13
Toen ik in de zesde klas zat, nog niet zo heel erg lang geleden, was ik er zeker van dat ik aan de UVAK wilde studeren. Het enige probleem wat tussen mij en de school in stond waren mijn ouders. Goh, het zou je toch eens verbazen.
Ze waren rond die tijd erg druk bezig met een rechtszaak rondom de moord van Wendy Emmers, een jonge vrouw uit de politiek die vermoord was door een van haar collega's. Raar, vindt je niet? Dat ze het niet gewoon konden bijleggen door het uit te praten? Dat vonden mijn ouders ook.
De rechtszaak deed veel schade aan het bedrijf van mijn ouders, welke toen nog net een paar jaar bestond. De media omschreven hen als 'slap' en 'zonder ruggengraat', aangezien de moordenaar maar een paar jaar celstraf opgelegd kreeg. Dat was geen leuke publiciteit voor mijn ouders.
Ik kan me nog goed herinneren dat mijn vader thuis kwam, de avond na het vonnis. Hij was woedend. Zo woedend dat hij mijn verjaardag vergeten was! Welke ouder vergeet de verjaardag van hun dochter nu weer?!
Toen der tijd vond ik het niet eens zo erg, aangezien ik niets speciaals verwacht had. Ik bedoel tuurlijk, ik was teleurgesteld, maar met ouders zoals die van mij gebeuren dat soort dingen wel vaker.
Jeffrey en ik hadden besloten om voor één avond weg te lopen van thuis, aangezien we helemaal klaar waren met al het gezeik om ons heen en de geheime cameramannen in witte busjes tegenover ons huis.
We kochten een taart bij de dichtstbijzijnde supermarkt, die toen nog 'Perry's' heette, en aten deze op in de verlaten speeltuin naast de snackbar in de buurt. Het was een slagroomtaart, zo een met nootjes aan de zijkant en stukjes fruit in de hoekjes. Ik proef de zure mandarijntjes nog steeds.
Jeff en ik zijn na die avond zo veel closer geworden als broer en zus – ook al had ik een slechte invloed op hem volgens mijn ouders – en telkens als onze ouders weer eens ruzie maken hebben we het er nog steeds over met z'n tweeën. Dan praten we over de krakende wipwap, die wel bewoond moest zijn door geesten aangezien deze vanuit zichzelf op en neer wipte en halen we samen een patatje, ondanks dat het misschien wel 3 uur 's nachts is. Jeff mag me altijd bellen als er iets is, al helemaal sinds ik het huis uit ben. Ik weet niet hoe hij het daar in zijn eentje kan volhouden.
''Lena, luister je wel?''
Jared's stem baant zich een richting naar de voorgrond. Hij overhandigt me een dartpijltje. Ik neem het ding onhandig van hem over.
''Ja, uhm, ik doezelde even weg, maar eh, wat was de bedoeling nou?'' vraag ik verward.
Jared heeft al zijn meubels opzij geschoven, net zoals de vorige keer dat ik in zijn kamer was en zijn muur nog moest drogen. Overal op de muur hangen kleine waterballonnetjes vol met verf. De grond en de rest van de meubels zijn bedekt met plastic folie, zodat deze niet aangetast kunnen worden door onze verf.
''Ik bedoel, ik vind het heel leuk dat je dit allemaal geregeld hebt, maar wat is het doel?''
Jared stroopt de mouwen van zijn bloes omhoog, nu nog volledig vrij van enige verfvlekjes, en keert zich tot mij.
''Oké. Als je schildert doe je dat altijd met een reden. Je bent blij, verdrietig, boos, verliefd, gelukkig of je voelt je anders, maar je voelt altijd wel iets,'' legt hij uit. ''Ik wil kijken welke emotie bij jou het beste werkt om je muze terug te vinden. Begrijp je?''
Ik speel met de flappertjes aan het einde van de dartpijl en bestudeer de lijntjes op het metaal.
''Ja, dat begrijp ik wel, maar wat helpt.. dit erbij?'' vraag ik, suggererend naar alles om ons heen.
Jared zucht zachtjes en werpt geconcentreerd een van zijn eigen pijltjes richting de muur. Hij raakt geen van de ballonnetjes die aan de muur hangen. Het is best een lachwekkend gezicht. Ik lach om zijn gefaalde poging.
''Nou, wat denk je zelf. Wat voel je op dit moment, prinses?'' vraagt hij, zijn woorden gericht op de filmscène uit The princess diaries waar we het net eerder over gehad hebben.
''Ten eerste ben ik geen prinses van Genovia, en om je vraag te beantwoorden; best blij,'' zeg ik. ''Hoe heb je die verf eigenlijk in die ballonnetjes gekregen? Mag je dit überhaupt wel doen?''
Jared haalt zijn schouders op alsof het hem geen zak kan schelen.
''Nou, dan heb ik het al gedaan, toch?'' lacht hij. Zijn mondhoeken lachen mee. ''Ik heb ze trouwens gevuld met goedkope kinderverf, gewoon het ballonnetje op de tube zetten, niet zo lastig als je denkt.''
Zijn lach werkt aanstekelijk, alsof hij me fulltime probeert mee te krijgen in zijn humor. Misschien is dat stiekem ook wel zijn plan.
''Dus vandaag doen we blijdschap? Bedoel je dat?'' vraag ik.
Jared loopt naar zijn muur toe om er zijn dartpijltje van de grond te halen. Wanneer hij bukt kan ik nog net een stukje van zijn rug zien. Lena, ban die beelden uit je hoofd!
''Ja, zoiets,'' zegt hij. ''Meestal mislukt een stuk omdat je gewoon niets voelt. Je hebt geen inspiratie, en dan worden de ramen van je ziel, die eerst transparant waren, vochtig met een soort ochtend douw,'' legt hij uit.
Wanneer hij het aan me uitlegt maakt hij wat gebaren met zijn hand, totdat hij weer naast me staat en me met een afwachtende blik aankijkt.
''Jij hebt iets met die spiegel van de ziel? Is het niet? Is dat je innerlijke Vermeer, die dat oproept?'' pest ik hem.
Hij maakt het zelf alleen maar erger, aangezien hij niet door heeft dat ik dat sarcastisch bedoelde.
''Spiegel van de ziel? Ramen van je ziel, prinses. Gooien!'' moedigt hij me aan. ''Ik heb niet voor niets een hele ochtend ballonnetjes gevuld.''
Ik lach om zijn onbewuste irritatie en richt mijn pijltje op een roze ballon in het midden van de muur. Ik hoop maar niet dat de punaise straks losschiet! Ik ben niet van plan om mezelf te verwonden, al zal het me ook niets verbazen als dat wel zal gebeuren, gezien mijn klunzigheid.
Het pijltje belandt op een grotere blauwe ballon naast de roze waar ik eigenlijk voor ging en springt bij een eerste contact met de pijl gelijk open. Een spoor van blauwe verf lekt over de muur naar beneden en bedekt de vleugels van Jared's feniks.
''Ja! Oh my god je hebt het gewoon in één keer gedaan!'' roept Jared enthousiast.
Hij rent naar de muur toe om het pijltje van de grond te halen en loopt met een verraste blik in zijn ogen weer terug.
''En dat, mijn vriend, noemen we beginnersgeluk,'' mompel ik.
Ik stop mijn haren vast in een staart met het elastiekje rond mijn pols, aangezien ik bijna zeker weet dat niet alle verf netjes naar beneden zal vallen.
''Nou, als dat zo is, mag ik dan wat van dat geluk lenen?'' vraagt Jared, nog steeds verbaasd over het feit dat mijn eerste dartpijl gelijk raak was.
Ik trek een afkeurend gezicht en denk erover na. Soms is Jared net een klein kind. Hij is nieuwsgierig, hyperactief en een tikkeltje ongeduldig. Pas als ik hem van dichterbij bestudeer merk ik dat hij al wat blauwe verfvlekjes in zijn gezicht heeft zitten.
''Tuurlijk mag je mijn geluk hebben, ik ben gewoon veel te goed. Ik kan wel zonder,'' schep ik op.
Jared rolt met zijn ogen en werpt opnieuw een pijltje richting de muur, welke een gele ballon links van mijn roze raakt. De ballon spat open en laat een breed spoor van gele verf na op Jared's muur. Het geel bedekt de voeten van de feniks, welke nu twee gele vlekken geworden zijn.
''Yes!'' roept hij enthousiast.
Hij keert zich tot mij en steekt zijn hand naar me op om me een high five te geven. Ik kan hem amper niet beantwoorden als hij zo enthousiast met zijn sprankelende puppy oogjes tegenover me staat in zijn oude spijkerbroek en witte I love UVAK shirt.
''Wauw, je hebt een ballon geraakt met een dartpijltje. Goed gedaan professor, was dat je levensdoel? Ik bedoel, stel dat je heel erg ziek zou worden, dan zou dit je wens zijn voor Make a Wish?'' vraag ik verassend.
Jared lacht om mijn opmerking nu hij mijn sarcasme wél kan doorzien en haalt wat extra dartpijltjes uit zijn rechter broekzak.
''Ja, natuurlijk. Ik heb mijn levensdoel bereikt nu, ik kan sterven,'' antwoordt hij net zo sarcastisch terug.
''Over ziektes gesproken,'' zegt Jared, wanneer hij nog een keer een pijltje naar de muur werpt, welke op een groene ballon terecht komt, maar eigenwijs terugkaatst van de muur. ''Waar had je last van dit weekend? Ik begrijp nog steeds niet zo goed waarom je vrijdag ineens weg was. Je was zo goed! Waarom zei je dat je het niet kon?'' vraagt hij.
Ik trek een van de pijltjes uit zijn handen en werp deze naar de muur toe, waar nog een ballon open springt en de verf dit keer bijna mijn schoenen bedekt.
''Ik zei dat ik het haatte. Iets haten en iets niet kunnen zijn twee hele verschillende dingen Jer,'' merk ik op. ''Maar ja, ik voelde me gewoon shit en ik wilde je niet lastig vallen. Het tentamen is morgen! For god's sake! En wat doen wij? We gooien dartpijltjes naar waterballonnen vol kleuterverf om ons beter te voelen.''
Jared werpt weer een pijltje richting de muur en raakt een groene ballon in het hoekje van zijn muur. Als hij niet oppast zit het plafond straks ook onder de verf en dat zou zonde zijn van de sterrenhemel die zich er nu bevindt.
''Hm, daar heb je gelijk in,'' antwoordt hij. ''En dat, mijn vriend, noemen we leerontwijkend gedrag.''
Het ontgaat me niet dat hij mijn zin steelt en er zijn eigen draai aan gegeven heeft wanneer hij de woorden over zijn tong laat rollen.
Ik kijk naar de muur voor me, afgeleid door de groene verf die nu vanaf het plafond in het hoekje naar beneden druppelt. De geur van verf vult mijn neusgaten op en bezorgt me een veilig gevoel. Ik kan nog steeds niet zo goed bevatten dat dit eerst Michael's kamer geweest is.
''Weet je zeker dat er niets is Leen? Je kan me alles vertellen hè?'' vraagt Jared bezorgd.
Hij stopt met het gooien van zijn dartpijltjes en richt zijn aandacht op mij. Zijn grijze irissen stralen niets meer dan angst uit. De angst die ik eerder door de telefoon gehoord had in zijn stem. Waar is hij zo bang voor?
''Nee, het is gewoon... ik eh... je,'' ik verdwaal in mijn eigen woordenstroom wanneer ik probeer hem uit te leggen wat er aan de hand is. Een stemmetje in mijn hoofd houdt me tegen het hardop uit te spreken.
''Ik wat?'' vraagt hij.
Hij zet een stap dichterbij, wat me eigenlijk lichtelijk afschrikt. Ik richt mijn blik op zijn gezicht, waar mijn ogen blijven hangen op een blauw vlekje verf rechts naast zijn lippen. Verdomme Lena!
''Je hebt wat verfvlekjes op je gezicht zitten,'' giechel ik.
Ik ben geneigd de vlekjes zelf van zijn gezicht af te halen, maar ik houd me in. Ik kan het gewoon niet. Waarom kan ik het niet?!
''Wanneer heb ik daar geen last van?'' vraagt hij grijnzend, waarna zijn blik afdwaalt naar mijn ogen.
Ik weet gewoon dat ik te dichtbij hem aan het komen ben en ik weet niet of ik dat wel wil. Het is een slecht idee! Een heel slecht idee! Als het niets wordt ben ik mijn nieuwe beste vriend kwijt.
''Wat, eh, wat wilde je me eigenlijk vertellen?'' vraag ik, waarna ik ons oogcontact verbreek en naar de muur toe loop om de dartpijltjes uit de kleine plas verf te vissen die zich er nu gevormd heeft.
Ik hoor Jared enthousiast ratelen als ik dit gevraagd heb.
''O, daar vraag je me toch eens wat. Bijna vergeten!'' roept hij. ''Zet je schrap oké. Houd je even ergens aan vast. Ik weet niet of het verstandig is om het nu tegen je te zeggen. Ik wilde er eigenlijk nog even mee wachten, maar dan zit ik er weer mee en dan maak ik mezelf gek en ik ben niet goed in het geheim houden van dingen en –'' ik onderbreek hem als ik alle pijltjes verzameld heb.
''Jared! Zeg het!'' dring ik aan.
Hij haalt verslagen een hand door zijn bruine krulletjes heen, waardoor meerdere van zijn haren vol komen te zitten met verf. Hij ademt rustig in en uit, kijkt voor even van me weg en richt dan zijn aandacht pas weer op mij.
''Ik heb kaartjes voor Acosta's gallerij! Ik bedoel, we hebben natuurlijk eerst tentamens enzo, maar ik hoop dat je het leuk vind, want dan gaan we samen en het is vanzelfsprekend voor je verjaardag. Nou, eigenlijk ook een beetje voor die van Madame Curie natuurlijk, alleen heeft ze er heel erg weinig aan omdat ze, nou ja, overleden is, al weet ik zeker dat ze het ook wel leuk gevonden zou hebben maar je weet wel dat ik –'' O my god.
''Jared!'' roep ik hard, om door zijn bubbel van gebabbel heen te kunnen komen.
Hij stopt abrupt met praten en stopt beschaamd zijn handen weg in zijn broekzakken. Pas als hij stil staat en ik zijn volledige postuur kan bestuderen weet ik wat ik wil. Ik wil het zo graag, maar ik kan het niet doen. Ik wil hem zoenen en dat is niet goed.
''Wat? Is het niet goed?'' vraagt hij vluchtig. ''Ik kan ze altijd nog doorverkopen?'' Hij begrijpt er ook niets van.
Alle emoties zorgen ervoor dat ik niets anders kan dan als een klein meisje van vier in huilen uit te barsten, alsof ik net kaartjes voor Disneyland gekregen heb.
''Lena? Wat.. heb ik iets fout gedaan?'' vraagt Jared geschrokken.
Ik probeer rustig adem te halen door mijn snikken heen, maar het is erg lastig om dat te doen als je moet huilen van blijdschap.
''N-nee sukkel! Ik ben blij! Ik ben zo , zo, zo ontzettend blij!'' huil ik. ''Waarom heb je ze gekocht? Weet je wel niet hoe duur ze zijn! Jezus Jared!''
Ik veeg uit gewoonte gelijk mijn wangen droog, maar de tranen blijven maar komen. Waarom is hij zo geweldig? Kan hij dan nooit eens iets fout doen?
''O,'' mompelt hij.
Hij zet twijfelend een stap dichterbij, maar houdt wel afstand. Soms is iets gewoon zo overweldigend fantastisch dat het je gewoon helemaal overvalt.
''Wil je, um, was dat een ja?'' vraagt hij onbegrijpelijk.
Ik knik snel op en neer met mijn hoofd en zet snel een paar stappen dichterbij zodat ik hem kan omhelzen. Ik sla mijn armen stevig om hem heen en zet ze vast in zijn witte shirt. Ik kan wel nog harder huilen wanneer ik zijn handen twijfelend op en neer over mijn rug voel gaan. Zo langzaam en secuur. Zo teder en bedachtzaam.
''Natuurlijk ga ik mee,'' zeg ik. ''Oen.''
Jared lacht hard om mijn opmerking en aait met een van zijn handen rustgevend over mijn hoofd heen. De ander laat hij liggen op mijn onderrug.
''Weet je dat dat staat voor open, eerlijk en nieuwsgierig?'' vraagt hij, terwijl hij opnieuw lacht.
Ik kan zijn borstkas op en neer voelen gaan. Hij is zo lang dat ik bijna op mijn tenen moet gaan staan als ik in één rechte lijn in zijn ogen wil kunnen kijken.
''Nee,'' fluiter ik zacht.
Ik kan Jared's lichaamswarmte door zijn shirt heen voelen gloeien. Pas als ik mijn hoofd kantel en omhoog kijk zie ik dat dat niet de enige warme plek is. Zijn gezicht is ook wat rood aangelopen, waardoor de blauwe vlekjes die zich er bevinden nog erger opvallen dan voorheen.
''Je hebt wat verf op je neus zitten,'' zegt Jared lacherig, waarna hij met zijn wijsvinger tegen het puntje van mijn neus tikt. ''Precies daar.''
Ik krijg het heet van zijn aanwezigheid en zijn prachtige ogen, die me wel lijken te smeken hem te vertellen waar ik daadwerkelijk mee zit.
''Ik –'' Jared sust me voordat ik nog wat kan zeggen.
''Mag ik?'' vraagt hij. Ik knik.
Hij wrijft met vinger langs mijn vochtige wangen om zijn vinger nat te maken en probeert vervolgens het vlekje op mijn neus weg te poetsen, waarbij zijn gezicht steeds wat dichterbij komt. Ik laat geschrokken de dartpijltjes uit mijn vochtige handen glippen, nat van mijn tranen en de kleuterverf.
''Zo, dat is ook weer opgelost,'' zegt hij blij.
Ik kan zijn woorden bijna niet verstaan wanneer ik geconcentreerd opkijk in zijn ogen. Ik hoor hem slikken. Vlak voordat ik denk dat hij daadwerkelijk een laatste stap dichterbij gaat zetten leun ik van hem weg. Ik kan het niet.
''Dus, um, acht November dan?'' vraag ik, volledig in de war van onze bijnasoortvan kus.
Jared leunt wat naar achteren en laat zijn hand, die eerder nog op mijn rug lag, nu naast zich neer vallen.
''Ja, gezellig,'' zegt hij. ''Um, ik denk dat het tijd is voor kunstgeschiedenis?'' vraagt hij rustig.
Ik neem een stap achteruit en knik. Nu hebben we het awkward gemaakt.
''Weet je, ik denk dat ik die ballonnen eerst nog kapot moet gooien,'' zeg ik. ''Anders is je muur niet af.''
Jared stemt in met wat ik zeg en laat zichzelf door zijn knieën zakken om de vuile dartpijltjes weer op te pakken. Als hij weer rechtop staat geeft hij me een de pijltjes. Ik probeer zoveel mogelijk zijn hand te missen als hij ze aan me overhandigt.
''Wie de meeste pijltjes raak gooit moet lunch halen?'' vraagt hij uitdagend. Hij heeft het over de sandwiches die hij voor ons gemaakt heeft.
Het is net alsof hij zelf niet eens is aangetast door wat er zojuist tussen ons gebeurd is. Ik neem de uitdaging van hem aan en begin met het gooien van de pijltjes.
Als hij binnen een paar seconden al meer dan drie ballonnetjes kapot gekregen heeft weet ik dat het niets uit zal maken of ik win of verlies. Ik heb al verloren. Ik kreeg een kans en ik ben hem kwijtgeraakt.
-
Holy shit, het spijt me. Ik bewaar de eerste kus nog even :D
Vraag: waarom denken jullie dat Lena het gewoon echt niet kan? Is Jared geïnteresseerd?
Kus,
Claire
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top