Tranen van ongeluk
Het was tien uur s'avonds en er was bijna niks te horen. Het enige wat je hoorde was het geritsel van de bladeren in de wind en hier en daar de voetstapjes van een beestje dat ging schuilen voor de koude herfst die eraan kwam. Het leek wel een schilderij. Zo een dat je kon zien in de landhuizen van graven en barons. Marie Laure had er ook zo gehad in haar landhuis in Parijs toen ze nog gelukkig getrouwd was met haar man. Ze zou aan het raam gezeten hebben dichtbij de haard waar er zo een schilderij had gehangen en zou haar zoontje heen en weer gewiegd hebben. Vallier was toen nog zo klein. Nog maar een baby'tje, maar dat was jaren geleden. Vallier was ondertussen al achttien geworden en ze woonden niet meer in hun landhuis in Parijs. Niet eens meer in een landhuis. Ze woonden in een schuur niet ver van de oevers van het Sint-Jean Meer. Marie Laure was zo blind geweest, dat zag ze nu ook. Twee jaar lang had ze zich voorgehouden dat haar man ooit terug zou komen, twee jaar lang had ze gedacht dat hij nog van haar hield, maar nu was alles duidelijk geworden. Ze had het kunnen weten, maar had het vertikt het toe te geven. Ergens diep in haar hart had ze de waarheid al geweten, maar nooit wou ze het toegeven. Ze had blijven volhouden dat haar man terug zou keren, twee sombere jaren lang had ze met hart en ziel geloofd dat hij nog van haar hield. Het had haar veranderd. Ze was in zekere zin gek geworden. Wat ooit leugens waren geweest om de gevoelens van haar zoon te sparen, was voor Marie Laure de waarheid geworden. Voor haar was de schuur een landhuis en het meer was voor haar de Middellandse Zee. Ze had lang in een droomwereld geleefd. De droomwereld waaruit ze deze avond was ontwaakt. Het was Lydie Ann, een rijke vrouw uit parijs, die haar had laten ontwaken. Ze was koud geweest. Koud en hard toen ze Marie Laure de waarheid verteld had. Haar woorden hadden in Marie Laure gestoken als een dolk. Als ze haar ogen sloot kon ze haar nog zien zitten in haar stoel in het hotel toen ze harteloos had verteld dat Marie Laure's man niet meer zou terug komen. Dat ze hem had ontmoet in Lyon. De tranen hadden in haar ogen gebrand toen Lydie Ann er nog eens bijvoegde dat haar man opnieuw was getrouwd en dat hij samen met die vrouw een lief dochtertje had. Hij was haar en Vallier gewoon weg vergeten. Ze veegde met de rug van haar hand de tranen weg van haar wangen, maar veel hielp het niet. Tranen liepen traag en met velen over haar wangen en namen geen moment rust. Haar hart leek met haar mee te lijden. Het deed pijn, ongelofelijk veel pijn. Het voelde alsof Lydie Ann haar hard had uitgerukt en voor haar neus in stukken had geschuurd en toch betwijfelde Marie Laure of dat niet minder pijn zou gedaan hebben dan dit wat ze nu voelde. Lydie Anns woorden hadden zowel haar hart als Marie Laure zelf gebroken. In jaren had de gravin niet meer zo gehuild. Zelf niet op de meest trieste momenten. Haar droomwereld en de hoop dat Philipe Antoine zou terug keren, hadden haar sterk gehouden, maar nu was dat alle hoop weg en voelde haar pijn misschien daarom wel duizend maal erger dan het zou moeten zijn. Vallier keek naar haar door de deuropening. Twee jaar lang had hij zijn moeder dag na dag zien aftakelen en zweerde haar diepste punten al allemaal gezien. Vanavond was hij duidelijk fout gebleken. Nooit had hij zijn moeder zo ongelukkig gezien. Het leek wel of ze alle tranen die ze al die tijd voor hem had ingehouden nu over haar wangen liet vloeien. Het was hartverscheurend voor hem om zijn moeder zo te zien lijden. Zijn moeder was altijd zijn voorbeeld geweest. Een sterke vrouw die, hoe erg de situatie ook was, altijd gelukkig. Dat was ze voor hem geweest, maar sterk was ze alleen maar voor Vallier en gelukkig enkel in haar dromen. Vallier zuchtte diep, maar onhoorbaar en liet zijn moeder alleen zodat ze zoveel kon huilen als ze wou en niet hoefde in te houden om hem te sparen, maar eenmaal op zijn eigen kamer begon hij zelf te huilen. Marie Laure stond na een tijd trillend recht en liep traag naar een kastje aan de muur. Ze opende de laden, zocht even en nam uiteindelijk het boek waar ze naar zocht. Ze ging op haar knieën zitten en opende het. Het boek was eigenlijk een fotoalbum en stond vol met foto's van haar, Philippe Antoine en Vallier toen hij nog klein was. Ze bladerde wat door het album en tranen bleven over haar wangen stromen terwijl ze dat deed. Op de elfde pagina stopte ze met bladeren en keek naar de foto die er op die pagina geplakt was. Ze nam hem van het papier, voorzichtig zodat ze hem niet scheurde, en hield hem in haar trillende handen. Het was de trouwfoto. Hun trouwfoto. De foto van wat waarschijnlijk de mooiste dag in Marie Laure haar leven was geweest. De foto die haar normaal gezien liet lachen en die nu wat over was van haar hart liet breken. Ze scheurde de foto in twee. Daarna in vier. Dan is zes en zo ging ze verder tot ze wel honderd stukjes leek te hebben. Ze liet allemaal op de vloer vallen en stond weer recht. Ze liep terug naar haar slaapkamer (of toch de kamer die dat moest voorstellen) en en ging op haar bed liggen. Ze nestelde haar gezicht zo diep als ze kon in haar kussen en schreeuwde de longen uit haar lichaam. Toen ze uitgeschreeuwd was draaide ze zich om en ging recht zitten. Ze veegde opnieuw de tranen van haar gezicht met de rug van haar hand en keek naar het grauwe, donkere plafond. "Waaraan heb ik dit verdiend, mijn liefste?" Vroeg ze zichzelf alsof het haar man was. Alsof hij haar kon horen. "Waarom doe je mij dit aan?Wat deed ik verkeerd? Wat deed ik fout? Welke zonde ben ik begaan waarvoor jij mij hebt verlaten. Waarvoor jij mij bent vergeten. Was ik te min voor je? Is de vrouw die mij heeft vervangen duizend maal beter dan ik voor je was. Hoe zit het met Vallier. Onze engel, ons kind, het product van onze liefde. Wat is er mis met hem? Hoe moet hij verder wetend dat zijn vader hem vergeten heeft? Hoe moeten wij beiden verder wetend dat jij ons niet meer kent. Denk je af en toe nog aan ons? Of zijn we gewoon echt verloren geraakt in jouw gedachten? Zijn wij een lang vergeten hoofdstuk in jouw verhaal waar jij niet meer op terug kijkt? Hoe kon je ons vergeten, ons wegsturen en laten staan als een stuk vuilnis op straat?" De tranen rolden weer over haar wangen terwijl ze verder sprak met een stem van verdriet en woede. "Zijn wij dan werkelijk niks meer voor je?! Zijn wij enkel schimmen die je ziet in dromen over je verleden, maar je niet meer kunt plaatsten in je geheugen? Wat moet ik nu doen? Jaren lang ben ik sterk gehouden door de hoop op jou terugkomst, maar nu die hoop weg is, lijk ik te vallen in een zwart gat dat mij opslokt in de diepste duisternissen van het verdriet en de pijn. Jij die mij achterliet, voelt als jij die mijn hart nam en het voor mijn betraande ogen in stukken scheurde alsof het een foto was die door een treurende vrouw in stukken zou worden gescheurd. Wat zou je doen als je me opeens zou herkennen en ik er niet meer zou zijn omdat ik was bezweken onder de pijn die jij me aandeed? Zou je huilen? Zou je nog van me houden? Zou je lelies op mijn graf leggen en ze elke keer vervangen als ze gerot waren? Wat zou je doen?" De laatste woorden vervaagden in het gehuil van Marie Laure. "Ik heb altijd geweten dat ik voor de liefde zou sterven, maar ik had nooit gedacht dat het om een gebroken liefde zou zijn. Ik ben verloren, mijn lieve Philippe Antoine. Zonder jou heeft mijn leven geen zin, geen vreugde, geen liefde. Vallier was dus echt de enige die mij ooit echt heeft lief gehad. De rest waren leugens. Voor hem zal ik nog even blijven. Ik wil dat hij gelukkig is voor ik ga zodat hij niet eindigt als mij. Dat genoegen gun ik je niet. Vallier zal gelukkig zijn en zal even gelukkig zijn als ik ooit ben geweest. Daarvoor zal ik nog leven, maar zodra ik weet en ik voel dat mijn missie volbracht is, zal ik naar je toe gaan. Ik hoop dat ik je daar ooit zal zien, mij zal herkennen en alsnog van mij zal houden zoals je ooit deed. Dit hoop ik met heel mijn hart of wat daar toch nog van over is." Marie Laure veegde voor de laatste keer haar tranen en nam diep adem. Uiteindelijk stond ze op en liep naar haar zoons slaapkamer. Hij lag op zijn matras en huilde. Ze liep naar hem toe en ging aan de rand van zijn matras zitten en aaide door zijn haren. Ze ging naast Vallier liggen en nam hem in haar armen terwijl ze hem suste. Hij nestelde zijn hoofd in haar borst en liet de tranen over zijn wangen stromen. Ook zijn hart was gebroken. Marie Laure probeerde hem te kalmeren. "Sh, het is oke. Ik heb je." Na een tijd nam ze zijn gezicht in haar handen en keek recht in zijn donkerbruine ogen terwijl ze tranen met haar duimen wegveegde. Ze kuste zijn voorhoofd en stond recht. "Kom," zei terwijl ze haar hand naar hem uitstak,"ik heb nog een geschenk voor je." Vallier lachte en nam zijn moeders hand. Ze kneep er zacht in en leidde hem naar beneden, naar zijn geschenk. Na Valliers geschenk gegeven te hebben, liep ze naar de trap op naar boven te gaan. Toen ze bijna aan de trap was, hoorde ze een geklop op de deur. Ze opende hem en kwam oog in oog te staan met Simon, de jongen die begin deze zomer het hart van haar zoon had gebroken en de verloofde van de vrouw die Marie Laure hetzelfde had aangedaan. Waar haalde hij het lef vandaan om hier voor haar deur te komen staan? Hij was hier vast om alles er in te wrijven. Om het gebroken hart van Vallier nog meer te breken. Hoe kon Simon dit doen? "Simon? Mag ik vragen wat je hier doet?" Vroeg ze zonder moeite te doen haar afschuw te verbergen. Simon ademde hevig. Hij had zich duidelijk gehaast om hier te komen. "Madame De Tilly, is Vallier thuis?" "En waarom zou ik jou dat zeggen? Jij bent degene die hem heeft laten zitten, die zijn hart heeft gebroken." "Weet ik, madame, maar ik heb zoveel spijt. Vallier achterlaten was het stomste wat ik ooit had gedaan! Ik zweer u dat ik nog nooit een grote fout heb gemaakt in mijn hele leven." Marie Laure's ogen vulden zich met tranen toen ze Simon woorden hoorde. Het waren net die woorden die ze zo graag van Philippe Antoine wou horen. Die ze altijd gehoopt had om te horen. Marie Laure keek naar de jongen. Hoe had ze zo dom kunnen zijn? Deze jongen was hier niet om het hart van Vallier te breken, maar juist om het te helen. "Alstublieft, madame, ik wil gewoon met hem praten. Als hij wil dat ik ga, dan zal ik gaan. Ik wil gewoon niet voor eeuwig vertrekken wetend dat Vallier me haat. Alstublieft, madame, laat me binnen. IK smeek het u." Marie Laure was ontroerd. Ze kon niet geloven dat deze jongeman echt bereidt was een geweldige kans te laten schieten voor zijn liefde voor haar zoon. Ze lachte naar hem. "Natuurlijk, mag je naar binnen. Wat had je nu gedacht? Wat voor moeder zou ik zijn om het geluk van mijn zoon af te nemen? Hij zit in de eetkamer." Simon lachte dankbaar en liep naar binnen en zo de eetkamer binnen. Marie Laure keek hem lachend aan. Die avond zou Vallier weer geluk kennen en zou Marie Laure, zoals beloofd, gaan. Het zou hartverscheurend zijn voor Vallier, maar na een tijdje zou hij wel beseffen dat het beter zo was voor zijn moeder. Zo hoefde ze geen pijn meer te voelen. Zo zou ze dan toch nog gelukkig zijn.
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top