Hoofdstuk 19

Navarre

In Nirvelli was het een uitzonderlijk kille nacht met natte sneeuw die naar beneden dwarrelde, vergezeld met ijzel die de stad in een witte laag omhulde. Tijdens dit soort nachten verlangde Navarre naar iets van warmte. Hij zat te rillen in zijn wollen mantel, met zijn handen diep weggestoken in zijn zakken. Het was niet genoeg. Hij was zich ervan bewust dat hij zich zou kunnen verwarmen met het vuur, maar Navarre dacht dat hij zichzelf dan op de een of andere manier in brand zou steken, en daarbij gaf hij eerder de voorkeur aan kou lijden. Gelukkig hoefde hij niet lang op Eragen te wachten.

'Je trilt als een rietje,' zei Eragen die in zijn eigen handen wreef, terwijl hij met grote stappen op Navarre af liep. Wolkjes zweefden tussen zijn lippen door in de lucht.

'We hebben koudere nachten gekend.' In Lycoris was het altijd onder het vriespunt tijdens de nurai. Dit weer was warm vergeleken met de weersomstandigheden waarin Navarre was opgegroeid, dus hij wist wel beter dan erover te klagen.

Eragen grijnsde. 'Dat hebben we zeker.' Hij haalde een hand door zijn haren om de sneeuwvlokjes weg te vegen die niet te onderscheiden waren van zijn haarkleur. 'En dan nog bidden we voor koudere nachten. We zijn gek. Eén keer was mijn pink zo paars en gevoelloos geworden, dat ik dacht dat die eraf zou vallen. Ik zal mijn handschoenen in ieder geval niet meer vergeten. Die kou mag van mij uitblijven.'

Ze waren veel beter bestemd tegen kou dan zonnemensen, maar ze waren nog steeds vatbaar voor extreme weersomstandigheden. Navarre merkte dat wanneer de nachten zo kil waren als Eragen ze beschreef, hij beter binnen kon blijven. Elwyn daarentegen had er nooit problemen mee gehad. Hij was immers de kou.

'Ik zou uitkijken met zulke uitspraken. We eren de kou, Eragen.' De kou en de duisternis.

'Jij durft het niet te zeggen, maar jij hebt er ook een hekel aan. Dat maakt van ons beide verraders, niet? De koningin vindt dat ondertussen al genoeg reden om iemand te doden.'

Navarre voelde aan Eragen dat hij meer wilde zeggen. Ze naderden de hekken die het kasteelterrein van de rest van de stad afscheidden. Eragen bleef echter zijn mond houden. 'Zeg het,' spoorde Navarre hem aan.

'Jij hebt me eens over jouw vader verteld toen ik naar jouw afkomst vroeg.' Eragen was de enige die het tot nu toe was opgevallen dat Navarre uiterlijke kenmerken deelde met het zonnevolk, wat Navarre van zijn vader had geërfd. Het verbaasde hem dat verder niemand hem erop had gewezen, waarschijnlijk verhulden zijn bleke huidskleur en daden het voldoende. 'Ik heb niemand iets erover verteld. Je weet dat ik me aan mijn woord houd.'

'En welke kant wil je nu opgaan?' vroeg Navarre. Hij hield zijn stem kil, zijn houding afstandelijk. Hij moest voorzichtig zijn met wat hij zei en proberen erachter te komen of Eragen geen verraderlijk spel speelde.

'Ik zei het gisteren al; jij moet mij iets vertellen en ik jou. En ik zal beginnen, ook al kan het mijn dood betekenen. Kan je niet iets van een teken van vriendelijkheid laten zien? Ik haat het als je zo doet.'

'Ik wacht nog even af op wat je precies wilt gaan vertellen.'

'Waarschijnlijk ben ik dom door dit te zeggen, maar ik ben tegen de koningin. Ik beken.'

Navarre moest zich inspannen om zijn verrassing niet te laten zien. Hij moest er zeker van zijn dat Eragen de waarheid sprak. Misschien was het wreed, maar Navarre zei: 'Je bekent een vijand van het rijk te zijn?'

'Het is gevaarlijk om zoiets te zeggen tegen de zoon van de koningin, dat weet ik. Ik hou van mijn leven, Navarre. Maar we zijn vrienden, toch? We horen dit soort dingen te vertellen.'

'Op het bekennen van verraad staat de doodstraf. Je geeft me geen andere keus dan dit aan de koningin door te geven.'

'Ik zet alles op het spel nu. Ik ben eerlijk tegen jou. Dus als je nu een grapje met mij aan het uithalen bent, stop daarmee.' Eragens stem klonk minder zeker.

'Ik maak geen grapjes hierover. Ik zal dit aan de koningin moeten vertellen, Eragen. Wie had ooit gedacht dat een Bregalis een verrader zou zijn?'

Eragen bekeek hem onderzoekend, alsof hij naar een signaal zocht dat dit inderdaad een grap was, maar zag enkel zijn kille blik. Eragen was bleek weggetrokken. Het was een reactie die Navarre geloofde.

'Nee, dat meen je niet,' hield Eragen vol. 'Ik vind dit serieus geen leuke grap, Navarre.'

'Ik ben ook serieus. Je beschuldigt mij er nu ook nog eens van om te liegen?'

Toen zag Eragen eindelijk een kleine glimlach om Navarres lippen die alles weggaf. Op datzelfde moment zag hij de opluchting in Eragens gezicht als de Zon die door het wolkendek heen brak.

'Klootzak!' riep Eragen uit, zo hard dat enkele mensen verderop naar hen keken om te zien wat er gaande was. Hij gaf Navarre een duw.

Navarre lachte, maar kapte die ook weer snel af. Er waren hier genoeg mensen die hem konden zien. 'Ik wilde je reactie zien om er zeker van te zijn dat je de waarheid sprak.' Toen gaf Navarre een knikje naar Eragens zwaard dat onder zijn mantel zat verborgen. 'Maar even over dat zwaard dat je me gisteren liet zien, waarvan was dat bloed?'

'Diegenen die lijden, dood ik. Ik kom toch niet geloofwaardig over als ik niet dood? Het zou opvallen.'

Navarre knikte. Dat was een logische verklaring. 'Ik had eigenlijk niet verwacht dat je zoiets zou bekennen. Voor jou was het je werk om de koningin te dienen.'

'Het was en is mijn werk, ja. Ik maakte me op die manier nuttig. Mijn zussen hebben al veel bereikt, dus ik ervoer de druk om zelf ook iets te bereiken. Ik ben er niet trots op, maar ja, het is gebeurd.' Ondanks dat Navarre de kap van zijn mantel op had, voelde hij dat Eragen zijn blik op hem gericht had. 'Ik had mijn vermoedens over jou dat jij tegen de zuiveringen bent, dus ik gokte het erop door eerst mijn verhaal te doen. Mijn vermoedens blijken waar te zijn, dus hoe zit het met jou?'

'Ik wilde mezelf bewijzen tegenover mijn moeder. Onder andere.' Even liet Navarre een stilte vallen, waarin ze enkel hun voetstappen hoorden knerpen, waarna Navarre mompelde: 'Ik vind het vreemd om zo'n gesprek met jou te voeren.'

'Helaas is het nu jouw beurt om alles op te biechten.'

'Alles? Dan ben ik nog bezig als het munari wordt.'

'Vertel dan maar wat er gisteren aan de hand was.'

'Dat kan ik niet.'

'Kan of wil je dat niet?'

Eragen had aan Navarre bekend dat hij een verrader was. Hij had dat gedaan omdat hij hoopte dat Navarre hem daarmee in vertrouwen durfde te nemen. Navarre had iedereen van zich afgestoten en op de een of andere manier wilde deze dwaas vrienden met hem blijven. Navarre stopte met lopen. Hij kon hem de waarheid vertellen, kon zich proberen open te stellen voor iemand anders dan zijn broer. En als Eragen net zo reageerde als hoe hij bij Valerie had gereageerd, dan was dat maar zo.

'Ik zeg het maar meteen voordat ik van gedachten verander: ik heb het vuur. Mijn ruzie met Elwyn gisteren had daarmee te maken. Hij maakt zich zorgen om me, omdat ik het vuur niet wil gebruiken,' fluisterde Navarre.

Eragen keek hem met knipperende ogen verdwaasd aan, alsof dit het laatste was dat hij verwachtte. 'Jij bent de uitverkor-'

'Niet zo hard,' siste Navarre.

'Er zitten vast wel een paar nadelen aan, vooral omdat het niet zo handig is in combinatie met jouw functie, maar dat is zo gaaf.'

'Vind je?'

'Natuurlijk vind ik dat gaaf, zelfs al vertegenwoordig je de Zon.' Eragen sloeg zijn arm om Navarres schouders. 'Zo makkelijk kom je niet van me af.'

'Dat belooft niet veel goeds.'

'Ben je niet blij?'

Navarre duwde de arm van zich af. 'Ik had eigenlijk gehoopt dat het plan lukte om jou meer op afstand te houden.'

Eragen grijnsde breed. 'Kom op, zeg maar dat je blij bent. Zo moeilijk is dat niet.'

'Ik ben heel blij.'

'Dat klinkt verschrikkelijk sarcastisch.'

'Fijn dat dat zo is overgekomen.'

'Jouw humor wordt met het jaar erger,' zei Eragen hoofdschuddend.

Navarre was vooral opgelucht dat er iemand buiten zijn familie was waar hij dit tegen kon vertellen. Als Eragen niet had bekend, dan had Navarre nooit over zijn vuur verteld. Het was alsof Eragen zich daar bewust van was en het risico had genomen om eerst te beginnen met vertellen omdat dat het waard zou kunnen zijn.

Op weg naar de executieplek had Navarre het iets warmer gekregen, maar de kou bleef in zijn gezicht bijten. Hij vond het niet prettig waar ze nu naartoe gingen. Hij had de kap zo ver mogelijk over zijn hoofd getrokken, omdat Navarre anders ongewenste aandacht kon krijgen. Volgens Eragen werden ze nog niet achtervolgd.

Ze kwamen tot stilstand bij een trap die naar beneden leidde naar een bevroren slootje. De weg vanaf de trap liep verder onder een bruggetje door. Navarre hoorde het geschreeuw naar boven komen, kreeg daar al de rillingen van. Hij herkende dat geluid uit duizenden.

Het was alsof Eragen doorhad wat er in hem speelde, want hij zei: 'Zij moeten niet doorhebben dat jij ertegen bent. Ik weet dat je overtuigend kan overkomen, maar er wordt gepraat. Ze vinden het vreemd dat je je niet meer zo actief met de zuivering bezighoudt.'

'Van mij mogen ze praten.'

'Altijd die stoere praatjes, maar ik merk aan je dat je zenuwachtig bent. Weet je zeker dat je dit kunt?'

'Natuurlijk kan ik dit.'

Eragen had gelijk, Navarre was zenuwachtig voor wat hij te zien zou krijgen, voor hoe hij daarop zou reageren. Het zien van bloed maakte hem al misselijk. Maar hij kon het spel goed meespelen als hij er zijn zinnen op zette.

Dus met doelbewuste stappen liep hij naar beneden, met Eragen in zijn kielzog. De lucht vulde zich met de geur van ijzer, bloedsporen waren op de bevroren tegels te vinden. Navarre vroeg zich af hoe Eragen het hier uithield.

Net voor het bruggetje was er een deur aan hun rechterkant, waar twee bewakers voor stonden. Navarre had de kap afgedaan toen ze voor hem bogen.

'Ik kom deze plek inspecteren,' zei Navarre.

Zonder vragen te stellen openden ze de deur voor hen en werd een donkere ruimte zichtbaar. Navarre hield nog altijd zijn handen in zijn zakken, maar niet alleen maar omdat het koud was. Hij wilde niet dat zijn trillende handen hem verraadden. De laatste jaren reageerde zijn lichaam steeds heftiger op omstandigheden als deze.

Een aantal verse lijken lagen opgestapeld in een hoek. Navarre dwong zich ernaar te kijken en goedkeurend te knikken, want er waren meerdere ogen op hem gericht. Vooral na Eragens woorden wist Navarre dat hij in de gaten werd gehouden.

'Ik wil graag zo snel mogelijk een rapport hiervan hebben; hoeveel er per nacht hiernaartoe worden gebracht, hoeveel er sterven, wie dat zijn...' Ondertussen probeerde hij zich de hele ruimte in zijn hoofd te prenten.

'Zoals u wenst,' zei de krijger waartegen Navarre had gesproken. Precies op dat moment werd er iemand onthoofd. Vervolgens begon een vrouw heel hard te krijsen van verdriet dat door merg en been ging. Navarre kreeg het voor elkaar enkel met zijn ogen te knipperen als reactie daarop. Deze plek was duister en gaf Navarre een akelig gevoel. Hij wist niet hoelang hij dit nog vol kon houden zonder zichzelf weg te geven.

Hoe had hij dit al die jaren vol kunnen houden? De gevangenen keken vol haat en angst naar hem vanuit hun kooien. Het was onmenselijk. Navarre had er zelfs aan bijgedragen. Hij vond zichzelf geen goed persoon, maar hij kon de mensen op de lijst wel helpen. Daarvoor was het nog niet te laat.

Blijkbaar zag Eragen iets in zijn blik of houding, waardoor hij zei: 'De zaken verlopen goed, zoals u ziet. U zult het rapport snel krijgen.' Alleen in het bijzijn van anderen sprak Eragen hem formeel aan.

Het voelde niet goed aan dat hij al deze mensen voor dood achter zou laten. Eragen gebaarde naar hem dat hij kon gaan. 'We moeten weer verdergaan, we kunnen geen vertraging gebruiken. Er zijn nog heel veel verraders die we moeten opsporen.' Eragen benadrukte het woord verraders om Navarre eraan te herinneren dat hij moest oppassen.

Als Navarre de locatie van deze plek aan Elwyn doorvertelde, kon Elwyn misschien iets regelen. In zijn eentje kon hij niets voor hen betekenen. 'Ga vooral zo door, mannen. Nog even en Nirvelli is een vrije stad,' zei Navarre.

De mannen bogen weer en Navarre vertrok, terwijl Eragen achterbleef in die afschuwelijke ruimte.

Eenmaal op een rustige plek, moest Navarre op adem komen. Hij hoorde het geschreeuw nog, voelde hoe hij zijn zwaard door hun lichamen sneed. Wat hij ook deed, die schuldgevoelens zouden nooit verdwijnen. Hij was een monster en als iemand hem zijn verdiende loon wilde geven, dacht Navarre niet dat hij weerstand zou bieden.

***

'Is het waar? Ben je naar de executieplek gegaan?' vroeg Zarya toen de deur achter Navarre dichtviel. Eenmaal terug in het kasteel werd Navarre direct aangesproken en begeleid naar de privé vertrekken van de koningin. Het kwam niet onverwachts.

'Word ik nu constant in de gaten gehouden?' vroeg Navarre geïrriteerd. Het maakte niets uit dat Zarya ervanaf wist, maar wel dat ze elke beweging van hem in de gaten liet houden.

'Ik zei dat je je erbuiten moest houden, Navarre. Meerdere keren zelfs. Dat zeg ik niet zomaar.'

Navarre sloeg zijn armen over elkaar. Hij zou dat nooit kunnen met wat er allemaal in Nirvelli gebeurde. En wat hij net nog had gezien...

Zarya's blik schoot naar Navarres hand. Navarre volgde haar blik en zag vuur om zijn vingers flakkeren. Met paniek in zijn lichaam wapperde hij de vlammen weg. Navarre kon zijn schok niet verbergen, voelde het door heel zijn lichaam dreunen. Hij moest zijn emoties in het gareel houden.

Er viel een stilte in de kamer. 'Ik heb niet eerder gezien dat het zomaar verscheen,' zei Zarya ernstig.

Het moest weer actief zijn geworden toen Elwyn hem had aangevallen met die verdomde speer. Of misschien kwam het door de gruwelijkheden die Navarre net nog had gezien. Navarre had niet doorgehad dat het vuur vanaf dat moment een weg naar buiten had gezocht. Het was geen goed teken als Navarre zijn grip erop verloor.

'Heb je dit eerder gehad?'

'Dit is niet de eerste keer,' mompelde Navarre. Hij had het twee keer eerder meegemaakt en het had hem beangstigd, net zoals nu. Vooral de eerste keer was heftig geweest.

Zarya's ogen vergrootten zich. 'Dat hoor je tegen mij te zeggen.'

Als Navarre dit tegen zijn moeder had verteld, zou het niets veranderd hebben. 'We hoopten allebei dat als ik het negeerde, het over zou gaan. Dat is niet het geval. Elwyn gaat me ermee helpen. Ik moet het vuur leren gebruiken.' Negeren was de makkelijkste optie geweest. Hij keek allesbehalve uit naar de trainingen.

'Elwyn is geboren met zijn gave. Ze zijn één. Hij begrijpt niet hoe het moet zijn voor iemand die pas op latere leeftijd een gave krijgt. Ik kan me voorstellen dat het dan moeilijker is. Je weet niet tot hoever je kan gaan. En niemand mag weten dat je de uitverkorene van de Zon bent, Navarre. Wat als het actiever wordt? Dan hangen we allebei.'

'Als ik het niet gebruik, brand ik op. Ik weet niet hoelang ik nog heb.'

Zarya haalde diep adem. 'Als je denkt dat dit het beste is, probeer het. Elwyn begrijpt zijn gave, misschien kan hij jou leren hoe jij het moet begrijpen.' Zarya tikte gespannen met haar nagels tegen haar zij. Ze vond het geen fijne gedachte.

Navarre wilde iets terugzeggen, maar hun gesprek werd onderbroken door geklop op de deur. Ze keken elkaar allebei voor een tel aan, waarna Zarya naar de deur liep en die opende. Navarre hoorde haar verbaasd zeggen: 'Edlynne, wat een verrassing.'

Edlynne Bregalis, de moeder van Eragen en een machtig persoon in het maanrijk, iemand waar het volk naar opkeek. Ze zou de conflicten die in Nirvelli speelden enkel verergeren.

'Ik hoorde over de zuivering. Ik was benieuwd hoe het verliep.'

Navarre ging naast Zarya staan, zodat hij in het zicht van Edlynne was. Edlynne's blik gleed naar hem toe. Ze glimlachte naar hem op een roofdierachtige manier. Navarre wendde zijn blik niet af.

'Het verloopt volgens plan,' vertelde Zarya, ietwat kortaf.

'Ik heb gehoord dat de rebellen het proces vertragen. We moeten ze uitschakelen voordat het een probleem gaat worden,' zei Edlynne. 'En feliciteer Elwyn nog voor mij. Wat een eer om op zo'n jonge leeftijd tot leider benoemd te worden, al heeft hij nog een lange weg te gaan om het volk voor zich te winnen.'

'Ik heb alle vertrouwen in hem dat het zal lukken,' zei Zarya.

'Ik heb altijd al gezegd dat Elwyn de meeste potentie heeft,' zei Edlynne. 'Maar je had zoveel vertrouwen in je andere zoon.'

'Wat kom je hier doen?' vroeg Navarre op een te scherpe toon.

'Je ziet zijn vader in hem. Hij zal nooit geschikt zijn om het maanvolk te leiden,' ging Edlynne onverstoorbaar verder alsof Navarre er niet was.

'Navarre is meer dan geschikt om te leiden,' zei Zarya resoluut. 'Bedankt voor de felicitatie. Ik zal het doorgeven aan Elwyn.'

Ze wilde de deur dichtdoen, maar Edlynne zei nog: 'De komende tijd zal ik in Nirvelli verblijven om in de gaten te houden of alles goed blijft verlopen.' Edlynne boog spottend haar hoofd en beende weg.

Navarre keek naar de plek waar Edlynne eerder nog stond, terwijl hij zowel de woorden van Edlynne als zijn moeder nog door zijn hoofd hoorde klinken. Edlynne's woorden verbaasden hem niet, maar ze zou een probleem worden als ze hier verbleef. En wat Zarya had gezegd... Navarre had juist gedacht dat ze hem niet geschikt had gevonden.

Zarya ging met haar handen door haar haren. 'Oefen met Elwyn met het vuur en vermijd Edlynne. Edlynne heeft het al jarenlang gemunt op het koningschap. Ze is gevaarlijk. Kijk me aan en zeg dat je naar mij luistert. Houd je overal buiten. Ik wil niet meer horen dat je op executieplekken bent geweest.'

'Ik ben voorzichtig.'

'Je neemt geen risico's.'

'Soms moeten risico's genomen worden.'

'Ja, maar niet als je al een doelwit bent. Ze weet het van jou,' zei Zarya.

Navarre fronste. 'Het vuur.'

'Inderdaad. Ik weet niet hoe. Misschien heeft ze ons kunnen afluisteren, zijn we een keer niet voorzichtig genoeg geweest. Hoe dan ook, we kunnen dat niet veranderen.'

'Het verbaast me dat ik dan nog leef,' zei Navarre.

Zarya gebaarde naar hem dat hij moest gaan zitten. 'Het wordt tijd dat ik je alles ga vertellen. Je weet een deel, maar niet het belangrijkste. Je ziet het gevaar nog niet in en dat is mijn fout.'

Navarre was zich ervan bewust dat hij overal vijanden had en hij voorzichtig moest doen, maar blijkbaar onderschatte hij het nog steeds als Zarya besloot geheimen te openbaren.

'Edlynne dreigde onze familie zwart te maken door ons als onzuiver te verklaren. De meesten in het noorden zien alles dat te maken heeft met de Zon als iets dat niet in ons rijk hoort. Edlynne is er een van. Mijn ouders zijn net zo. Ik durfde om die reden je vader nooit lang in Lycoris te houden. Ze vertelden me dat ik iemand van het maanrijk moest vinden in plaats van een Aodhaan. Maar volgens hen ben jij een nog grotere smet voor de familie. Je bent een dagkind, geboren aan het eind van de munari. En dat merkten we. Hoe kon je de belangen van het maanrijk dienen als je in alle opzichten een dagkind was? Ik kreeg daarom te horen dat ik voor Elwyn moest kiezen. Ik kreeg dat al te horen bij zijn geboorte, toen hij ter wereld kwam op het moment dat de Maan verscheen. Maar ik koos voor jou, juist omdat je een dagkind bent en het maanrijk dat nodig heeft. Mijn plan ging overduidelijk niet meer door toen Edlynne van jouw vuur af wist. Vanaf dat moment accepteerde ze jou al helemaal niet meer. Ik zag geen andere optie dan Elwyn tot kroonprins te benoemen en jou op de achtergrond te zetten.'

'Je koos voor mij omdat ik een dagkind ben, je koos voor Vader... Waarom dan de zuiveringen?'

'Omdat ik niet ook nog een dode zoon wil hebben. Je vader is vermóórd, Navarre.'

Uit haar verhaal kon Navarre wel opmaken door wie zijn vader vermoord was. Hij had dit niet eerder gehoord, had gedacht dat zijn vader bezweken was aan hartfalen. Hij kon niet geloven dat Zarya daarover gelogen had. Hij balde zijn hand tot een vuist.

'Dus nu vermoord je anderen om mij te beschermen?'

'Om jou te beschermen, maar ook om te zorgen dat Edlynne tevreden genoeg is om niet het nieuws te verspreiden over jouw vuur en zij de macht overneemt. Er zullen veel ergere dingen gebeuren binnen een kortere tijd.'

'En wat over de oorlog die er gaat komen?'

'Een nare consequentie, maar eentje die ik niet kan stoppen.'

'Die oorlog moet gestopt worden,' zei Navarre. 'Er moet een eind komen aan die zuiveringen.'

'Ik kan niets doen. Edlynne heeft veel volgers. Ze heeft al eerder laten vallen dat ik een zwak heb voor het zonnerijk, dat ik geen sterke koningin ben. Als ze iets merkt, dan vertelt ze jouw geheim door, Navarre. Het zal voor ons niet goed aflopen.'

'Elwyn is een uitverkorene van de Maan. Hij staat boven haar.'

'Ik wil niet dat Elwyn ook een doelwit wordt. Hij zal of als een bedreiging worden gezien of als middel om Edlynne's doelen te bereiken als hij zijn identiteit onthuld. Hij zal geen enkel moment veilig zijn. Jij weet hoe dat is.'

Navarre beet op zijn lip, dacht na over wat hij kon doen, maar Zarya vervolgde: 'Je kunt niets doen, niet zonder ons allemaal in gevaar te brengen.'

***
Ik hoop dat het verhaal tot nu toe duidelijk en logisch is. Het kan zijn dat ik iets over het hoofd zie, omdat ik de laatste tijd met name gefocust ben op uni en stage. Maar het belangrijkste is dat het verhaal eens volledig op Wattpad komt :))

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top