Hoofdstuk 88
Chantal
In de lucht controleer ik of iedereen er is. Julia hangt erg onhandig aan de poot van Cerberus, dus laat ik haar omhoog klimmen via mijn poot. De rest is gewoon compleet. Denise komt weer in Surkal naar me toe. 'Wat is je plan nu, drakenkoningin? Hoe gaan we terug naar boven?'
Ik kijk naar de hooivork in mijn klauwen. Onhandig pak ik Cerberus anders vast, zodat ik een klauw vrij heb voor de hooivork. Ik hef het ding nu boven mijn kop. Een tunnel ontstaat in het dak van de zevende laag, waar nu zonlicht doorheen komt. 'Zo.'
Met zijn allen vliegen we door de tunnel heen. Als ik eindelijk boven kom haal ik opgelucht adem. Iedereen is ontsnapt. Gelukkig. Mijn hele leger staat hier intact. Denise komt naar me toe, samen met Anouk. 'Dus, wat is nu precies de sleutel?'
Ik pak de hooivork en breek een van de tanden eraf. 'Dit is de sleutel. De sleutel tot onze vrijheid. Of eigenlijk, tot jullie vrijheid.'
Anouk kijkt me verbaasd aan. 'Hoe bedoel je, onze vrijheid? Waarom is het niet de sleutel tot jouw vrijheid?'
Ik lees eerst de beschrijving van de sleutel door. Dan zucht ik. 'Al sinds het dwergen-rijk zit ik ergens mee. Ik wil niet terug, Anouk. Ik ben blij met mijn leven hier. Ik heb mijn eigen leven hier opgebouwd. Met een eigen gezin en eigen geld. Ik wil dat niet kwijtraken. Ik heb al met mijn vader erover gesproken, net als ik met Julia en Denise erover heb gesproken. Ik blijf hier. Dit is geen echte gamewereld. Dit is een normale wereld. Alle wezens hier zijn echt. Julia is het hier ook mee eens. Zij heeft besloten bij me te blijven.'
Siceria blijkt mee te luisteren, want ze bemoeit zich ermee. 'Dus je komt niet van deze wereld af? Je bent geboren op een andere wereld?'
Ik knik. 'Iedereen die hier als een mens wordt aangeduid. We komen allemaal van een andere wereld af. En allemaal hebben we hier andere vormen gekregen dan we gewend waren. Maar ik wil niet meer terug. Ik wil zo blijven. Voorgoed. Ik hoop dat je mij hier wil laten blijven.'
Siceria knikt. 'Je bent mijn koningin, en dat zal je altijd blijven. Ongeacht je verleden. Ik ben blij dat je eerlijk bent hierover. Maar hoe wil je dat doen?'
Ik wijs naar de sleutel. 'Dit opent een portaal tussen deze wereld en de wereld waar wij vandaan komen. Iedereen die erheen wil kan het gebruiken om terug te gaan. Het is niet verplicht om erdoor te gaan.'
Denise komt naast me staan. 'Ik heb erover nagedacht, en ik wil eigenlijk ook blijven. Surkal kent me nu als geen ander. En niet alleen dat, jullie zijn de eerste vrienden die ik ooit heb gehad. Ik wil dat niet verliezen. Jullie zijn me te dierbaar geworden.'
Anouk knikt. 'Ik blijf ook. Jullie zijn geweldig. Vergeleken met jullie is mijn oude leven zo saai als wat. Er is geen manier waarop ik vrijwillig door dat portaal stap.'
Ik houd een klauw omhoog. 'Woa! Wat denken jullie? Jullie hebben levens die op jullie wachten! Familie en vrienden die zich nu bijna een jaar zorgen maken om jullie! Waarom zouden jullie hier blijven?'
Denise zucht. 'Dit begon als een spel, maar is veel meer geworden. Ik voel me hier prettig. Ik kan dingen doen hier waar ik anders alleen maar van kan dromen. Hier heb ik alles wat ik maar wil. Dat wil ik nier kwijt raken. Ik blijf hier, Chantal. Of je het nou wilt of niet.'
Anouk knikt. 'Ja. Ik blijf hier ook. Dit is waar ik thuis hoor. Niet die vieze, vervuilde ruimterots die Aarde wordt genoemd. Ik blijf ook.'
Seniera rent even weg, voor ze terug komt met mijn halfzusje. Kamie is aan het huilen. 'Zeg me alsjeblieft dat het niet waar is! Zeg me alsjeblieft niet dat je hier wilt blijven!'
Ik zucht. 'Het is wel waar, Kamie. Ik heb besloten dat ik hier beter af ben. Dit stond eigenlijk al vast voor ik je hier ontmoette.'
Kamie is nu zwaar aan het huilen. 'Maar zus! Dan laat je mij achter met mijn moeder en die eikel van een vader! Waarom doe je dat?'
Ik leg een klauw op schouder. 'Ooit zal je het begrijpen. Dit is waar ik thuishoor. Bij mijn familie en bij mijn vrienden. Hier heb ik eigenlijk altijd thuisgehoord. Ik wist het alleen niet. Maar nu weet ik het. Ik kan niet terug gaan. Dan zou ik altijd terug blijven verlangen hier naartoe. Elke dag zou een marteling zijn. Ik kan dat niet aan, Kamie. Het zou me voorgoed slopen. Wil je dat ik elke dag aan het lijden ben omdat ik ergens ben waar ik niet hoor? Ik denk het niet. Hier heb ik wat ik altijd wilde. Hier kan ik zijn wie ik ben. Het spijt me.'
Kamie veegt de klauw van haar schouder af. 'Het spijt je niet! Wanneer was je van plan dit tegen mij te zeggen? Nooit, durf ik te wedden! Er is maar een manier waarop ik dit accepteer! En dat is wanneer je mij in je familie opneemt!'
Ik moet even twee keer over Kamie's woorden nadenken. Wat zei ze nou? Dan lach ik. 'Dat is geen probleem, zusje.'
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top