Hoofdstuk 29

Rafa

'Heb je hen bevolen om Sabre hiernaartoe te brengen?' vroeg Rafa. Ze kon niet geloven wat ze zag.

'Vlucht, Rafa. Naazir ligt in deze gangen en ze willen proberen hem tot leven te wekken door middel van magie. Volgens hen is alleen licht nog nodig,' zei Sabre.

Naazir, diegene die honderden jaren geleden met magie experimenteerde door het van de andere uitverkorenen op te zuigen en het te gebruiken op manieren waarvoor het niet bedoeld was. Magie werkte op vreemde manieren. Het kon van stuurders buitenstaanders maken, hen vervreemden. Het had op Naazir een negatieve afdruk gelaten, vooral als het waar was dat hij tot leven gewekt kon worden. Dat hoorde niet mogelijk te zijn. Het was niet menselijk. Rafa voelde zich misselijk worden.

'Als je een poging doet om te vluchten, houden we Sabre hier. Dan heeft Naazir een belichaming erbij,' zei Kiros.

Sabre trok bleek weg. Hij probeerde zich los te rukken, maar werd enkel steviger beetgepakt. Dit was Sabres angst. Hij wist dat er hier geesten waren, hij kon ze voelen en het beangstigde hem, want volgens hem hoorden ze met rust gelaten te worden. Rafa herinnerde zich het gesprek dat Sabre en Kiros hadden gevoerd, waarin Kiros had gezegd dat hij niet in geesten geloofde. Leugenaar. Dat had hij enkel gezegd om Sabre dwars te zitten.

'Dat kun je niet menen,' zei Sabre.

'Naazir is de God van twee gezichten,' legde Kiros uit, ook wel een andere benaming voor diegene die alle vier de krachten beheerste en zowel de Zon als de Maan vertegenwoordigde. 'Volgens mijn vader is alles op te lossen met vergiffenis, maar dat is niet waar. Er zijn hardere maatregelen nodig om vrede te krijgen en niet veel mensen zijn bereid dat risico te nemen.'

Kiros zou een monster de wereld in sturen. Rafa geloofde niet dat Naazirs aanwezigheid veel goeds zou betekenen.

'Naazir zal alles verwoesten,' snauwde Sabre, die zijn woede niet langer in toom kon houden. 'Rafa, ga!'

'Wat moet ik doen om Sabre te helpen? Het licht gebruiken om Naazir op te wekken?' Rafa verzamelde haar magie, precies zoals Tahir haar had uitgelegd.

'Niet doen,' zei Sabre meteen. Hij zag er nog redelijk kalm uit, gezien de omstandigheden, maar Rafa wist dat hij zijn best deed om zijn angst te onderdrukken, want angst maakte een persoon kwetsbaar in deze gangen. Ook Rafa deed haar best om die emotie niet binnen te laten. Ze had één doel voor ogen en dat was samen met Sabre hier wegkomen. Dat doel zorgde ervoor dat ze gefocust was.

'Dit is een wapen dat we kunnen gebruiken,' zei Kiros.

'Een wapen, ja, maar niet iets dat we kunnen gebruiken. Hij zal eerder ons gebruiken.'

Rafa moest nu in actie komen. Ze had er geen baat bij om langer dan noodzakelijk te wachten, dat kon voor iedereen negatieve consequenties hebben. Ze richtte haar blik op Sabre en probeerde door te geven dat hij zijn ogen moest bedekken. Ze hoopte dat hij het begreep. Heel kort zag ze Sabre knikken. Daarna verlichtte Rafa de gang, zo fel dat alleen zij haar ogen open kon houden. Ze rende naar Sabre toe, pakte zijn arm beet en trok hem met zich mee. De krijgers vloekten vanwege het felle licht, hielden hun handen beschermend voor hun ogen. Dat gaf Rafa en Sabre genoeg tijd om te vluchten.

'Er wachten ons daarbuiten meerdere krijgers op,' zei Sabre, toen hij doorhad waar Rafa naartoe ging. 'Hier in de buurt is er nog een uitgang. Laten we die nemen.'

Rafa's hart had nog nooit zo snel gebonkt als nu. Waar was ze in beland? Ze wist dat ze Kiros niet had moeten vertrouwen, maar op dat moment had ze er alleen aan gedacht om Sabre te vinden. Hoe kon ze weten dat Kiros dit voor ogen had? Rafa kon nog steeds niet geloven dat hij alles op het spel zette om een persoon tot leven te wekken. Het idee alleen al was absurd.

In ieder geval had ze Sabre weten te bevrijden. Nu moesten ze alleen nog weg zien te komen.

Ze verkleinde het licht, zodat Sabre kon zien waar hij liep. Het was wel een risico, want dit betekende dat de anderen hen achterna konden gaan. Ze hadden geen tijd te verliezen, wat Sabre ook doorhad. Hij wist waar hij naartoe moest en verdeed zijn tijd niet door te twijfelen. Doelbewust ging hij van de ene naar de andere gang. De geluiden van de andere krijgers verstomden achter hen.

'Volgens mij moeten we er bijna zijn,' zei Sabre. 'Lukt het nog?' Kort wierp hij een blik naar achteren.

'Ja, en we hebben ze van ons afgeschud.' Als ze weer in Mannar waren, was Rafa van plan om nachtenlang in bed te liggen. Ze had genoeg lichaamsbeweging gehad voor een maand. Bovenal kon ze niet wachten om uit dit nare gangenstelsel te zijn. Kippenvel bedekte nog steeds haar huid, alsof haar lichaam haar waarschuwde voor gevaar.

Het laatste stuk liepen ze. Sabre nam haar mee een ruimte in met de aankondiging dat ze er waren. Maar Rafa zag geen ladder die naar boven leidde en voelde ook niet de wind langs haar gezicht strijden. Wat ze wel zag was een lichaam dat in een rottingsproces was. Ze gilde.

'Dat gillen is nergens voor nodig. Ik zie er nog best goed uit voor mijn leeftijd.'

Het duurde even voordat de woorden doordrongen. Sabre zou dat nooit zeggen. Ze keek van het lichaam naar Sabre, of naar de persoon die op Sabre leek. Rafa voelde al het bloed uit haar gezicht trekken.

'Als je doet wat ik van je vraag, dan kan je jouw vriend snel van me verlossen. Hoe langer ik in iemand zit, des te meer impact het op diegene heeft. Sommigen komen nooit meer normaal terug. Dus je begrijpt dat als je mij tegenzit, je hem kwijt bent.'

'Hoelang al?' vroeg Rafa.

'Sinds die ellendeling zei dat hij mij kon gebruiken. Hij is onverschrokken, dat wel, en voelt geen tikkeltje angst. Deze daarentegen... De angst houdt mij hierbinnen, dus ik heb alle tijd.' Naazir grijnsde naar haar en Rafa dacht niet dat ze dit moment ooit uit haar geheugen kon wissen. Ze voelde paniek. Ze stond er alleen voor.

'Ga naar mijn lichaam en leg jouw hand op mijn hart. Je hoeft mijn lichaam alleen maar op te lichten. Dan kan ik weer de wereld bewandelen in mijn eigen lichaam en krijg jij je krijger terug. Ik zal jullie verder met rust laten.'

Dat geloofde Rafa niet. Ze geloofde helemaal niets meer. Maar één ding was zeker; als ze nietsdeed, zou ze Sabre niet meer terugzien.

Ze draaide zich langzaam om naar het lichaam en ging bijna over haar nek over hoe walgend het eruitzag. Het lukte haar niet eens om naar zijn borst te kijken die open lag. Ze kon zich er niet toe zetten om een stap te zetten. Ze voelde tranen in haar ogen prikken.

Naazir gaf haar ongeduldig een duw, waardoor ze tegen de steen knalde waar het lichaam op geopenbaard was. Het volgende moment had hij haar arm beetgepakt en bewoog die in de richting van het lichaam, wat een jammerende kreet uit haar lokte.

'Had ik niet gezegd dat je mee moest werken, uitverkorene?' vroeg Naazir dreigend in haar oor. 'Dit is de laatste waarschuwing.' Hij stond dicht bij haar, hield elke beweging van haar in de gaten.

Naazir kon de angst van Rafa waarschijnlijk voelen. Ze wilde het liefst in huilen uitbarsten, zich op de grond laten vallen en niet meer opstaan. Ze weigerde naar het lichaam te kijken, want dan was de kans heel groot dat alles naar boven kwam, en liet haar trillende hand door Naazir leiden. Stille tranen van angst liepen over haar wangen heen toen haar hand op iets zachts kwam.

'Licht het op,' beval Naazir haar.

Ze deed wat hij zei. Het licht dat ze opriep, ging regelrecht naar het hart van Naazir toe, waarna ze achter zich Sabre op de grond hoorde vallen. 'Sabre!' riep Rafa. Ze hurkte bij hem neer, hopend dat Naazir Sabres lichaam inderdaad had verlaten.

Met trillende armen zette Sabre zich af van de grond. Verward keek hij om zich heen en zag toen Rafa naast hem hurken. De verwarring sloeg al snel om in woede, alsof hij zich alles weer herinnerde. 'Ik ga Kiros vermoorden.'

'Laten we niet te ver vooruit denken,' mompelde Rafa.

'Daar ben ik het met je eens, Rafa,' zei een diepe, onbekende stem.

Allebei keken ze met grote ogen naar de man die op de steen zat. Zijn lichaam was volledig hersteld, was smetteloos. Met een brede grijns ontmoette hij hun blikken. 'Ik geef jullie tien seconden. Dan verbrand ik jullie misschien wel of verander ik jullie in ijssculpturen. Het ligt er een beetje aan waar ik over tien seconden zin in heb.'

'Door mij leef je,' zei Rafa. Dit was allemaal haar schuld. Ze had geen mogelijkheid gevonden om dit te voorkomen. Of nee, dit was Kiros zijn schuld. Door hem was ze nu hier.

'Twintig seconden dan, meer niet,' zuchtte Naazir dramatisch. Om zijn handen wikkelden zich al meerdere soorten magie. Ze zag ook haar licht ertussen zitten. 'Om mijn dankbaarheid te tonen, geef ik jullie als tip mee om naar het noorden te gaan. Daar is een uitgang die jullie op tijd moeten kunnen bereiken. Veel succes. Twintig... negentien...'

Sabre pakte haar arm beet en rende zo snel dat Rafa half struikelend de ruimte verliet. Het enige wat ze kon doen was Sabre volgen en voor licht zorgen. Als hij één keer de verkeerde richting nam, waren ze er geweest, maar Rafa dacht niet dat hun overlevingskans groter zou worden als zij voorop ging. Haar leven lag nu in Sabres handen.

Sabre zei geen enkel woord tegen Rafa in die bloedstollende seconden. Hij concentreerde zich op de weg, met zijn hand nog altijd om Rafa's arm geklemd, zo stevig dat Rafa verwachtte dat het beurs zou worden. Hij bracht haar naar allerlei gangen in een hoog tempo. Rafa deed enkel haar best om niet te vallen.

Ze hoorden een oorverdovende klap die de muren om hen heen deed beven. De klap klonk van veel te dichtbij. Even hoorde Rafa alleen een piep in haar oren, de wereld stond stil. Ze was zich er maar half van bewust dat ze nog steeds aan het rennen was.

'De uitgang, Rafa,' riep Sabre toen een ladder op hun pad kwam.

Vlak daarna volgde nog een klap. Puin vloog naar beneden. De gang zou instorten. Sabre duwde Rafa de ladder op en hielp haar door zetjes te geven. Hij had haar voor laten gaan, hij wilde haar de meeste kans geven om hier levend uit te komen, ook al was zij langzamer dan Sabre. De wanden van de put beefden na van de klappen in het gangenstelsel, maar de put hield stand.

Rafa had de rand van de put bereikt toen de derde klap volgde. Ze zag het zand naast de put naar beneden denderen. Ze pakte Sabres hand beet en trok hem op het zand met alles wat ze in zich had. Scheurtjes verschenen in de stenen.

'Rennen,' zei Sabre. Dat hoefde hij haar niet nog een keer te vertellen. Ze renden over het zand heen, weg van de waterput, en keken geen enkele keer om.

***

Sabre was stil toen ze in Mannar aankwamen. Verschillende mensen waren naar de rand van de stad gekomen om te zien waardoor de klappen werden veroorzaakt. Zowel Sabre als Rafa kregen vragen daarover van meerdere mensen die zagen waar ze vandaan waren gekomen, totdat Tahir hen had bereikt en de mensen beval om hen met rust te laten.

'Je was vermist,' zei Tahir. 'Wat is er gebeurd?'

Sabre schudde enkel met zijn hoofd en beende weg. Dus Rafa legde alles aan Tahir uit. Ze begon met dat Sabre niet bij de training kwam opdagen en dat ze hem samen met Kiros ging zoeken om vervolgens erachter te komen dat Kiros haar in de val lokte. Ze vertelde dat Kiros Naazir tot leven wilde wekken en daarvoor alleen nog het licht nodig had. En als laatste over dat Naazir het lichaam van Sabre had overgenomen en door Rafa's licht zijn eigen lichaam kreeg. Ze probeerde niet te denken aan het beeld van het lichaam, aan het ingevallen gezicht en de open borst waar ze kokhalsneigingen van had gekregen. In ieder geval was ze niet overgenomen geweest door een geest. Dat zou vele malen erger moeten zijn geweest. Ze moest met Sabre erover praten. Het was overduidelijk dat hij van slag was.

'Waar is Kiros?' vroeg Tahir.

'Ik weet het niet. Het hele gangenstelsel is ingestort. Misschien is hij op tijd weggekomen, misschien ligt hij ergens onder het puin.' Tahir wilde alweer weglopen, vast om zijn zoon te zoeken, maar Rafa zei snel: 'Naazir loopt hier ergens rond. Het is niet veilig.'

'Ik kan niet geloven dat mijn zoon zoiets zou doen,' mompelde Tahir.

'Uw zoon heeft Sabre gebruikt om mij daarnaartoe te lokken. Uw zoon heeft ons bijna gedood. En nu is de hele wereld in gevaar.' Nu de adrenaline zakte, kwamen weer de tranen in Rafa's ogen. Het had niets gescheeld of ze waren dood geweest. Zonder verder nog iets te zeggen, liep Rafa de kant op waar Sabre naartoe was gegaan. Ze was niet boos op Tahir. Ouders wilden nu eenmaal niet het slechte in hun kinderen zien, maar wat Kiros had gedaan... Rafa wist niet hoe het leven in Mannar nu verder zou gaan, of ze zelfs wel hier moest blijven.

***

Rafa zag Sabre nergens. Het kon zijn dat hij niet gevonden wilde worden en dat begreep Rafa na alles dat hij in een korte tijd had meegemaakt. Ze hadden geluk dat ze het er levend vanaf hadden gebracht. Ze had geen behoefte om Imani of Paki op te zoeken. Ze zouden vragen stellen en Rafa had daar niet de energie voor. Ze was uitgeput.

Doelloos staarde ze voor zich uit, terwijl ze tegen een willekeurig huis aan leunde. Steeds weer zag ze het verrotte lichaam en Sabre, ook al was het niet Sabre die terugkeek. Ze wilde die beelden voorgoed uitwissen.

Wanneer mensen voorbij liepen, zag ze hen naar haar kijken. Het moest wel in heel Mannar bekend zijn wat er was gebeurd, maar geen van hen zei iets tegen Rafa erover. Dat was precies wat Rafa wilde.

Ze kon veel langer in de kou staan als ze geen geschreeuw had gehoord. Ze rende eropaf en zag toen eindelijk waar Sabre uithing. Hij had Kiros gevonden. Zo te zien was Kiros op tijd weggekomen uit het instortende gangenstelsel, want er was geen enkel letsel te zien. Dat veranderde al snel. Sabre beende op Kiros af en was zo buiten zinnen dat hij hem een klap met zijn vuist in zijn gezicht gaf, en nog een. Er zou nog een klap hebben gevolgd als de krijgers Sabre niet weg hadden getrokken. Rafa was niet de enige die op het geschreeuw was afgekomen.

Kiros spuugde bloed op het zand.

'Heb je geen flauw benul wat je de wereld in hebt geroepen?' vroeg Sabre woest. 'Het maakte jou helemaal niets uit wat er met mij en Rafa gebeurde of wat er ging gebeuren met de anderen, zolang jouw plan maar lukte.'

Er was niets meer over van zijn rustige kant.

'Neem hem mee,' zei Kiros, die zijn mond afveegde met de rug van zijn hand.

'Neem hem mee?' vroeg Rafa nu verbijsterd. Elke blik werd op haar gericht. Ze kon haar lach niet langer inhouden. 'Jij hebt krijgers op hem afgestuurd om hem onder dwang naar het gangenstelsel te krijgen. Jij bood hem aan aan Naazir. En dat is nog maar het begin van alles wat jij misdaan hebt. Sabre heeft niets verkeerds gedaan. Jij daarentegen wel en je bent een lafaard dat je dat niet durft toe te geven.'

Kiros wuifde met zijn hand als teken dat ze Sabre konden meenemen. Hij negeerde Rafa's woorden, alsof ze niet waardig genoeg was om naar te luisteren. Maar ze was de uitverkorene. Ze had zeggenschap. Dus ze stak haar hand in de lucht en maakte licht. 'Negeer me niet,' zei Rafa. 'Jij hebt de uitverkorene van de Zon misbruikt voor jouw eigen doeleinden. Je had mijn licht nodig om Naazir uit de dood te krijgen. Dit was nooit wat ik wilde.' In Vannan was het precies hetzelfde geweest, toen werd ook al alleen haar magie gezien. Het was dwaas van haar om te denken dat Mannar anders was. Het zou altijd draaien om haar magie.

Kiros' mond vormde een dunne streep, maar hij keek niet naar Rafa, maar naar een plek achter haar. 'Wat is hier aan de hand?' Het was Imani die achter haar stond.

Ze nam in zich op wat er voor zich afspeelde; de bebloede lip van Kiros, Sabre die werd vastgehouden en zijn hand nog altijd tot een vuist had gebald, Rafa met het licht waardoor het scenario duidelijk zichtbaar was voor de omstanders.

Kiros kwam op Imani af. 'Kunnen we elkaar onder vier ogen spreken?' Hij had overduidelijk besloten om Rafa nog steeds te negeren.

Rafa snoof en legde haar armen over elkaar.

'Nee. Ik wil nu horen wat er hier aan de hand is. Ik hoor zulke vreemde verhalen. Is het waar dat Naazir weer leeft?'

Rafa antwoordde voor Kiros. 'Ja, met dank aan Kiros. Naazir stuurt alle vier de krachten, dus ik heb geen idee hoe we hem kunnen tegenhouden. Hij heeft het gangenstelsel al laten instorten. Wat is het volgende dat hij zal verwoesten? Mannar?' Als hij dat van plan was, waren ze machteloos. Haar magie was niets vergeleken met wat hij bezat.

'Dat zal hij niet doen,' zei Kiros.

'Heb je het hem gevraagd?' Het was onmogelijk om de woede uit haar toon te houden. 'Of kan je gedachten lezen? Helderziend?'

'Kunnen we met elkaar praten zonder Rafa?' vroeg Kiros kalm aan Imani.

Mooi zo, dan vond hij haar maar irritant. Vuile lafaard.

'Je kunt dat doen met Rafa erbij. Waarom, Kiros?'

'Er moet iets gebeuren. Het hele maanrijk is verrot en we laten het allemaal over ons heenkomen. Naazir heeft in het verleden meerdere keren bewezen dat hij een vijand van het maanrijk is en daarbij komt het goed uit dat de prins het vuur heeft. Naazir heeft een hekel aan het vuur. Het zal het einde betekenen van de zuiveringen.'

'Dat is een hele grote gok,' mompelde Imani. 'Je had dit beter niet kunnen doen. Als iets dood is, moet het dood blijven. Dit zal leiden tot meer doden, Kiros. Wat als het maanrijk denkt dat wij de reden zijn dat Naazir leeft?'

'Er moet iets gebeuren. Ik weet dat dit een drastische maatregel is en dat het een gok is. Maar we bereiken niets als we stilstaan.'

'Je vergeet het gedeelte te vertellen over wat de rol van Sabre en mij was, waarom Sabre nu zo boos op jou is,' wees Rafa hem erop. Het leverde haar een dodelijke blik op, maar Rafa was helemaal klaar met Kiros. Ze vond hem aardig toen ze hem voor de eerste keer had gesproken en ook tijdens de trainingen kon ze goed met hem overweg, maar nu had ze geen enkel greintje vriendelijkheid voor hem over.

'Het maakte hem niets uit als we zouden sterven,' zei Rafa tegen Imani. Geschrokken opende Imani haar mond, maar Rafa liep weg. Kiros mocht zelf uitzoeken hoe hij hier onderuit kon komen.

Sabre stond op een veilige afstand van Kiros vandaan en werd voortdurend in de gaten gehouden door krijgers om ervoor te zorgen dat hij niet ineens weer Kiros zou aanvallen. Zijn knokkels waren rood verkleurd.

'Wat nu?' vroeg Rafa.

'Mannar moet zich klaarmaken voor een eventuele aanval. We moeten iedereen waarschuwen. Als er tenminste mensen zijn die willen luisteren.'

'Hoe bedoel je?'

'Hij wordt gezien als een God. Nu al helemaal nu hij uit de dood is herrezen,' zei Sabre ernstig. Hij schudde met zijn hoofd. 'Als we een kans willen maken, hebben we een uitverkorene nodig.'

'Je doelt op Chamos.'

'Ik weet het verder ook niet, Rafa,' zei Sabre. 'Je zag zijn kracht. Mensen zoals ik zijn nutteloos daartegen en in je eentje kan jij ook niet veel ertegen aanrichten. Met het vuur ben je sterker.'

'Ik ga niet meer om met zulke mannen.'

'Dat kan ik je niet kwalijk nemen.'

Sabre ging er verder niet over door. Hij zei dat hij even alleen wilde zijn en liet Rafa achter. Het korte gesprek met Sabre had Rafa echter genoeg denkstof gegeven. Wat hij had gezegd, was waar. Ze kon niets in haar eentje doen tegen zo'n grote macht, zelfs niet met training. Ze beet op haar lip, niet wetend wat ze moest doen. Ze was radeloos. Misschien bleek Naazir uiteindelijk niet zo'n dreiging te zijn, misschien hield hij zich stil, maar ze wist dat dat een naïeve gedachte was. Hij werd in het verleden al gevreesd, omdat hij steeds meer wilde en zijn magie zodanig uitbreidde dat hij gek werd.

Ze had het gevoel alsof ze moest kiezen tussen twee monsters; Chamos of Naazir. Rafa besloot die keuze nog niet te maken. Wie weet zou er zich nog een andere optie aandienen. Dat zou echter wel binnen een korte periode moeten gebeuren.

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top