02
Ik zit weer eens in de aula. Het is de eerste pauze van vandaag en deze keer zit ik wel naast Tuur. Waarom weet ik niet, maar ik ben zenuwachtig voor het afspreken met Paula vandaag. Het is net alsof er iets gaat gebeuren, maar misschien komt dat omdat Tuur en mam dat erin zitten stampen. Het hele leven draait immers om liefde, dus vinden zij dat ik daar ook deel aan moet nemen. Voorzichtig kijk ik richting Paula, die aan de andere kant van de tafel druk ik gesprek is met Sofie, een ander meisje uit de klas. Paula gooit haar lange haren over haar schouders en gaat door met praten. In mijn ooghoeken zie ik dat Tuur naar me aan het kijken is, dus kijk ik naar hem om.
'Nerveus?' Vraagt hij met een grijns en gebaart naar Paula. Ik haal mijn schouders op. 'Nee, helemaal niet,' lieg ik. Tuur knikt en aan de uitdrukking op zijn gezicht kan ik zien dat hij me niet gelooft. Lachend schud ik mijn hoofd en neem een hap van mijn appel. 'Als je er zo op blijft hameren dan wórd ik nog nerveus,' zeg ik. Tuur lacht ook. 'Oké, ik zal er wel over ophouden,' zegt hij. 'Bedankt,' zeg ik en eet de rest van mijn appel op. Ondertussen speel ik een spelletje op mijn mobiel. Af en toe kijk ik op naar Paula. Ze gooit haar blonde haren over haar schouder en kijkt me met een glimlachje aan. Ik glimlach terug.
Na een korte pauze moeten we weer naar de les. Paula komt naast me lopen en kijkt me met haar blauwe ogen aan. 'Naast elkaar zitten?' Vraagt ze. Ik glimlach naar haar. 'Natuurlijk, is goed,' antwoord ik. Paula's parelwitte tanden komen tevoorschijn zodra ze naar me glimlacht. We lopen samen het lokaal in en gaan zitten op een lege plek. Tuur loopt ons met een grijns voorbij. Ik schiet hem een waarschuwende blik toe, waarop hij zijn wenkbrauwen een keer optrekt en met een brede grijns op een andere plek gaat zitten. Dan kijk ik om naar Paula, die hoofdschuddend naar Tuur kijkt. 'Die spoort echt niet,' zegt ze. Ik lach. 'Jup,' zeg ik en kijk naar de knettergekke jongen die wij onze vriend noemen. 'Paula en Bjorn, omdraaien,' klinkt de docente en dan begint de les.
Tijdens het werken blijf ik steeds maar naar Paula kijken. Antwoord opschrijven, voorzichtig naar Paula kijken, antwoord opzoeken in de tekst, antwoord opschrijven, stiekem naar Paula kijken, antwoord op schrijven, snel even naar Paula kijken – ga zo maar door. Op een gegeven moment krijgt ze het door, dus moet ik wel stoppen om ongemakkelijkheid te voorkomen. Het is lastiger dan gedacht, maar het lukt me. De rest van de les blijf ik gefocust op mijn werk en kijk niet meer op naar Paula, hoe graag ik het eigenlijk ook zou willen. Het is niet handig dat ik straks met Paula ga afspreken en dat ik daarna tot één uur in de nacht mijn huiswerk af moet gaan zitten maken.
Aan het einde van de les ben ik opgelucht als ik eindelijk mijn boeken dicht kan slaan en het normaal is als ik op dat moment naar Paula kijk. Mijn ogen kruisen met de blauwe ogen van Paula. Haar blonde haren – die losjes in een knot hangen – glanzen zoals altijd. En niet te vergeten haar witte tanden, die nog van tig meter afstand zichtbaar zijn. Paula knipoogt een keer naar me, zeker van haar schoonheid. Ze weet dat er een groot aantal meisjes is dat jaloers is op hoe ze eruit ziet. Ik glimlach naar haar en sta dan op. 'De volgende les kunnen we ook wel naast elkaar zitten, toch?' Vraagt ze dan. Verbaasd kijk ik haar aan. 'Ik zou niet weten waarom niet,' antwoord ik. Ze knikt glimlachend. 'Mooi,' zegt ze en samen lopen we het lokaal uit zodra de bel gaat.
Naast elkaar lopen we op de gangen, wat Tuur besluit te verstoren. Hij springt tussen ons in en leunt op onze schouders. Verward kijk ik naar Tuur, die een scheve grijns op zijn gezicht heeft. Ik kijk even naar Paula, die ook verward naar Tuur kijkt. Als Tuur zo graag wil dat Paula en ik iets meers ontwikkelen, waarom laat hij ons dan niet eventjes alleen? Met nog steeds een blik van verwarring kijk ik hem aan in zijn bruine ogen. Zijn glimlach valt als een baksteen van zijn gezicht en hij kijkt me haast bang aan. 'Stoorde ik?' Vraagt hij twijfelend. 'Nee, hoor,' zeg ik. Hij knikt en haalt zijn armen van onze schouders af. 'Oké,' zegt hij en schenkt me dan weer een klein glimlachje.
We lopen met z'n drieën door naar de volgende les. Paula en ik gaan naast elkaar zitten en Tuur gaat achter ons zitten. Paula en Tuur beginnen een gesprek over de toets die we het volgende uur hebben. Ze vertellen elkaar alle kleine weetjes die ze weten en tonen elkaar hun samenvattingen en aantekeningen. Nieuwsgierig kijk ik mee, me beseffende dat ik er eigenlijk niet zo goed voor geleerd had als ik had gedacht. Tuur en Paula blijven maar dingen opnoemen waar ik nog nooit van gehoord had. Ik begin me af te vragen of ik alle lessen wel heb gehad, maar dat kan niet anders aangezien ik nog niet ziek ben geweest dit schooljaar – en dus ook alle lessen gewoon heb gehad. 'Mag ik die samenvatting even doorlezen?' Vraag ik bijna geschrokken door alle nieuwe informatie die ik net te horen heb gekregen. 'Tuurlijk, niet goed geleerd?' Zegt Tuur. Ik knik. 'Ik heb het een keer doorgelezen, maar van wat jullie net allemaal hebben zitten te vertellen heb ik nog nooit gehoord,' antwoord ik en begin de samenvatting van Tuur zorgvuldig te lezen.
Na de samenvatting een paar keer overgelezen te hebben en snel wat steekwoorden opgeschreven te hebben, begint de docent te zeuren dat ik aan zíjn vak moet gaan werken, in plaats van een ander vak. Zuchtend geef ik de samenvatting terug aan Tuur en prop mijn begrippenlijst weg tussen mijn boek. Dan ga ik bezig met het vak waarvan ik in de les zit, maar blijf ondertussen in mijn hoofd herhalen wat ik net allemaal nieuw heb geleerd. Ik mompel en mopper wat tegen mezelf dat ik niet goed genoeg had gekeken naar wat ik moest leren voor de toets. Plotseling voel ik een hand op mijn arm, waardoor ik verbaasd opkijk in de bezorgde, blauwe ogen van Paula. 'Ben je nerveus voor de toets?' Vraagt ze. 'Ja..' mompel ik. 'Ik had beter moeten leren.' 'Het komt wel goed. Je kunt dit,' zegt Paula. 'Bedankt,' zeg ik.
Na de les – die voor mij maar niet lang genoeg kon duren – moeten we dan naar de les waar we een toets hebben. Ik ga het lokaal in en ga aan een lege tafel zitten. Paula gaat naast me zitten en schuift meteen onze tafels uit elkaar. 'Gewoon rustig lezen, Bjorn, je kunt dit,' moedigt ze me aan. 'Bedankt, jij ook succes,' zeg ik. Ze glimlacht en knipoogt naar me. 'Succes,' zegt ze nog tegen me en dan moeten we beginnen aan de toets. Ik lees de eerste opdracht rustig door, en tot mijn opluchting weet ik het antwoord. Daarna gaat het helaas al snel bergafwaarts. De volgende vragen gaan allemaal over wat ik net in de samenvatting van Tuur heb gelezen, en ik weet zeker dat ik ze allemaal door elkaar haal. Het ene begrip krijgt de betekenis van de andere, maar ik krijg het niet voor elkaar om de goede bij elkaar te vinden. Ik besluit maar de langste lulverhalen ooit op te schrijven in de hoop dat er nog iets van goed van is. Voordat ik het weet is de tijd op en moet ik mijn antwoordenblad inleveren, zonder dat ik klaar was met mijn toets. Ik kijk schichtig om naar Paula, die een tevreden glimlach op haar gezicht heeft. 'En?' Vraagt ze. 'Kansloos,' zeg ik. Ze knikt medelevend.
'Kom, we gaan. Weg hier,' zeg ik. Paula lacht en we gaan samen het lokaal uit naar de gangen. We pakken onze spullen uit ons kluisje en wachten op de gang. Tuur komt aanlopen, die een moeilijke blik op zijn gezicht heeft. Zodra hij ons ziet, probeert hij zijn uitstraling wat op te vrolijken, maar het lukt hem niet echt. 'Ging de toets ook slecht bij jou?' Vraag ik verbaasd. Hij kijkt me even verward aan. 'Uh, ja! Zoiets,' zegt hij, maar ik kan aan de toon in zijn stem horen dat het niet dat is wat hem dwars zit. Fronsend kijk ik hem aan, maar besluit maar niet te vragen wat het echt is wat hem dwars zit. We lopen met zijn drieën naar buiten en fietsen samen weg bij school. Op een gegeven moment moet Tuur eraf, dus zeggen Paula en ik hem gedag. 'Veel plezier samen,' zegt hij met een kleine grijns. 'Jo, houdoe,' zeg ik maar, de uitdagende opmerking negerend. Paula en ik fietsen samen door naar mijn huis. Ze vertelt over haar collega's bij de supermarkt en wat voor kneuzen het allemaal zijn. Ik moet lachen en word steeds nerveuzer hoe dichterbij we bij mijn huis komen. En dan zijn we er eindelijk.
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top