Warrior cats
"Het was een mooie dag heel lang geleden" begon Grijsneus te vertellen, alle kleintjes hingen gelijk aan zijn lippen. Zonklauw zat er bij en keek er naar. "Sneeuwpoot zat buiten te spelen en..." Zonklauw liep gelijk weg. Hij hoefde dit verhaal niet nóg eens te horen. Mopperend liep hij even naar Braamneus toe.
"Grijsneus houdt er gewoon van om dat verhaal te vertellen, schat." Vertelt Braamneus Zonklauw. "Vooral omdat hij er zelf bij was." "Maar waarom mag ik het verhaal dan niet vertellen? Ik weet het toch beter, mam?" Antwoord Zonklauw mopperend. "Ga maar even jagen, dan kom je straks terug en dan kan je er even met hem over gaan praten." "Oke, ik doe dat wel."
Ja, daar ziet Zonklauw een muis lopen! Super stil sluipt hij er op af en, de muis ruikt hem en rent weg. Zonklauw rent er achteraan en, weg is de muis.
Zonklauw steekt zijn neus in de lucht en ruikt schaduwclan. Huh? Schaduwclan op Donderclan territorium? Dat klopt niet. Denkt Zonklauw bij zichzelf, dan realiseerd hij zich dat hij natuurlijk heel erg dichtbij de grens zit. Maar toch.
Hij is extra op zijn hoede en kijkt achter een struik. Hij schrikt zich dood. Daar staat een kat. Hij lijkt precies op hem. Hij staat als versteend. "Broertje?" Vraagt Zonklauw fluisterend.
Flashback
Twee kitten spelen buiten. Ze lijken op elkaar. Dat klopt want het is een tweeling. "Ik heb je!" Roept één van de kleine katertjes blij. Ze rollen om en uiteindelijk ligt het andere katertje bovenop. "Sneeuwkit, Zonkit, komen jullie eten?" Vraagt een mooie witte poes die net naar buiten komt. "Ik weet dat jullie graag stoeien maar nu gaat het te ver, jullie moeten ook normaal kunnen spelen!"
De kleine kittens kijken elkaar aan en zeggen in koor:"Ja mama!" Ze weten allebij dat Braamneus, hun moeder, ze toch geen straf zal geven. Ze rennen de kraamkamer binnen en eten hun muisjes op. "Mama?" Vraagt het ene katertje, " Wanneer worden wij krijgers? We zijn al bijna zes manen!" "Spoedig." Antwoord Braamneus. Want zij weet al dat dat héél gauw zal gebeuren.
"Alle katten die groot genoeg zijn om hun eigen prooi te vangen, kom naar de hogerots!" Daar klinkt de roep al. Iedereen komt naar de rots en daar staat de leider, Snelster. Hij begint te praten: "We gaan beginnen aan een naamceremonie! Wij hebben twee dappere kittens in ons midden die graag krijgers willen worden. Sneeuwkit en Zonkit, zet een stap naar voren." De twee katertjes springen in de kring. "Jullie zijn oud genoeg om leerling te worden. Zonkit, jouw mentor is Spikkelneus!" Een van de twee katertjes springt naar een kat toe en drukt zijn neus verlegen tegen de neus van de andere kat. "Sneeuwkit, ik zal jouw mentor zijn!" Het andere katertje springt naar voren en kijkt verlegen naar de grond. Snelster drukt zijn neus tegen die van hem aan en iedereen begint luid te miauwen.
"Hoe ben je teruggekomen?" Vraagt Zonklauw. De andere kater deed op het zelfde moment zijn bek open maar deed hem ook gauw weer dicht. Zonklauw zet een stap dichterbij en....
Flashback
Alle katten miauwen luid als er een schaduw over komt vliegen, en nog een keer, en nog een keer. Iedereen vlucht gauw weg behalve Sneeuwpoot. Hij is te erg bezig met de adder die hij gevangen heeft om op te letten. Zonpoot roept hem, maar tevergeefs. De havik neemt een duikvlucht en Sneeuwpoot is weg.
BAM! Zonklauw knalt op een hard ding. "Wacht wat?" Vraagt hij zichzelf af, "Hoe kan een kat zo hard zijn?" Hij haalt uit naar de andere kat en de kat haalt ook uit naar hem. Zijn poot raakt iets hards. Hij haalt nog een keer uit en weer raakt hij iets hards. Hij blaast naar de andere kat en de andere kat blaast terug. "Wat gebeurt er toch?" Vraagt Zonklauw zich af, "Waarom zegt deze kat niks terug?"
Het ding breekt. Zonklauw is al een tijd bezig het gekke ding kapot te maken. Worden allemaal kleine glinsterende stukjes in elk stukje ziet hij zichzelf. Een traan valt op een stukje. Hij begint te huilen.
Waarom moest perse Sneeuwpoot hem verlaten? Waarom niet een ander? Waarom had hij geen betere broer kunnen zijn? Zonklauw had hem moeten redden! Niemand kan hem zijn broer afpakken en al helemaal een havik niet! Maar dan wordt hij zich er van bewust dat het al is gebeurt. Niemand kan er nog wat aan doen. Zelfs Snelster niet. En die was zelfs leider geweest.
Zonklauw kijkt nog een in de stukjes en hij ziet zichzelf er in. Hij krijgt weer tranen in zijn ogen. Hij pakt een stukje en begraaft het. Zo lijkt het toch nog alsof hij zijn vermiste tweelingbroer heeft begraven.
Zonklauw voelt dat hij niet meer alleen is en draait zich woedend om. Wie durft hem te storen op een, voor hem, zo belangrijk moment?
En daar, ziet hij een witte oplichtende vacht, net als die van hem. Hij springt op de kat want nog meer spiegelende dingen kan hij niet meer aan. Maar hij voelt niks dan vacht. "Zonpoot, ik heb je zo gemist!" Klinkt het in Zonklauws oor.
Dit verhaal is voor de schrijfwedstrijd van Rozenhart
Dit verhaal heeft precies 860 woorden, voor als je dat wilt weten. Ik vond het echt super leuk om te schrijven dus laat me even weten wat je er van vond. Ik hoop leuk, anders zijn tips altijd welkom! Een stem zou ook leuk zijn maar misschien is dát wat veel gevraagd... 😝😝
Doeiiiii❤️
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top