hoofdstuk 2
Ik liep door de straat, op weg naar school. Alle straten waren verlaten, maar dat was altijd zo op dit vroege uur. Alleen voelde het vandaag anders. Ik wist niet precies waarom, maar het leek wel alsof ik bekeken werd vanachter de gesloten gordijnen. Ik schudde mijn hoofd en liep verder, proberend het gevoel te negeren.
Eindelijk op school aangekomen, liep ik meteen naar mijn kluisje. Maar hier was het meteen duidelijk. Iedereen keek naar me. Nu vervloekte ik mezelf omdat ik niet gewoon gesprongen was. Met een zucht opende ik mijn kluisje en nam mijn boeken voor de eerste drie uren; wiskunde, fysica en biologie. Toen ik mijn kluisje dicht deed schrok ik hard. Celeste stond naast me met een blik vol walging. Maar ik ging me niet laten intimideren. 'Wat nou weer?'
'Niet gesprongen dus?', ze trok een mondhoek op. 'Wat jammer nou. Maar je kunt het nog altijd doen. Na schooltijd? Of tijdens de middagpauze? Want geef nu eens toe. Wie zal jou missen? Je ouders?', ze begon hard te lachen en ik voelde een steek in mijn hart.
Mijn ouders waren jaren geleden omgekomen bij een auto ongeluk, maar nog steeds viel ik bepaalde avonden huilend in slaap. Ik miste ze zo erg! Maar ik ging geen zwakte laten zien. Ik slikte mijn tranen in, keek haar zo boos aan als ik kon en maakte me zo groot mogelijk, waardoor ik nu 10 centimeter groter was dan haar. Even zag ik een schijn van angst in haar ogen, maar dat verdween meteen weer.
'Waarom spring je niet gewoon zelf!', blafte ik haar toe en liep weg, naar het wiskunde lokaal.
In de les probeerde ik zo goed mogelijk op te letten, maar mijn gedachten vlogen steeds af naar de woorden van Celeste. "Want geef nu eens toe. Wie zal jou missen? Je ouders?" Ik sloeg met mijn hand op mijn hoofd. Goed zo, River. Het is haar gelukt.
Ik schudde mijn hoofd en keek naar buiten. Het was een zonnige dag en de bomen begonnen hun eerste bloemen te krijgen. Opeens landde er een mus op de vensterbank.
'Hallo musje. Wat is jouw naam?'
'Mijn naam is Marian. Ben jij niet River?'
'Ja, inderdaad. Hoe weet je mijn naam?'
'Rody vertelt veel over je. Jij bent het enige meisje die de gave bezit met vogels te kunnen praten. Maar er is een voorspelling.'
'Welke voorspelling?'
'Het gaat over een jongen...'
'River!', geschrokken keek ik op. 'Wat was je daar aan het doen?'
'Niets meneer.'
'Ze was met haar vogelvriendje aan het praten!', lachte Celeste kleinerend. De hele klas schoot in de lach. Ik keek naar mijn handen en onderdrukte de tranen die zich in mijn ogen vormden.
'Stilte!', riep de leraar. 'Let nu alsjeblieft op, River.' De les ging weer verder en ik keek nog snel naar buiten, maar Marian was verdwenen. Zuchtend concentreerde ik me weer op de les.
Het duurde eeuwen voor de les gedaan was. Dan kwam fysica ook nog. Dat duurde nog eens een eeuw. Uiteindelijk liep ik het fysica lokaal uit en liep naar de bioklas. De lerares was er nog niet dus ik besloot vluchtig naar de wc te gaan. Maar net toen ik aan het einde van de gang was, kwam ik mevrouw Sanders tegen, die van biologie. Zuchtend liep ik terug naar het lokaal. Toen ze de deur opende, liep ik als eerste binnen, om een goed plaatsje achterin te hebben.
***
A/N: nieuw hoofdstuk!
Comments zijn altijd welkom ;)
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top