meer zien? Je tranen zullen je niet beschermen en manipulatief gedrag leidt tot de dood. Dat weet je best, maar je wil het niet toegeven. Ik denk dat het is omdat er niks achter het masker van je zit. Je zegt tegen anderen dat ze niks zijn, maar wie ben je zelf?

Ik doorzie je en binnenkort zal de wereld dat ook doen. Elke actie heeft gevolgen. Je zal niet ongestraft wegkomen, terwijl anderen nog steeds met de gevolgen van jouw daden moeten leven. Is het niet oog om oog, tand om tand? Is het niet zo dat iedereen oogst wat hij zaait? Of is dat slechts wat het had kunnen zijn? Want de kans om te krijgen wat je verdient, ben je aan het verspillen. Mijn genade heeft een grens

Ik ben te geduldig met je geweest, maar je tijd begint op te raken. Als je geen verantwoordelijkheid neemt voor wat je hebt gedaan, gaan er nare dingen gebeuren...

Ik weet wie je bent, maar weet de rest dat ook?

-Mistral

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top