Hakken in het zand
‘Werk – verdomme – nou een keer in je leven mee!’ Ik draai me van je af en sla met mijn vuist tegen de muur. Hoewel een rode veeg het wit meteen bedekt, voel ik geen pijn. ‘Als iemand je vraagt om je te verplaatsen, doe je dat gewoon! In hemelsnaam!’ Ik voel ieders ogen in mijn rug prikken.
Mijn hersenen kunnen ieder moment kapot koken tot bloederige spaghettislierten waar de rook vanaf komt. Mijn handen trillen van woede. Ik schreeuw naar de rest: ‘Doen jullie ook eens wat!’
Niemand reageert.
Het is ook altijd hetzelfde liedje. Op het moment dat het er echt toe doet, vertik je het. Als er voor de gelegenheid wordt gevraagd een driedelig pak te dragen, kom jij in een korte broek. Is een gebied verboden toegang? Niet voor jou, denk je. Het jaarlijkse kerstdiner is aan jou niet besteed, jij boekt een skivakantie. Dobber vooral niet met de stroom mee. Doe maar lekker moeilijk en ga overal tegenin. Dat ben jij. Dat is typisch jij!
Ik bal mijn handen tot vuisten. Mijn keel knijpt zich samen en mijn ogen vullen zich met tranen.
Als ik even diep ademgehaald heb, draai ik me weer naar je om. Tot mijn opluchting ben je weg van de vloer. De ambulancebroeders kijken me vol medeleven aan. Een van hen heeft een wit laken in zijn handen. ‘Meneer is iets zwaarder dan gemiddeld, maar het is gelukt hem op de brancard te krijgen. Onze excuses dat u dat ook nog moest zien.’
Daar lig je, op de brancard; alsof je ieder ogenblik wakker kan worden en zal zeggen dat het een grap was. Dat je natuurlijk niet mee zou werken als de dood je zou komen halen.
Waarom zette je niet nog eenmaal je hakken in het zand. Nog één laatste keer.
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top