Hoofdstuk 10
De volgende ochtend gaat er plots een wekker af, naast mijn hoofd. Slaperig open ik mijn ogen en kijk wat er af gaat. Een wekker. Ik sluit even mijn ogen en denk even terug aan de dag van gisteren. Toen ik gister naar bed ging heb ik volgens mij geen wekker gezien. Ik open mijn ogen weer en kijk op de wekker. Het is zes uur.
'Serieus? Sinds wanneer gaat er hier een wekker?', vraag ik mompelend aan mezelf, maar wel een beetje geïrriteerd. Ik krijg geen antwoord op mijn vraag en til mijn hoofd op, waarna ik om me eigen heen kijk. Zoekend naar mijn kamergenoot, Nyrah. In een ander bed zie ik haar nog heerlijk liggen slapen. Alsof ze de wekker niet heeft gehoord.
'Nyrah?', vraag ik zachtjes aan haar. Ik wacht op een antwoord af, maar hoor niks. 'Nyrah?'
Zachtjes hoor ik haar geluid maken en zie ik haar hoofd een beetje bewegen.
Ik zucht eventjes en laat mijn hoofd terug op het kussen vallen. Versuft staar ik naar het plafond.
'Wacht even, we moeten wakker worden!' roep ik geschrokken uit en schiet overeind. Nyrah schiet gillend wakker, waarna ze mij een boze blik werpt.
'Nyrah, we moeten ons zo snel mogelijk omkleden en naar de eetzaal gaan,' zeg ik in paniek tegen haar, waarna ik de deken van me afgooi en het bed uitstap.
'En dan moet je zo nodig roepen,' zegt ze boos tegen me.
'Sorry, de volgende keer zal ik je wakker schudden,' gniffel ik en kijk haar met een glimlach aan. Ik zie haar zuchten en met haar ogen rollen, daarna draai ik me eigen om naar mijn kledingkast.
Eenmaal bij mijn kledingkast trek ik de kastdeur open en kijk naar mijn kleding, die erin ligt. Ik trek een zwarte spijkerbroek en een zwarte shirt uit de kast. Daarna sluit ik de kastdeur en trek een laatje open, waar ik schone ondergoed uit pak. Vlug duw ik het laatje met mijn rechtervoet dicht en draai me dan om, om me naast mijn bed om te kleden.
Bij Nyrah duurt het wat langer, maar niet veel later zijn we onze kamer uitgelopen en haasten we ons naar de eetzaal. We komen net zoals gisteren weer langs het portret. Ik kijk er weer naar en opnieuw zie ik de ogen mij volgen. Er gaat een rilling over mijn rug, maar loop gauw door. Misschien dat ik later in het jaar het portret zal moeten onderzoeken om te ontdekken waarom de ogen mij specifiek volgen.
'Ho, niet zo snel Azara,' hoor ik Nyrah zeggen en hoor hoe ze moeite heeft om mij bij te houden.
Een minuut later stappen we haastig de eetzaal binnen. Groot en deels zitten de hogere klassen al aan tafel, maar er zijn er maar weinige van ons. Gauw nemen we plaats aan tafel bij de jongens, die er al zitten.
'En? Lekker geslapen?', vraagt Sky aan ons beide.
'Zeker wel, ik sliep al snel in,' antwoordt Nyrah meteen.
'Ik ook, alleen gedroomd over de gene die zich nog in het bos bevindt of is die inmiddels al gevonden?', vraag ik en zie hem zijn schouders ophalen.
'Laten we het hopen van wel,' reageert Joran met een scheve glimlach, waarna die zachtjes grinnikt.
'Binnen pretje?', vraagt Nyrah oog rollend aan hem, waarop hij knikt.
Ik lach eventjes om hun en schud heel lichtjes mijn hoofd heen en weer.
Langzaamaan loopt de tafel van ons voller en komt niet veel later Qasin binnen gelopen, die achter zijn tafeltje gaat staan. Hij laat zijn blik door de zaal glijden en vindt mijn gezicht, waardoor we een paar tellen oogcontact hebben. Daarna kijkt hij weer verder rond.
'Goed, bijna iedereen is er,' hoor ik hem zachtjes mompelen.
Er valt een doodse stilte en alle ogen zijn op hem gericht.
'Goedemorgen leerlingen van de Elementen Academie, ik heet jullie van harte welkom bij dit ontbijt. De mensen van de keuken hebben hun best gedaan om weer wat op tafel te zetten. Ik wens jullie een heerlijk ontbijt toe, eetsmakelijk,' vertelt Qasin, waarna de rumoer weer terug komt en iedereen begint met eten.
'Ik voel dat hij nog iets wou vertellen, maar het toch ons niet wou mededelen,' merk ik meteen op, aan mijn vrienden.
'Je kan het ook mis hebben hé,' reageert Joran op me en neemt een grote hap, van zijn boterham met uitsmijter.
'Zeg, zullen we nog iets van een rooster krijgen voor vandaag of de hele week?', vraagt Sky in het algemeen. We halen alle drie onze schouders op en beginnen ook met eten.
Na het ontbijt gaat Qasin weer terug op de plek staan, waar die net ook stond voordat het ontbijt begon. Zonder rond te kijken, begint hij meteen weer te spreken.
'Nu het ontbijt erin zit, wil ik jullie nog mededelen over de leerling die we gisteren zijn verloren in het bos. Met opluchting kan ik jullie vertellen dat de leerling gevonden is,' vertelt Qasin en nadat hij dat heeft gezegd, begint iedereen te juichen.
'Maar?', vraag ik als enige, waardoor Qasins gezicht wit wegtrekt.
'Maar met spijt in mijn hart, is de leerling onderkoelt geraakt en overleden. Zoals jullie weten zijn de nachten hier ijskoud rond dit jaar. Het is daarom ten strengste verboden om binnen en buiten de academie in de nacht te gaan ronddwalen. Ik vraag jullie op je hoede te zijn en als er iets vreemds gebeurd het bij één van de docenten of bij mij te melden,' verteld Qasin en ik zie hem moeilijk slikken.
'En de roosters?', vraagt Joran aan hem.
'Ah, de roosters kan iedereen hier vinden op het prikbord in de aankomsthal,' antwoordt Qasin, die het fijner blijkt te vinden om over een ander onderwerp te beginnen.
'Is het mogelijk, dat de leerling geïdentificeerd kan worden?', vraagt iemand, van een andere tafel achter ons.
'Daar is de specialist mee bezig. Ik zal het gesprek afronden, zodat jullie allemaal optijd bij jullie les kunnen aankomen. Graag wens ik de eerstejaars heel veel succes en plezier toe,' zegt Qasin en sluit het ontbijt af.
Meteen staat iedereen op, om zich naar de aankomsthal te begeven.
'Jongens, wacht nog even,' zeg ik tegen mijn vrienden, die eigenlijk ook wouden opstaan.
'Heu, hoezo?', vragen ze verward aan me.
'Nou, omdat we niet met zijn allen door die deuropening passen,' antwoord ik gniffelend. 'We kunnen moeilijk door de deur of muur heen.'
Pas zodra de meeste leerlingen al de eetzaal hebben verlaten, staan wij op en gaan ook wij richting de aankomsthal om te kijken waar we heen moeten. Natuurlijk staat daar een hele rij aan leerlingen.
'Beste mensen, als jullie even stil houden dan kan ik iedereen op weg helpen!' roept Nyrahs zus, Lina.
Er valt meteen een stilte en alle ogen zijn op haar gericht. Ik zie haar op de trap staan, zodat ze iedereen goed kan aankijken.
'Alle eerstejaars mogen naar geschiedenis van de elementen,' mededeelt Lina alle eerstejaars, waaronder ook ons. 'Jullie vak bevindt zich op de eerste verdieping. Bovenaan de trap moeten jullie rechtsaf en dan de eerste deur links.'
Samen met alle andere eerstejaars begeven we ons naar onze eerste les.
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top