10. Twijfel
Met groeiende twijfel staarde Mara over haar glas naar de twee jongens. 'Dat is het plan?' vroeg ze langzaam. 'Het hele plan?'
Enkele dagen na de ontmoeting met Lilians zoon zat ze opnieuw met hen in het café waar hij werkte. Vandaag was zijn vrije dag, dus ze hadden de hele avond de tijd gehad om te bedenken hoe ze aan bewijs konden komen voor wat Christiaan had gedaan. En toch was dit lullige, schrale ideetje het enige waar ze op uit kwamen.
Sem grijnsde de kuiltjes in zijn wangen tevoorschijn. 'De simpele plannen zijn de beste plannen, Mara. Als ik één ding heb geleerd van mijn carrière als journalist, dan is dat het wel.'
Victor snoof, terwijl hij zijn lege bierglas terug op tafel zette. 'Dat klinkt als het excuus van een luilak.'
Sem lachte zo hartelijk dat zelfs Mara een glimlach niet kon onderdrukken. 'Misschien heb ik gewoon zin in een avondje zuipen. Ik heb al sinds dat incident alleen nog maar non-stop gewerkt. Ik verdien het om eens een keer stomdronken te worden.'
'Incident?' vroeg ze nieuwsgierig, terwijl Victor bij de bar nieuwe drankjes ging halen. 'Wat voor incident?'
Sem dronk de laatste slok bier uit zijn glas en schudde zijn hoofd. 'Gedoe op het werk. Het is niet belangrijk.'
Even wilde Mara doorvragen, maar de apathische blik in zijn ogen zorgde dat ze het van zich af schudde. Het waren haar zaken niet. In plaats daarvan liet ze haar blik door het café gaan. Het was er druk, voor een doordeweekse avond. In de hoek zat een groep meiden die met elke cocktail uitbundiger werden. Ze flirtten met de gitarist, die vandaag op het kleine podium voor de muziek zorgde. Zijn lange haar hing in een vlecht over zijn schouder en met een brede grijns rond zijn lippen knipoogde hij naar de meiden, die begonnen te joelen en lachen.
'Ik hoop maar dat het je lukt vrijdag,' zei Mara, terwijl ze naar de muzikant keek.
'Ja,' verzuchtte Sem. 'Dat hoop ik ook. Maar we weten al dat Christiaan de dief is. Het enige wat we nodig hebben is een beetje bewijs.'
'Hoe wisten jullie dat eigenlijk?' vroeg ze, terwijl ze haar aandacht naar hem verlegde. 'Hoe zijn jullie bij Christiaan uitgekomen, terwijl iedereen ervan overtuigd was dat ik het was?'
Sem haalde een schouder op, zijn blik op Victor, die net met drie glazen in zijn handen terug naar de tafel kwam lopen. 'Jij hebt door het lek alles verloren. Dat overtuigde ons dat jij geen reden had om dit te doen. We waren er al snel achter dat Christiaan er het meeste baat bij heeft gehad. Dus toen jij daar in zijn tuin naar hem stond te schreeuwen...'
Ze voelde haar wangen gloeien en nam snel een slok van de cola die Victor haar aangaf. 'Nou,' verzuchtte ze uiteindelijk. 'Eerst maar eens kijken of hij je aanbod accepteert. Anders valt je plan direct in het water.'
'Hij accepteert het wel,' zei Victor stellig.
'Hoe weet je dat zo zeker?'
Zijn mondhoeken trokken omhoog. 'Hij heeft het manuscript van een beroemd schrijver gelekt om er zelf beter van te worden. Hij is het type dat alles doet voor een beetje erkenning. Echt niet dat hij een interview over zijn nieuwste aanwinst zal afslaan.'
'En dan is het aan mij om de rest te regelen,' vulde Sem aan, terwijl hij zijn glas hief. 'Op de waarheid.'
De luide tik van glas tegen glas weerklonk door het café, voordat het weer overspoeld werd door de melodie van de gitaar.
🎶
De zoveelste vlaag van irritatie joeg door Mara heen. Het was al laat op de avond en ze had nog niets van Sem gehoord. Dat was een goed teken, want dan was hij nog met Christiaan in gesprek.
Ze wist dat Sem gelijk had toen hij zei dat zij er beter niet bij kon zijn en toch vond ze het moeilijk om hem te vergeven voor die uitspraak. Hoe kon hij nou van haar verwachten dat ze thuis zat, niks te doen, terwijl de jongens haar probleem aan het fixen waren?
It was foolish of you to come here tonight. De welbekende woorden van Albus Perkamentus wilden, tot haar grote irritatie, haar hoofd niet verlaten.
Ze hoorde nu niet in deze straat te zijn, die verlicht werd door de ramen van drukke kroegen en cafés. Maar terwijl haar hart racete op het gebonk van de muziek die uit de kroegen naar buiten dreef, merkte ze dat ze niet in staat was om zich om te draaien.
Victors piano was al van een afstand te horen. Net als de vorige keer dat ze er een glimp van opgevangen had, klonk het prachtig. De lichte, vrolijke tonen drongen haar hart binnen en dansten met haar ziel. De melodie deed haar handen jeuken en zorgde dat haar benen mee wilden dansen.
Niet dat ze dat ooit aan hem zou toegeven. Dat zou zijn ego teveel opblazen.
Het was niet moeilijk om Sem te spotten. Hij zat aan het tafeltje direct naast één van de ramen aan de zijkant van het gebouw. Christiaan zat aan de andere kant van de tafel en was net niet te zien door het raam, wat betekende dat hij Mara ook niet kon zien.
Ze keek vanuit de schaduwen toe hoe Sem uitbundig lachte en zijn glas hief. Hij had zijn notitieboekje en recorder al weggeruimd, wat betekende dat het interview klaar was. Het officiële gedeelte in ieder geval. Ze zag hoe een tweede hand met glas, die van Christiaan, voor het raam schoof om te proosten. En net toen Sem zijn glas aan zijn lippen zette om te doen alsof hij een slok van zijn bier nam – Christiaan moest immers meer dronken worden dan hijzelf – wierp hij een blik uit het raam.
Hun blikken kruisten en zijn lach vaagde van zijn gezicht. Mara wierp hem een verontschuldigende blik toe, voordat ze haar capuchon verder over haar hoofd trok en dichter naar het raam toe liep. Met haar hart in haar keel leunde ze tegen de muur aan de kant waar Christiaan zat. Zelfs als hij over de tafel heen leunde om naar buiten te kijken, zou hij haar niet om de hoek kunnen zien.
En dat was maar goed ook, want als hij haar zag, zou Christiaan niet meer praten en zou alles verpest zijn. Ze liet een bibberende zucht ontsnappen. Mara zou het zichzelf nooit vergeven als ze het verpestte.
Door het dunne, enkel-glas raam stroomden gedempte geluiden naar buiten. Victors muziek overstemde de meeste geluiden, maar af en toe ving ze een vlaag op van het gesprek tussen Sem en Christiaan.
'... ik zei het al, ze is...'
Sem lachte weer, terwijl Mara nog dichterbij het raam ging staan. '... L.J. Mooij wel eens...'
'... geweldige samenwerking...'
Gefrustreerd draaide ze een pluk haar tussen haar vingers rond, terwijl de muziek weer aanzwol. Flarden. Meer kon ze niet opvangen. Even dacht ze erover om Sem een berichtje te sturen dat hij het raam open moest zetten, maar ze kon zijn kwade blik nu al voor zich zien. Toch maar niet.
De piano vertraagde om het einde van het lied in te leiden. Eindelijk kon ze de woorden beter onderscheiden.
'Klinkt als een geluk bij een ongeluk dan,' hoorde ze Sem zeggen.
'Eigenlijk wel ja!' De woorden klonken verhaspeld, alsof zijn tong te dik was voor zijn mond. Hij was al ver heen. 'Het is een geweldige kans om met haar te mogen werken.'
Woede borrelde op in Mara's borstkas. Die klootzak.
'Jezus, je hebt dan wel echt enorm geluk gehad, dat dit zo in je schoot is geworpen.'
De muziek begon weer, maar Christiaans antwoord was zo luid dat ze elk woord gemakkelijk kon verstaan. 'Echt niet!' riep hij uit. 'Ik heb er keihard voor gewerkt.'
Ze hield haar adem in. Zou dit het zijn? Was hij dronken genoeg om de waarheid te laten glippen? Maar de muziek zwol opnieuw aan en ze kon Sems antwoord niet horen. Net toen ze in zichzelf begon te schelden op Victor en zijn beroerde timing, drong de melodie tot haar door.
Langzame, harmonische tonen.
Nee.
Een rustig ritme, terwijl de noten gestaag omhoog klommen tot een crescendo, waarna het tempo versnelde.
Dit kan niet...
En toch was het zo. Elke toets die hij aansloeg klopte. Iedere klank viel op zijn plaats. Alle noten vielen precies samen met de melodie die al sinds haar geboorte in haar hoofd zat.
Victor speelde haar zielenlied. En hij speelde het perfect.
Pas toen hij het einde bereikte, liet ze een trillende adem ontsnappen. Verwarring vertroebelde haar gedachten. Alle logica was verdwenen. Niets klopte meer. De woorden Dit kan niet bleven opnieuw en opnieuw door haar hoofd spoken.
Het lied eindigde en de stemmen zweefden wederom door het raam naar buiten. Toch kon ze niet horen wat de twee mannen zeiden.
Ze haalde diep adem en schudde haar hoofd. Dit was een probleem voor later, probeerde ze zichzelf te overtuigen. Nu had ze andere dingen aan haar hoofd.
Haar hart bonkte zo hard in haar oren dat ze de gedempte geluiden alsnog bijna niet kon verstaan. Met veel moeite richtte ze haar aandacht op de stemmen die van dichtbij kwamen.
'Wow, heftig man. Wat heb je ermee gedaan? Weggegooid ofzo?' Met een blik over haar schouder zag ze dat Sem voorover geleund zat. Een twinkeling lichtte zijn donkere ogen op.
Christiaan zuchtte. 'Dat was het plan, maar ik kon het niet over mijn hart verkrijgen.' Hij struikelde over de woorden. Even was het stil, voor hij toevoegde, 'Ik heb het uiteindelijk maar verstopt in m'n kantoor.'
Mara's ogen sperden wijd open, terwijl Sem hardop naar adem snakte. 'Jezus man, ben je niet bang dat iemand het vindt?'
'Pff, niemand zal het vinden!' Christiaans arrogantie scheen plotseling als een felle zon die door de wolken heen brak. 'Wie kijkt er nou achter de kast?'
Ze sloeg haar hand voor haar mond om het niet uit te schreeuwen. Dit was het. Dit was het bewijs dat ze nodig hadden. Het was ze gelukt. Het was Sem gelukt. Ze duwde haar rug hard tegen de muur om de plotselinge golf van energie kwijt te kunnen.
De muziek zwol weer aan, een andere melodie dit keer, en de stemmen werden weer overspoeld. Haar handen balden tot vuisten en haar benen jeukten naar een vreugdedansje. Dit was het. Ze waren klaar. Ze hadden hun bewijs. Sem kon Christiaan laten gaan. Morgenavond rond deze tijd zouden ze in ditzelfde café zitten om hun succes te vieren.
Het was over.
'Ik kon het gewoon niet, weet je wel?'
Een dip in de muziek zorgde dat ze opnieuw de stemmen kon horen. Niet dat het nog uitmaakte. Ze hadden wat ze zochten. Christiaans woorden deden er niet meer toe. Nooit meer.
'Lilian zei dat ik het moest verbranden, maar ik kan toch geen origineel manuscript van L.J. Mooij verbranden?'
Haar mond zakte open, terwijl haar hart een slag oversloeg. Zei hij nou...?
Alle opgeluchte energie was op slag uit haar lichaam verdwenen. Lilian zei dat ik het moest verbranden.
Lilian.
Ze had haar gewaarschuwd. Ze had haar verteld dat Christiaan de dader was. Ze had haar gesmeekt om te geloven dat ze er niets aan kon doen.
En al die tijd had Lilian Gabriël er zelf achter gezeten.
A/N En met dit hoofdstuk zit ik officieel over de 15K woorden, waarmee Het Zielenlied in aanmerking komt voor het Novel gedeelte van de Dutch Awards! :D
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top