Deel 16
Lucy sliep de komende drie dagen niet bij James.
Ze had niets van hem gehoord, en Remus was bij James gebleven.
Halverwege de tweede dag was Regulus naar het appartement gekomen, omdat hij James niet meer uit kon staan, maar Alex was gebleven om Remus niet volledig alleen met James te laten.
"Ik had nog gezegd tegen die achterlijke klootzak dat hij te vroeg was." Zei Regulus geërgerd terwijl Sirius diep zuchtte. "Ja, maar we hebben het over James. En hoeveel ik ook wel van hem houd, hij weet soms niet zo heel goed wanneer hij wat kan doen." Zei hij waarop Regulus zijn lippen tuitte.
"Hey jongens." Regulus en Sirius keken allebei om naar Lucy die in de deuropening stond, een spijkerbroek en witte trui aan. De trui was van Remus, realiseerde Sirius zich, maar hij zei er niets over.
"Willen jullie ook iets te eten?" Vroeg ze terwijl Sirius knikte en Regulus slikte waarna hij kort knikte.
Voor Lucy.
Ze kan dit er nu niet nog bij krijgen.
Kom op Regulus.
Een kwartier later had Lucy voor iedereen een uitgebreide brunch gemaakt en Regulus keek met bleke wangen naar zijn bord terwijl Sirius baast hem alles langzaam naar binnen werkte.
"Reg, gaat het?" Vroeg Lucy zacht waarop Regulus haar licht geschrokken aankeek en een aardbei van het bord afpakte. "Huh? Oh nee hoor.." Mompelde hij terwijl hij de aardbei langzaam in zijn mond stopte en hem doorslikte.
Hij realiseerde zich toen pas hoeveel honger hij had en hij begon langzaam het hele bord leeg te eten. "Lucy het is heel erg lekker." Mompelde hij terwijl hij een stukje pannenkoek in zijn mond stopte en Lucy zacht glimlachte.
Naar Lucy merkte het aan zijn uitstraling toen er iets veranderde en hij abrupt opstond. "Ik eh, ben even naar de wc." Zei hij terwijl hij naar d Eva's kamer begon te lopen en net op tijd was voordat hij overgaf in de wc en alles er weer uitkwam.
Hij was zo goed bezig.
Hij probeerde zo zijn best te doen.
Maar het lukte gewoon niet.
Hij was er volledig op voorbereid om die dag in de cave afscheid te nemen van zijn leven, maar nu leefde hij nog en wist hij niet wat hij moest doen met zijn leven.
Hij kon nu haast niet doodgaan.
Maar hij kon niet meer eten.
Hij betwijfelde of hij Narcissa's aanbod moest accepteren, maar hij schaamde zich ervoor om daar überhaupt aan te moeten denken.
"Regulus heb je last van een eetstoornis?"
Regulus hoofd schoot voor twee seconden omhoog om de registratie van zwart haar te zien bij de deur voordat hij weer moest overgeven en zijn hoofd weer naar de wc bewoog.
Sirius zat naast hem op zijn knieën binnen drie seconden en hij hield Regulus' haar naar achteren terwijl hij een glas water aanbood. "Vertel het alsjeblieft niet door." Mompelde Regulus zacht terwijl hij langzaam het glas begon leeg te drinken en Sirius hem een knuffel gaf waardoor Regulus van schok het glas losliet die tussen de twee inviel op de grond.
"Hey Reg, ik ben je broer. Natuurlijk vertel ik het niet door als je dat niet wilt. Maar ik wil je niet zo zien lijden. Ik wil je helpen om goede hulp hiervoor te zoeken, zodat je op je eigen tempo met de hulp van een specialiste er langzaam doorheen kan werken." Zei hij voorzichtig terwijl Regulus begon te huilen.
"Sirius het voelt zo kut." Mompelde hij huilend terwijl Sirius zijn hand over zijn rug bewoog. "Shh.. hey, het is oké. We zoeken gewoon de beste uit die jou een fijn gevoel geeft en die jou laat zijn wie je bent." Zei hij waarop Regulus kort knikte. "Zou je dat fijn vinden Regulus?" Vroeg hij terwijl Regulus knikte.
"Alsjeblieft. Ik.. ik.." Mompelde hij terwijl Sirius zacht "Shh.." zei en Regulus weer in zijn armen kroop. "Ik ben dankbaar dat je zoiets zou willen doen voor mij Siri.." Zei Regulus zacht terwijl Sirius glimlachte en hem nogmaals een knuffel gaf.
"Natuurlijk Regulus. Waarom zou ik het niet doen? Ik houd van je."
Ik houd van je.
Ik houd van je.
Sirius houdt van hem.
Sirius houdt van Regulus.
"Ik houd ook van jou."
En toen de woorden Regulus' mond verlieten waren ze niet gelogen.
~
Remus was bang.
Hij was bang dat James zijn gevoelens verdrukte en hij was bang dat Jane heet op een gegeven moment allemaal over zich heen liet walsen. Hij was bang dat het James zou verwoesten stukje voor stukje vanaf binnen tot er niets meer van James overblijven zou.
Want James was gewoon James. De vrolijke, blije James die iedereen zag en waar iedereen van hield.
Maar James was niet vrolijk of blij.
Toch?
Hij had gehuild om Lucy toen ze was weggerend.
Maar voor de rest hoorde Remus geen woord over het hele gedoe.
Of over Lucy.
Remus had ten einde raad Lily en Marlene om hulp gevraagd, in de hoop dat James tegen hun zou praten.
Maar nee, hij gaf ze zelfgebakken koekjes en thee tot ze het onderwerp waren vergeten en hij uitgebreid over het recept ging praten.
Alex had geprobeerd erover te praten met James, maar hij negeerde hem stug, of vroeg hem vragen over Regulus die Alex bijna altijd wel afleidde van het onderwerp.
Maar vandaag was Remus er klaar mee.
Alex had besloten vandaag naar Sirius te gaan, en Remus en James waren alleen in het huis.
Hij had James opgesloten in het oude kantoortje van Fleamont en had hem ondervraagd tot James zijn masker had laten vallen en was gaan huilen. Hij had na drie kwartier van overtuiging de volgende twee uren volgepraat en gehuild terwijl Remus naast hem op de grond zat, zijn armen om James heengeslagen.
Hij voelde zich schuldig dat hij het zo uit James had gekregen, maar anders had hij nooit geen antwoord gekregen en James liet hem geen moment schuldig erover voelen.
James vond zichzelf gelukkig met een vriend zoals Remus.
Hij was er altijd voor je, en liet je ook al stond hij aan jouw kant altijd de andere kant zien op een logische en kalme manier. Hij liet James uithuilen, maar na twee uur vond hij het genoeg en hielp hij James uit zijn verdriet te komen.
Samen begonnen ze een taart te bakken die later in de oven afbrandde omdat Remus geen timer had gezet.
Maar dat maakte allemaal niet meer uit voor James, want hij had zijn glimlach weer terug.
~~~
A/N: Oké, ik ga eventjes een speedrun doen want ik heb nog maar drie weken voor de zomervakantie (Dat ga ik natuurlijk nooit redden maar een meisje mag dromen).
1070 woorden.
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top