Hoofdstuk 3
Leif had er geen probleem mee om met Aury in de grote hal te gaan eten. Het meisje had zo'n vermoeden dat hij wel eens blij was om tussen de drukte thuis uit te zijn.
Op feestdagen liep het vol in de grote hal. Dan werd er gezongen en gedanst en liepen er kinderen langs alle kanten tegen je aan tot hun ouders hen berispten. Op een normale dag als die dag was dat niet het geval. Aan een paar tafels zaten vikingen bier te drinken of iets te eten, maar het grootste deel van de ruimte was leeg.
Terwijl Leif voor hen allebei eten ging halen, ging Aury op zoek naar het drakenhandboek. Het lag normaal mooi uitgestald op een houten staander aan de oostelijke muur, maar na een vlugge blik die richting uit besloot het meisje dat dat vandaag niet het geval was.
Ze vond het boek uiteindelijk op één van de vele tafels, een eindje weg van twee vikingen die diep met elkaar in gesprek waren.
Aury bleef aarzelend bij het uiteinde van de tafel staan. Ze stak haar handen een paar keer uit om het boek te pakken, maar deed het uiteindelijk dan toch niet. Pas toen de man van het gezelschap opzij keek, nam ze snel het boek van de tafel, schonk ze hem een vlug lachje en liep ze zo snel mogelijk terug naar de tafel waar haar beste vriend al op haar wachtte.
Met een zucht liet ze het boek naast haar bord vallen. De klap ervan weergalmde door de hele hal. Een paar mensen keken hun kant op, maar iedereen hervatte al snel hun bezigheden.
'Ik snap niet waarom Asgot het nodig vond om ons uit te nodigen.'
Leif haalde zijn schouders op en nam een hap van zijn vis.
'Het ene moment was hij ons aan het afsnauwen en het volgende... Bam! "Wil je komen eten? Het is zo lang geleden." Het verbaast me dat hij nog niet denkt dat ik een slechte invloed was op Ida. Ze haalt veel minder kattenkwaad uit nu we geen vrienden meer zijn.'
Aury prikte wat met haar vork in haar vis.
'Heeft hij misschien nog niet door dat we geen vrienden meer zijn? Ik snap dat hij en mijn vader nog beste vriendjes zijn, maar Ida en ik- dat werkt niet meer. De laatste keer dat ik haar zag waren we mega ongemakkelijk en tijdens de training zeggen we ook alleen nog maar het strikt noodzakelijke tegen elkaar.'
Per ongeluk katapulteerde ze een stukje vis richting Leif. Het belandde in zijn haar, maar hij haalde het er woordenloos en met een kleine lach weer uit.
'Ik weet gewoon niet wat ik moet doen. Ik weet niet eens hoe het komt dat alles zo vreemd is tussen Ida en mij. Ze werd zo... afstandelijk toen ze meer taken op zich begon te nemen. Ik weet ook niet meer over wat ik het zou kunnen hebben. Ik heb helemaal geen verstand over dorpshoofdzaken.'
Leif keek haar bedenkelijk aan. Vervolgens haalde hij zijn schouders op. 'Je kan het hebben over je eigen werk. Ik zeg ook niet veel, maar ik vind het leuk als jij de stiltes opvult.'
'Ik weet het niet.'
Ze schoof haar bord aan de kant en legde haar hoofd op haar armen op tafel.
'Waarom zit je er zo mee?'
'Omdat... omdat...'
'Je hoeft het niet te zeggen als je dat niet wil.'
Aury knikte dankbaar.
De rest van de maaltijd praatte het vikingmeisje over hun gevecht met de draak van die ochtend en wat er volgens haar allemaal fout gelopen was. Ze had nog steeds hoofdpijn en voelde zich nog duizelig van de klap tegen de muur. Verder had ze het nog een beetje over het werk in de smidse dat ze in de namiddag geleverd had en hoe blij ze was dat ze hier nu met Leif kon ontspannen.
Leif zelf zei niet veel. Dat hoefde ook niet. Alleen al zijn aanwezigheid gaf Aury iets meer rust in haar hoofd.
Zodra haar eten op was, verwisselde ze haar bord voor het dikke drakenhandboek. Toen ze jonger was had ze moeite gehad om het boek op te tillen, maar na al die jaren van trainen was het nu een eitje.
'Waar zoek je naar?'
'Een draak. Ik weet niet goed welke. Als ik 'em zie zal ik 'em wel herkennen.'
Leif keek haar bedenkelijk aan, maar zei niets meer.
Aury bladerde het handboek rustig door. Ze bewonderde stuk voor stuk de tekeningen die door andere vikingen gemaakt waren. Ze had ze al wel vaker gezien, maar bij sommige verbaasden de technieken haar nog steeds.
Ze passeerde de Terrible Terrors, kleine irritante draken die je dood konden enerveren. De Timberjacks met hun gigantische vleugels die je zo kunnen wegblazen. De Fireworms, de Grapple Grounders, de Grim Gnashers. Stuk voor stuk hadden ze niets weg van de draak die ze in haar droom had gezien.
Ze had er een tekening van gemaakt zodra ze wakker werd. De grote vleugels, de lange staart, het brede lichaam en de grote kop met platte hoorns die aan de uiteinden een beetje omhoog krulden.
Bijna aan het einde van het handboek kwam ze een paar vellen tegen waarop niet veel informatie stond. Eentje specifiek ving haar blik. Oranje huid. Lekt amberkleurige vloeistof. Klasse: onbekend. Oorsprong: onbekend. Naam: onbekend. Specialiteit: onbekend.
Er stond geen tekening bij. Niets wat Aury de bevestiging kon geven dat het over dezelfde draak ging als die die ze in haar droom had gezien.
'Dit is 'em... denk ik.'
Ze draaide het boek om en schoof het onder Leifs neus.
'Maar...'
'Wat?'
'Er staat niets op.' Leifs blauwe ogen vlogen heen en weer, terwijl hij alles nog eens nalas. Hij moest maar eens gemist hebben waar Aury het over had. 'Informatie gevonden in grot.'
De beginnende smid fronste en trok het boek weer naar zich toe. 'Welke grot?'
Ze had een stukje tekst over het hoofd gezien. Kleine letters onderaan de pagina waar normaal een tekening van de draak hoorde te staan.
Informatie gevonden in grot. Geen viking te bespeuren. Muren vol met tekeningen.
'Welke grot?' herhaalde Aury, ditmaal luider.
Leif haalde zijn schouders op.
'Waarom vind je het belangrijk?'
'Weet je nog die droom?'
Voor even keek de vikingjongen voor zich uit. Vervolgens schudde hij zijn hoofd.
'De droom met het bos en het meer van honing. Die droom die ik al mijn hele leven lang heb?'
'O.'
'Ja, die. Ik heb er een draak bij gedroomd gisteren. Ik had er nog nooit zo één gezien, maar dit zou 'em wel eens kunnen zijn.' Ze tikte een paar keer op de pagina. 'Als ik de grot vind kan dat mijn vermoeden misschien bevestigen. Of misschien ook helemaal niet. Maar als de grot zich op dit eiland bevindt moet ik het toch proberen?'
'Jouw keuze.'
'Mijn keuze... Ik zou het niet tegen mijn vader kunnen zeggen. Hij zou me nooit laten gaan.' Ze zuchtte diep en dramatisch. 'Ik ga er nog eens over slapen.'
Leif glimlachte naar haar. Ze sloot het boek.
'Ik heb gewoon zo'n gevoel, snap je? Zo'n gevoel dat dit is wat ik hoor te doen. De draak vinden. Waarom zou ik er anders over dromen?'
De blik van haar beste vriend vertelde haar dat hij nog niet overtuigd was dat de draak echt bestond, maar hij zei er niets over en knikte alleen maar.
Ze zou de draak vinden. Ze zou het handboek aanvullen. Misschien moest ze de draak wel doden. Wie weet vormde het beest een grote dreiging voor Fisk, maar wisten de dorpelingen dat nog niet.
Dit was het juiste om te doen. De draak vinden. De draak doden. Dan zou alles oké zijn.
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top