3. Duivelse plannen worden voortgezet

"Cameron is boven" begroet Alexander mij zonder verder zijn attentie op mij te richten. Hij is druk bezig in de tuin, zoals ik hem meestal aantref hier met goed weer. Alexander heeft een eigen bedrijf en werkt vaak van huis. Ik vond altijd dat Cameron maar geluk om altijd een ouder thuis te hebben.

"Thanks" antwoord ik en zet mijn fiets zo min mogelijk in de weg. Voor ik naar binnen ga, kijk ik nog een keer achterom naar Alex, maar hij heeft alleen oog voor het onkruid tussen zijn rozen.

Vliegensvlug baan ik mij een weg naar Camerons kamer. Door de keuken, de trap op met overdreven blije familiefoto's en kinderfoto's van Ronnie tegen de muur erlangs. De deur naar Camerons slaapkamer staat wagenwijd open. Vanuit het smalle halletje kan ik goed naar binnen kijken, naar Camerons prachtige houding.

Hij ligt op zijn rug op zijn bed, alle attentie gericht op zijn telefoon. Beide benen zijn gestrekt tegen de schuin-aflopende plafond. Het charmante detail is echter dat hij zijn benen om onbekende reden gespreid heeft.

"Ook hallo," kondig ik mijn aanwezigheid aan. 

Cameron richt zijn blik op mij.

"Oh, hoi!". Met wat moeite komt hij rechtop zitten. Ondanks dat heeft hij een domme grijns op zijn gezicht. Soms vraag ik mij af waarom ik hier toch telkens verbaasd om ben. Het hoort inmiddels bij zijn karakteristieke trekken. Net zoals domme plannen.

"Ik heb een date voor je geregeld," verteld hij dan vervolgens iets te enthousiast. Dit verklaart echter wel zijn blije gezicht.

Mijn lippen trekken wat ongemakkelijk bij elkaar. Mijn wenkbrauwen veranderen in een frons. Ik weet niet zo goed hoe ik hier op moet reageren. Misschien een geluk dat met mijn gezicht vol afkeuring, ik dat wellicht ook niet hoef te doen.

Ronnie daarentegen, verandert zijn houding in die van een onschuldige puppy. Ook verbreed hij zijn lach, zodanig dat zijn tanden ontblootten. Zijn ogen, in dit licht nog eens extra fonkelend, kijken mij niet recht aan, wellicht bang dat ik niet gediend ben van zijn gewoonlijke bullshit.

"Na de muziekavond, waar je al had beloofd heen te gaan, gaan jullie gezellig nog een hapje nemen bij die lekkere italiaan in het centrum".

Ik neem een diepe zucht voor ik eindelijk Cameron te woord sta.

"Ronnie," begin ik dan, "ik weet niet eens wie het is".

"Dat is juist het mooie van een blind date! Ofja, eenzijdige blind date".

Hij klapt nog net niet in zijn handen van enthousiasme. Soms vraag ik mij af of hij wel eens door heeft dat hij best wel arrogant is, eigenlijk. Hij is altijd zo overtuigd van zijn eigen plannen. En hij is ook niet achterlijk. Maar vaak genoeg moet ik hem even terugtrekken zodat hij niet ten ondergaat door als zijn plannen eens niet zo slim zijn. 

"Ik mag toch wel zijn naam weten, of niet?" 

Heel even houd Cameron zijn kaken stijf op elkaar. Maar die stilte is voor hem te lang, dus opent hij die maar weer.

"Tammo, hij zit in de klas van mevrouw de Boer".

Ik moet diep in mijn brein graven om te herinneren wie dat ook alweer is. Maar zoals gewoonlijk met namen, geeft mijn brein niet een portret bij de naam.

"Je kent hem wel als je hem ziet" voegt Cameron dan ook toe, mij goed kennende. 

Of hij kon het iets te goed aflezen van mijn gezicht dat ik een beetje moeite had met het combineren van de naam aan de juiste persoon.

"Hoe heet hij van achter?" vraag ik dan maar, in de hoop mijn blind date te vinden op het internet.

Cameron heeft mij echter door.

"Hij heeft geen socials, wat ergens misschien wel een pluspunt is".

Ik zucht.

"En zijn nummer dan?"

Cameron slaakt ook een zucht.

"Die stuur ik straks wel door".

Ik trek een wenkbrauw bedenkelijk op. Hij gaat het vergeten, waarschijnlijk. Toch zeg ik niets. Het kan mij ergens niets meer schelen ook.

*
*

De betonnen paal in de aula houdt mij momenteel overeind. Mijn handen trillen ietwat, waardoor ik niet goed focus heb op mijn telefoon.

Niet dat het veel uitmaakt. Cameron was vergeten Tammo zijn nummer door te geven. Ik ontgrendel het alleen af en toe als een soort afleidingsmaneuvre. 

De muziekavond is afgelopen. Sommige ouders staan nog wat te houden in de aula, te wachten op hun kinderen. De meesten zijn echter al vertrokken. Ook ik wacht momenteel. Maar hoewel ik wel voor Ronnie ben gekomen, is het niet hem waarop ik wacht.

Zodadelijk ga ik op date met Tammo. Niet een speciale date ofzo. Ook helemaal niet nodig.

We moeten elkaar alleen een beetje leren kennen. Even een leuk gesprek aan gaan. Iets wat heel goed kan bij de fastfood Italiaan hier in het dorp. Waar we dus ook heen zullen gaan.

Mijn ogen scannen de aula nog een keer snel. Geen Tammo in zicht, of Ronnie. Ik slaak een lichte zucht. Er zit een kleine trilling in. 

Waarom ben ik eigenlijk zo zenuwachtig? Het is niet alsof Tammo een wild vreemde is. We hebben niet echt vakken samen, hij zit in een ander kluster. Maar ik heb hem vaak genoeg zien rondlopen hier. En volgensmij hebben we in het tweede een tijdje samen gym gehad toen zijn docent wegviel.

Met mijn voet begin ik wat te tikken op de grond. Het telkens opnieuw ontgrendelen van mijn telefoon helpt inmiddels niet meer, dus die stop ik maar in mijn tasje. Ik merk op dat mijn rok wat kreukels heeft. Met moeite krijg ik ze eruit gewreven.

Een milde tik voel ik op mijn schouders, en al mijn haren gaan direct recht overeind. Haastig draai ik mij om, maar zie dan al snel Tammo's donkere krullen.

"Ah, sorry! Ik wilde je niet laten schrikken". Hij wrijft even achter zijn hoofd. 

"Oh niet erg, ik was niet aan het opletten". Ik gooi er een lachje tussen om het luchtig te houden.

Hij is zoveel langer dan ik dacht. Ik dacht dat hij ongeveer dezelfde lengte had als Ronnie, ongeveer een kop groter dan mij. Maar nu hij zo pal voor mij staat, valt het pas op dat hij nog zeker een halve kop groter is dan dat. Als het al niet meer is.

"Zullen we gaan dan?"

Ik knik. Nog steeds een beetje geintimideerd door zijn lengte weet ik niets uit mijn mond te krijgen.

"Sorry dat je zolang moest wachten, trouwens" verontschuldigd hij dan. Bij elke stap dat hij zet, dansen zijn krullen mee.

"Ik moest het T-team helpen de piano terug naar het muziek lokaal te brengen".

"Je speelde echt super, trouwens!" complimenteer ik hem dan. Ik meen het ook. Zijn solo-optreden was echt een gaaf stuk. 

"Dankje," hij geeft een warme glimlach, "Ik heb de compositie zelf geschreven".

 "Oh gaaf!". Mijn reactie is oprecht. Ik ben altijd onder de indruk van mensen die zelf iets creeëren. Zelf ben ik niet zo van het creatief bezig zijn, wellicht omdat ik ook weinig fantasie heb. Maar dit laat mij wel andermans creaties juist bewonderen. 

We wandelen naar het restaurant. We praten niet veel, en we weten allebei niet goed een houding aan te nemen, maar het is niet onprettig. Het is vrij plezierig zelfs.

De lantaarnpalen en de lichten van naastgelegen huizen geven voldoende licht voor een knusse sfeer. De sterrenhemel is echter niet te zien, voornamelijk door de bomen waarvan de bladeren hun groene kleur al wat beginnen te verliezen.

Af en toe rijden er wat auto's langs, maar verder is het rustig. Mijn zenuwen zijn ook inmiddels al gekalmeerd. Wellicht omdat de eerste indruk die ik van Tammo heb gekregen, vrij positief is.

Nu zijn eerste indrukken ook niet heilig.

Tammo opent de deur van het restaurantje, en laat mij voor. 

"Wat galant van je" floept er bij mij uit. Het was de bedoeling dat dit een innelijk monoloog was. Oeps. Nou ja, niets meer aan te doen.

Gelukkig neemt Tammo het goed op.

"Mijn ouders hebben me goed opgevoed hoor," zegt hij met een glimlach. Het laat mij ook lachen.

We nemen plaats aan een vrij tafeltje. Het is niet alsof we hoeven te reserveren; het is en blijft fast food. Maar het is er wel behoorlijk druk. Wellicht zijn er meer ouders en leerlingen geweest die bedacht hadden na de muziekavond, hier nog even een hapje te nemen.

Terwijl ik ga zitten, neem ik mijn omgeving voorzichtig in mij op. Ik probeer Cameron te spotten, hij zou ook komen in geval van nood. Waarschijnlijk niet nodig, maar het een back-up is altijd handig.

Ik kan hem echter niet in de menigte vinden.

Ondanks de drukte is er toch al heel snel een serveerder bij ons.

"Willen jullie alvast iets te drinken?".

Ik kijk Tammo aan, die tegenover mij zit. Hij heeft een rechte houding, en komt vrij zelfverzekerd over.

"Een water alsjeblieft. Geen ijs".

De serveerder schrijft iets neer voor die naar mij kijkt.

"Een cola" antwoord ik simpel.

De serveerder loopt weg, waardoor ik mij nu kan focussen op Tammo. Hij kijkt mij echter behoorlijk bedenkelijk aan, met een van zijn wenkbrauwen opgetrokken. Zijn neusvleugels staan wijd.

"Rond dit uur nog cafeïne?" vraagt hij.

Heel langzaam knik ik ter bevestiging.  Heb ik soms een of andere ongeschreven regel overtreden? Nee toch?

"Ik heb daar nooit zo last van," besluit ik maar te antwoorden. Hopelijk was dit de reden dat hij me zo aankeek.

Tammo slaakt een diepe zucht.

"Oh, ik kan dat echt niet na zes. Ik lig dan de hele nacht wakker".

"Oh," antwoord ik aarzelend, "dat is vervelend ja".

We zijn beide even stil.

"Ik slaap sowieso slecht. Die muziekavond heeft echt alles weggenomen".

"Gelukkig dat dat dan nu voorbij is, dan".

Tammo knikt.

"Wat ga jij doen, trouwens?" vraagt hij  dan, na weer een kleine stilte.

Ik heb echter geen idee wat hij bedoelt. Blijkbaar goed af te lezen van mijn gezicht, want hij gooit er al snel iets achteraan.

"Na de middelbare. Wat voor studie wil je doen?"

"Aha! Uhm, weet ik eigenlijk nog niet zo goed", geef ik dan eerlijk toe.

"Engels lijkt me wel leuk".

Tammo trekt beide, brede wenkbrauwen bedenkelijk op.

"Oké, maar daar kun je niet veel mee, toch?"

Opnieuw ben ik stil. Ditmaal omdat ik niet zo goed weet wat ik er op moet zeggen. Of misschien gewoon even omvergeblazen door zijn opmerking.

"Nou," begin ik dan, eindelijk langzaam de juiste woorden bij elkaar te rapen, "Eigenlijk kun je er verschillende richtingen mee op". 

Heel even pauzeer ik, hopend dat ik zo mijn kalmte bewaar. Tammo ziet dit echter als zijn beurt om te praten.

"Ja, nou. Het is wel meer zo'n opleiding voor mensen die niet zo goed weten wat ze willen, niet?".

Mijn wenkbrauwen raken langzaam in een frons. Ik kijk hem ook maar niet meer aan, hopelijk zo mijn langzaam opbouwende irritatie te verbergen.

"Ik zei ook zojuist dat ik er nog niet aan uit was, of wel?". Ik probeer mijn snauw zo rustig mogelijk te brengen, zodat ik niet helemaal overkom als een bitch. Maar deze gast moet wel even geleerd worden om goed te luisteren.

Tammo negeert het echter volledig.

"Waar ga je die opleiding doen?" vraagt hij dan.

Heel even bijt ik op mijn lip, en weet ik mijn kalmte weer te herpakken. Met mijn allerliefste glimlach kijk ik hem weer aan, in de hoop zo de sfeer weer wat beter te maken.

"Oh, in Sittard denk ik. Goed te doen met OV".

"Oh".

Het lijkt erop dat Tammo weer wat wil gaan zeggen. Maar voor hij iets uit kan brengen, komt de serveerster van zojuist ons drinken brengen. Ze vraagt ook meteen of we al iets hebben gekozen qua eten. Zowel ik als Tammo hebben het hele menu niet eens opengeslagen. Gelukkig voor mij is dat ook niet nodig; ik weet toch al wat ik wil. Tammo daarentegen, hij slaat eerst het menu open, bladert er wat doorheen, en besluit dan te vragen voor iets wat er niet op staat. 

Ja joh, waarom makkelijk doen als het ook moeilijk kan?

De arme serveerster noteert onze bestellingen, en loopt wat ongemakkelijk weg. Ik voel me net zo ongemakkelijk, en ben ergens heel bang dat ik dit ook uitstraal. Mijn gezicht is net iets te strak; mijn mondhoeken krullen niet waardoor mijn mond een rechte lijn vormt. Mijn wenkbrauwen staan in een lichte frons, met mijn ogen iets te wijd open. Het probleem is vooral  dat ik zo'n error in mijn brein heb, dat ik ook niet weet hoe ik dit corrigeer.

"Uh, juist" begin ik dan maar, mijn blik naar mijn schoot. "Waar waren we?"

"Ik wil in Amsterdam studeren. Dit stom dorp is mij veel te klein".

"Oké. Wat voor opleiding?" vraag ik maar, hopelijk zo te laten zien dat ik niet volledig mijn interesse ben verloren.

Zijn antwoord gaat echter volledig mijn brein voorbij. Niet alleen zijn het woorden waarvan ik niet zeker ben of ik ze ooit heb gehoord, maar kan ik aan de hand van context ook helemaal niet plaatsgeven wat voor richting hij uit gaat. 

 "Ah, klinkt interessant".

Tammo begint een heel verhaal op te hangen over hoe geweldig die opleiding wel niet is voor hem, en volgensmij probeert hij ook te door te schemeren dat hij zelf ook helemaal geweldig is. De serveerster komt af en toe eens langs, en zodra zij buiten oorschot is, maakt hij een opmerking over de bediening hier. Af en toe verdedig ik haar, en ik zie hem al afkeurend naar mij kijken. 

En dan stelt hij eindelijk een vraag waarmee hij ook laat blijken dat hij mij minderwaardig vind aan hem.

"Ik snap niet dat je je haar hebt geverfd".

Jep, ik wil weg hier.

~~~~~~

Voor ik begin met een kleine mededeling, wil ik even een kleine shout-out doen naar mijn huisgenoot Tammo, die iets te blij zijn eigen naam gaf toen ik vroeg een random naam te geven voor een personage. Zelfs na ik hem vertelde hoe de personage was. Bedankt voor je bijdrage, Tammo.

Dan nu de mededeling. Hoewel ik de 2000 woorden mijlpaal heb gered voor de ONC (Ik ben te lui de sticker toe te voegen, sorry), ben ik helaas niet door naar de tweede ronde. Dit, tezamen met het feit dat mijn eigen leven ook een beetje in de weg staat, zullen de hoofdstukken wat verder van elkaar gepubliceerd worden. Dit zal je vast al hebben gemerkt aan het feit dat het vorig hoofdstuk in februari is gepubliceerd, en het inmiddels juni is. Mijn excuses.

Zie jullie hopelijk snel!

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top