30. Laat me gaan!

Voor sommige misschien een wat heftiger hoofdstuk (geen intimiteit hoor).

Ik zak door mijn been heen en val voorover, met een smak op de grond. Met een schreeuw grijp ik naar mijn linkerbeen. Voorzichtig ga ik zitten en haal mijn handen weg, vers, dik en donkerrood plakkerig bloed kleeft aan mijn vingers. Mijn kuit brand verschrikkelijk en er schieten felle pijnscheuten doorheen. Dan kijk ik achteruit, blijkbaar had de indiaan de tomahawk laten vallen, het geweer van de ander gegrepen en dat aangelegd en geschoten. Grijnzend kijkt hij me aan. Maar opeens vertrekt zijn gezicht en valt hij voorover. Verbaasd kijk ik toe, de man heeft iets heel raars op zijn rug. Dat had hij net nog niet! Als ik beter kijk zie ik dat het mijn broer is die met zijn tomahawk de man van achter is genaderd. Nadat mijn aanvaller van de schrik is bekomen begint hij tegen te stribbelen. Ze rollen over de grond terwijl ik ze met grote ogen aan staar. Langzaam aan worden de aanvallen van Wematin zwakker, en de angst slaat me om het hart. 'Rox, ga weg, niet kijken!' Verdwaasd kijk ik hoe de aanvaller Wematin in een houtgreep houdt en hoe hij langzaam aan zijn keel dichtknijpt. Ik wend mijn ogen af. Dat kan niet gebeuren! Mijn stem schalt helder over de plek. 'Stop!'

Verbaasd kijkt de indiaan op, niet wetend waar ik de moed vandaan haal. Een lichte grijns siert zijn mond en spottend kijkt hij me aan. 'Of anders?' 'Anders ga ik weg en roep ik het dorp!' Ik besef me dat dit echt een suf argument is en dat ik zo meteen met een hele goede reden moet komen. Wematins hoofd begint langzaam paars aan te lopen, als die indiaan zo door gaat stikt hij nog! 'Meisje, je snapt toch dat je nergens heen kan?' Dan schiet me iets te binnen en ik grijns. 'Let jij maar eens op, als ik twee keer fluit staat mijn paard hier en dan haal je me nooit meer in!' Ik bluf zo erg! Tempesta is daar dus echt nog niet voor getraind. Maar hij gelooft het want zijn eerst zo trotse blik maakt plaats voor iets paniekerigs, voor maar twee seconden, daarna heeft hij weer controle en staat zijn gezicht weet op emotieloos. 'Als jij hier heen komt en beloofd dat je meegaat laat ik je broer hier los! Maar als je hier niet binnen tien seconden staat gaat je broer er aan!' Roept hij dreigend, meteen knik ik en probeer mijzelf omhoog te werken, maar zie dat maar eens te doen als je een schotwond in je been zit. Beeld je even in, gewoon bedenk je eens: Je hebt een schotwond in je been, moet overeind zien te komen en je mag je gezicht eigenlijk niet vertrekken omdat je je vijand niet kan laten zien hoe veel pijn het doet.... Oja, en je broer stikt bijna.... Wat toevallig, in zo'n situatie zit ik op dit moment.

Met alle kracht die ik in me heb houd ik mijn gezicht in een plooi terwijl ik zo snel mogelijk naar een inmiddels enorm paarse Wematin en de chanteerder hinkel. Zodra ik er ben kijk ik hem smekend aan, 'Laat hem los, alsjeblieft, laat hem gaan.' vol minachting spuugt de indiaan me in mijn gezicht. Geschrokken kijk ik toe hoe hij Wematins keel nog meer dichtknijpt. Die haalt geen lucht meer en grijpt in een laatste poging naar de arm van de indiaan. Dan rollen zijn ogen weg en wordt hij helemaal slap. Ik schreeuw als ik zie hoe hij wordt losgelaten en dan in een onnatuurlijke houding in elkaar zakt. Ik laat me op mijn knieën vallen, de pijn negerend, als ik zie hoe hij hard op de grond terecht komt. Op handen en voeten kruip ik naar zijn lichaam toe, ik grijp zijn arm en schud hem wild heen en weer. 'Wakker worden! Word wakker alsjeblieft!' Mijn stem breekt en ik zie de eerste druppel van mijn wang op zijn borstkas vallen. 'Wematin!' Dan beginnen de snikken ongecontroleerd mijn mond te verlaten en uiteindelijk zit ik weer in een hyperventilatie.

Ik zie hoe mijn vader en HIJ vechten, maar het is al lang geen eerlijk gevecht meer. Mijn vader kwam voor mij op toen hij zag dat er een, voor hem nog vreemde, man in ons huis was en mij met een mes bedreigde. Tot nu toe was HIJ nog niet door mijn vader gezien en HIJ dreigde dat als we iets zouden zeggen hij mij, als mijn moeder iets zou zeggen, of mijn moeder, als ik iets zou zeggen, zou vermoordden. Tot dan toe waren we alleen nog maar geslagen waarvoor we dan nog smoesjes konden verzinnen doordat we alleen nog maar blauwe plekken hadden. Maar nu is mijn vader eerder terug van zijn werk en zag hoe ik voor de eerste keer met een mes werd bedreigd. Woedend slaat HIJ op mijn vader in en ik zie hoe mijn vaders aanvallen afzwakken, het was vroeger dan wel een indiaan, maar het harde werken in de smederij vraagt zijn tol. Mijn vader heeft na een lange dag werken al zijn energie verbruikt en is helemaal op. Het is al lang geen eerlijk gevecht meer. Dan zie ik het mes in ZIJN hand. 'PAP! KIJK UIT!' Maar het is al te laat... Met grote ogen kijk ik toe hoe het mes zich in de borstkas van mijn vader boort. 'PAPA!' Gil ik. Ik vlieg naar hem toe, en zak op mijn knieën. 'Het spijt me zo papa! Ik hou van je!' Hij heft zijn hand omhoog en legt hem zacht op mijn wang, 'Het is goed meisje, ik hou van je. Het komt goed.' ik buig voorover om hem beter te kunnen verstaan. Maar hij zegt niets meer. Hij is dood. Gestorven. Weg. Huilend laat ik mijn hoofd op zijn borst vallen en mijn armen krommen zich om zijn torso. Proberend om het laatste stukje warmte en liefde mee te krijgen.

Wat er voor de rest gebeurd gaat in een waas voorbij, in de verte hoor ik de indiaan lachen. Ik voel vaag dat ik overeind wordt getrokken en hoe mijn handen bij elkaar worden gebonden. Ik word in bruidsstyle opgetild en bij elke stap dreunen de zelfde woorden in mijn hoofd door: dood, weg, schuld. Dood, weg, schuld. Compleet in shock, zie ik alleen nog maar hoe het lichaam van mijn broer in elkaar zakt. Ik voel hoe ik omhoog word getild en hoe een golvende beweging aangeeft dat ik op een paard zit. Steeds weer zie ik de twee moorden opnieuw. Totdat het zwart is.

=========================================

Hai, geloven jullie me als ik zeg dat ik bijna heb gehuild bij dit hoofdstuk? Maar stop nu alsjeblieft niet met lezen doordat je denkt dat het allemaal voorbij is. Want dat is het niet!

We zijn ook nog absoluut niet bij het einde. Ik weet niet of jullie dat juist goed of slecht vinden. Maar ja.

Eh dat was het denk ik wel.

PS. we hebben 1K *springt rond*

Stemmen en reageren is lief, maar natuurlijk niet verplicht!

Bye!

~boekenwormenlezers~

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top