De Kerk
Langzaam stond Hikan op. Waar was hij nu weer beland? Waar is dat meisje gebleven? Had ze hem nou bewusteloos geslagen? Zo ja, dan kan hij zich dat niet meer herinneren. Stel je voor: bewusteloos geslagen door een meisje. Het was wel een mooi meisje. Dat maakt het al helemaal niet beter. Als een reus van een meid hem nu bewusteloos had geslagen, was het nog niet zo erg. Dit meisje was in tegendeel slank en klein. Met blond, krullend haar dat bijna blauw leek in het maanlicht. Het mooiste meisje dat hij ooit had gezien. "Laat je nu niet afleiden!" Zei hij boos tegen zichzelf. Als hij zou blijven dromen over dit meisje, kan hij zijn vriend nooit redden.
Terwijl hij zat te piekeren begon hij zich te realiseren waar hij was. Hij was in een soort kerk beland. Dit maakte hem alleen nog maar banger. Er was geen kerk in zijn stad, omdat het verboden was om in de godin Xendria te geloven. Dit was een geloof dat veel leek op hekserij, en ook dat was verboden. Voor de rest wist hij niet veel over Xendria. Er werd door niemand over gesproken. Als Markus en het hem niet had verteld, wist hij waarschijnlijk niet eens wat een kerk was.
Terwijl hij vol verwondering rond keek, naar de prachtige beelden van de godin, gingen de groten deuren open. Een klein meisje met kort, lichtbruin haar kwam binnen. Met een grote glimlach begroette ze hem en liep naar hem toe. Het eerste wat Hikan vroeg was: "Waar ben ik?" "In een kerk." Antwoordde ze. Geërgerd keek Hikan haar aan, maar daar lette ze niet op. Ze liep voor hem uit en wuifde dat hij mee moest lopen. Koppig bleef Hikan staan. "Eerst wil ik antwoorden! Waar ben ik? Ik kan niet in Berkengoud zijn, want daar is geen kerk, dus waar ben ik?" Het meisje liep gewoon door en negeerde hem. Toen ze bijna uit zijn zicht was, rende hij toch achter haar aan.
Ze gingen door een deur, kwamen bij een trap en liepen omhoog. De trap was erg hoog. Hikan kwam bijna hijgend aan, maar het meisje mankeerde niks. Boven aan gekomen, gingen ze door nog een deur en kwamen in een klein kamertje met een bed en een tafel met een stoel. "Sorry dat we je beneden lieten liggen. Je bent te zwaar om al die trappen op te slepen. Hier kan je wat uitrusten en later komt Vera om je vragen te beantwoorden." Nadat ze dat had gezegd, liep ze door de deur en deed hem achter haar dicht. Door het rammelen van sleutels en de klik daarna, wist Hikan dat hij zat opgesloten. Hij liep naar het kleine raampje waar een klein straaltje zonlicht vandaan kwam. Het raampje was zo groot als een boek, dus kon hij er niet uitklimmen. Hij keek door het raampje en zag een woestijn. Gezien het klimaat van Bergengoud, waar het altijd koud was, zelfs in de zomer, was hij heel erg ver van huis.
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top