25.

Dit hoofdstuk is kort maar krachtig. Ik kon het niet langer maken wat het is en erom heen schrijven ging ook niet. Maar hij is er. Geniet ervan! :)

____________________________________________________________________________________________

"Eigenlijk had hij net zo goed kunnen zeggen dat ik werd neergeschoten." Ik draai me om naar Dave die een rare blik in zijn ogen heeft. "Wat kijk je nou?"

"Ik.." Hij schudt zijn hoofd en ik zie hoe zijn hand door zijn gritszwarte haren gaat. Voor het eerst sinds tijden, nee, voor het allereerst zie ik hoe Dave geen houding kan aannemen. Ik hou mijn hoofd schuin en zet een brede grijns op. "Wat ben je aan het doen, David? Weet je niet meer hoe je je moet gedragen."

Dave fronst dieper en hij krabt nu achter zijn nek. Als ik niet beter zou weten zou ik afvragen of hij last heeft van allergie.

"Ik weet niet wat ik moet denken." Begint Dave langzaam. Zijn armen zakken langs zijn lichaam en hij ziet er verslagen uit. Even kijkt hij naar de grond. De rumoer door de zaal hoor ik allang niet meer. Het enige wat ik zie is Dave, zonder houding en zonder trots. "En nu?" Mompelt hij na een lange stilte.

Oh dam. Als Dave vraagt wat nu, is het einde spel.

.

Daves POV

.

Carlos kreeg toestemming om zijn kleding op te kunnen halen. Ironisch genoeg is alles wat hij heeft, bij mijn thuis. En hiermee bedoel ik niet alleen mijn familie en ikzelf. Maar Carlos bezit in mijn gezin meer kleding en toebehoren dan hij bij zijn 'thuis' ooit heeft gehad.

Beide zitten we zwijgend in de auto. Hoe verslagen ik was na de uitspraak, hoe stil Carlos nu naast me zit. Zijn bruine ogen lijkt naar buiten te staren maar er zit geen enkele boodschap meer in. "We kunnen vluchten," mompel ik zacht. "Ik neem je mee. Heel ver van hier." Ik draai mijn hoofd naar Carlos toe en besluit mijn auto aan de zijkant van de berm te zetten. "Niemand kan ons vinden en we worden heel gelukkig."

Carlos zwijgt. Draait zijn hoofd verder van mij af richting het raam.

"Kijk me aan."

Niks.

"Je wilt niet dat ik je ga dwingen, want we weten beide dat jij verliest."

Carlos draait zijn gezicht langzaam naar me toe. Zijn lippen staan in een streep. "Ik verlies nooit."

"Ik wil niet veel zeggen, maar je bent al omgedraaid."

Carlos zucht even diep en duwt zijn hoofd tegen de leuning aan. "Ik heb dubbelop verloren. Ik ga naar huis. Hah, huis." Hij schudt snel zijn hoofd. "Ik naar de hel. Dat is het. Beter slaan ze me meteen de hel in dan ben ik daar ook vanaf."

"Tuurlijk niet." Ik duw tegen zijn schouders aan om hem overeind te krijgen. "Jij gaat niet terug." Ik buig me dichter naar hem toe en voel zijn warme adem op mijn wang strijken. Ik grijns even voor ik verder ga met mijn verhaal. "Zoals ik zei, we gaan weg. Ik ga je heel gelukkig maken."

"Jij? Als jij mij gelukkig gaat maken mag jij me bakvis noemen."

Ik heb hem met zijn bakvissengedoe nog nooit begrepen.

"Ik zal het proberen, mister bakvis."

Even zie ik hem kort naar mij grijnzen. Eindelijk, hij lijkt weer het enige beetje gevoel wat hij had terug te krijgen. En misschien kan ik hem de rest wel bijbrengen. "Noemde je mij nou mister bakvis? Jij bent overduidelijk de bakvisman hier." Hij kijkt mij even speels aan voor ik een zachte duw tegen mijn schouders krijg.

Ik lach en pak zijn bovenarmen beet om hem vervolgens naar mij toe te trekken. Carlos ademt diep uit, ik merk dat een groot deel spanning echt uit zijn lichaam komt want ik zie een brede glimlach op zijn gezicht komen. "Ik ben bakvisman?" Herhaal ik zijn woorden. Carlos zijn glimlach verandert in een grijns, maar hij laat niks los. "Maakt jou het dan bakvisvrouw?"

Zijn grijns verdwijnt en ik zie hoe zijn ogen tot streepjes trekken. "Wat zei je daar?" Zijn stem klinkt laag en ik weet dat hij zich chagrijnig begint te maken. Eerder had ik een spuughekel aan mensen die door en door chagrijnig waren. Maar Carlos heeft iets magisch.

Je kan hem ermee pesten namelijk.

"Je wordt zo sexy met die kloppende aders in je nek."

Ik krijg bijna een vuist in mijn gezicht. "Pas op!" Sneert hij.

"Losse handjes." Zeg ik dan op een zachte toon. "Ja, daar heb jij ook last van gehad met je aanranding." Gaat Carlos verder.

"Owhja, ik weet precies hoe ik die kon gebruiken." En nog geen twee seconden later voel ik Carlos naast me verstijven wanneer ik mijn handen in zijn broek duw.

"Je bent echt gek!" Hij mept tegen mijn handen aan maar doet voor de rest geen moeite om ze daar weg te halen. Ik merk de spanning in zijn lichaam dus ik besluit dat het misschien te ver zal gaan als ik er nu een seksueel akkevietje van ga maken. Niet dat ik bang ben om Carlos gek te maken. In tegendeel, dat joch kan je zo gek maken als je wilt. Die trekt bij. Maar ik wil niet te ver gaan met zijn gevoelens. Wat vandaag is gezegd heeft hem in de war gemaakt. En dat zie ik. Ik trek mijn handen terug, pak Carlos zijn gezicht in mijn handen en duw zacht zijn lippen op de mijne. "Ik ga je gelukkig maken." Belooft.

"Ik weet niet," begint hij. "Ze willen nog een rechtszaak achter mijn kont gooien omdat ik Rachel heb verkracht." Hij haalt diep adem. "Dave, ik mag niet weg."

Hoe langer ik naar hem kijk. Hoe meer ik besef dat ik gek op hem ben en alles voor hem over heb om hem gelukkig te maken. "Ik beloof het, alles komt goed." Opnieuw duw ik mijn lippen op de zijne.

Carlos kust me terug. Ik proef zijn zachte maar gebroken lippen. Dat komt nog altijd door de verbranding die hij maanden terug heeft opgelopen. Hij zucht wanneer hij zijn lippen van de mijne haalt voor hij zijn armen om mijn schouders slaat. "Bedankt," mompelt hij zachtjes. Plotseling zie ik zijn schouders schokken en ik voel het zelfs na secondes toenemen.

"Carlos?" Vraag ik voorzichtig.

Ik hoor zacht ingehouden gesnik en ik voel mijn hart letterlijk neerstorten. Hij huilt. "Ben ik te ver gegaan?" Probeer ik zacht.

Carlos schudt zijn hoofd en ik hoor zijn ademhaling even stokken. "Ik.." Hij haalt diep adem om zichzelf rustig te laten worden. Tevergeefs. "Ik zie het niet meer."

"Wat zie je niet meer?" Ik trek Carlos dichter tegen mij aan en duw zacht mijn gezicht in zijn zware haren. Hij ruikt naar mijn shampoo. "Ik zie niet hoe ik verder moet."

"Tuurlijk wel." Ik duw hem zacht tegen zijn schouders aan naar achteren. Ik pak zijn gezicht beet en kijk recht in zijn rode ogen aan. Zijn oogleden zijn gezwollen en ik weet dat zijn zoute tranen geen goede kuur is voor zijn verbrande gezicht. "Ik wel." Zeg ik eerlijk. "Vertrouw me, zoals je eerst deed."

Carlos knikt en veegt vervolgens ruw zijn tranen weg. "Ik heb je nog nooit vertrouwd maar prima." Zegt hij hees.

"Mooi," ik duw een kus op zijn wang en laat hem vervolgens naast hem neerzakken. En dan.. Plankgas.

We rijden ongeveer zeven uur straight. Non-stop zijn we aan het rijden en we zijn al redelijk ver in Duitsland. Mijn mobiel is uit, net als die van Carlos. Ik voel me redelijk rot dat ik mijn moeder niks heb laten maar tegelijkertijd weet ik zeker dat dit een goed idee is. Als ik haar liet weten wat we deden, was er hoe dan ook iemand achter gekomen. Of ze het nou geheim hield of niet. En ik ga Carlos zijn leven niet riskeren om hem terug te brengen naar huis. Nooit niet.

"Dave," ik kijk opzij en draait de radio zachter. Carlos heeft zeker al meer dan twee uur geslapen en het is al rond elfen. "Laten we een hotel zoeken of iets."

"Nee, we zijn niet ver genoeg."

"Nog even en we zijn dood. Dan zijn we te ver van huis." Zegt hij zachtjes. Ik voel hoe zijn vingertoppen over mijn armen strelen. Het geeft me een raar kriebelend gevoel en ik weet niet of het fijn is of meer kietelt. "Je moet slapen. Morgen een nieuwe dag."

"Nog een uur." Stel ik vast.

Carlos kreunt en ik hoor hem omdraaien. Na een par minuten slaapt hij weer en een half uur later bereiken we de grens van Polen. Ik weet dat we bizar ver gaan om een te kunnen vluchten van die monsters. Maar ik zou zelfs naar de maan reizen om Carlos bij me te houden.

Bij de grens word ik gestopt. Net wanneer ik me wil afvragen wat voor taal ze hier spreken wordt mijn deur opengetrokken. "Nederlands politie, stap uit en doe je handen op je rug. Je bent aangehouden wegens het ondermijnen van bevel en het vluchten van misbruik.." De zware mannenstem sterft weg en wanneer ik naar Carlos kijk. Hij wordt hardhandig uit de auto gehaald en er wordt op hem gericht met een pistool. "Handen op je rug!"

Er klinkt geschreeuw en vervolgens wordt er een schot gelost.

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top