1ste opdracht: Fantasy

De ondergaande zon werd verduisterd door dikke nevelslierten. Ze dreven traag, bijna hypnotiserend in kringen boven de heuveltop.
Over de hele plek heerste een mysterieuze, duistere sfeer. De woeste heuvelland leek onbewoond. Dat is wat ze wilden dat de reizigers dachten. Maar de ruïne van een kasteel op de heuveltop bewees het tegendeel. In één van de stenen ramen kon je, als je heel goed keek, een zwakke stip licht onderscheiden...
****
Zijn haastige voetstappen weerkaatsten hol tegen de muren. Zijn ademhaling echode door de eens zo rijkelijk versierde gang. Hij dacht dat de hele gebouw daverde door zijn hart dat in zijn keel bonkte. Haastig zette hij zijn kap op. Zijn medebroeders mochten zijn gezicht niet zien. Dat was de grondwet. Een wet, die als er vanaf geweken werd, bestraft werd met de dood. Hij hield halt voor een emorme deur. Hij voelde of het kistje, dat in de verborgen zak van zijn mantel zat, nog aanwezig was. Tot zijn opluchting voelde hij het onder zijn mantel. Hij trok de kap iets verder over zijn voorhoofd, zodat zijn gezicht in de schaduwen werd gehuld. Hij zuchtte en duwde de massieve deur open.
Hij stapte de enorme zaal, die ooit dienst deed als de troonzaal, binnen.
De zaal werd spookachtig verlicht door kaarsen die tot aan de plafond leken te zweven. In het midden stond een enorme marmeren tafel, waarachter hij zijn medebroeders zag staan. "Michelangelo, je bent laat." donderde een stem uit de schaduwen. Vanachter een pilaar kwam een figuur in een zwarte mantel naar de tafel toe zweven. Toen het plaats nam aan het hoofd van de tafel, brandde ook zijn kaars en werd het gezicht, dat hij achter een gouden demonen masker bewaarde, angstaanjagend verlicht. Michelangelo trad haastig naar voren. Ook bij hem stond een kaars. Wanneer hij plaats nam aan tafel lichtte deze ook op. "Mijn medebroeders. Bij deze open ik de vergadering van de bloed cult." donderde de stem vanachter het demonen masker. "Michelangelo, mijn medebroeder, jij krijgt de eer om vandaag als eerste je vooruitgang te melden." zei de man met de demonen masker. Michelangelo schraapte zijn keel en begon te vertellen. "Zoals u weet, mijn heer, deed ik een onderzoek om uw krachten weer terug te krijgen. De krachten die zij, " Michelangelo wees naar het oosten. Daar lag Archaia, het koninkrijk der licht. "Ooit van u afnamen. En daarbij, mijn medebroeders en mijn heer, meld ik u allen vandaag dat ik de ultieme oplossing heb. Ik..." "Wind zo niet om de ketel, Michelangelo! Spreek op!" bulderde de man met het gouden masker. Michelangelo groef in zijn mantel en haalde het houten kistje tevoorschijn. Nu wist hij dat hij de aandacht had van iedereen. Om de spanning er in te houden, klikte hij traag de sloten open van het kistje. Vervolgens tilde hij de deksel demonstratief op. Een spookachtige zucht weerklonk in de zaal. In het kistje lag op een purperen kussen een scepter. "Deze scepter, mijn heer en medebroeders, is gemaakt uit puur goud. Bovenaan heb ik, zoals jullie zien, een edelsteen geplaatst." iedereen bekeek de enorme robijn die door een gouden demonenhand werd vastgehouden. "Deze edelsteen is gesmeed uit puur kwaad, namelijk het hart van koning Dragadur." de spanning in de zaal steeg. Dragadur was het kwaad zelf. De meest bloeddorstige man die de wereld heeft gekend. Hij heeft zoveel mensen het leven afgenomen, zoveel mensen gemarteld,...
"Het zou gewoon een misdaad zijn om dat kwaad uit de wereld te laten verdwijnen. Ga door, medebroeder." zei de man met het gouden masker verrukt.
Michelangelo knikte en vervolgde: "Ik noem dit... De oplader van het kwaad. Het schenkt u de nodige kracht om heel Archaia in één ogenblik uit te roeien."
"De naam klinkt niet erg revolutionair maar het gaat er voor door. Michelangelo, als dit werkelijk doet wat je me juist vertelde, dan maak ik je tot onderkoning van Drogone." zei de man met het masker. Onder zijn kap lachte Michelangelo.
De heer van Drogone nam de scepter in zijn handen en keek naar de gat in de muur. Door de nevelslierten kon hij nog net zien hoe de laatste zonnestraal achter de horizon verdween. De robijn schitterde in het kaarslicht, dat feller opvlamde. Zijn demonen hoektanden blikkerden in die laatste zonnestraal.
Morgen. Morgen zou hij zijn plan uitvoeren. Hij zou heersen over de wereld. En daarvoor had hij niemand anders nodig. Zijn 'medebroeders' niet, Michelangelo niet, niemand...
--------------------------
Aantal woorden (de tekst onder de streep telt niet mee) : 735 (dat is omstreeks 600, toch? 😂)

Yay mijn eerste opdracht voor de genre fantasy van de schrijfwedstrijd van Skrywer1 en cookiefantasy is af!!! Op naar sciencefiction!

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top