Hoofdstuk 9

Daar lag ik dan, voor de zoveelste keer, op mijn bed naar het plafond te staren. Lucy kende Max dus al langer, waarom wist ik er niets van? Ik toetste Max zijn nummer in, de telefoon ging over.

'Hallo?' Ik hoorde zijn opgewekte stem. 'Hey, Noor hier. Ik had een vraagje over Lucy.' Het duurde even voor hij reageerde. 'Ow uhm... Ja, stel maar.' 'Sinds wanneer kende jullie elkaar?' 'Sinds haar 16e verjaardag? Dat weet jij toch ook?' Ik snapte het niet meer, 'Hu, maar-' 'Wat?' Hij klonk redelijk boos. 'Laat ook maar.' Ik hong op en legde mijn gsm op mijn nachtkastje.

Max en Lucy logen. Ze logen over hun relatie. Ze logen tegen mij. Tranen kwamen in mijn ogen, ik begreep er niks meer van. Hoe konden ze tegen mij gelogen hebben? 'Noor, kom je eten?!' Mama. Pff ik had echt geen zin om te eten, maar wel honger. Ik nam een zakdoekje en depte mijn ogen droog. Ik stopte mijn gsm in mijn achterzak en liep de trap af naar beneden.

Ik rook de geur van verse lasagne,opeens had ik wél zin om te eten. Lasagne is mijn lievelingseten, waarschijnlijk heeft mama het klaargemaakt om mij een beetje op te beuren. Ik zette mij aan tafel en nam een slok van mijn glas water. Mijn vader schepte een grote portie op mijn bord.

'Ben je al wat beter?' Vroeg mama. 'Ik ben heus niet ziek hoor, gewoon teleurgesteld.' Ik nam een hap van mijn eten. 'Oei, hoezo?' 'De politie gaat stoppen met zoeken naar de moordenaar, ze zeggen dat het hopeloos is.' Ik dronk mijn glas ik één keer leeg en liep naar de kraan om mijn hem bij te vullen. 'Misschien is dat ook wel zo.'

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top