Hoofdstuk 35 - Deel 2

Navarre

Cayden had geweten - of was erachter gekomen - dat Navarre nooit van plan was om Elwyn te overtuigen van Caydens leiderschap. Zijn woorden klonken hard in de stille nacht. De drukte van de markt hadden ze achter hen gelaten.

Cayden pakte zijn zwaard, de stalen kling glinsterend in het maanlicht. Navarre zette zich al schrap, maar hij liet zijn zwaard samen met zijn andere wapens op de grond kletteren. 'Wat dacht je van een eerlijke strijd?'

Het zou geen eerlijke strijd zijn. Cayden kende geen grenzen meer en Navarre zou alleen een kans maken als hij zijn eigen grenzen overschreed. Navarre voelde zijn handen trillen, zijn hart bonkte te hard in zijn borst. Hij had zijn vuur weliswaar onder controle - voor zover dat mogelijk was - maar hij vond het doodeng om zijn vuur in een duel te moeten gebruiken. En al helemaal als hij alles ervan moest geven.

'Dat is jouw plan?' vroeg Navarre met vaste stem, ondanks het gevecht in zijn lichaam. 'Vechten tot de ander erbij neervalt?'

'Dit is de enige oplossing.' Cayden zag Navarre als een dreiging, als iemand die hem in de weg stond.

Navarre kon het zichzelf makkelijk maken en Cayden vrije doorgang geven. Hij zou leven. Maar dat was niet wat Navarre wilde. Hij vertikte het om Cayden zonder weerstand te laten winnen, om zich neer te zetten als een lafaard.

'Ik wil dat niet,' zei Navarre hoofdschuddend. 'Kom op, Cayden. We hoeven niet te vechten. Ik zal jou met rust laten als je afstand houdt van het leiderschap.' Het zicht voor Navarre werd donkerder, haast alsof hij langzaamaan blind werd. Navarre bleef rustig ademhalen. 'Ik ben niet bang voor jouw duisternis, niet zoals jij voor mijn vuur bent.' Toch hield die angst Cayden niet tegen.

'Jij bent een dreiging voor mij, ja.'

'Luister naar me, Cayden. Je verliest alles als je op deze manier doorgaat, alles wat jij hebt opgebouwd. Je bent de controle kwijt over de duisternis, maar dat betekent niet dat je volledig machteloos bent. Je kunt die controle terugpakken als je het maar graag genoeg wilt.'

'Ik ben de controle niet kwijt,' zei Cayden, scherper dan Navarre verwachtte.

Navarre voelde zijn ademhaling stokken, alsof er een hand over zijn mond en neus werd gezet. De duisternis rondom hem werd dikker, totdat de omgeving fel oplichtte door het vuur. Navarre wikkelde het om zich heen als een beschermende deken, terwijl hij hapte naar adem.

'Je moet grip op de duisternis gaan krijgen. Ik ben hier niet gekomen om met jou te vechten,' zei Navarre met verheven stem. Het vuur verdween en liet de omgeving weer in duisternis achter. Navarre kon niet langer zijn trillende handen verbergen en vloekte in zichzelf toen Caydens blik erop viel. Hij was niet klaar voor dit gevecht.

'Je staat in de weg, Navarre. Het is niet persoonlijk bedoeld. Ik kan je een pijnloze dood geven.' Cayden klonk te kalm, alsof hij dit al duizend keer had gedaan.

Het misselijke gevoel steeg met elk woord dat Cayden sprak. Navarre wist dat hij de zwakker was dan Cayden en dat dit het einde betekende. Hij had alleen nooit gedacht dat hij door Cayden aan zijn einde zou komen. 'Luister nu eens naar jezelf. Dit is niet wie je bent,' probeerde Navarre nog. 'Je hebt een familie, Cayden. Wat zouden jouw zusjes ervan vinden als ze horen wat jij nu wilt gaan doen? Wat zouden jouw ouders - Lorena en Finnian - daarvan vinden? Als je dit gevecht met mij aangaat, kan jij niet meer terug en je zult er spijt van krijgen als je weer bij zinnen komt.' Cayden zou iedereen van zich afstoten.

Cayden wendde zijn blik af, het enige teken van kwetsbaarheid. Navarres woorden deden iets met hem, maar het was niet genoeg. 'Ik wil ook niet met je vechten, maar jij laat mij geen andere keus.'

'Als jij dit ook niet wilt, moeten wij het niet doen. Schaaf jouw wensen bij en misschien komen we tot een compromis.'

'Jij weet dat je gaat verliezen. Je probeert jezelf te redden.' De schaduwen rondom Cayden verdiepten zich, alsof hij zich klaarmaakte voor de volgende aanval. Dit keer zou het fataal zijn. 'Ik wacht op jouw aanval,' zei Cayden met een glimlach.

Waarom moest alles eindigen in de dood?

Navarre voelde zijn lichaam branden, alsof er spelden diep in Navarres huid prikten. Cayden wilde hem uitlokken. Alles bestond verdomme uit de duisternis tijdens de nurai. Hij had een groot voordeel, hoefde nauwelijks moeite te doen om de schaduwen op te roepen. Als Cayden niet om te praten was, dan gaf hij Navarre geen keus. Navarre perste zijn lippen op elkaar. Als hij wilde winnen van Cayden, moest hij zich niet inhouden. Navarre was alleen bang dat hij dan zichzelf zou verliezen, net zoals wat er met Cayden was gebeurd. Wat was belangrijker? Overleven of zichzelf verliezen?

De warmte in Navarres lichaam bouwde zich op. Navarre richtte het vuur op Cayden, waardoor het prikkerige gevoel verdween. Het vuur verdween in de duisternis die Cayden om zich heen had getrokken, als water dat werd uitgeblust.

'Is dat alles wat je kan?' vroeg Cayden ongeloofwaardig. 'Jouw angst houdt je tegen.'

Hoewel Navarre bijna niets van zijn gave had laten zien, was hij nu al buiten adem. De angst beperkte hem, dat was waar, maar het beschermde hem ook tegen zijn gave. Door die angst wilde Navarre niet te ver gaan. Navarre besefte zich dat hij over die drempel moest gaan.

'Als je nog iets wilt zeggen, moet je dat nu doen,' zei Cayden.

Navarre hartslag versnelde zich, terwijl hij zich naar binnen keerde. Hij beet door de verblindende angst heen. Als Navarre zou sterven, kon hij net zo goed Cayden proberen mee te nemen om zijn broer te beschermen. Hij wist dat er veel meer in hem zat. Hij kon meer met het vuur dan hij liet zien, maar Navarre durfde niet eerder erin te graven. De consequenties waren te groot. Hij kneep zijn ogen dicht, duwde het misselijkmakende gevoel weg en probeerde enkel aan zijn doel te denken. Zodra hij de aandacht verslapte, was het over en uit.

Navarre klemde zijn kaken op elkaar. Zweet druppelde van zijn voorhoofd naar beneden, terwijl hij nog één keer diep ademhaalde en zijn ogen opende. Hij nam de omgeving in zich op, de stilte die om hen heen heerste, alsof de natuur geen zuchtje durfde te laten horen. Even leek de tijd stil te staan.

Navarre keek Cayden recht in de ogen aan. 'Je had mij niet moeten uitdagen,' zei Navarre zonder iets te voelen. Het was alsof een vreemde sprak, alsof de woorden niet bij hem hoorden. Lichtjes verwijdden Caydens ogen zich, voordat de wereld explodeerde in vlammen.

Duizend brandende messen staken van binnenuit. Navarre kon zich niet herinneren dat hij op de grond was gevallen. Hij schreeuwde het uit van de pijn, terwijl de wereld om hem heen zodanig verlicht werd alsof het licht direct van de Zon af kwam. Navarre drukte zijn vingers in de grond om de storm te trotseren, maar hij brandde mee met de wereld.

Hij voelde een hand op zijn schouder rusten. 'Laat het stoppen,' smeekte Navarre. Dit was de grootste fout die hij in zijn hele leven had gemaakt. Het vuur bleef maar branden, nam niet af en verwoestte hem. Zijn ademhaling had hij al lang niet meer onder controle. De warmte benauwde hem, drukte op hem neer tot er geen zuurstof meer te bekennen was.

'Jij hebt de controle. Kalmeer. Alleen jij kan het stoppen.'

De woorden drong niet tot hem door. Navarre voelde enkel een pijn zo hevig dat hij niet meer wist wat er gebeurde. Het vuur was alles wat hij was. 'Laat het stoppen,' herhaalde Navarre. Tranen stroomden over zijn wangen.

De greep op zijn schouder werd steviger. 'Je verbrandt alles! Kalmeer, Navarre! Dat vuur is van jou, neem er de leiding over.'

Navarre haalde diep adem en probeerde met al zijn kracht langzaam uit te ademen. Heel even leek de pijn minder te worden.

'Ga door. Ik kan je helpen. Het komt goed.'

Navarres grip op de grond verslapte zich, maar hij probeerde zich vast te houden om het laatste beetje controle te blijven behouden. Hij zou doorvechten tot het bittere eind.

'Nog even volhouden.'

Sterretjes zweefden in Navarres gezichtsveld en namen steeds meer plek in. Voordat hij het wist werd alles om hem heen zwart en kwam de duisternis hem toch nog halen.

***

Kreunend opende Navarre zijn ogen en zag licht. Licht?

Navarre schoot overeind met een bonkend hart, maar hij werd niet langer omhuld door vuur. Zijn blik viel op het open raam waar een koel briesje vandaan kwam. De lucht was niet langer meer zwart, maar eerder schemerig. Het was munari. Navarre fronste verward.

De kamer waarin hij lag, was onbekend. Hij herkende niets ervan. Voorzichtig stapte hij uit het bed en liep naar het raam toe. Het raam bood uitzicht op een groot terrein, dat werd verlicht door olielampen. Navarre had dit terrein meerdere keren gezien - pas geleden zelfs nog toen hij door Hassan uit Nirvelli was meegenomen.

Elmare. Hij was in Elmare.

Navarre streek vermoeid met zijn hand over zijn gezicht. Toen pas ontdekte hij dat hij zijn handschoenen niet meer droeg. Met een gepijnigd gevoel keek hij naar de ruwe, verkleurde huid van zijn linkerhand.

Hoelang was hij buiten bewustzijn geweest? Hoe had hij het kunnen overleven? Wie had hem geholpen? De vragen stroomden binnen als een waterval.

In deze kamer zou hij de antwoorden op die vragen niet krijgen. Dus Navarre beende naar zijn kamerdeur, deed die met een ruk open en knalde direct tegen iemand op.

Navarre stond oog in oog met de laatste persoon die hij verwachtte. 'We dachten niet meer dat jij wakker zou worden,' zei Dorian met grote ogen.

Navarre kon niets anders dan hem in stilte aanstaren en stotterde toen: 'Jij? Hoe?'

'Dat is een lang verhaal,' mompelde Dorian. 'Eragen had mij opgezocht. Hij zei dat Cayden jou had benaderd en dat het nog weleens verkeerd kon aflopen, dus ik kwam. Alles stond in brand, maar ik kon het vuur... absorberen en jou daarmee helpen. Ik ben de... vijfde uitverkorene.' Dorian krabde ongemakkelijk aan zijn achterhoofd, alsof hij zijn eigen woorden niet helemaal kon geloven.

De woorden van Dorian kwamen niet helemaal binnen. Er was geen ruimte voor verbazing op dit moment. Navarre wilde antwoord krijgen op zijn vragen.

'En Cayden?'

'Hij was al weg toen ik eraan kwam,' zei Dorian langzaam. Onderzoekend bekeek hij Navarre. 'Kan jij in volledige zinnen praten of moet ik mij zorgen maken?'

'Ja.'

Dorian trok een wenkbrauw op.

'Ja, ik kan in volledige zinnen praten,' zei Navarre lichtelijk kortaf. Hij haalde gefrustreerd zijn handen door zijn haren en vloekte meerdere keren. Hij was in Elmare, terwijl Elwyn nog in Nirvelli was, samen met Cayden. 'Elwyn is in gevaar.'

'Elwyn redt zichzelf wel. Hij heeft de rebellen. Je moet aan jezelf denken. Jij was degene die op sterven lag. Het had niets gescheeld of je had jezelf opgebrand.'

Er ging zoveel door Navarres hoofd heen. Dorian had gelijk. Hij moest het rustig aan doen, maar Navarre kon dat niet. De onrust in hem had een weg naar boven geklauwd zodra Navarre zijn ogen had geopend.

'Ik wil ook terug,' gaf Dorian toe. 'Nog steeds denk ik dat ik Cayden op de een of andere manier kan helpen, maar ik denk ook dat we hier op de goede plek zitten. Naazir is tot leven gewekt. Hij is een groter gevaar dan Cayden.'

Navarre voelde zich overweldigd door Dorians woorden. Hij was net nog maar wakker of hij hoorde al allerlei nieuwe, schokkende informatie. Navarre stak zijn hand op. 'Ik wil dat allemaal graag horen, maar nu nog niet.' Navarre zou Dorian er niet mee kunnen helpen. Het vuur was nu rustig, maar Navarre wist dat zodra hij het gebruikte, het op hol zou slaan. Hij moest het weer opbouwen en er rustig mee oefenen, als hij durfde. Het zou tijd kosten. 'Waarom heb je mij geholpen? Waarom ben jij niet bij Cayden gebleven?'

'Hij is zichzelf niet meer en hij luistert niet naar mij. Ik kan hem niet meer bereiken,' zei Dorian zachtjes. Hij stak zijn handen in zijn zakken. 'Je mag niet dood. Ik weet niet precies waarom, maar ik heb het gevoel dat wij je allemaal levend nodig hebben en dat ik Cayden niet kan helpen als jij er niet bent.'

Met een zucht leunde Navarre tegen de deurpost. 'Ik moet jou bedanken, Dorian. Je hebt veel moeten achterlaten. Ik dacht dat je Cayden zou steunen.'

'Bedank mij maar niet, want wij gaan het gevaar opzoeken.'

'Dat is beter dan onderduiken,' zei Navarre, die keek naar het licht dat de gang in scheen. Het zou alleen maar lichter en warmer worden, maar het voelde alsof Navarre nog steeds in de duisternis waande. De komende maanden zouden zwaar worden. Het vuur in hem roerde zich. Navarres angst was hetzelfde als die van Cayden, maar hij zou zijn angst moeten trotseren als dat betekende dat hij daarmee zijn fouten kon rechtzetten.

Onrust, chaos en paniek. Navarre vroeg zich af wanneer de stilte kwam.

***

THE END

Boek 2, het laatste deel, wordt verwacht eind 2025 :)

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top