Joris en de Draak | Hoofdstuk Acht

Als de Python stopt en Fridea en Lisa kunnen uitstappen kijkt Fridea Lisa nog steeds vragend aan. Ze pakken allebei hun tas en lopen naar de uitgang. Lisa zwijgt nog steeds, maar dat komt waarschijnlijk door de hoeveelheid mensen die om hun heen lopen.

'Waar had je het over daarboven?' Vraagt Fridea als ze eindelijk bij de meeste mensen vandaan zijn.

'Dat is een lang verhaal, laten we eventjes een rustig plekje opzoeken waar we goed kunnen praten' zegt Lisa. Fridea brandt van nieuwsgierigheid en wil het eigenlijk meteen weten, maar ze begrijpt Lisa wel.

'De Gondoletta?' Stelt Fridea voor. Lisa knikt en samen lopen ze naar de Gondoletta. Lisa zegt nog niets en Fridea houdt het bijna niet meer. Zoals Lisa het zei heeft het iets met hun allebei te maken. Dat is wonderlijk, want ze kennen elkaar pas net een dag.

Bij de Gondoletta zijn ze snel aan de beurt en het is gelukkig rustig genoeg dat ze met z'n tweeën een bootje kunnen krijgen. Ook is het gezelschap na hun erg groot en het vorige bootje al weg. Als ze een stukje bij de opstaphaven vandaan zijn, begint Lisa te praten.

'Allereerst moet je weten dat ik ziek ben, ik zal je de details besparen, maar het komt erop neer dat er veel te weinig hemoglobine in mijn bloed zit en het zelf ook niet goed aanmaak. Daardoor kan ik eigenlijk vrij weinig omdat ik niet genoeg zuurstof binnenkrijg' begint Lisa.

'Ik word daar al een hele tijd voor behandeld, maar het lukt maar niet om me helemaal beter te maken. Nu moeten we terug naar een paar maanden geleden. Toen was de hemoglobine in mijn bloed zo ver gedaald dat ik bewusteloos naar het ziekenhuis werd gebracht' gaat ze door.

'Ik weet nog niet wat dit met mij te maken heeft' zegt Fridea ongeduldig. Ze heeft een naar gevoel bij de woorden van Lisa. Ze wil weten wat er allemaal aan de hand is, maar aan de andere kant heeft ze het gevoel dat ze het helemaal niet wil weten.

'Dat komt nu, ik heb namelijk een vraag voor je. Heb jij ooit bloed gedoneerd?' Vraagt Lisa. Die vraag heeft Fridea niet zien aankomen.

'Ehm, ja. Ik heb begin dit jaar bloed gedoneerd' zegt Fridea verward. Lisa knikt en er verschijnt een glimlach op haar gezicht.

'Zoiets dacht ik al. De avond in het ziekenhuis leek het erop dat ik het niet zou overleven. Ik hoorde later dat mijn ouders mijn uitvaart al aan het voorbereiden waren. Maar toch lukte het de dokter om me weer beter te maken' vertelt Lisa. Nog steeds weet Fridea niet wat zij en haar bloed ermee te maken hebben, maar ze heeft zo'n idee dat Lisa haar bloed gekregen heeft.

'Later heb ik de dokter, Efisaya heette ze, gevraagd wat ze nu eigenlijk gedaan heeft waardoor ik me weer zo goed voelde. Toen vertelde ze dat ze me aan de persoon waar ik bloed van gekregen heb heeft gekoppeld. Ze zei ook dat ik moest genieten van mijn nieuwe leven, omdat ik meedraaide op de energie van de persoon waar ik aan gekoppeld was' zegt Lisa. Nu snapt Fridea waardoor ze de laatste tijd steeds sneller moe is en zich anders voelt.

'Ik heb de eerste tijd van mijn nieuwe leven proberen te genieten en ik ging allemaal gekke dingen doen. Maar toen besefte ik dat die andere persoon, jij dus, dat zou merken en zich slechter zou voelen als ik dat deed. Ik begon me schuldig te voelen en probeerde de hele dag niets te doen. Ik zou jou natuurlijk nooit vinden' zegt Lisa. Ondertussen hangt haar hoofd naar beneden. Het is te merken dat ze zich oprecht schuldig voelt voor Fridea's slechtere conditie.

'Wel toevallig dan, dat we elkaar in de Wereld vol wonderen tegenkomen' zegt Fridea. Lisa tilt haar hoofd weer op en er breekt haast een glimlach door op haar gezicht.

'Dan hoop ik dat dit de plek is waar mijn laatste wonder kan plaatsvinden' antwoord Lisa. Fridea fronst haar wenkbrauwen en vraagt zich even af of er achter die woorden misschien een dubbele betekenis zit, maar laat dat idee al snel varen. Het is eventjes stil, tot Fridea weer iets zegt.

'Wat is een wereld zonder wonderen?' Vraagt ze aan Lisa.

'Een wereld waarin ik dood ben' antwoordt Lisa. Dat antwoord kan Fridea begrijpen. Zoals Lisa haar verhaal nu vertelt hebben alle bovennatuurlijke krachten die deze wereld bezit meegeholpen om haar hier nu te laten zijn.

'Ik denk dat iedereen dan dood zou zijn. Iedereen heeft toch wel eens een wonder gehad dat zijn of haar leven redde? Misschien was het dan wel onbewust, maar ik denk niet dat deze wereld nog zou bestaan zonder wonderen' zegt Fridea.

'Achter de meeste wonderen zit een logische verklaring, dat zou jij moeten weten' zegt Lisa op een bijna boze toon.

'Is er iets, Lisa?' Vraagt Fridea. Ze doet haar best om haar stem niet al te bezorgd te laten klinken, want ze weet hoe vervelend dat is.

'Ik vind het gewoon vreselijk dat ik je nu gevonden heb. Dat ligt niet aan jou hoor, maar ik heb uitgekeken naar het moment dat ik de persoon aan wie ik gekoppeld was zou ontmoeten, om ons te ontkoppelen. Maar ik heb er nooit aan gedacht dat ik niet zou weten hoe we ons zouden kunnen ontkoppelen. Daarom ben ik boos op mezelf, dat ik daar nooit naar gezocht heb' zegt Lisa.

'Nou, daar gaan we nu samen over nadenken. We vinden wel een oplossing, en anders zoek ik vanavond wel wat op' zegt Fridea. Lisa knikt braaf, maar lijkt nog steeds niet veel vrolijker dan daarvoor.

'En nu kop op, we zijn er alweer bijna. We zijn in de Efteling en daar hoort niemand verdrietig te zijn, in de Efteling moet je blij zijn, al is het alleen maar omdat je in de Efteling bent' zegt Fridea. Die woorden doen haar denken aan wat ze gisteren tegen Millena en Bethany zei.

'Goed, ik ga niet meer treuren. Laten we gewoon genieten van de Efteling. Ik vertrouw erop dat we wel een oplossing vinden' zegt Lisa zelfverzekerd. Fridea glimlacht, ze had nooit gedacht dat ze zo goed was in mensen opvrolijken.

Na enkele minuten stappen ze uit de Gondoletta en lopen Lisa en Fridea weer terug naar het Ruigrijk. Fridea probeert niet te veel over de koppeling, en vooral de ontkoppeling, na de denken, maar ze slaagt er niet echt in. Het blijft maar door haar hoofd spoken.

'Gaan we nu in de Halve Maen?' Vraagt Lisa met een grote glimlach. Fridea is nog nooit in de Halve Maen geweest, maar Lisa lijkt er heel veel zin in te hebben.

'Prima. Ben jij daar gisteren of vandaag al in geweest?' Vraagt Fridea.

'Ja, vanochtend ben ik er met Dana en haar vriendje naartoe gegaan en daarna zijn we naar de Python gegaan, zij zaten in de rit voor ons. Dana is mijn beste vriendin waarmee in hier ben gekomen, trouwens' legt Lisa uit.

'Nou, kom maar op met de Halve Maen' zegt Fridea. Maar dat had ze eigenlijk beter niet kunnen zeggen, Lisa mag het schommelschip dan wel leuk vinden, Fridea moet moeite doen om niet over te geven.

'Jeetje, hoe kun je dit nou leuk vinden? Het was vreselijk' zegt Fridea als ze weer met twee benen op de grond staan.

'Gaat het een beetje? Moeten we een wc voor je zoeken?' Vraagt Lisa bezorgd. Maar Fridea schudt haar hoofd.

'Nee, sinds ik weer met twee voeten op de grond sta en niet meer in dat ellendige schip zit gaat het weer prima met me. Maar ik denk dat ik de volgende attractie uitzoek' zegt Fridea. Lisa knikt, ze voelt zich waarschijnlijk ook een beetje schuldig door haar verkeerde keuze.

'Dan gaan we nu voor Joris en de Draak' besluit Fridea.

'Dat is toch die houten achtbaan?' Vraagt Lisa.

'Ja, maar je merkt niet heel erg dat hij van hout is, hoor. We moeten wel beslissen of we samen gaan of tegen elkaar gaan strijden. Het is namelijk een racerachtbaan en het is een soort wedstrijd wie er als eerste over de finish gaat' legt Fridea uit.

'Ik ga er denk ik wel in, maar het lijkt me niet gezellig om op te splitsen. Ook is de kans dan groot dat we in andere rondes terecht komen' zegt Lisa. Fridea knikt, inderdaad is de kans klein dat ze samen komen en dus is het gezelliger om samen te gaan.

Samen lopen ze naar Joris en de Draak, waar de rij gelukkig niet extreem lang is. Op verzoek van Lisa doen ze water, daar blijkt de rij zelfs nog korter te zijn dan bij vuur. Ze stappen een paar zitjes achter het midden in en dan is het wachten tot ze naar boven gaan.

Lisa en Fridea hopen natuurlijk dat ze gaan winnen, en dat zorgt voor nog meer buikkriebels bij Fridea. De buikkriebels zorgen ook weer voor een grote glimlach als ze naar beneden gaan, tegelijk met het rode karretje.

Maar al snel is het niet meer te volgen, tot de allerlaatste eindsprint. Het rode karretje is helemaal verdwenen en water wint. Iedereen in het blauwe karretje juicht en de blauwe vaandels vallen naar beneden als ze binnenkomen. Even later komt dan ook het rode karretje binnen en die mensen zijn een stuk minder uitgelaten.

'Ik heb best veel trek, hoe laat is het eigenlijk?' Vraagt Lisa als ze weer buiten komen. Fridea merkt nu ook dat ze best veel trek heeft, en als ze de tijd op haar telefoon bekijkt ziet ze dat die trek niet heel vreemd is.

'Het is al half twee, ik denk dat ik maar even moet afspreken waar in lunch' zegt Fridea. Lisa heeft ook haar telefoon gepakt en is al druk aan het appen.

'Ik moet nu snel weg, jij komt weer naar het Ruigrijk zo denk ik' zegt Lisa. Fridea knikt.

'Ik ga denk ik zo ook snel weg. Zullen we na de lunch bij de Vliegende Hollander afspreken?' Stelt Fridea voor. Lisa knikt en dan verdwijnt ze. Fridea spreekt af dat ze bij het restaurant van Fabula gaan lunchen en dan vertrekt ook zij uit het Ruigrijk om later die middag weer terug te keren. 

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top