Hoofdstuk 12
Dane stond in de kamer die hij had geregeld nadat Nova hun oude kamer had verwoest. De kaarten lagen voor hem op de tafel uitgespreid, terwijl hij steeds weer keek naar de delen die niet aansloten. Hij schoof alles door elkaar, hopend om iets te vinden wat hem meer kon vertellen, alleen hij wist ook dat hij er al honderden keren naar had gekeken. Deze kaarten waren al in zijn bezit lang voordat Nova voorbij kwam en de perfecte kans zich aanbood om richting het kasteel te trekken.
'Ik begrijp niet waarom je dit doet,' zei Selene tegen Dane met een geïrriteerde toon. 'Ze is overduidelijk onervaren, ondanks de training die ze heeft gehad. Nog nooit heb ik Nova haar gave nuttig zien gebruiken. Waarom vind je het opeens zo belangrijk om de moeder van een of andere willekeurige goudstuurder te bevrijden?'
Dane draaide zich naar Selene en Calix en leunde tegen het bureau achter zich. Hij had Nova eerder teruggebracht naar haar kamer en haar verteld dat ze moest rusten. Ondanks dat zij waarschijnlijk dacht dat hij niets had gemerkt, had hij meteen die ochtend al gezien hoe zwak ze was geworden door haar nachtelijke uitbarsting. Hij verweet het zichzelf, hij had alles tot nu toe verkeerd aangepakt met haar. Alleen hij wist niet hoe hij zich wel moest gedragen.
Cal stopte het mes waarmee hij zat te spelen weg in zijn riem. 'Nova is de meest bekende goudstuurder onder de soldaten,' vertelde hij.
Dane had nog niet de tijd gehad om goed bij te kunnen praten met Cal, maar dit was precies de reden waarom hij contact had opgenomen met zijn oude vriend. Cal kende alle informatie van binnen de kasteelmuren. Roddels tussen soldaten bleek steeds weer een goede bron van informatie en kennis. Ze kenden elkaar al in de tijd dat Cal nog een soldaat was, zonder de dodenmarkering op zijn pols. Dane vreesde voor de eerste soldaat die ooit zal proberen die dodenmarkering na te leven. Tot nu toe was Cal een meester om verscholen te blijven.
'Waarom is Nova zo belangrijk voor de koning?' vroeg Dane aan zijn vriend. 'Ze vertelde me over haar ouders, dat haar vader een generaal was en dat hij de ontsnapping van haar moeder niet had overleefd. Alleen waarom is ze dan nu nog zo belangrijk? Wat maakt haar speciaal?'
Cal's ogen werden wat groter. 'Dat is wat ze denkt?' vroeg hij Dane verward en hij kreeg een meelevende blik op zijn gezicht. Een uitdrukking die Dane nog niet vaak bij hem had gezien.
'Hoezo?' vroeg Selene verward. Ze draaide zich wat naar Cal toe. Selene was altijd Dane zijn rechterhand geweest. Zij en Cal waren de enige die alles over hem wisten en wie hij vertrouwde met zijn leven. Ze week bijna nooit van zijn zijde, maar meer dan vrienden waren ze nooit geworden en dat zouden ze ook nooit worden.
Cal haalde hoofdschuddend een hand door zijn haren. 'Haar vader is nooit vermoord.'
Dane voelde zich alsof zijn wereld stilstond. Al die jaren was Nova opgegroeid zonder haar vader, denkende dat hij was vermoord bij de ontsnapping van haar moeder. Maar hij leefde nog?
'Hoe zeker ben je daarvan?' vroeg Dane.
Cal stootte een emotieloos lachje uit. 'Honderd procent zeker,' zei hij meteen. 'Ik ben getraind door die man. Hij traint binnen de muren van het kasteel nog altijd de soldaten en hij bereidt iedere handeling van de soldaten voor hen voor. Hij is de belangrijkste persoon van het leger van de koning.'
Zijn woorden sloegen zo hard in, dat zelfs Selene even stil bleef voor ze sprak. 'Nova heeft geen idee dat haar vader voor de vijand werkt. Voor de persoon die haar wilt opsluiten in de donkerste cellen van het kasteel om haar te gebruiken als zijn goudslaaf.' Ze sprak zacht, zachter dan Dane in een lange tijd had gehoord. Voor het eerst bespeurde hij iets van fatsoen voor het meisje die ze hadden meegenomen. Hij begreep Selene's afkeur richting Nova, omdat Nova hen in gevaar bracht. Hém in gevaar bracht. Alleen nu leek die afkeur even te verdwijnen.
'Waarom zou hij dat doen?' vroeg Dane zich hardop af. 'Hij moet weten dat zijn dochter zich hier ergens bevindt, waarom zou hij dan meewerken om haar gevangen te nemen?'
Cal zuchtte. 'Er gingen altijd al geruchten rond over Nova. Haar moeder is ontsnapt voordat iemand wist dat ze in verwachting was. Alleen de soldaten spraken niet zomaar over de dochter van de generaal, ze spraken specifiek over haar. Als ze niet wisten waar ze was, dan wisten ze ook haar naam niet.'
De puzzelstukjes begonnen langzaam samen te vallen voor Dane. 'Ze hebben haar altijd al in de gaten gehouden,' zei hij zacht. 'Ze wisten al waar ze was voordat ze Nova en haar moeder aanvielen. Misschien probeerde haar vader haar te beschermen.'
Cal knikte langzaam. 'Alleen de geruchten werden heviger. Eerst was Nova enkel de gevluchte dochter van de generaal, maar later begon iedereen te praten over haar gave. Ze zou sterker moeten zijn dan de normale goudstuurder.'
Dane dacht aan de uitbarsting van de afgelopen nacht. Hij zag de ravage van de kamer nog altijd voor zich. Hij had zijn laatste gunst met de eigenaar ingewisseld om die gebeurtenis geheim te kunnen houden voor de buitenwereld en daarbij nog een flink deel van zijn geld. Alleen hij had de angst in haar ogen gezien en had het niet over zijn hart kunnen verkrijgen om te vluchten van deze plek vanwege iets wat zij had gedaan. Niet nadat ze zo haar best had gedaan om hem te beschermen.
Zuchtend schoof hij de bureaustoel wat opzij en ging hij voor zijn vrienden zitten. De vermoeidheid die hem al teisterde sinds de afgelopen nacht werd alsmaar erger. 'Nova is vannacht de controle verloren,' vertelde hij zijn vrienden zacht. De hele dag lang twijfelde hij al of hij het zijn vrienden moest vertellen, of dat het hen enkel meer redenen zou geven om hem te overtuigen de missie op te geven.
Selene keek hem fel aan, woedend. 'Wat?' snauwde ze hem toe. 'Dat vertel je ons nu pas? Nadat ik met haar een trainingsring in ben gestapt en haar volledig naar de grond heb gewerkt? Iets wat jij wilde dat ik deed. Wat als ze was ontploft?'
Dane kromp bijna onmerkbaar ineen. Ja, hij had haar gevraagd om dat te doen. Selene had hem nog tegengesproken, ondanks dat ze verder geen goede gevoelens koesterde voor Nova. Ze had hem verteld dat het wreed was, maar hij had haar toch bevolen om het te doen. Hij moest Nova een punt bewijzen, hij moest haar laten zien dat ze niet zo sterk was als ze dacht dat ze was. Ondanks dat hij graag wilde dat ze dat wel was.
Alleen hij wist ook dat hij Selene vandaag niet in gevaar had gebracht. Hij had de blik van Nova gezien vlak voordat ze de ring in stapte. Ze had waarschijnlijk nog geen stofdeeltje in goud kunnen veranderen op dat moment. Ze was volledig uitgeput en juist daarom wist Dane dat het makkelijk zou zijn voor Selene om haar omver te krijgen.
Ja, hij was wreed. Alleen terwijl hij vanmiddag met Nova trainde wist hij dat het goed was geweest. Hij had de vastbesloten blik op haar gezicht gezien. Nova wilde niet zwak zijn en ze zou er alles voor geven om ervoor te zorgen dat ze zichzelf kon beschermen.
'Ze probeerde weg te komen om haar gave veilig te gebruiken, maar ik had de deur gesloten. Ze heeft de hele kamer verwoest. Daarom zijn we vanmiddag begonnen met het trainen van haar gave,' legde Dane zijn vrienden uit.
Hij was nog minder geschrokken geweest van de kamer dan van hoe Nova er op dat moment uit had gezien. Hij had het gouden stof gezien op haar huid. Hij had gezien hoe haar aderen goud leken op te lichtten. En hij had de gouden gloed in haar ogen gezien toen ze hem vlak na die uitbarsting aankeek, waarna het meteen was verdwenen. Even wist hij niet of hij het goed had gezien, maar nu wist hij het zeker.
'Ben je gewond?' vroeg Cal.
Dane wilde hem al vertellen dat er niets aan de hand was, maar zijn vriend schonk hem al een moordende blik. Alsof hij het al de hele dag aan hem had gemerkt. Misschien was dat ook wel zo, Selene en Cal kenden hem echter door en door.
Met tegenzin pakte Dane de zoom van zijn shirt en trok hij deze over zijn hoofd. Bij zijn linker schouder bevond zich een kleine vlek, waar hij eerst overheen had gekeken. Alleen naar mate de nacht vorderde was het gaan groeien. Als een levend iets. Het was nu een grotere gouden plek en iedere beweging van zijn arm deed pijn. Hij had geluk dat het links was, omdat hij met rechts al zijn wapens hanteerde.
'Shit,' schold Selene zacht. Ze kwam dichterbij en bracht haar hand zo zacht mogelijk naar Dane zijn schouder. Haar vingertoppen raakten de huid, die nog aanvoelde als huid maar toch goudkleurig was geworden. Haar aanraking stak, maar Dane probeerde het niet te laten merken. 'Hoe is dit mogelijk?'
Dane trok het shirt weer aan en bedekte zo de plek weer voor zijn overbezorgde vrienden. 'Nova is sterk, ze leert wel om haar gave te beheersen. Ik heb er vertrouwen in dat ze dit terug kan draaien.' Hij zei de woorden vol moed die hij eigenlijk niet bezat. Het was heftig, hij wist dat het heftig was. Alleen ze was zo opgelucht geweest toen ze zag dat ze hem geen pijn had gedaan, dat hij haar niets wilde vertellen.
Selene haar ogen glinsterden en ze had een verdrietige blik op haar gezicht. 'Waarom heb je ervoor gekozen om haar te helpen Dane? Je hebt gezworen om nooit meer in de buurt van het kasteel te komen. Je hebt verdomme je eigen dodenmarkering die je er altijd voor zal zorgen dat je een doelwit bent. Het is een ding om met soldaten samen te werken in afgelegen dorpen, maar om je te begeven onder soldaten die dagelijks te maken krijgen met de koninklijke familie is een heel ander verhaal.'
Dane zijn ogen boorden fel in de hare. Zijn dodenmarkering was iets waar ze niet over spraken. Cal droeg de zijne met trots, omdat hij zo vreselijk arrogant was en blij was dat hij was vertrokken. Alleen die van Dane was anders, die van Dane was persoonlijk. Zijn dodenmarkering op zijn schouderblad had niet helemaal dezelfde vorm als die van Cal, omdat die van Dane al op jonge leeftijd geplaatst was. Het was vervormd terwijl zijn lichaam was gegroeid. Als iemand snel zou kijken zou het lijken op een brandwond.
'Je weet hoe lang ik al zoek naar een weg om binnen te komen Selene,' snauwde Dane haar toe. Hij waardeerde het dat ze altijd voor hem uitkeek, maar soms wist hij niet zeker of ze hem wel begreep. Alleen zijn veiligheid zou altijd op de eerste plaats komen voor haar.
Hij stond op en liep naar de deur, klaar om de beoordelende blikken van zijn vrienden achter te laten en om te ruilen voor Nova. Nova, die hem waarschijnlijk momenteel wel kon vermoorden door het mes die hij eerder naar haar had geworpen. Alleen hij had gezien hoe het goud op haar reageerde, hij wist dat het haar niets zou doen. De hele middag had ze zo hard haar best gedaan, maar had ze nog niet voor elkaar gekregen om de takjes die Dane op haar af gooide te weren. Hij durfde het niet aan om te oefenen met echte messen, zijn gouden mes was een heel ander verhaal dan normale wapens.
'Je weet dat dit niet het juiste moment is om terug te keren Dane,' zei Selene fel achter hem. 'Ik weet dat Nova enkel een manier is om daar te komen, maar dit is niet het goede moment.'
Het liet hem stoppen, met zijn hand op de deurklink. Zijn schouders stonden gespannen en hij wilde zich niet omdraaien naar Selene. Hij wilde niet dat ze de tranen zag die in zijn ogen brandden. 'Wanneer is dan wel een goed moment? Als ze denkt dat ik haar in de steek heb gelaten? Als ze denkt dat ik kom om haar positie van haar af te pakken?' Zijn stem brak en enkel Selene en Cal kregen ooit deze kant van hem te zien.
Omdat enkel Selene en Cal wisten wie hij echt was.
'De loyaliteit van de soldaten is te groot Dane,' sprak Cal nu zacht. 'Ze zullen iedere rebelse actie zo hard mogelijk de grond in boren en ze kijken naar je uit. De koning weet dat je ooit een poging zal doen om terug te komen. Hij is er al lang op voorbereid.'
Dane zijn handen balden tot vuisten en ontspanden weer. Hij leunde zijn voorhoofd tegen de deur en probeerde de opborrelende emoties terug te dringen. 'Ik wil haar gewoon zien. Eén keer wil ik mijn zusje zien.'
Selene was opgestaan, maar Dane merkte dat pas toen ze zacht haar hand op zijn schouder legde en tegen zijn rug aan leunde om hem steun te bieden. Hij legde zijn hand over de hare. 'Ik ben gewoon bang voor wat je zal vinden Dane,' fluisterde ze zacht.
'Ik wil gewoon mijn zusje zien,' fluisterde Dane nogmaals. Gepijnigd. 'Die kroon kan me gestolen worden.'
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top