10. Gevaar

Ho wacht wat?! 'Wat?!' roep ik terwijl ik opspring 'Dat kan niet, onmogelijk! Nee, wacht, huh?!' 'Ja Rox het is waar' mengt Blauwe Beer zich er in 'Om het nog wat erger te maken, ik ben je oom.' ho ja na alles kan dat er nog wel bij. 'M-maar dan ben ik dus jullie zusje en nichtje?' 'Jep' 'Maar, wow oké dat is best wel vet, heb ik nog meer familie?' 'Ja natuurlijk! Je hebt je opa al ontmoet, het was de man met wie ik de tent onderzocht.' zegt Wematin.
'Oké en wanneer kan ik hem en de rest ontmoeten?' 'Over de tijd die jullie drie uur noemen komt Qochata, dat betekent 'witte man', omdat hij zo oud is, met zijn krijgers. Jouw opa dus.'
'En dan? Wat is het plan?' Wematin glimlacht 'Is mijn jonge zuster zo nieuwsgierig?' 'Ja, eh nee, weet ik niet. Maar waar gaan we dan heen?' Nu wordt zijn glimlach nog breder en er straalt iets uit zijn ogen wat mij zegt dat ik een belangrijk plekje in zijn hart heb veroverd als dierbaar familielid. Op dat moment hoor ik een onrustig snuiven, ik kijk Wematin vragend aan. Hij gebaart dat ik stil moet zijn, het gesnuif herhaald zich. Ik heb nu door dat het het paard is, en Wematin zegt: 'Mijn paard heeft de aanwezigheid van een ander dier opgemerkt. Als het een mens was zou mijn paard niet veraden dat het die heeft opgemerkt door het nog een keer te snuiven.' ik ben wel benieuwd welk dier het is, en ik sta op om te gaan kijken. Ik heb het mes van Wematin naast mij liggen dus ik neem dat voor de zekerheid maar mee. Het paard heb ik al beschreven, het staat op een open plek omgeven door struiken en bomen. Het dier staat niet vast gebonden omdat het op indiaanse wijze is gedresseerd en nooit zonder goede reden zijn baas zal verlaten. Nu echter zet het telkens een stap opzij. Ik loop naar hem toe en probeer te ontdekken waarom hij zijn voeten telkens verplaatst, ik ben bijna bij het paard en dan zie ik het. Een slang van ongeveer één meter met een driehoekige kop en een lichtbruin lichaam met schuine, donkere strepen. Op zijn achterlijf zit een ratel.
Voordat ik nog een stap kan zetten word ik naar achter getrokken en in een fractie van een seconde vliegt er een mes langs mijn hoofd en eindigt midden in de slang, die zich inmiddels had opgericht. Hij valt levenloos neer.
Als ik achter me kijk zie ik dat Wematin mij terug trok en dat Blauwe Beer het mes had gegooid. Wematin zegt 'Laat het aan mijn zuster duidelijk zijn dat zij meer waard is dan het paard, zij heeft het gevaar onderschat. Die slang is de tijgerratelslang, een erg gevaarlijk dier. Één beet en mijn zuster had het waarschijnlijk niet overleefd.' ik stamel geschrokken 'H-h-et spijt me, bedankt! Ik wist niet dat de slang zo gevaarlijk was, maar hoe is het met het paard?' terwijl ik dat zeg komt het paard naar ons toe gelopen, en wrijft zijn hoofd tegen Wematin aan. 'Hoe heet hij eigenlijk?' 'Baleno, dat betekent bliksem. Ik was op reis toen ik een veulen vond, hij was alleen want door een tornado was zijn kudde op hol geslagen. Ik had het zwarte dier niet gezien als de bliksem de omtrek niet had verlicht. Daarnaast is Baleno zo snel als de wind, en op Indiaanse wijze afgericht.' Op dat moment briest het paard en beweegt zijn hoofd opzij, direct daarna kijkt de Blauwe Beer om naar zijn krijgers en roept 'Maak u klaar voor een gevecht, de vijand is dicht bij!' 'Huh wat?' vraag ik 'Hoe weet je dat?' 'Er is geen tijd voor vragen. Je hebt het bowiemes, verdedig je als dat nodig is. Maar probeer zoveel mogelijk op de achtergrond te blijven.' Dan springen er uit de struiken een stuk of twintig indianen.                                                     

Ik ben al aardig op qua energie, heb vandaag niets gegeten of gedronken, heb daar straks een duel moeten leveren wat (Dacht ik) op leven en dood was, en heb twee sneeën op mijn beide armen én nog de touwstriemen! Ja ik weet niet of ik me kan verdedigen. De vijandige indianen hebben zover ik kan zien alleen pijl en boog om hangen en messen in hun handen. Gelukkig geen geweren!

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top